Fietsknooppunten:
94-25-26-87-88-34-33-32-58-57-56-29-13-23-22-21-20-95-94. Afstand: +/- 38km.
Woensdag 12
maart 2014. Het is 08:30u, de zon schijnt en het wordt 15° tot 17° in de
schaduw. Vervolgens beloven de weerprofeten een windkracht 2. Dat beloofd. Voor
onze fietstocht vandaag kiezen we voor de Antwerpse Kempen. Het ideale decor om
te fietsen of te wandelen. Het wordt een schitterende tocht die we zelf
uitgestippeld hebben aan de hand van het fietsknooppuntennetwerk in de Kempen. Als
we vertrekken, om 09:15u, wijst de temperatuur amper 9° aan. Het is nog fris.
Onze bestemming is Retie, Kastelsedijk 1. De GPS loodst ons op de snelweg aan de Noorderlaan
en we rijden richting Antwerpen. Na
Antwerpen-Oost draaien we de E313-E34 op, richting Eindhoven-Hasselt. Bij Ranst
is het vertraagt verkeer. Het is aanschuiven. Sinds maandag 5 augustus 2013
voert NV De Scheepvaart werken uit aan de brug van de E34 over het Albertkanaal
in Oelegem. De aannemer is
bezig met het aanpassen van de doorvaarthoogte van alle bruggen over het
Albertkanaal aan de Europese norm van 9,10 m. Op die manier kunnen er containerschepen
met vier lagen containers onder de bruggen varen en kunnen ook grotere
kustschepen het Albertkanaal gebruiken. Dat brengt uiteraard de nodige drukte
mee.
Het is
67,3km en 55 minuten rijden vanuit Ekeren, volgens Lucy, onze GPS. Om 10:30
staan we op de parking van het Prinsenpark. Er staan al enkele autos.
Waarschijnlijk van vroege wandelaars of sportieve joggers. Of mensen die hun
hond in het Domein uitlaten. Het is redelijk rustig. Met mijn 4/5 op woensdag
zou ik nog vergeten dat het vandaag een gewone werkdag is en dat de scholieren
nog achter hun lessenaars zitten. Vanmiddag wordt het beslist drukker.
Ook de wandelknooppunten
hebben hier hun intrede gedaan. In oktober 2009, enkele jaren geleden, hebben
ons Rina en ik hier in het Prinsenpark een themawandeling gemaakt. Van wandelknooppunten
was hier toen nog geen sprake. Samen maakten we die dag een verkwikkende
wandeling door de diepgroene bossen van dit bijzondere natuurgebied. Het
provinciebestuur van Antwerpen kocht domein Prinsenpark in februari 1972. Toen
nog 126 hectare groot en met de jaren uitgebreid tot 215 hectare. Het hele
gebied ademt rust en schoonheid uit. De bossen van Prinsenpark bestaan
hoofdzakelijk uit naaldhout. Maar ook het loofhout is sterk aanwezig, zoals; de
eik, beuk, berk en els.
Op onze
fiets rijden we terug naar de baan en staan we voor ons eerste knooppunt.
Knppnt 94. Aan de natuur is het nog niet te zien dat het weldra lente wordt. Hoog
in de bomen is de suskewiet aan zijn ochtend serenade bezig. De vink
(suskewiet) is een standvogel en komt in België en Nederland veelvuldig voor.
Hun zang is kort, maar is de hele dag te horen. De suskewiet wordt ook gebruikt
in de Vinkensport. Sinds 1972 mogen geen vinken meer gevangen worden, maar de vinkenhouders
mogen ze wel kweken en ze laten deelnemen aan zangwedstrijden. Ons pad slingert
zich rechts van het Provinciaal Domein. Rechts van ons fietspad strekt zich
weiland uit. De akkers liggen er nog kaal bij. Als het weer blijft zoals vandaag
kan de landbouwer beginnen met de werkzaamheden. Sporadisch kan de akkerman een
perceel bieten en de eerste uien zaaien of planten. Nu genieten we nog van verre
panoramazichten. Als we ons eerste knooppunt naderen wijst de temperatuur 12°
aan. Nog frisjes, maar we genieten van droog weer. Route 25 loopt rechtdoor.
