Bellum ita suscipiatur, ut nihil aliud nisi pax quaesita videatur - De oorlog moet zo opgenomen worden, dat niets anders tenzij de vrede schijnt gezocht te worden. Hugo Peregrinus
13-05-2018
Appelblauwzeegroen
Beste Lezers,
Vandaag er toch nog een lapke opgegeven. Met het mooie weer lagen de meeste paden er behoorlijk bij. Dat lag uiteraard ook aan de ligging, niet te veel hoogte verschillen en lopend door de bossen. Het ging van Oloron naar Hôpital-St-Blaise als het ware over de vlakte tussen de heuvelruggen. Hier en daar lag er nog wel eens een riviertje waar naar afgedaald diende te worden, gevolgd door een klimmetje.
Voorts liep het pad tijdens de warmste uren onder de loofbomen. Dat scheelt dus wel zeker een slok, water in dit geval.
Iets na tweeën was Blaise al bereikt, te vroeg om al te stoppen.
Door een stuk de D 25 te volgen lag Mauleon zeker binnen bereik. Niettemin was het tijd om tegen zessen de riem eraf te leggen.
Bij het binnentreden van de Gîte communal bleken de twee Parisiennes er al te zijn. Die waren nochtans ook vanuit Oloron vertrokken. Bleek mijn voorspelling uit te komen. Ze waren na enkele kilometers al gestopt omdat van één van beide de knieën te veel pijn deden. Op goed geluk hadden ze een bus kunnen treffen die hen tot Mauleon had gebracht. Hun transport naar Bayonne bleek al geregeld. Van daaruit konden ze met autodelen maandag naar Parijs.
Bon, we hebben ons eten gedeeld. Het deksel van een pot tomaten puree ging niet open, dus mankracht kwam van pas. Het lukte niet en dan maar de gekende en beproefde methode toegepast, een flinke pets op het deksel. Het gevolg was dat er een stuk van de boden in mijn handen lag achterna gekomen door een deel van de inhoud. Mooie kledderboel werd het dus. Gelukkig bleek mijn hand niet getroffen, met die tomaten kon je het toch niet zien. Noemie en Laura konden er best mee lachen, ik moest aan de slag, nog een waske doen.
Één van hen heeft wel in mijn agenda geschreven:
“Merci pour l’ouverture de la sauce tomate, Superman!”.
De andere Parisienne heb ik op de middag nog even gezien. Ze liep alweer op haar sloefjes. Klein maar vinnig, met kleine stapjes stoof ze ervandoor.
Verder heb ik alweer een slang gespot, of is het omgekeerd. Alvorens de camera was boven gehaald was het reptiel ‘aal’vlug in het struikgewas verdwenen.
Morgen wellicht minder goed weer. De hemel betrekt al, deze nacht mag het doen wat het wil, ik lig warm.
Grtjs
Hugo
Foto’s: Oleron, prachtige morgen én de bergen zichtbaar; La Cathédrale Sainte-Marie, Unesco erfgoed, complexe constructie; Short en zonnecrème; Boerderij draait op ongeveer 1000 panelen; Chez Marie-Pierre, alimentation met stempel en gratis koffie!; Aubisque in de buurt; Hôpital-St-Blaise, niet overnacht wegens te mooi weer; Uniek kappelletje van Notre-Dame des Lourdes; Appelblauwzeegroen water van Le Saison.
Van Bescat naar Oloron kan het kort zijn. Het weer voorspelde niks serieus, het is het tegenovergestelde geworden. Ik heb dan ook mijn eerste siësta in de zon/schaduw kunnen houden.
De afstand van Bescat naar Oloron was dan ook niet groot.
In Oloron is een redelijke gîte van pelgrims voor pelgrims. Wel stipt geregeld allemaal. Geen drank of eten op de kamers, de was kan enkel aan het rek worden gedroogd en morgen vroeg voor acht uur moet iedereen de deur uit.
Ik sliep met de Parisienne op een kamer, elk apart. De man die ons inschreef bekeek me en zei dood serieus: ik heb een open mind!
Hij was ook een alles/beter weter. Wel heeft hij een paar zeer nuttige tips gegeven in verband met het te bewandelen parcour.
Na het avondeten, eenvoudige paste met groenten, op tijd naar bed. Morgen zou het afhankelijk van het weer wel eens een lange trip kunnen worden.
Grtjs
Hugo
Fotos: Eerste blik naar buiten; Het eerste kleine driehoekje was even verbrijfplaats; Moeilijk; Picnic in de zon; Le pont du Diable qui franchit Le Gave; Klein riviertje, ideaal voor de kayak ; Oude houten huizen in Oloron; De kilometerpaal duidt aan : nog 948km tot Compo.
Het is niet omdat er geen verslagje is dat ik ben gestopt. Niks is minder waar. Ik breng jullie zo vlug mogelijk op de hoogte van het leven op de camino.
Mijn overnachteningsplaats is Mauleon, een echte Baskische stad.
Zondag zal ik waarschijnlijk aankomen in St-Jean-Pied-de-Port, en afhankelijk van het weer op maandag Spanje bereiken.
Ik zit hier op Chambres dHôtes, juist op tijd binnen, voor de regen die zich al een tijdje aankondigde. Het pad loopt Just à côté, dus geen probleem om morgen de weg te vinden.
Deze middag ook juist op tijd om nog warm eten te kunnen verorberen. Het café-restaurant was sluitende, een pelgrim kon nog een plat du jour krijgen. Voor 13 een voorgerecht, hoofdgerecht (een flinke moot vis) en dessertje + ¼ rode wijn, à la santé. Op de koop toe was het gemeentehuis van Sevignacq-Meyracq, een drietal kilometers vòòr Bescat nog geopend. Een stempel kon je zo krijgen.
Bij me was een jonge Parisienne, Virginie. Ze is voor een week op pad, van Lourdes tot SJP-de-Port. Ze stapt met eenCanne, een wandelstok, van haar grootvader gekregen. Die grootvader is afkomstig van Bordeaux en ook een fervente wandelaar. Vandaar haar interesse voor het wandelen, vooral dan in de bergen. Af en toe een week erop uit, het is wat anders dan het drukke Parijse leven.
