Bij
het wakker worden liggen we al stil. De uitloper van de gletsjer is
zichtbaar.
Een
kwartier later is alles grijs. De kapitein kondigde gisteren af dat
we niet naar Punta Arenas kunnen gaan. Er woedt een storm, de golven
zijn te hoog om de straat van Maghelaan te bereiken. Dat is heel
spijtig maar daardoor kunnen we wel langer rondhangen bij de
gletsjer. Een uurtje later klaart het voldoende op en kan het schip
om zijn as beginnen draaien, zo vermijden ze dat alle passagiers naar
één zijde van de boot verhuizen. We hebben het geluk ook de
bovenkant van de ijsmassa te kunnen zien en ook de met puntrotsen
bekroonde berg ernaast. Af en toe krijgen we een lichtstraal die een
stukje van de fjord oplicht. Halverwege vorige eeuw kwam de Amalia
gletsjer 6 kilometer verder. Waar we ons nu bevinden was er dus ijs.
De ijsmassa is nog wel een paar meter dik maar neemt nog altijd af,
gelukkig heeft hij nog wel zijn blauwe kleur. Hij zit vol met kloven
en is dus niet geschikt voor een wandelingetje. De terugvaart door de
fjord is de moeite. Er zijn ontelbare watervallen, sneeuwvlakken,
kleinere fjorden. Ik koel wel behoorlijk af buiten alhoewel ik goed
ingepakt ben. Het theater is weer goed vol voor de lezing over de
volgende haven die we aandoen. Hopelijk kunnen we Ushuaïa wel
bezoeken. 's Middag twijfel ik of ik de lezing over Maghelaan ga
volgen of naar buiten blijf kijken. Het wordt weer grijs dus leer ik
wat bij over deze zeevaarder. Het zijn waanzinnige risico's die ze in
die tijd durfden nemen. Ik heb niet goed begrepen of het nu maar 18
of 80 man waren die deze eerste reis om de wereld overleefd hebben.
Maghelaan zelf is omgekomen in een strijd op de Filipijnen. Zij
konden vierhonderd jaar geleden geen rondjes blijven draaien in een
beschutte fjord omdat de weerkaart een storm aangeeft op hun route.
Wij zijn inderdaad terug noordwaarts gevaren en zagen verschillende
keren 'de yeti', een waterval die de vorm heeft van een wandelende
sneeuwman. Pas na middernacht varen we terug de goede richting uit.
Nu zitten we sinds een uur op volle zee en zijn we goed aan het
deinen. Het zwembad en de gym zijn gesloten. De golven zouden groter
moeten worden voor we de straat van Maghelaan bereiken. Die was
vroeger zeer moeilijk te bevaren voor de zeilschepen. Zodanig zelfs
dat men de route langs de kaap verkoos. Ik hoop dat we er wat van
zullen zien, er zullen zeker geen spots op de mooiste bergen staan.
Sinds Chacabuco zagen we nergens bewoning. Er zijn wel albatrossen
die ons begeleiden.





|