Ons pad blijft slingeren. We fietsen alleen op ons breed fietspad. Geen enkele
tegenligger. Een haas springt dwars over het fietspad en verdwijnt in de wilde
begroeiing langs de weg. Het was lang geleden dat we dit zoogdier nog gespot
hebben. De haas lijkt op een konijn, maar is duidelijk groter. Naast het
provinciaal domein liggen de Kastelse bossen. Kleine vogels schrikken boven
onze hoofden op en vliegen snel naar een nieuwe schuilplaats. We proberen de
zang van enkele vogels te herkennen. Vooral de vink en de merel steken er boven
uit. De berk domineert hier in de regio. Hij groeit bij voorkeur in drassige
gronden. Ze groeien hier massaal aan de beken, die verwonderlijk leeg staan. Er
is nochtans de afgelopen weken veel hemelwater gevallen. De katwilg siert zijn of
haar takken met fluwelen katjes. De lange twijgen worden vaak gebruikt voor
het vlechten van manden. De takken zijn vooral gegeerd als bonenstaken. Na de
landbouwgrond is het de beurt aan weilanden. De afspanning verraad dat er
binnenkort paarden grazen. Nu staan ze nog op stal. Af en toe rijden we voorbij
een grote hoeve met erachter de vele paardenstallen. Hectaren grond eromheen.
Er hangt in de verte nog veel mist. De zon verdampt de regen van de afgelopen
weken. Vanmorgen hadden de vliegtuigen vertraging opgelopen bij het opstijgen
en landen in Zaventem door de dikke mist.
We naderen
ons volgende kruispunt. Route 87 volgen we langs een smalle betonbaan die
afgeboord is met berkenbomen. Erachter loopt een beek. De omgeving straalt rust
uit. In de verte kraait een haan. Aan knppnt 87 wijken we van onze route af. We
draaien de Brevensedijk in en rijden richting centrum Kasterlee. Op de grote
baan slaan we linksaf. We volgen de Houtumstraat, niet richting Camping. We
naderen de rivier, de Kleine Nete. Ze slingert zich door de Kempen met een
lengte van 44 km. Het seizoen is nog niet begonnen, maar de rivier is uiterst
geschikt om te kajakken. Zelfs met de kano is het een uitzonderlijke belevenis
om de Kempense landschappen op een rustige manier te bewonderen. Bij de brug
over de Kleine Nete stoppen we bij het info-bord dat Erfgoed Kasterlee hier
heeft geplaatst. Een zwart-wit foto, die dateert van 1930, toont ons een groep
jongeren die tot hun knieën in het water staan. Achteraan op de foto zien we de
woning of schuur met het waterrad. Het is de vroegere Watermolen van Brustele.
Deze watermolen is sinds 1957 uit bedrijf genomen. Als
we de Kleine Nete overgestoken zijn zien we de watermolen, met op de
achtergrond, een zeer bosrijk gebied. We
houden halt om een kijkje te nemen. Momenteel zijn er schilderwerken aan de
omheining van de vijver. Het rad is slechts te zien door twee kleine raampjes.
Het oorspronkelijk rad hangt nog aan de zijgevel, maar heeft geen functie meer.
Een kleiner moderner rad neemt het werk nu over. Langs een ijzeren hek komen we
op het terras van Hotel-restaurant-seminaries De Watermolen. Het heeft de
naam om een culinair hoogstaand te zijn. We worden vriendelijk bediend door de
gastvrouw. We hebben een tafeltje in de zon genomen. We genieten met volle
teugen van onze sanitaire stop.
Na de
watermolen rijden we naar de Keeses molen in de Geelsebaan te Kasterlee. Hier
werd eveneens een bord geplaatst door Kasterlee. De oude foto is van 1922 en
toont ons de molen bovenop de Molenberg. Oorspronkelijk was de molen van
Antwerpen-Dam, waar hij gebouwd was in 1650. Hij werd opnieuw in 1853 gebouwd
te Heist-op-den-Berg. In
november 1921 waaide een zware storm de
molen te Kasterlee omver. De familie kocht de molen van Heist en bouwde de molen hiervoor in de plaats. In 1954 werd de molen
overgebracht naar deze locatie na aandringen van de Koninklijke Vereniging voor
Natuur en Stedenschoon. In 1970 werden restauratiewerken uitgevoerd en vanaf
1980 werd de molen af en toe weer in werking gesteld. De molen is ook nu in
restauratie. Volgens het infobord tot maart 2014. Taverne Aan De Molen is een
piekfijn gerenoveerde zaak met ruime parking, vlak voor het centrum van
Kasterlee. In mei 2012 waren we hier met onze jongste zoon en schoondochter,
Edwin en Elke en de kleinkindjes Joey en Yuna. Yuna, toen net 2 jaar,
mini-golfde niet mee op het mooi onderhouden parcours. Wij amuseerden ons in de
speeltuin en de trampolines voor de kinderen. Achteraf aten we pannenkoeken a
volonté op het terras. Een leuke aangename middag.
