De waterhoen
Deze bekende donkerbruine, zwarte vogelsoort vind je in sloten, beken vaarten, vijvers en alle andere niet te grote wateren. Het is een broedvogel, wintergast en doortrekker. De IJse is zijn biotoop.
Hij is een alleseter: waterplanten en hun vruchten en zaden, spinnen, insecten en ander kleine ongewervelde dieren. Net als de meerkoet is hij een zeer agressieve vogel. Zijn gebiedsverdediging leiden meestal tot wederzijds gepik en het uitdelen van trappen. Om nog groter te lijken zwemt hij met uitgespreide witte staartveren.
Het grote onderscheid met de meerkoet is dat de waterhoen een rode bles heeft. Deze bles bedekt gedeeltelijk de bek waarvan het puntje net niet rood is.
Om te vliegen neemt hij ook een lange aanloop en vliegt met bengelende poten.
Hij heeft lange tenen en geen zwemvliezen. Maar die lange tenen stellen hem in staat om gemakkelijk over de waterplanten te lopen. Door het gebrek aan zwemvliezen zwemt hij moeilijk. Hij zwemt met een schokkende kop alsof hij een zware inspanning moet leveren. Onder water is het echter een uitstekende zwemmer. Is er onraad dan blijft hij bewegingloos onder water met enkel de snavel aan de oppervlakte.
Zijn nest maakt hij als een platform tussen de waterplanten en het drijft soms op het water. In het nest liggen 5 tot 10 lichtbruine eieren met roodachtig bruine stippels. Soms liggen er wel 20 eieren in. Die zijn dan afkomstig van verschillende vrouwtjes. Soms volgt er nog een tweede broedsel en die jongen worden mee gevoerd door de jongen van het vorig nest.
norbert mosselmans 11/2010
INFO Vogels uit West-Europa Readers Digest Fotos Internet
|