Fietsknooppunten:
54-56-83-81-70-1-71-54-56 = 19 km.
Parkeren
Pastoor van Breugelstraat 45. Bosschenhoofd.
Vrijdag
20 april 2018. Het is prachtig weer en dat zou voor het hele weekend zo zijn.
Om 10:00u duidt de boordcomputer van de auto al 24°C aan. Dat is dan nog in de
schaduw. Met de wagen rijden we noordwaarts. Eens over de grens van Nederland
belanden we in de provincie Noord-Brabant met als hoofdstad 's Hertogenbosch.
Onze bestemming, Bosschenhoofd, is slechts een half uur rijden. Peace of cake
dus. Nog verder naar het noorden rijden we het dorp binnen dat een gemeenschap
in de gemeente Halderberge is. De gemeente wordt omringd door landbouwgronden
op heide ontginning. We plaatsen de auto op de private parking van Hotel Golden
Tulip De Reiskoffer. Een viersterrenhotel met 56 kamers en 12 vergaderzalen.
In de omgebouwde kapel wordt het ontbijt gereserveerd. Dit hotel wordt onze
overnachtingslocatie voor twee nachten. Bij de incheckbalie worden we zoals
steeds vriendelijk ontvangen. We krijgen nog folders toegestopt over de
naburige dorpen en steden. Het is te vroeg om onze intrek te nemen en we
besluiten een kleine fietstocht te ondernemen naar Oudenbosch. We hebben onze
eigen fietsen meegebracht op het draagrek achteraan de auto, maar je kan hier
ook fietsen huren. Straks kunnen we onze fietsen hier stallen en de batterijen
eventueel opladen.
Om
knooppunt 56 te volgen houden we het hotel rechts van ons en even verder moeten
we al onmiddellijk rechtsaf. Net buiten het centrum van Bosschenhoofd worden we
meteen opgeslokt door groene natuur. De bossen nodigen tevens uit voor een
uitdagende wandeling. Niet alle bomen staan in volle bloei maar toch snuiven we
de geur op van het jonge groen van de verschillende loofboomsoorten. Sommige
bomen verbergen mooie villa's waarvan we slechts de enorme grote voortuin mogen
zien. Het is nog te vroeg in het seizoen om van kleurige bloemen en planten te
spreken. De kruinen van de bomen, aan weerszijden van ons pad, zijn zo in
elkaar gegroeid dat ze amper zonlicht doorlaten. We genieten van de zang van
verschillende vogels. We fietsen op een smalle baan die betegeld is met klinkers.
Het is geen asfalt, maar toch aangenamer om op te fietsen dan oude kasseien.
Na
knooppunt 56 fietsen we langs het Park Bosbad Hoeven 'Molecaten' waar waterpret
verzekerd is. Je kan hier huren of kamperen in een bosrijke omgeving. Een
ideale vakantiebestemming voor gezinnen met kleine kinderen en tieners. In het
voor- en najaar is het voor de rustzoekers een heerlijke uitvalsbasis voor
fiets- en wandelroutes door een Bourgondisch Brabant. Een rustbank in de buurt
nodigt ons uit om te picknicken. Met zelfgemaakte boterhammen en een thermos
koffie genieten we volop van de natuurgeluiden. We snuiven de zoete bosgeur op.
Daarna fietsen we verder en rijden voorbij een stuk landschap met een hoge
betonnen toren. Het lijkt op een oude watertoren waarvan men het reservoir
heeft verwijderd. In de buurt, achter de huizen en tussen het vele groen
bevindt zich het caravan- en chaletpark 'De Haspel'. Het domein heeft een
oppervlakte van ongeveer 2,5 hectare. Rust en comfort verzekerd. Bij de rotonde
tussen de Bosschendijk (straat) werden een serie van zestien silhouetten
tentoongesteld met de naam 'De Stoet'. Een werk van beeldend kunstenaar Léon
Vermunt dat werd onthuld in 2005. De figuren die achter elkaar een stoet vormen
op de rotonde verwijzen naar karakteristieke elementen van Oudenbosch, zoals
o.a. de kwekerijen, het verenigingsleven, het rijke religieuze leven en ook
bijvoorbeeld de Zouaaf dat nog steeds bepalend is voor het beeld van
Oudenbosch.