Aan de
overzijde van de Geelsebaan bekijken we eerst de zwart-wit foto van het
vroegere Commonwealth oorlogskerkhof. De foto is een oude prentbriefkaart van
het Engels kerkhof. Toen nog met houten kruisjes, maar met heel wat meer bomen.
Een kerkhof is het nooit geweest. De bevolking noemde het zo. We betreden de
begraafplaats langs een afgeronde steektrap met in het midden een kruisbeeld. Aangelegd
in 1945 voor 97 Britse en drie Canadese soldaten die in 1944 in Geel-ten-Aart
sneuvelden. Het geheel wordt onderhouden door de Commonwealth War Graves
Commission. Het gras is net afgereden.
De houten kruisjes werden reeds lang vervangen door witte Portlandstenen
zerken, gegroepeerd in vijf rijen.
We zijn in
het centrum van Kasterlee. Een gemeente van de provincie Antwerpen op een
hoogte van 18 meter. Centraal gelegen in de Kempen tussen Geel, Turnhout en Herentals.
We maken de fietsen vast aan een fietsenrek, vlakbij een groen plein met
talrijke bomen. Het standbeeld van een ouderpaar met kind brengt hulde aan de
talrijke politieke- en burgerslachtoffers, waaronder vijf kinderen, van de
Tweede Wereldoorlog. Het monument werd in 1969 ingehuldigd. Naast het monument staat een hoog
kunstwerk in de vorm van een paddenstoel. Onderaan de hoed nog enkele kapot
geslagen lichtbakens. Het is een oude waterpomp. Bovenop heeft men bloementjes
geplant. Het is nauwelijks te zien, zo hoog is de witgekalkte waterpomp.
De Sint-Willibrorduskerkklok
slaat 12:30u. ook hier toont het info-bord een oude foto van de kerk. Op het
eerste zicht zijn er geen verschillen. Het plein ervoor was toen ook een oase
van groen met enkele kleine bomen. De waterpomp is duidelijk zichtbaar op de
voorgrond. In 1735 brandde de kerk
af. Alleen het onderste gedeelte van de westertoren uit 1531 bleef gespaard. In
1740 werd de kerk heropgebouwd. In de 19de eeuw werd ze nogmaals
herbouwd en vergroot. De toren kreeg in 1900 een nieuwe spits. De grote, mooie kerk
is afgesloten. De hoofdingang is van wit natuursteen met verschillende siertorentjes.
Het lijkt alsof de klokkentoren in het midden van de kerk gebouwd is. We maken
een ommetje rond het complex en zien dat het gezichtsbedrog is. De toren is aan
de Westzijde gebouwd. Opzij van de toren hangt het grote Christus kruis. Vanaf
deze plek vertrekken een aantal thema- en knooppuntenwandelingen.
Rechtover de
kerk, op het Marktplein, prijkt een groot monument met wapperende vlaggen van
Monseigneur Heylen. (1856-1941) De Kerkvorst Kempenzoon werd hier in
Kasterlee geboren. Hij stierf op 27 oktober 1941. Het monument is van de Vlaamse
Toeristenbond, naar aanleiding van de 100ste verjaardag van de
bisschop. Het werd ingehuldigd op 17 juni 1956. De waterpomp naast het monument
is niet dezelfde als op de oude foto. Dit hier is een robuuste arduinen blok
die de oude waterpomp moet vervangen. Ze werd onlangs nog gerestaureerd.
Links van
het plein staat het gemeentehuis. Een laag breed gebouw. Het is de voormalige
onderwijzerswoning die in 1874 verbouwd werd tot gemeentehuis. In 1995 nog
extra uitgebreid met een politie kantoor. De gedenksteen in de voorgevel is
voor Jozef De Ceuster (1864 1949). Hij was hoofdonderwijzer van deze
voormalige school. De tekst onder zijn profiel luidt: Gaf zich met liefde aan
de opvoeding van zijn volk. Voor het gebouw een klein standbeeld van
Kasterlee pompoendorp. Rond 1700 was de aardappel nog onbekend en at men nog
zijn dagelijkse portie bonen. Pompoen kende men echter al wel. De dorpsbewoners
van Kasterlee genoten op de kermis van pompoensap. Deze rage is herstart in
1990 met een pompoendag op de laatste zondag van oktober. Vooraan lonkt een
zitbank in volle zon. Een uitgelezen kans om te picknicken. Aan het uitstalraam
van de plaatselijke apotheek hangt het groene logo met het uur en de
temperatuur. Hij verteld ons dat het ondertussen 14° is.