Al is het zwaarste achter de rug, vooral qua afstand, de hoogte meter teller draait nog steeds. Vandaag bijvoorbeeld was het hoogte verschil variërend tussen 200m en 460m, en niet éénmaal hé.
Ik dacht, morgen geef ik er nog een lap op, maar meer kilometers zou te veel krachten vergen.
Dus nog een viertal dagmarsen tot SJPdP met 20km tot Oloron, 23 tot Saint-Blaise, 36 tot St-Just-Ibarre en tenslotte 20.
Vandaag op de middag zaten we met vijven in St-Colome op een bank te pic-nicqen, een Frans koppel uit Toulouse, de Parisienne, de Zwitser en ikzelf. Onze Duitse vriend kwam juist toe toen iedereen terug gepakt was. Blijkbaar zijn er nog pelgrims onderweg, er komen er hier nog twee binnen.
Morgen pas om 08u ontbijt, lekker lang uitslapen.
Grtjs
Hugo
Fotos: Nog waterdicht!; Bruges, qui est belle, ontbijt met koffie; Als Club geen kampioen speelt, hier kan het misschien wel; Ik wuif goedendag, de man stapt uit, komt tot bij mij en zei ook bonjour; Even stilstaan, niet te lang, anders geraak ik nooit in Compo; Etenstijd; Mifaget, mairie en église Saint-Michel, met zelfde standbeeld als in BXL; Hoogtemeters à volonté; Pic-Nic.
DROP JE DOPJE ! IBAN : BE49 0681 0550 1671 en BIC : GKCCBEBB
met vermelding : Hugo Peregrinus
Foto's tot Asson: Hier is’t gebeurd;
Het enige zonlicht van de morgen, wel precies goed op de Basiliek; Avenue
Bernadette Soubirous; Rechts is geen drinkwater; Vliegende rups; Vannacht flink
geregend, kolkende La Gave du Pau, iets voor ervaren kajakkers; Ander
landschap, geen keuterboerke; Eenvoud.
Op 8 mei vieren de Fransen het einde van WOII. Dat vieren is in vele gevallen beperkt tot het neerleggen van een bloemenkrans aan het gedenkteken van de oorlogsslachtoffers. Veel animo heerst hieromtrent, 70 jaar na datum, niet meer. De boeren bewerken gewoon hun land, vele kleine neringdoeners openen hun zaak. Het is vooral een gewone verlofdag geworden voor de werknemers.
Ik zit nu in Asson, voorbij Lourdes. Gisteren ben ik er met moeite toegekomen enige pc activiteit te ontplooien. Er was zelfs geen tijdsdruk mee gemoeid.
Vooreerst, na de was en de plas, heb ik een staat opgemaakt van de inhoud van de rugzak. Alles wat ik nog niet gebruikt had werd op een hoopje gelegd. Daarna volgde de afweging of het nog bruikbaar zou kunnen zijn. En de volgende stap was het nemen van een zak, alles erin kieperen en het geheel wegdragen naar La Poste.
Een behulpzame beambte, die iets van verzend dozen kent, gaf me direkt het juiste formaat. Vijf minuten en 22,30 later wist ik dat voor de rest van de camino mijn rug met 2,3 kilo minder belast zou worden.
Terug in La Ruche, zoals de Halte Saint-Jacques is genoemd in Lourdes, de fotos van de dag op de laptop gezet. De binnenkomst van een Duitse pelgrim, uit Koblenz en al twee maand onderweg, verhinderde verdere werkzaamheden.
Dan maar mijn volgende verblijfplaats vastgelegd. Of ik dat ook niet even kon doen voor de collega, zijn Frans is onvoldoende. Met plezier ook zijn slaapplaats verzekerd waarna het tijd werd om een bezoek te brengen aan het Sanctuaire.
Het eerste wat mr. Doux Jean-Louis, hospitalero, me vroeg was mee te komen. Zijn huis, rue de Pau, is gelegen aan de andere kant van Le Gave de Pau, de rivier, op een 500m van de basiliek. Omdat de straat op een zekere hoogte ligt, heb je vanuit zijn tuin een prachtig zicht op het gehele Sanctuaire.
Datzelfde Sanctuaire wordt dagelijks door honderden, duizenden pelgrims bezocht. Enkele Jacobs pelgrims vindt je er tussen, ik was er een van.
Toen ik er arriveerde was de grote druk al van de ketel, de wachtrij aan de Grotte de Massabielle was verdwenen. 10 minuutjes ik niks meer, overdag is dit een veelvoud van 10. En elke avond is er de Maria processie. Gisteravond was er net voor aanvang een onweer losgebarsten, het gezang was er niet minder om.
Na het vervullen van mijn plicht, het schrijven van een kaartje naar Lucienne en een korte doortocht door de basiliek was het tijd om naar huis terug te keren.
Om 19u30 zaten we met zevenen aan tafel, drie Fransen, een Duitser, twee Italianen en een Belg. Het door elkaar spreken van twee vreemde talen zorgde er voor dat mijn bovenkamer het niet koud kreeg.
Na tienen was ik dan te moe om nog aan het tokkel apparaat te gaan zitten.
Deze morgen dan, de ene Italiaan, met veel camino ervaring was al verdwenen, net zoals de twee Réuniosten. Deze laatste twee hebben gisteren avond niet deelgenomen aan de gezamelijke maaltijd. De andere, jonge Italiaan, was deze morgen naar de eerste mis getrokken. En het Franse koppel van Nord pas de Calais, lag waarschijnlijk nog te slapen. Die heb ik dus niet meer gezien. De Duitser, Ferdinand, heeft samen met mij en J-L ontbeten.
Over de tocht zelf dan, gisteren was gewoon schitterend. Een groot gedeelte ging over een bergkam, door de Pyreeën weide als het ware. Een prachtige tocht met het eveneens prachtige weer, 25°C en een zacht briesje.
Vandaag ging het dan meer door de dalen van de rivieren. De zon kwam er niet doorheen, of nauwelijks, en de kilte van de rivieren was duidelijk voelbaar.
Volgens Jean-Louis is het moeilijkste achter de rug. De hoogste bergen zien we niet meer en we betreden Les Pyrénées Atlantique, dus een andere wind.
De akkerbouw neemt weer toe, vandaag reden sommige boeren hun mest en aal over hun akkers.