Knooppunt
83 brengt ons in het centrum van Oudenbosch waar we geen knooppuntenbordje meer
vinden. Een zorg voor straks. Een belangrijke pijler in Oudenbosch is het
cultureel erfgoed. De gemeente heeft een bijzonder religieus verleden, waarin
de Basiliek van H. H. Agatha en Barbara een hoofdrol vertolkt. Maar er zijn
meer monumentale gebouwen en kunstvoorwerpen die onze aandacht opeisen. Om te
beginnen houden we halt bij de gemeentelijke begraafplaats van Oudenbosch.
Naast de ingang werd op 15 augustus 1922 het Heilig Hart van Jezus geplaatst in
het midden van een halfronde muur. Bovenop de gemetselde muur werd een
neobarokke boog in natuursteen geplaatst die nauw aansluit op de architectuur
van de basiliek. Voor het beeld is een hekwerk aangebracht. Naast de ingang
laat een bordje de bezoeker weten dat op de begraafplaats Nederlandse
Strijdkrachten begraven liggen. We parkeren onze fietsen bij de ingang. De
rooms katholieke begraafplaats is in gebruik vanaf 1440. De meeste zerken zijn
echter niet ouder dan 150 jaar. Opvallend is het praalgraf van pastoor W.
Hellemons. Het graf van de huisarts, dokter Huijsmans, is voorzien van een
beeld van de barmhartige Samaritaan. Het witte kapelletje van de Heilige
Barbara en Heilige Agatha werd in 1894 opgericht met stenen van de in 1892
gesloopte toren van de oude parochiekerk. De kapel is open en we bewonderen het
interieur. De vele stoelen voor het altaar doen vermoeden dat hier nog diensten
worden opgedragen. Alles wordt mooi onderhouden. We wandelen verder langs een aantal
uitbundige grafmonumenten en praalgraven. Rond de Calvarieberg werden de
pastoors en priesters begraven. Bij het monument van de Nederlandse
Strijdkrachten werden vooraan twee plaquettes met tekst gelegd. Dit monument
brengt hulde aan de slachtoffers van de oorlog in Nederlands-Indië 1942-1945.
Oudenbosch bleef tijdens de Tweede Wereldoorlog van grote rampen gespaard.
Zonder bloedvergieten en zonder verwoestingen werd de gemeente op 30 oktober
1944 bevrijd. We verlaten de gemeentelijke begraafplaats en wandelen met de
fiets aan de hand naar rechts. Het grote kruis op de groene koepel van de
basiliek toornt boven de bebouwing uit en leidt ons de weg.
De
voorgevel van het voormalige klooster 'Sint-Anna Pensionaat' is nu onderdeel
van het nieuwe gemeentehuis dat opzij nieuw werd aangebouwd. Het klooster Sint
Anna werd gesticht in 1836 in opdracht van de zusters van Sint Anna met school
en weeshuis. Boven de hoofdingang aan de Markt staat een tufstenen beeld van
Sint Anna met Maria. Op de hoek van de Sint Annastraat is een St.
Franciscusbeeld uitgehouwen. In 1925 en 1936 volgden nog uitbreidingen. Het dak
is in 1959 voorzien van dakkapellen, zodat er slaapkamers gemaakt konden worden
voor de zusters. Er rest nog slechts één gebouw uit 1890. De rest werd afgebroken.
In 1994 verlieten de laatste zusters het gebouw. Het complex werd gerenoveerd
en kreeg tot 2008 een nieuwe bestemming als raadzaal en gemeentehuis.
Tussen het pensionaat en de Basiliek, aan Markt 61, staat de
voormalige kloosterkapel van het Sint-Annainstituut.
De Oudenbossche architect J. Speet heeft de kapel in 1888 gebouwd.
De kapel werd het jaar daarop ingewijd. In 1926 en 1936 zijn de zijgalerijen
verhoogd. In 1965 werd de kapel nog geheel gemoderniseerd. Vervolgens werd in
1995 het kloostercomplex verbouwd tot gemeentehuis waarbij de kapel horizontaal
gesplitst werd door het aanbrengen van een verdiepingsvloer. De begane grond
wordt als bibliotheek gebruikt.