Na onze picknick
rijden we verder. We verlaten het centrum van Kasterlee en rijden onder de
snelweg verder. Een korte smalle tunnel die enkel geschikt is voor voertuigen
tot 2,3Om hoog. Eens in de Vijverstraat rijden we op een smalle asfaltbaan die
slingert tussen de ruime villas. We naderen De Hoge Rielen. Een gezond
jeugdverblijfscentrum van 230 ha met bestemming voor jongeren met een jeugdige
geest. Het jeugdkamp in het uitgestrekte natuurdomein biedt alle comfort. Dit
domein is een oude militaire kazerne geweest. Er staan nog vele loodsen die
dienst deden als munitieopslagplaats. Ze zijn ondertussen herbouwd tot
leerrijke lokalen en slaapplaatsen. Op het domein bevinden zich ondertussen 17
paviljoenen waarin verschillende groepen te gast kunnen verblijven. Bij de
Rielenkapel in de Rielenven houden we
halt. We staan hier op de grens van Kasterlee en het gehucht Zandhoef. Op de
foto van het Erfgoed Kasterlee zien we een zittende vrouw met een paternoster
in de hand. De grote kapel werd oorspronkelijk gebouwd in 1564, ter verering
aan Onze-Lieve-Vrouw-Geboorte. Uiteraard werden tijdens de volgende eeuwen
meerdere herstellingen en verbouwingswerken uitgevoerd. De laatste verbouwing
dateert van eind 20ste eeuw. Verschillende bakstenen werden opnieuw
gebruikt. Sommige van deze stenen vertonen nog de negen kerven, gekrast met de
kruisjes van hun paternoster. Stille getuigen van aanstaande moeders die hier
toen kwamen bidden om een gezond kind te baren. Op het leien dak staat een
zeskantig torentje met klokken. Ze spelen sinds 1999 op regelmatige tijdstippen
een vertederend lied. De oude glasramen vertellen ons de legende van de kapel.
Hoogstwaarschijnlijk was rondom de kapel nog een begraafplaats. Nu staan er
enkel nog de oude lindebomen. Voorbij de kapel rijden we door en naderen knppnt
33.
Voor het
centrum van Tielen moeten we linksaf, om route 57 verder te volgen. We rijden
terug door de natuur, weliswaar op een asfaltbaan. We slalommen langs de beek.
Paarden grazen in de weiden. Onverstoord en zonder stress. We houden halt bij
een panoramazicht op het dorp Tielen. De kerktoren steekt majestueus boven de
rode pannendaken uit. We blijven nog even nagenieten. Straks staat hier de mais
drie kontjes hoog en weet de voorbij rijdende fietser niet wat hij mist. Voor
ons stroomt de Kleine Nete. Aan knppnt 56 moeten we rechtsaf en rijden het bos
in. Het Zwart Water. Gelegen tussen Lichtaart en Herentals aan de
rechterzijde van de N123. Het is een geklasseerd landschap met moeras en een
weelderige plantengroei. Het domein is niet toegankelijk maar er zijn
uitkijkposten ter observatie van broed- en trekvogels.
In het
midden van de bossen in Lichtaart staat al een eeuw een herdenkingskruis voor
Nestor Bayot. Het hofke van Bayot genoemd. Het bijhorende info-bord toont de
foto van 1919 tijdens de plechtige inhuldiging van het kruis. Bayot was een
soldaat uit Lens Saint Servais in de provincie Luik. Op 20 augustus 1914 liep hij
op die plaats in een hinderlaag van Duitse ulanen. Toen hij plots oog in oog
kwam te staan met de vijand loste hij een paar schoten maar werd dan zelf
dodelijk getroffen. Hij viel van zijn paard dat samen met de medesoldaten
ongedeerd kon ontsnappen. Een paar dagen later werd Bayot aan de kerk van
Lichtaart begraven. In 1919 lieten zijn ouders de stoffelijke resten naar zijn
geboortedorp overbrengen. Nestor Bayot was 21 jaar toen hij stierf. Rond 1919
werd op de plaats van het vuurgevecht een kruis opgericht dat nu nog steeds
herinnert aan de gruwel van de oorlog. Bij camping Floreal op
de Herentalsesteenweg te Lichtaart gaan we nog iets drinken. In de
taverne/bistro kan je eveneens terecht voor snacks of een uitgebreide maaltijd.
