Beste Lezers,
De blog is bijgewerkt, dat wil zeggen dat ik goed toegang heb tot het wereldwijde net. Ik schrik zelf een beetje als ik het kaartje bekijk. Het gaat goed vooruit.
Deze morgen zijn de twee zoals gewoonlijk iets voor vijven opgestaan om pas om 6u15 te vertrekken. Net zoals bij mij gaat het richting St-Lary, waar ik tegen vieren aankwam. Weeral op tijd vóór de regen. Voor de rest was het deze morgen flink koud, vier laagjes en lange pijpen. Maar het werd een prachtige dag. Steeds dichter en duidelijker komen de besneeuwde bergtoppen in zicht.
Een beenhouwer in de sjieke buitenwijk van Saint-Lizier had ook broodjes met kaas en spek, dus eten was verzekerd. Anders was er nog een homp brood van gisteren in reserve. Nu kwam daar nog een droge worst bij, voldoende tot vanavond.
In Arrout bereikte ik tegelijkertijd met een dame de kerk. ‘Au pic du moment’, zoals ze het zei. Ze had me zien passeren en vliegensvlug in haar auto gesprongen om de kerk te kunnen openen. Pelgrims zijn daar altijd in geïnteresseerd, nietwaar.
Vol trots vertelde ze over de geschiedenis van het gebouw, waar in een annex, het restant van de oude toegangsdeur van de kapel nog te zien is. Die kapel was ongeveer duizend jaar oud, dus die toegang ook. Over de houten vloer troonde ze me mee naar een tafeltje waarop drie dikke farden lagen. Hierin zaten honderden tekeningen van een oud burgemeester die verscheidene Jacobs routes had gelopen en van elk kerkje een bijzonder mooie schets had gemaakt. Een schilderij/tekening, die enkele pelgrims voorstelden, sloot het bezoek af. Jammer genoeg ben ik het gulden boek vergeten tekenen. Zal ik doen bij een volgende doortocht.
Enkele kilometers verder, in Audressein, geven de twee kerk klokken een serenade. Niet ter mijner ere, wel omdat het twaalf uur is. Aan de brug, die ik niet over moet, ontmoet ik een dame op de fiets. Ze spreekt me aan, over pelgrims, van waar komt ge en waar gaat ge naartoe. Compo is meestal wel een trigger. Ze begint honderduit te vertellen over de kerk. Ik denk, alweer!
Maar deze kerk is speciaal, ze is door UNESCO erkend als wereld erfgoed. Tja, dat is dan weer iets anders.
De dame is van het dorp afkomstig maar heeft in Avignon gewoond en gewerkt. Ze is speciaal naar Audressein terug gekeerd om voor deze erkenning te ijveren. Het hele grote huis, aan de overkant van de rivier, is van de familie. Haar atelier, ze is ceramiste, ligt erachter.
Om het kort te houden, ik ga met haar mee om de Jacobs schelpen, die ze bakt, te aanschouwen. Ze verteld over haar jeugd en toont me een ‘cabane’ waar soms wel eens een pelgrim overnacht. Ervoor is een klein kapelletje gebouwd waarin haar groot-ouders, en nog andere familieleden, liggen begraven. Dit is grenzend aan de begraafplaats van de kerk.
Op mijn vraag of daar geen toelating moet voor gegeven worden antwoord ze laconiek, mijn vader was hier burgemeester.
Wel heeft ze de stempels van de Jacobs gemeenschap bij zich en tamponeert er twee in mijn boekje. En ik moet zeggen, ze zijn prachtig en speciaal. Ik vraag of ze haar naam eronder wil noteren. Blijkt ze Geneviève PIC te noemen.
Wat een toeval weeral, een half uurtje eerder heb ik de uitdrukking leren kennen. Ze kon er best mee lachen.
Nog twee ontmoetingen die bij blijven. Een clochard is met vier honden op pad is, wel richting Carcassonne. Of het niet koud was deze nacht? Maar nee, ik heb gezelschap hé.
De tweede was een oude man. Hij stak de baan over om de gemeente berichten te bekijken in verband met een referendum. Dit werd gehouden, vorige week, om te zien wat de bevolking dacht om 4 gemeenten samen te laten smelten. Van het aantal uitgebrachte stemmen waren er 64 nee en 65 ja. Hij was het met me eens dat dit meer problemen meebracht dan oploste. Quelle bagarre!
Plots gaat de telefoon op mijn kamer. Ik ben gelogeerd in de Auberge de l’Isard en de patron vraagt of ik nog wens te eten. Blijkbaar heb ik me vergist, het is 7u voor het avondmaal en niet een half uurtje later. De eerste pelgrim die in slaap valt voor het eten is hier niet vreemd.
En toegegeven, ik voel me best moe. De afstand is er uiteraard, ook de vele hoogtemeters doen hun duit in het zakje.
Nochtans is er nog niet veel gerust. Eerst de was gedaan zodat die tegen morgen droog is, zal zeker lukken, de chauffage geeft al warmte.
De blog op orde brengen, nu er optimaal internet is, duurt wel een hele poos.
Ik hoop dat alles nu op orde staat zodat het terug lees- en zichtbaar is geworden. Dit berichtje nog afwerken, foto’s zoeken en naar bed.
Morgen is het niet zo ver, de regen kan het best onaangenaam maken tot Juzet-d’Izaut op de glibberige paden. De afspraak is al gemaakt.
De ‘twee’ zijn hier ook gelogeerd en zullen verder trekken. Ik heb Alain zijn voeten eens bekeken, dat zalfje helpt schijnbaar toch niet zo goed. Ik zie al ‘pansemant’ aan de zijkant verschijnen. Ik heb hem ander schoeisel aangeraden.
A bientôt
Hugo
Foto’s: Goedemorgen; Carrière de Marbre Grand Antique D’Aubert, marmer gebruikt in Rome, Tarbes, Marseille en het graf van Napoleon; Even op adem komen, letterlijk en figuurlijk; Mairie van Arrout; Eén van de vele schetsen; Unesco erfgoed; Tramesaygues, kerk tussen twee rivieren in het patois; Rustig aan; Heel klein en heel fijn.








|