We zijn wat te vroeg, de deuren van de Basiliek gaan eerst weer open om
13:00u. We worden toch al overweldigd door de immense afmetingen van de
voorgevel van het gebedsgebouw. De basiliek is nochtans zestien keer kleiner
dan haar grote broer in Rome. Het wapen van de paus
en van de basiliek sieren de voorgevel. In de blakende zon
wandelen we dan naar het Jezuïetenplein, aan de overzijde, van de straat waar
een zonnig terras uitnodigend wacht voor een hapje en een drankje.
We hebben zicht op Sterrenwacht Tivoli, het voormalig Volkssterrenwacht Simon
Stevin, dat opgericht werd in 1961, en gevestigd is in
het voormalige Jezuïetenklooster. Tien jaar later verhuisde de sterrenwacht
naar de Bovenstraat in Hoeven wegens de grote belangstelling die duurde tot de
jaren negentig. In 1994 werd de nieuwbouw plechtig geopend door koningin
Beatrix. Het recreatiegebied 'Molecaten' nam de sterrenwacht over. In juli 2008
werden echter de deuren gesloten omdat er geen interesse meer was. Nu, ruim 50
jaar na het vertrek van de Sterrenwacht Simon Stevin uit Oudenbosch naar
Hoeven, is in 2013 besloten om de sterrenwacht opnieuw te openen in het
voormalige klooster onder de naam 'Tivoli'.
Na onze verfrissing worden we in de basiliek van de Heiligen Agatha en Barbara vriendelijk ontvangen
door de plaatselijke gids. Toen hij hoorde dat we van België waren stond hij
erop om ons te gidsen. Het initiatief tot het bouwen van deze Romeinse kerk
werd genomen door Willem Hellemons. Hij
was pastoor van 1842 tot 1884 en had een voorliefde voor de paus en de stad
Rome, omdat hij daar vanwege zijn studie jarenlang had gewoond. De kerk werd
tussen 1865
en 1892
gebouwd naar een ontwerp van twee Romeinse kerken. De koepel is
een verkleinde kopie van de Sint-Pietersbasiliek en de voorgevel is een kopie
van de Sint-Jan van Lateranen in Rome. De inhoud van de kerk is 16 keer kleiner
dan de St. Pieter in Rome. De kerk kreeg in 1912 de rang van 'Basiliek'. In de
loop der jaren raakte het gebouw zodanig in verval dat aangrijpende maatregelen
noodzakelijk waren. De werkzaamheden zijn in 1959 begonnen en na jarenlange
arbeid in 1987 voltooid. Het duurde lang maar het resultaat mag gezien worden.
De koepel heeft een middellijn van 22 meter en begint op een hoogte van 28
meter. Voor moedige mensen is het mogelijk om na de beklimming van 140 treden
de indrukwekkende koepel te bezichtigen met uniek uitzicht over de omgeving. In
2006 heeft een grote verbouwing van de crypte plaatsgevonden. Alle lokalen
werden nu met elkaar verbonden. De winkel heeft nu de beschikking over drie
aaneengesloten lokalen en daarnaast ligt het museum met unieke, kostbare
liturgische gebruiksvoorwerpen. Muren hebben prachtige schilderwerken van
Cornelis Raaymakers. Vakmannen imiteerden marmer op muren en pilaren. Het is
niet van echt te onderscheiden. Onze foto's spreken voor zich.
Het Zouavenmonument, voor de Basiliek, stamt uit 1911. Het stelt Paus Pius IX voor met aan zijn
voeten een stervend lid van de Pauselijke Zoeaven. Eind negentiende eeuw
richtte Paus Pius IX een internationaal vrijwilligersleger op, ter verdediging
van het pauselijk rijk. De vrijwilligers werden 'Zouaven' genoemd. Oudenbosch
vormde in de jaren 1864-1870 het verzamelpunt voor de Nederlandse Zouaven.
Links van de Basiliek werd een beeldengroep op een sokkel geplaatst. Een
plaquette vermeld: 'Ter dankbare herinnering aan de Eerwaarde Zusters van Sint
Anna en Eerwaarde Broeders van Sint Louis voor hun begeleiding van de jeugd
sinds 1838.'