We plaatsen een stoeltje, buiten in de zon, vlakbij de grote speeltuin en
genieten van een plaatselijk streekbiertje. Ik kies voor het streekbier Witte
Madam. Een goudblond en dubbel gegist biertje. Het heeft een alcohol
percentage van 8,5%. De Witte Madam is een mythische figuur uit het oud
Kastels geloof. Ons Rina kiest een Kastel bier dat gebrouwen is in Lochristi.
Een amberkleurig bier op basis van 6 mout en 2 hopsoorten. Het heeft slechts
een inhoud van 7% alcohol. Het getal op het glas, 2460 verwijst niet naar een
jaartal. Het is het postnummer van de gemeente Kasterlee. Het is ondertussen 14:30u.
geworden.
Verder op de
Herentalsesteenweg wordt het druk. Tegenliggers op het fietspad. Het monotone
gezoef van autos en het gedreun van vrachtwagens. Nabij Bobbejaanland kunnen
we gelukkig links afslaan en de drukte achter ons laten. Na het domein van
Bobbejaanland fietsen we terug tussen weilanden. Rechts van ons pad is de
Snepkensvijver. Een bekend natuur- en vogelreservaat. Tussen de kale bomen
zien we grote waterpartijen. Ze hebben een grote aantrekkingskracht op
verschillende watervogels. Het privédomein is slechts met een kleine groep te
bezoeken. Maar, langs de Lichtaartseweg is een vogel observatiehut met een mooi
zicht op de vijver. We rijden langs vele loofbomen zonder bladeren. Vooral de witte
berk domineert de regio. We komen bij knppnt 13. Vanaf hier rijden we langs het
water. Het kanaal van Herentals naar Bocholt. Het jaagpad langs het kanaal wordt
druk bereden door fietsers die het fietsnetwerk volgen door de Kempen. We blijven de kanaaldijk volgen tot na
knppnt 23. Dan slaan we linksaf en onmiddellijk rechtsaf tot knppnt 22. Hier
wijken we van onze route af voor De Molen van t Veld. Sinds de inhuldiging
op 14 mei 1993 bevindt zich ten westen van Ten Aard een standerdmolen, die
voordien in Elsum stond. Nabij de molen is een bakkerijmuseum ondergebracht,
met gratis toegang. Er is een gids aanwezig van april tot en met september. Het
is aan te raden om vooraf te reserveren. Het natuurgebied De Zegge ligt aan
de overzijde van de Zeggendijk. Het is het oudste natuurreservaat van België.
Eigendom van de Koninklijke Maatschappij voor Dierkunde van Antwerpen. Ook
Natuurpunt en het Agentschap voor Natuur en Bos zijn mede-eigenaars. Het is een
waar paradijs voor de vele zeldzame vogelsoorten. Het domein is echter
uitsluitend te bezoeken met een ervaren gids. We rijden terug tot ons knooppunt aan het
kanaal, slaan linksaf en volgen knooppunt 21. 2,3km verder is knooppunt 21,
vlakbij de kerk van Ten Aard. Het dorp werd gesplitst door de aanleg van de weg
Turnhout-Diest. De kerktoren werd tijdens de Tweede Wereldoorlog vernield door
de Duitsers. Dit was hier een strategische plaats en vormde een onderdeel van
de Slag om Geel. Eind jaren veertig werd de kerk weer opgebouwd en in 1950
plechtig ingehuldigd door bisschop Everaerts. We fietsen voorbij de Yachting
Club. Talloze jachten schommelen zachtjes op het water. Ik heb er al over
nagedacht om met zon motorjacht het kanaal af te varen. Tot in het zuiden van
Spanje. Wat een avontuur!
We rijden op
de Sasachtweg tot knppnt 20. Ons pad brengt ons voorbij het domein De
Kasseman. Een recreatiedomein van de stad Geel. Het is er zalig vissen,
fietsen en wandelen. Na sluis 7 zijn we bij knooppunt 95. We steken opnieuw het
water over en rijden richting Prinsenbos.
Het laatste
stuk is het zwaarst. We rijden opnieuw door het Prinsenbos. Een smal pad met
oude kasseien. Het pad ligt nog bol ook. We proberen naast het pad, in de berm
te rijden. Dat doen ze allemaal, denk ik. De ene kuil na de andere. Ik heb meer
zin om te voet te gaan dan te fietsen. Maar kom, het is beslist niet ver meer.
We dachten dat dit slechte stuk ons terug bij de auto zou brengen. Niet dus. We
komen terug op het slingerend fietspad naast het Domein. Maar dit is beslist
het laatste stuk. Door de bomen zien we de autos op de parking staan. Het
laatste stuk heeft ons gekraakt. Tot schrijfs.



|