Er is nog altijd heel veel wind. We besluiten dus toch maar met de auto het eiland te verkennen. Bovendien willen we naar de waterval klimmen en dan moet je deels over een zandweg.
Je kan zelfs twee kilometer met de wagen naar boven rijden. We parkeren de wagen toch wat lager, de weg is niet al te best en klimt flink. Verderop, waar het wandelpad begint is het gelukkig ook frisser onder de bomen. De klim is pittig maar nergens gevaarlijk, gelukkig want Frans is nog maar eens vergeten om zijn wandelsandalen aan te doen en loopt op teensleffers. Hier wordt het ook weer groener als je hoger klimt.
De waterval is hoog. Het is heel duidelijk dat je van hieruit niet verder de vulkaan op kan. We hebben wel zwemgerief bij maar hier kan je eigenlijk alleen douchen. Er komen nog puffende jongeren boven, jong zijn helpt niet altijd.
We eten een beetje beschut aan het strand waar de golven nog flink zijn.
Dan rijden we verder naar ojo de aqua.
Bij het binnenrijden krijgen we een hele uitleg hoe goed het water wel niet is, je komt er minstens 20 jaar jonger uit en kletskoppen krijgen terug haar... dat moet dus wel 3 dollar de man waard zijn (garantie of geld terug doen ze niet aan)
Als we het water daarna zien zijn we al snel overtuigd. Er is een bron en daarnaast hebben ze een groot stenen bassin gemaakt waar het water aan de andere kant terug uitloopt. Fantastisch zwemwater en prima van temperatuur. Bovendien groot genoeg om goed te kunnen zwemmen, heerlijk.
Bij valavond zijn we nog langs een stukje kust gereden langs een zandweg. Hier zie je weer dat de mensen wel elektriciteit hebben maar geen stromend water. Er wordt water gehaald in het meer, een vrouw is er haar haar aan het wassen en je ziet verschillende stenen wastafels in het meer. Het dorp heeft wel een kerk en een school. Paarden zijn hier wel het ideale vervoermiddel. We genieten nog van de zon die de toppen van de bomen een mooie gloed geeft.
Er is nu nog een gast in het hotel, van Brugge nog wel. Straf want we zijn onderweg nog nergens Vlamingen tegen gekomen. Hij is met reizen ook niet aan zijn proefstuk toe.
|