Ondertussen zijn we weeral enkele dagen verder. Dinsdag heb ik mijn laatste dag gewerkt en dat deed echt wel raar. Toen ik vorig jaar voor de 1ste keer kanker kreeg was ik van de ene dag op de andere dag ineens thuis. Nu gingen er nog enkele weken aan vooraf en dat maakte het voor mij toch wat moeilijker. Van al de beproevingen die me nog te wachten staan vind ik het idee om weer maanden thuis te zitten het meest frustrerend. Maar er is spijtig genoeg niets aan te doen, de dokter heeft mij dadelijk duidelijk gemaakt dat chemo en het werk dat ik doe niet te combineren valt. Vandaag (donderdag) was de volgende stap die ik moest zetten. Namelijk het terug inbrengen van mijn portocat. Ik weet nog dat ik eind vorig jaar zo blij was dat die er eindelijk uit kon en hoopte het de rest van mijn leven niet meer te zien. 6 maanden later zit ik terug met het vreemde voorwerp in mijn lichaam. Maar tijdens een chemobehandeling heb je het echt wel nodig. Het maakt de behandeling veel gemakkelijker en comfortabeler. Hopelijk blijft de miserie die het toestel me vorig jaar bezorgde, de trombose, me nu bespaard. Om dit te voorkomen heeft Dr. Delvaux mij Asoflow voorgeschreven, een bekende bloedverdunner die door veel mensen wordt gebruikt om tromboses te voorkomen. Het is in ieder geval comfortabeler dan elke dag een spuitje te moeten zetten. Het inbrengen van de portocat is altijd een beetje prutswerk en gebeurd onder plaatselijke verdoving. Wel raar als je soms de geur van verbrand vlees ruikt . Toen ik daar op de tafel lag moest ik ongewild terugdenken aan de vorige keer, iets wat me waarschijnlijk nog wel vaker zal overkomen. Je mag over heel de situatie niet te veel nadenken want dan wordt je pas echt depressief. De enige manier om dit weer door te komen is stapje voor stapje die gigantische berg op.