HET FLUITENKRUIDxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Bermen, dijken en vochtige loofbossen zijn bedekt met het witte bloementapijt van het fluitenkruid.
Deze plant groeit op een stikstofrijke bodem maar ook op verwaarloosde vruchtbare grond waar geen plaats is voor andere planten.
Het is de meest voorkomende schermbloemige en de eerste die in de lente in bloei staat.
Heel dikwijls heeft men ze nog niet zien staan, maar wel geroken.
Het fluitenkruid verspreidt bij warm weer een kenmerkende geur en deze is van verre te ruiken.
De plant heeft een gegroefde stengel die bovenaan kaal is en onderaan behaard. De bladeren zijn fijn geveerd in getande slippen. Hij gelijk goed op de kervel, die ook een schermbloemige is.
Het fluitenkruid wordt 60 tot 150 cm hoog. De plant bloeit met langgesteelde samengestelde schermen. Na de bloeitijd worden de dopvruchten gevormd. Ze zijn kegelvormig en glad en hebben een korte snavel.
Het is een volkomen onschuldige plant. Werd zelfs als groenvoer gebruikt.
De stengel, die hol is, werd door de kinderen als blaaspijp gebruikt maar ook maakten ze er fluitjes van. Vandaar de naam.
De wetenschappelijke naam Anthriscus sylvestris komt uit het Grieks.
Anthriscus komt van athos = bloem, ryskos = heg en sylvestris betekent bosbewonend.
Volksnamen : fluiters, hondjeskruid, pijpkruid, toeters, wilde kervel.
norbert mosselmans 05/2011
Info Wilde planten Readers Digest
Volksnamen CERA
|