De Halte Jacquare van Asson wordt waargenomen door de Paroisse. En dan weet je dat het zeer eenvoudig is gesteld. Maar goed, we zitten droog, althans dat hoop ik toch. Als ik het gebouw van buiten bekijk wil ik de proef op de som niet nemen.
Verder is hier in Asson niks te verkrijgen of te doen. Ik heb eten voorzien, eenvoudig kant en klaar, enkel nog op te warmen. Als mijn kleren tegen morgen droog zijn ben ik al tevreden.
Er is hier nog een pelgrim binnen gekomen, zijn eerste dag zit erop. Roland, zoals de man noemt, is sinds eind vorig jaar met pensioen. Hij had vorig jaar een camino in Zwitserland gevolgd. Die week was hem goed bevallen en dus trekt hij nu van Lourdes tot Santiago. Wellicht zie ik die man nog regelmatig terug. Die week in Zwitserland was niet toevallig.
Morgen overnacht ik in een Chambre-dhôtes in Bescat. Met wifi!
Grtjs
Hugo
Fotos:
Tot Lourdes: De hoge pieken verdwijnen naar de achtergrond; Niet alleen op de Pyreneeën weide; Ik val hier gegarandeerd naar beneden; Zicht op de basiliek vanop de Boulevard de la Grotte; Veel plaats is er niet, mijn armen bijna verbrand; Hier bevestigd men de wonderen; Hotel dAnvers, iemand geïnteresseerd?; De achterkant van de Boulevard.
De tocht was lang en zwaar, wreed zwaar. Ik zit stik kapot. Ik ben zo recht mogelijk gelopen, in deze streken niet vanzelfsprekend, en ben langs wree prachtige landwegels en wegeltjes tot in Bagnères-de-Bigorre geraakt. Soms langs sompige en glibberige valleien dan weer langs kleipaden. Steil omhoog of omlaag maakt voor deze laatste type paden geen verschil, het is gewoon afzien.
Toch ben ik tevreden van dit alternatief te hebben genomen. De spieren zullen morgen wel protesteren, een half uurtje stappen en ze lopen weer in het gareel. De voeten zelf die vegen er hun . aan. Gelukkig maar!
Soms ging het over kleine D-wegen en daar is het toeval weer. Ik dacht dat een schaap een toeval had. Het lag op zijn rug met zijn poten trillend in de hoogte. Op een erf ervoor zie ik een man zitten en zwaai hem. Bleek het een Wehlsman te zijn en hij constateerde ook dat het niet pluis was. Zijn Frans was niet zo goed (wie zegt het!) en daar mijn antwoord in het Engels was ging de babbel daarna iets vlotter.
De schrikdraad deed inderdaad schrikken, hij ging om rubber handschoenen. Als we het schaap op zijn poten kregen zou het wel verder gaan. Hij dacht namelijk dat het te veel gras had gegeten. Wehlsman zijnde geloofde ik hem uiteraard. Wat ken ik tenslotte van dergelijke beesten, tenzij het wel lekker in de pot is.
Een jongedame in een autootje kwam langs (ik weet niet of ze Margot noemt) en werd door mij tegengehouden. Vlug een korte uitleg en ze ging hulp halen.
Toen het dier op zijn poten stond was het eerste wat het deed pissen.
Die voorzet kon ik niet missen: shes pissed off now , we schoten allemaal in de lach, ook de Wehlsman zijn vrouw. De hulp was ondertussen gearriveerd met de fiets, hij keek eens, dacht even na en besloot: ils sont deux.
Van de Heilige Drievuldigheid had ik al gehoord, van deze moeilijke som kon ik enkel besluiten dat het dier gewoon weeën had. Even later lag het terug op de grond en de helper bedankte ons voor de aandacht.
Zoals al eerder aangehaald is mijn kennis van dierkunde eerder onvoldoende.
De rest van de dag was er voldoende modder, voldoende hellingen en voldoende vermoeide spieren.
Grtjs
Hugo
Fotos: Voor vertrek; Mooi weer op komst; Niks voor mij; Niet voldoende gecamoufleerd; De WEGisweg; Schoenen uit; Bruin en Blauw oog, zoals het moet? (Ronny?); Bagnères-de-Bigorre nog even; Accueil Notre-Dame.
Ik zit nu in een Gîtes de France, uitgebaat door de burgemeester van Montsérié. Het is een herbergement communal voor 9 personen, zo staat vermeld. Ik tel al vlug 14 bedden en twijfel of dit wel de juiste plaats is. De twee dames, die ruim voor me vertrokken, zijn niet aanwezig. Gezien de vrij korte afstand, 20km, zouden de Françaises al lang gearriveerd moeten zijn.
Deze morgen heb ik eerst de kathedraal van Saint-Bernard de Comminges bezocht en die ging pas om 09u open. Na tienen ben ik op gang geschoten.
En effet, rond zessen zijn ze daar. Hun uitleg is dat een hond hun is gevolgd. Anne heeft iemand aangepild om ervoor te zorgen dat het beestje terecht kon. Daardoor zijn ze enige tijd verloren en van het traject afgestapt.
Onderweg ben ik drie mannen uit de Elzas tegen gekomen en we slapen in dezelfde gîte. Ze lopen het traject van SB de Comminges tot Henday, nabij Bayonne. Vorig jaar was het vertrekpunt Montpellier en liepen ze tot SB d C.
Dankzij Anne en Joelle wist ik al dat er in Montsérié niks te krijgen is. De gemeente heeft dit opgevangen door van alles te voorzien in blik, wel te betalen. Vanavond heb ik bvb linzen met worst gegeten en brood, vers uit den oven. Morgenvroeg is het meer van dat brood. Konfituur, melk, beschuit, koffie, enz. zijn gratis voorzien in de gîte.
Ik mocht 1750 betalen voor verblijf, een groot blik van die linzen, twee blikken salade van 280gr, drie voorgebakken stokbroden en twee potjes compote. Ik kan dus twee dagen verder.