Tegenover de Basiliek bevind zich de ingang van de Botanische
Tuin 'Arboretum Oudenbosch', een voormalige kloostertuin. De rijke historie van
de tuin is begonnen toen in 1835 de Latijnse School naar het terrein van het
huidige arboretum verhuisde. In 1987 is men begonnen met de inrichting en
collectievorming van het gebied tot een botanische tuin. De ingang is gevestigd
in de voormalige bakkerij van het klooster. We wandelen rond in de tuin aan de
achterzijde van 'Restaurant Tivoli'. Het gebouw behoorde tot de congregatie van
de Broeders van Saint Louis. Ze verkochten in 1982 hun tuin voor een symbolisch
bedrag aan de gemeente Oudenbosch. De broeders deden dit op voorwaarde dat het
terrein onbebouwd zou blijven en de grote tuin voor de inwoners van Oudenbosch
open zou worden gesteld. Een namaak Lourdesgrot, waar Bernadette Maria zag
verschijnen. Het heeft iets nostalgisch. Het Heilig Hartbeeld en de
schaatsvijver laten nog altijd de oorspronkelijke bestemming zien.
De kapeltoren van Saint-Louis steekt boven de daken van
Oudenbosch uit. Het is een baken die ons de weg wijst naar het
Saint-Louisplein. De kapel werd gebouwd van 1865 tot 1866, geïnspireerd op de Romeinse
architectuur. De voorkant is net als de Basiliek ontworpen naar het voorbeeld
van de Sint-Jan van Lateranen te Rome. Op de kroonlijst staat de tekst 'Sinite
Parvulos ad me Venire' (Laat de kinderen tot mij komen). De afwerking binnen en
buiten duurde tot ongeveer 1880. De koepel is gebouwd in 1888 tot 1889. De
lantaarn bovenop de koepel is geïnspireerd op de lantaarn van de koepel van
Sint-Pieter in Rome. De kapel wordt spijtig genoeg alleen op zondagmiddag
opengesteld voor het publiek. Het plein wordt ingesloten door het voormalig
jongensinternaat 'Instituut Saint-Louis'. Het Aloysiusgebouw,
links van de kapel, stamt uit 1850 en is gebouwd als tegenhanger van de
Vincentiusbouw, rechts, en is geïnspireerd op de Romeinse architectuur. Boven
de entree staat het opschrift 'Exemplum dedi vobis (Een voorbeeld heb ik u
gegeven). Op de Aloysiustoren staat een beeld van de H. Aloysius met in zijn
hand een verzilverde lelietak. In 1850 was dit het hoogste gebouw van het dorp.
Op de begane grond bevonden zich de refter en de grote keuken. De eerste
verdieping was in gebruik als slaapzaal. In oktober 1960 werd in de
Aloysiustoren een volkssterrenwacht ingericht door broeder Erich de Rijk. Deze
sterrenwacht verhuisde in 1965 naar het vroegere Jezuïetenklooster. Het gebouw
bleef tot 1996 in gebruik als internaat. Hierna is het gebouw verbouwd tot
appartementencomplex.
Het Vincentiusgebouw van het internaat Saint Louis is gebouwd in
1843, geïnspireerd op de Romeinse architectuur en geheel wit gepleisterd. Op de
begane grond bevonden zich lokalen. De eerste verdieping was in zijn geheel
slaapzaal. Bij de entree staan de opschriften Custodi innocentiam (bewaar de
onschuld) en Castitas ni floreat institutum pereat (als de zuiverheid niet
bloeit, zal het instituut ten onder gaan). In 1900 is de vleugel aan de
noordzijde gebouwd. In 1909 is de bouw aan de zuidzijde uitgebreid. Vanaf 1956
was hier tijdelijk de hbs gevestigd. In 1967 werd een deel van de
bovenverdieping gesloopt. Tot 2003 is het gebouw onderdeel van het internaat
geweest. In 2014 zijn er appartementen in gekomen waarbij de bovenverdieping in
stijl is herbouwd.
