Plonst deze zomer in dikke plassen regenwater of baden we de komende maanden in een stralende zon? Fervente aanhangers van weerspreuken denken het antwoord wellicht nu al te weten, maar wij peilden bij weerman Frank Deboosere naar de relevantie van die klimatologische volks-wijsheden.
Het klopt dat vrijwel elke zomer een goede en een slechte periode heeft, maar het zou fout zijn dat uit te drukken in maanden.
"Vroeger waren er natuurlijk geen weermannen of weerkaarten, maar de mensen waren wel geïnteresseerd in wat voor weer het zou kunnen worden," zegt Frank Deboosere. "De mensen keken vroeger veel meer naar buiten om te kijken waar de wind vandaan kwam. Op die manier konden ze dikwijls op voorhand zeggen hoe het weer in de komende uren ging veranderen.
Dat kan nu natuurlijk nog, maar het wordt niet veel meer gedaan omdat er toch allerhande weer-kaarten en weermannen zijn. Maar als je heel nauwkeurig naar de natuur kijkt, kan je daar zeker je voordeel mee doen. Al kan dat natuurlijk ook gewoon met een barometer."
Weerspreuk 1 : 'Zo heet het is in juni, zo koud het is in december' "In algemene termen hangt dat natuurlijk samen : in juni begint de zomer en in december start de winter. Maar het is zeker niet omdat het in juni warmer is dan gewoonlijk, dat december daar-om een extra koude maand wordt. In de klimatologie vinden we geen enkel verband tussen het weer in die twee maanden.
Als die spreuk eens twee jaar na elkaar klopt, denken veel mensen al gauw dat het een nieuwe regel is, maar hier zou dat willen zeggen dat bepaalde weerselementen na enkele maanden nog blijven weergalmen en dat is jammer genoeg niet zo. Anders zou een weersvoorspelling uiter-aard een pak makkelijker worden."
Weerspreuk 2 : 'Onweert het rond Sint-Medaar, dan wordt de zomer een twijfelaar' "Sint-Medaar is een patroonheilige die in juni wordt gevierd. Het is inderdaad waardat in juni de regenbuien heel flink kunnen komen opzetten, maar ook deze weerspreuk is alleen maar mooi omdat hij rijmt. Dat er in juni veel regen valt, heeft te maken met het feit dat de lente meestal de droogste periode van het jaar is.
In juni is het vasteland dan voldoende opgewarmd waardoor er veel stijgende luchtbewegingen ontstaan. Als de lucht heel snel stijgt, ontstaan er heel snel wolken en als die zich niet vlug verplaatsen kan het op dezelfde plaats veel regenen op korte tijd. In de kuststreek warmt het water trouwens niet zo snel op, waardoor de kustbewoners in het zomerseizoen vaak wat droger weer hebben dan mensen die in het binnenland wonen. Verder is er nog zo'n aantal weerspreuken dat een verband legt tussen de weersomstandigheden op een bepaalde dag en het weer van een periode die daarna komt, maar die spreuken zijn doorgaans niet betrouwbaar. Het weer van vandaag zegt niets over het weer in de toekomst."
Vervolg: weerspreuk 3, 4, 5 en conclusie.
|