Bon, omdat er morgen avond helemaal niks is te verkrijgen heb ik beslist om over de baan rechtstreeks naar Bagnères-de-Bigorre te trekken. Daar kan ik een bed krijgen zonder meer. Er zijn wel restaurants in deze stad. De volgende dag bereik ik dan Lourdes, daar zijn voldoende mogelijkheden om voedsel in te slaan. Dinsdag is het 8 mei, herdenking van de wapenstilstand in Frankrijk. Volgens echte Fransmannen, en die kunnen het weten, zijn er dan wel vele winkels geopend. De Drie Elzassers beweren ook dat het vanaf dan makkelijker is om aan je gerief te komen, eten wel te verstaan.
Hier in de andere helft van de gîte zijn off road liefhebbers gehuisvest. Elk jaar mogen deze mensen met hun machines in de bossen een parcour afleggen. Ze maken vooral veel lawaai. Het lijkt me wel spectaculair, een helling waar je nauwelijks te voet op kan, met zon monster bedwingen.
Bon, het eten uit blik is beter dan niks, we liggen droog en warm, voor morgen zijn er geen zorgen én het weer is deze namiddag ietwat zonnig geweest. Morgen meer van hetzelfde.
Grtjs
Hugo
Fotos: Eenvoudig uitzicht maar zeer goede en vriendelijke ontvangst bij Marie Auch; Kathedraal, beslist een bezoekje waard, o.a. veel houtsnijwerk; Het orgel is in een hoek gebouwd; Het praalgraf van Saint-Bertrand; Nog heuveltjes genoeg; Bieren, waar Belgen goed in zijn. Tel maar!; Off road; Pelgrims vooraan, anderen achteraan; Winkeltje spelen.
Lourders komt dichterbij, anders zou ik de verkeerde kant uitgaan. Daarom dat ik vandaag al Lourde heb aangedaan. Via een voie verte ben ik door het dal van de Garonne gestapt. Deze rivier brengt op dit ogenblik massas water naar Bordeaux en de Garonne. Deze Franse rivier ontspring langs de Spaanse kant van de grens en is tot de samenvloeiing met de Dordogne 647km lang. Ze vormt ook de grens tussen de departementen Haute-Garonne en Haute-Pyrénées.
Het lijkt me sterk dat we een beetje van het hoog gebergte zijn afgestapt. Over vier dagen zou ik in Lourdes moeten arriveren via vrij korte etappes. Het zou in drie dagen kunnen, de afstand bedraagt nog ongeveer 80km maar ik vrees dat er nog een aantal pittige klimmetjes tussen zitten en de rit is nog lang.
Hier in Saint-Bertrand de Comminges staan een basiliek en een kathedraal. De basiliek van Sint-Just de Valcabrère, ook Unesco wereld erfgoed, heb ik vandaag bezocht. Als pelerin kreeg ik korting op de toegangsprijs én een stempel in mijn boekje. De Cahtédrale de Saint-Bertrand zal ik morgen vroeg met een bezoek vereren. Het lijkt me zeker de moeite waard om het vele houtsnijwerk te gaan bekijken.
En aangezien het morgen maar een goede twintig kilometers is kan het aanvangsuur rustig worden opgeschoven.
Als het maar niet
De acceuil is hier weer opperbest, Marie Uchan is een vriendelijke mevrouw. Zelfs voor morgen vroeg heeft ze al brood voorzien. Dit is het enige dat ik nodig heb, voor de rest kan ik nog gerust een dag verder.
De twee dames uit Carcasonne zijn door Marie opgehaald, ze zitten kapot.
Deze avond zijn we terug met vijven. De twee vlamingen komen ook eten. Ze slapen ergens anders (bij de burgemeester) omdat er slechts drie plaatsen zijn voor pelgrims. Eten is voor Marie geen probleem.
Grtjs
Hugo
Fotos: De tafel bij Michel, links vooraan en volgend Karine, Anne, Joelle, Brigitte en Arnaud; Ik heb ze gevonden; Col des Ares, cijfers voor wieler toeristen, voor pelgrims is dit tot zeker 30% Pente Moyenne; Het blijft vochtig; Caveau Provisoire; Grens Garonne; Le Mont-Saint-Michel des Terres; Ik lig weeral warm en nee, de dames liggen in een andere kamer!
Vanaf gisteren avond heeft het geregend. De voorspellingen bleken juist te zijn, dus voor deze dag waren de vooruitzichten niet goed. En dat is uitgekomen.
Laat vertrokken, het was maar een goede twee-en-twintig kilometer. Wel in het achterhoofd houden dat de lijntjes op de kaart nogal kort bij elkaar staan. Nog geen tien minuten later ben ik al doorweekt, onder de gordel.
Na een uurtje zie ik twee dames schuilen, of trachten dat te doen.
Ze hadden in hetzelfde hotel overnacht en waren vroeger vertrokken. Het zal deze morgen zeker niet ophouden met regenen, zeg ik. Blijkbaar was hun moraal niet te sterk meer, ondanks de lange pongos hadden ze het blijkbaar al koud. En het was koud vandaag, niet meer dan 6°c is het geworden.
In Portet dAspet is een schuilhokje waar ik even kan verpozen en wat eten. Ik kijk op de klok en schrik me een bult. Een uur en vijfenveertig minuten heb ik nodig gehad om 4,5km te vorderen. Om dan aan 22 te komen zou ik meer dan acht uur in de regen moeten lopen.
Ik klim nog tot de col de Portet dAspet, alwaar ik bijna omver waai. Ook hier weer even gerust en wat te eten genomen alvorens aan de lange afdaling te beginnen, over de weg.
In de Topo Guide van de GR 78 staat vermeld dat je moet opletten voor het uitglijden. Wel, als ik de kleine kolkende Ger zie, dan liever langs de baan. Indien je hierin terecht zou komen wordt je vermalen met alles erop en eraan.
Zo kom ik dan voorbij het Memorial Fabio Casartelli, de jonge renner die hier verongelukte tijdens de Tour de France op 18 juillet 1995.
In Juzet-dIzaut stromen nog enkele pelgrims (korte type) binnen. Allen zijn verzopen en de kleren hangen overal omhoog uit te druppen.
Michel Leroy, de gastheer, staat er alleen voor. Zijn echtgenote Julie ligt in Toulouse in het ziekenhuis, iets in verband met het afzetten van een been. Het gesprek tussen Brigitte en Michel gaat erover, ik luister mee.