Tegenover de kapel bevindt zich de 'Voorbouw Saint Louis' die
gebouwd werd in 1923. De begane grond was ingericht met een entree,
ontvangstkamers en een bezoekzaal met houten wanden met daarin
glas-in-loodpanelen. Deze zaal werd 'De Box' genoemd. De twee verdiepingen
waren ingericht als slaapruimten met houten chambrettes en sanitair. De
slaapzalen werden later verbouwd tot kleinere zalen voor de jongste leerlingen en
eigen slaapkamers voor de oudere leerlingen. De voorbouw bleef tot 1996 in
gebruik als internaat. Hierna zijn er op de begane grond kantoren gekomen en op
de verdiepingen appartementen. Boven de voordeur zijn mooie tegeltableaus te
zien.
Laat me duidelijk zijn: rondom de Markt (straat) werden er
meerdere prachtige gebouwen opgetrokken die getuigen van een rijk leven. Elke
stijl vindt men hier terug. Bijvoorbeeld: het postkantoor aan Markt 42-44 is
een prachtig gebouw dat opgetrokken werd in chalet-stijl in 1899. Van deze soort
'stijl' had ik nog nooit gehoord.
Het voormalig raadhuis, aan Markt 31, werd gebouwd in 1776
als vrijheidshuis in opdracht van de schepenbank van Oudenbosch. Het is ontworpen
door architect August Canters uit Breda.
De voorgevel heeft geblokte pilasters en een hardstenen bordestrap. Tot 1972 was het een
gemeentehuis, en vanaf 1975
is het Nederlands Zouavenmuseum erin gevestigd. Hier vindt men de originele
uniformen, unieke schilderijen, kostbare vaandels, brieven, foto's, dagboeken,
souvenirs en onderscheidingen. Vanaf hier rijden we verder in de hoop een
knooppuntenbordje tegen te komen. Gelukkig is dat ook zo.
We wijken even af van ons fietsknooppunt en draaien de
Fenkelstraat in. Bij de plaatselijke bakker kopen we enkele koffiekoeken die we
op een zitbank heerlijk laten smaken. Het huisnummer 26, in deze straat, is een
herenhuis dat gebouwd werd in 1562. Het huis is meermalen hersteld en verbouwd.
Vanaf het Twaalfjarig bestand (1609) tot de vrede van Munster (1648) vonden in
dit pand Protestantse Erediensten plaats. In het laatste jaar namen de
Protestanten de Rooms Katholieke kerk en pastorie over. Vanaf dat moment werd
dit representatieve pand door verschillende notabelen bewoond. In 1750 werd het
eigendom van de abdij van Sint-Bernaerts en bestemt tot woning van de pastoor.
In 1798 vervielen alle eigendommen van de abdij aan de Staat waarna de pastoor
en kapelaans in 1804 met geweld uit het pand werden gezet. De Katholieken
kregen hun oude kerk en pastorie terug en de Protestanten kregen de eigendom
over dit pand. In 1809 schonk koning Lodewijk Napoleon bij een bezoek aan
Oudenbosch een som geld waarmee in 1819 in de aangrenzende tuin een nieuwe kerk
werd gebouwd. Het gebouw is sinds 1819 hoofdzakelijk in gebruik als pastorie.
Bij
knooppunt 81 verlaten we Oudenbosch en slaan linksaf. We fietsen weer terug
tussen de groene natuur over een asfaltweg. Een picknicktafel nodigt uit om
even te verpozen. Weilanden en boomgaarden worden afgewisseld met prachtige
woningen die ooit boerderijen geweest zijn. De eeuwenoude boerderijen
herinneren aan de tijd dat het boerenleven het karakter bepaalde. We vervolgen
onze tocht tussen akkers en weilanden, over smalle paadjes en dan weer over
fraaie dreven. De talrijke akkers liggen in grote, aaneengesloten, complexen
bij elkaar.
In
de Langenbergsestraat fietsen we langs bomenrijen met een palet aan
verschillende kleuren. Grote dennen wisselen af met statige loofboomsoorten. In
een siertuin staat een eenzame treurwilg. De zijbermen tonen prachtige kleuren
van wilde bloemen. Het hoge gras, verderop, verbergt een sloot langsheen ons
traject. We fietsen op het grondgebied van Oud Gestel in Noord-Brabant. Langs
de Oude Roosendaalsebaan ligt een lang stuk spoorweg dat doodloopt op een
buffer. Hopelijk is de machinist ervan op de hoogte. We bereiken knooppunt 1.