Brigitte stapt een goede tien dagen, morgen is de laatste. Ze heeft er al enkele caminos, of gedeeltelijke, opzitten. Wat je zeker moet zien in Compo is de Encensoir, (vrijdag avond rond 19u) zegt ze. Ze is afkomstig van het noord-oosten. Haar man komt haar morgen ophalen. Als je een goede 800 km doet om even naar de Belgische kust te komen, dan is dit ritje apoc. (une paix de gâteau)
Verder zijn er nog Joelle en Anne, de twee van deze morgen en een belgisch koppel. Arnaud (Arnolde) uit het Gentse en Karin uit de buurt, ttz Hamme. De tafel zal vol zitten deze avond.
Morgen naar Saint-Bertrand de Comminges, 29km. Als het regent wordt dit 24km.
Grtjs
Hugo
Fotos: (ik heb er niet veel genomen, alles zat beschut en ingepakt tegen de stortvloed) Ziet er niet zo goed uit; Pad of rivier?; 4,5km in 105min, even overleggen en rusten; 1069 meter, niet blijven zitten, er is niks te zien; Memorial Fabio Casartelli; Le Ger, gisteren nog een beek; t is maar regen, dus doorgaan; Gezellig aan de haard.
De blog is bijgewerkt, dat wil zeggen dat ik goed toegang heb tot het wereldwijde net. Ik schrik zelf een beetje als ik het kaartje bekijk. Het gaat goed vooruit.
Deze morgen zijn de twee zoals gewoonlijk iets voor vijven opgestaan om pas om 6u15 te vertrekken. Net zoals bij mij gaat het richting St-Lary, waar ik tegen vieren aankwam. Weeral op tijd vóór de regen. Voor de rest was het deze morgen flink koud, vier laagjes en lange pijpen. Maar het werd een prachtige dag. Steeds dichter en duidelijker komen de besneeuwde bergtoppen in zicht.
Een beenhouwer in de sjieke buitenwijk van Saint-Lizier had ook broodjes met kaas en spek, dus eten was verzekerd. Anders was er nog een homp brood van gisteren in reserve. Nu kwam daar nog een droge worst bij, voldoende tot vanavond.
In Arrout bereikte ik tegelijkertijd met een dame de kerk. ‘Au pic du moment’, zoals ze het zei. Ze had me zien passeren en vliegensvlug in haar auto gesprongen om de kerk te kunnen openen. Pelgrims zijn daar altijd in geïnteresseerd, nietwaar.
Vol trots vertelde ze over de geschiedenis van het gebouw, waar in een annex, het restant van de oude toegangsdeur van de kapel nog te zien is. Die kapel was ongeveer duizend jaar oud, dus die toegang ook. Over de houten vloer troonde ze me mee naar een tafeltje waarop drie dikke farden lagen. Hierin zaten honderden tekeningen van een oud burgemeester die verscheidene Jacobs routes had gelopen en van elk kerkje een bijzonder mooie schets had gemaakt. Een schilderij/tekening, die enkele pelgrims voorstelden, sloot het bezoek af. Jammer genoeg ben ik het gulden boek vergeten tekenen. Zal ik doen bij een volgende doortocht.
Enkele kilometers verder, in Audressein, geven de twee kerk klokken een serenade. Niet ter mijner ere, wel omdat het twaalf uur is. Aan de brug, die ik niet over moet, ontmoet ik een dame op de fiets. Ze spreekt me aan, over pelgrims, van waar komt ge en waar gaat ge naartoe. Compo is meestal wel een trigger. Ze begint honderduit te vertellen over de kerk. Ik denk, alweer!
Maar deze kerk is speciaal, ze is door UNESCO erkend als wereld erfgoed. Tja, dat is dan weer iets anders.
De dame is van het dorp afkomstig maar heeft in Avignon gewoond en gewerkt. Ze is speciaal naar Audressein terug gekeerd om voor deze erkenning te ijveren. Het hele grote huis, aan de overkant van de rivier, is van de familie. Haar atelier, ze is ceramiste, ligt erachter.
Om het kort te houden, ik ga met haar mee om de Jacobs schelpen, die ze bakt, te aanschouwen. Ze verteld over haar jeugd en toont me een ‘cabane’ waar soms wel eens een pelgrim overnacht. Ervoor is een klein kapelletje gebouwd waarin haar groot-ouders, en nog andere familieleden, liggen begraven. Dit is grenzend aan de begraafplaats van de kerk.
Op mijn vraag of daar geen toelating moet voor gegeven worden antwoord ze laconiek, mijn vader was hier burgemeester.
Wel heeft ze de stempels van de Jacobs gemeenschap bij zich en tamponeert er twee in mijn boekje. En ik moet zeggen, ze zijn prachtig en speciaal. Ik vraag of ze haar naam eronder wil noteren. Blijkt ze Geneviève PIC te noemen.
Wat een toeval weeral, een half uurtje eerder heb ik de uitdrukking leren kennen. Ze kon er best mee lachen.
Nog twee ontmoetingen die bij blijven. Een clochard is met vier honden op pad is, wel richting Carcassonne. Of het niet koud was deze nacht? Maar nee, ik heb gezelschap hé.
De tweede was een oude man. Hij stak de baan over om de gemeente berichten te bekijken in verband met een referendum. Dit werd gehouden, vorige week, om te zien wat de bevolking dacht om 4 gemeenten samen te laten smelten. Van het aantal uitgebrachte stemmen waren er 64 nee en 65 ja. Hij was het met me eens dat dit meer problemen meebracht dan oploste. Quelle bagarre!
Plots gaat de telefoon op mijn kamer. Ik ben gelogeerd in de Auberge de l’Isard en de patron vraagt of ik nog wens te eten. Blijkbaar heb ik me vergist, het is 7u voor het avondmaal en niet een half uurtje later. De eerste pelgrim die in slaap valt voor het eten is hier niet vreemd.
En toegegeven, ik voel me best moe. De afstand is er uiteraard, ook de vele hoogtemeters doen hun duit in het zakje.
Nochtans is er nog niet veel gerust. Eerst de was gedaan zodat die tegen morgen droog is, zal zeker lukken, de chauffage geeft al warmte.
De blog op orde brengen, nu er optimaal internet is, duurt wel een hele poos.
Ik hoop dat alles nu op orde staat zodat het terug lees- en zichtbaar is geworden. Dit berichtje nog afwerken, foto’s zoeken en naar bed.
Morgen is het niet zo ver, de regen kan het best onaangenaam maken tot Juzet-d’Izaut op de glibberige paden. De afspraak is al gemaakt.
De ‘twee’ zijn hier ook gelogeerd en zullen verder trekken. Ik heb Alain zijn voeten eens bekeken, dat zalfje helpt schijnbaar toch niet zo goed. Ik zie al ‘pansemant’ aan de zijkant verschijnen. Ik heb hem ander schoeisel aangeraden.
A bientôt
Hugo
Foto’s: Goedemorgen; Carrière de Marbre Grand Antique D’Aubert, marmer gebruikt in Rome, Tarbes, Marseille en het graf van Napoleon; Even op adem komen, letterlijk en figuurlijk; Mairie van Arrout; Eén van de vele schetsen; Unesco erfgoed; Tramesaygues, kerk tussen twee rivieren in het patois; Rustig aan; Heel klein en heel fijn.
Zeer vroeg op, want hele trip voor de boeg. Alles stond al klaar, enkel mijn kledij op het droogrek was nog vochtig. Dus zomaar inpakken en om 06u30 op pad. Nog even gedag gezegd aan Rob, die vertrekt later, zijn tocht is maar 14km.
Mijn vier laagjes waren nodig, het was koud en vochtig.
In Le Mas-DAzil bleek het feestdag te zijn, wel niet specifiek voor 1 mei. Mijn hoofd voelde koud, mijn hoed nog nat, en er lagen beretten op de markt. Dus, vanaf nu loop ik rond met een Franse Beret. Verder werden er dieren gekeurd en verkocht, landbouwmaterieel voorgesteld én oude tractoren geshowd.
Ondertussen was ik al twee maal gezegend geweest, een koffie deed deugd.
Iets voorbij LMDA kom ik aan iets uniek, les Grottes Préhistorique. Indrukwekkend! Hier moet ik nog eens voor terug komen.
Rond de middag passeer ik een bakker die nog even open is. Een broodje met jambon gaat er vlot in, ik ben pas buiten of wordt het bordje gedraaid, just optijd! En verder gaat het, met regelmatig een streepje zon en een geut water.
Al bij al zijn de kilometers goed verteerd.
In St-Lizier had ik afgesproken met Cécile, van het bureau doffice, dat de sleutel kon opgehaald worden in de bloempot. En en effet, in een plastiek zak zat een envelop gericht aan Hugo Van . Belgium. Hierin een sleutel en de beschrijving hoe ik La Halte Jacquaire kon bereiken. En de twee Réuniosten zaten er ook al. Alain nog steeds met bleinen, maar met mijn zalf, die hij niet meer terug geeft, is het al veel beter.
Ondertussen is het kouder geworden en ziet de lucht er dreigend uit. Zoals gisteren is er onweer op komst maar zal het vannacht uitklaren met negatieve temperaturen tot gevolg. We zitten binnen en warm!
Grtjs
Hugo
Fotos: Foire in Le Mas-DAzil; Iemand een schaap?; Of een Paard?; Oldtimer Mc Kormick; Niet bekend, Louis?; Grotte; Ingang voor mij, uitgang voor de rivier; Chemin de Croix de Reynaude, de derde die ik in Frankrijk zie; Enveloppe in de bloempot.
Het zag er niet echt schitterend uit deze morgen toen ik door het dakraam keek. De bergen waren onzichtbaar, niks abnormaals in deze regio. Maar de wind kwam uit de verkeerde richting. Het bleef echter over, au contraire, het werd beter bij het naderen van Pamiers.
In dit stadje even rond gedwaald en vastgesteld dat het probleem van de kleine zelfstandige winkeliers hier krak hetzelfde is als bij ons. Te koop, te huur, vuile vitrines is wat je ziet in de winkelstraat.
Rob, de noorderbuur, kwam ik daar terug tegen, juist aan de Spar. Een baguette, wat paté en een half litertje melk, we konden weer een dag verder.
Rob vertelde dat hij niet zo vlug stapt en me daarom voorop liet lopen. Nochtans kwamen we samen aan in Pamiers, een sluipweg genomen?
Voor de rest van de dag heb ik hem niet meer gezien.
Na de stad volg je even de rivier alvorens aan het echte werk te beginnen. En het is het echte werk. Zeker nadat het gisteren zo overvloedig had geregend lagen de paden er glibberig bij. Na een driekwartier kwam je boven (van 292 naar 435 meter hoogte over een afstand van ongeveer 500m) en ging het over op een zacht glooiend parcour.
En dat ging goed vooruit.
Wederom echter was rob sneller ter plaatse. Hij was de weg kwijt geraakt. Met zijn zelf afgedrukt kaartje in de hand? Twee agenten hadden hem afgezet een 8 km voor Montegut. Hij kwam een tiental minuten eerder aan en bleef dus droog.
Patrick en Evelyne, waar we overnachten, wonen in een klein, overdadig versierd, huisje. Verlichting is ook in de zomer noodzakelijk. Hun hébergement telt zes plaatsen voor pélerins, we zijn maar met tweeën. Gelukkig maar, waar die acht zouden moeten zitten, zes + twee, in de keuken/salon aan een ronde tafel voor vier personen. Misschien lukt het hun wel, in de chaos vinden ze blijkbaar steeds alles terug, ook op het aanrecht.
Het eten was voortreffelijk net als de wijn. Die was afkomstig van Spanje want de drank uit de regio lag niet zo in hun smaak.
Het etensuur zelf was onfrans, om 18u30 was er al apero, zelfgemaakte uiteraard. En om 20u30 gingen we allen al onder zeil. Het word/werd dus een lange nacht.
Grtjs
Hugo
Fotos: Lampisterie, waar de olielampen werden bewaard; Voor Pamiers op de vlakke spoorweg bedding; Voetgangers alleen want geen leuning; Schooier die zelfs Nederlands begrijpt; Le berger telt zijn schaapjes; Maar weet het niet juist, 1200 et quelque chose; Bui op komst, weer nat.
Ben aangekomen in het station van Le Carlaret, iets voor drieën. Juist op tijd om de zon er te zien doorkomen. Ik zit nu 8km voor Pamier, stad die ik morgen zal bereiken als de magazijnen open zijn. De volgende dag is er waarschijnlijk niet veel te doen in Frankrijk, het zekere voor het onzekere nemen en dus inkopen doen. Niet dat het me aan veel ontbreekt.