We
draaien af in de Nieuwenberg. Rechts is een afgespannen dennenbos en links zijn
er hectaren landbouwgronden. Groen en nogmaals groen. We geven de ogen de kost.
Het is een smal asfalt pad waar we op fietsen. In de Sint Maartenstraat rijden
we al door het gebied van Zegge. Eens in de woonkern van Rucphen wordt
landbouwgrond omheind en grazen er koeien waarvan sommigen in het zonnetje
liggen te herkauwen. Het landschap is prachtig als de zon schijnt. Moest hier
een strakke wind waaien en de regen met bakken uit de lucht vallen zouden we
vloeken, ketteren, zeuren en klagen. Alhoewel dat niet helpt. In de Lage
Zegstraat zien we links de spitse kerktoren boven de daken van het dorp Zegge
uitsteken. Op het eind van de straat is ons knooppunt.
Linksaf
fietsen we naar het centrum van Zegge waarvan we de charme gaan ontdekken. Het
is een feit dat de knooppuntenborden ons langs de mooiste plekjes van de regio
stuurt. We rijden door de O-L-Vrouwestraat met prachtige vrijstaande woningen
met sierlijke voortuintjes. Bij de kerk houden we halt. De Heilige Maria
Boodschapkerk en de naastgelegen pastorie werden gebouwd in 1911-1912. Bij de
kerk werd in 1924 een Heilig Hartbeeld geplaatst. In 1944 leed de kerk ernstige
schade waarbij de toren werd verwoest en de gewelven instortten. In 1958 werd
eerst alles herstelt.
De
kapel O-L-Vrouw van de Zeg, over de kerk, dateert van 1922 en vervangt een veel
oudere kapel. Zegge is een bedevaartsoord geworden door een miraculeus
Mariabeeld. Jaarlijks trekt het de kapel duizenden pelgrims. Vooral ter
afsluiting van de meimaand trekt de kapel nog duizenden pelgrims aan voor de
plechtige processie. We houden nog een sanitaire stop in Zegge waarbij we de
dorstigen laven. Daarna fietsen we verder. Eens uit het dorpscentrum leiden de
gewassen ons als een rode draad verder. De Bosschenhoofdseweg is een
kaarsrechte weg met afgebakende rode fietsstroken. De weg brengt ons terug in
Bosschenhoofd bij knooppunt 54.
Op
weg naar ons hotel staan we stil voor het voormalig Retraitehuis Seppe dat in
1912 werd geopend. Het werd bestuurd door de paters Redemptoristen en de
zusters van de Heilige Joseph. Tijdens WOII werd het gebouw gebruikt als
toevluchtsoord. Op het eind van de jaren zestig van vorige eeuw was het een
centrum van vormingswerk voor jongeren. In 1988 werden er vakantiewerken voor
gehandicapten georganiseerd. Van 1997 tot 2000 werden er asielzoekers
gehuisvest. Vanaf 2002 zijn er woningen in het hoofdgebouw en op het terrein
gebouwd.
Verderop
werd de Rooms Katholieke kerk, het Heilig Hart van Jezus in 1928 gebouwd op de
fundatie van een kleinere kerk uit 1886 in de Pagnevaartdreef 1. De kruiskerk
werd in 1944 nog door oorlogshandelingen zwaar beschadigd. In 1946 is de
huidige vorm tot stand gekomen. De laatste restauratie dateert van 2008. De
kapel van de Heilige Clemens dateert van 1952.
Het
noviciaat Sint Stanislaus is in 1954 gebouwd aan de Pastoor van Breugelstraat.
Vervolgens werd het pension 'Kuca Morava waar Joegoslavische meisjes werden
ondergebracht die als gastarbeiders werkzaam waren maar onder een streng regiem
leefden. Nu is het hotel 'Golden Tulip'. De van oorsprong Nederlandse
hotelketen Golden Tulip bestaat al sinds 1962. De hotels vindt je ondertussen
in de meeste grote steden in verschillende landen van Europa. We zijn terug ter
bestemming. Tot schrijfs. Fotos: Rina Meurs.




|