Gisteren avond een zeer goede maaltijd gehad. Met vijven zaten we aan tafel, Marie en Jean, de twee Réunionisten en mezelf. Apo om halfacht, daarna vertellen en eten tot na tienen.
Moe maat tevreden naar bed, een vrij korte nacht, want de twee zouden al om zessen willen vertrekken.
Alain, die een grote open blein heeft opgelopen, leek nogal onzeker. Ze hebben een nogal strikte planning opgesteld, hun terugvlucht is al geboekt. En dus was er deze nacht regelmatig toilet bezoek. Om vijf uur kwam dan de bedrijvigheid van het inpakken, veel heb ik niet meer geslapen.
De enkele uurtjes diepe slaap voor twaalven zijn wel voldoende. Als ik maar rustig in bed kan blijven is het al ok.
Het gesprek met Jean en Marie aan het ontbijt ging al vlug over de blein. Voor geoefende stappers, met al vele camino’s en andere tochten op het palmares, leek het me toch raar dat Alain en Lucien sportsloefen droegen. Als je door de bossen moet lopen kan je rekenen op modder en nat gras. En dan vraag je om bleinen. Marie had gisterenavond de voet van Alain nog goed ingetapet.
Ik vrees dat met het weer van vandaag de voetreis voor het duo erop zit.
Het station van Le Carlaret is een voormalig gebouw van de NSCF, de lijn is weliswaar al opgedoekt in 1939. De sporen (en alle andere ijzerwaren) zijn verdwenen tijdens WOII. Na de ‘krieg’ was er geen geld en wellicht ook geen noodzaak meer op de verbinding te heropenen. (welke lijn weet ik niet)
De ontvangst was weer allerhartelijkst, gebak en koffie. Voor vanavond is er nog een pelgrim op komst, tussen 6 en 7 wordt die verwacht. Ik beklaag mijn kamergenoot en Noorderbuur want een halfuurtje na mijn aankomst is de regen met vlagen terug. Als ik moet kiezen, dan liever pijpenstelen dan vlagen, want dan is alles nat, ook onder de pongo.
Hopen nu maar dat de Wifi zijn werk goed doet zodat ik tegen achten, met een rustig gemoed aan den dis kan aanschuiven.
Grtjs
Hugo
oto’s: Les Réunions zijn gepakt, 06u, regen in de lucht; Best nuttig als er geen brug is; Opgelet of….; Nécropole Mérovingienne de Tabariane, in Tailhet; Eglise de Vals, préromaanse fundaties, entree doorheen de rotsen, met verdiepingen, curieuse!; Typische klokkentoren, hier in St-Amadou; Zicht op de bergen (?) vanuit mijn dakvenster.
Vandaag ging de tocht van Fanjeaux (Fanjo) naar Mirepoix. Het ging doorheen zeer variërende landschappen. Van gemengde akkerbouw en wijngaarden over enkel akkerbouw tot grasland.
Een pancarte langs de weg drukt het zo uit:
Cherchez les vignes:
Elles sont toutes à lest.
Vous êtes sur une
Frontière naturelle.
Met deze barrière wordt la calcaire beige bedoeld die hard is en het achterliggende land behoud heeft voor erosie.
We zijn ook toegekomen in het land van de Katharen.
Vandaag ook een jong koppel ontmoet. Hij kwam juist uit zijn tentje gekropen toen ik passeerde. Rond de middag kwam ik hen tegen. Ze bleken uit Sisteron afkomstig, te voet met twee grote honden, en ze zijn al meer dan 45 dagen onderweg. Dus compo bereiken zal nog wel een tijdje duren, soms leggen ze maar 15km per dag af. Vandaag zijn ze goed gelogeerd, net zoals wij drieën, ik zelf en Lucien en Alain, de twee uit Réunion.
We zijn onderdak bij een familie die zelf pelgrim zijn. Op dit moment is mevrouw, Marie, het avond eten aan het voorbereiden, het ruikt al lekker (asperges). Ook heeft ze al vele goede tips gegeven ivm aubergement.
Goed onderdak, goede verzorging, zelfs de was, en morgen in de regen fris op pad.
Net zoals gisteren is er niet veel te melden.
Deze morgen zijn mijn kamergenoten in alle stilte vertrokken. Rond vijf uur zijn ze opgestaan maar daarna heb ik niks meer gehoord.
Rond halfzeven was het mijn beurt. Stilte was het niet er meer bij, de kinderen in dezelfde gang waren al op volle toeren.
De zon scheen volop maar de temperatuur was flink gedaald, amper 6°c.
Met de windjak en de lange pijpen dan maar op pad. Al vrij snel verdwenen jak en pijp.
De planning was door te stappen tot Fanjeux, een meer dan dikke dertig kilometers. En alles is verlopen zoals gedacht. Vermoeid ben ik wel, de laatste twee uren ging het gestaag bergop. Je ziet het einddoel van de dag liggen maar ervoor ligt nog een prachtig dal, ewel dan moette daarop.
De dag zit erop, ik ben rond halfzes aangekomen in het Couvent Saint-Dominique. Het is wel even anders dan gisteren, een donker gebouw, een piepklein kamertje en geen lakens op de bedden. Idem voor de handdoek en dat voor twee euro meer.
Ondertussen is de zon verdwenen, deze nacht verwacht ik onweer. Zal gezellig worden. Voor morgen weet ik het nog niet, beslissing na het ontbijt.
En de wind? Die was er deze morgen nog wel, gematigd en uit de andere richting, dus in de rug. En daardoor kon ik al de sneeuw op de bergen zien liggen.
Grtjs
Hugo
Foto’s: Prachtig Fris; Voilà, daarisie, de schelp; Zo gaat dat niet vooruit; Sneeuw; Alle straatjes door; Fanjeux, bijna?; Eerst hierover en; dan in een grote boog door het dal; Links in de stal zijn enkele kamers, WC en douche geïnstalleerd.
Jullie vermoeden wellicht al dat het een kort berichtje zal worden. Ik zit nu in de gemeentelijke halte Jacquaire van St-Lizier. We zitten, met de twee Réunionisten, droog en warm. Er is hier ook warme drank en wat eten voorzien, zelf klaar te maken. Er is wellicht een pitta bar open.
Ondanks 1 mei kon ik binnen, Cécile van het OFDT, had de sleutel en de nodige info in een envelop klaargelegd. De geheime plaats was de bloempot naast de deur van het office. En France ça va.
Zoals gisteren valt er niet zoveel te vertellen. Wel heb ik even gesproken met een man uit Toulouse. Volgens hem is het klimaat vergelijkbaar met dat van Narbonne/Carcassonne maar zonder die wind. Le vent tourne fou was zijn kommentaar.
Zot ben ik nog niet, wel flink uitgewaaid. Maar desalniettemin (daar is het weer) zit ik nu in Carcassonne. Meer bepaald in Notre Dame de LAbbaye. Een oud gebouw maar heel mooi gerenoveerd. Ik zit nu op het goede spoor, dat van de Saint-Jacques. En dat loopt perfect samen met de VPPY.
Aan de acceuil is me een lijst van Haltes SJ overhandigd. In de guide zijn de prijzen voor overnachting en eventueel dîner (groot en klein) genoteerd.
Hier in Carcassonne is het 25,30 voor het totale pakket. Wel wordt aangeraden om dagelijks te telefonisch te reserveren. Heel veel bedden zijn er niet overal voorzien, meestal zoiets van 5 à 10.
Ik kijk nu uit op de Cité. De stad zelf ligt grotendeels aan de linkeroever van de Aude. Van hieruit is dat de overkant.
Veel zin om nog buiten te komen is er niet meer, de wind heeft me afgemat.
Morgen om 07u30 ontbijt en dan via de stad op weg naar Montréal (dAude). Wel ravitaillering voorzien, dit kan ter plaatse ingekocht worden.
Grtjs
Hugo
Fotos: Frisse morgen, 13°c en Wind; VW in Frankrijk; Aude; Ik sta op de LO; Le Vieux Pont; Ultreia; Kloostertuin; Kijk door de bomen
Vandaag valt er niet zoveel te vertellen, de wind overstemd alles. Blijkbaar is dit hier normaal, windsnelheden tussen 25 en 41 km/u zijn toch niet min. Beaufort spreekt van matig tot vrij krachtig en vermeld bij waarneming : bladeren van bomen ruisen, kleine bomen bewegen, gekuifde golven op meren en kanalen, vuilnisbakken waaien om, containers kunnen niet worden afgezet op terminals. Een hele dag tegen de wind in vechten, het maakt je sterk en je zweet niet zo erg. Wel 5 keer zonne crème gesmeerd. Want het weer blijft schitterend, idem voor donderdag en vrijdag. Morgen zal ik, als alles meezit, Carcassonne bereiken.
Vandaag vroeg gestart en de kanalen gevolgd. Zo rond de middag kijk ik toch maar eens op de kaart en stel vast dat Narbonne nog niet zo ver verwijderd ligt. Nochtans staan er dan al meer dan twintig op de teller. En dat Canal du Midi loopt nog een flink stuk van Carcassonne weg. Dus, na Roubia besluit ik om toch maar iets direkter te lopen, weliswaar over een minder idyllisch pad, tistezeggen, de baan.
En zo zit ik in Lezignan-Corbières, in hotel Le Tournedos. Prijselijk gedoe met uitstekende keuken, kan geen pap meer zeggen.
Morgen staat er dan nog een heel flink trippeke op de agenda, ongeveer 36km. Moet nog wel kunnen, de training van enkele weken terug werpt zijn vruchten af.
En dan begint de eigenlijke camino, door eerst te overnachten bij de nonnen.
In Paraza, een klein dorp op een helling aan het kanaal van het midden, loop ik over de brug om water te vragen. De man zegt dat er boven in het dorp een openbaar toilet is met alles op en aan. Vermits ik dan toch boven ben loop ik verder tot ik een zitbank aantref.
Hier kan ik mijn schoenen eens van de binnen kant kuisen, er zit nogal wat vuil in. Buiten wat stokjes en steentjes tref ik ook slakken aan. In het hoge gras, de paden worden niet algemeen onderhouden, hangen deze slijmschaatsen aan struiken en grassen. Ik wist niet dat de huisjes van deze diertjes zo hard waren.
Op de bank zit een oude man. Hij is afkomstig van de LOT en zegt eigenlijk het allernoodzakelijkste als antwoord op mijn vragen. Dat er veel wind is? Klopt! Is dit normaal? Ja! Is het nog ver naar Carcassonne? 100km!
Ik ga via een klein straatje terug de berg af en passeer de kerk. De deur staat open en ik treed binnen (effekens maar hoor).
Een werkman komt me tegemoet en geeft ongevraagd een beetje uitleg. Hij repareert de marmeren doopvont en enkele pleisterlagen die zijn afgevallen. Ook dit schilderwerk neemt hij voor zijn rekening. Het marmer komt van de Caunes-Minervois, niet van Carrara, zei hij fier. Deze groeven liggen in de Montagne Noir.
Toen ik wilde buiten gaan ging hij verder met erop te wijzen dat de kerk heel oud is, maar eigenlijk ook vrij jong. Oorspronkelijk was de kerk beneden gesitueerd maar door de aanleg van het Canal du Midi werd ze afgebroken en opnieuw heropgebouwd met de ‘originele stenen’ op de plaats waar ze nu staat.
Op mijn vraag of Carcassonne nog ver ligt aarzelt hij even. Hij schat zo'n 35 à 40 km. Als ik nog een tiental paaltjes doe ben ik morgen daar.
Zo weeral wat bijgeleerd.
Grtjs
Hugo
Foto’s: Canal de la Robine voorbij Narbonne; Domaine de Pardeilhan; Een half uur later, zelfde domein; Hier voedt de Aude het canal, alvorens de barage te nemen; Eigenlijk buiten gebruik, toch te nemen om de overkant, en het canal de Jonction, te bereiken. Ondanks het roest is deze klinknagel brug nog intact; Mooie gelegen zaat, pech als er een schip door de sluis moet; Enkele plezier vaartuigen tegen gekomen op de Midi, traag en stil, allemaal in de verhuur; Helikopter of Libelle?; Spaanse invloeden, ik lig wel in de Tournedos.