20 meldingen per dag. In 2000 kwamen in de zes Vlaamse vertrouwenscentra 4 918 meldingen van kinder-mishandeling binnen. Dat zijn bijna 19 meldingen per werkdag of 26 kinderen. 27 % van de meldingen ging om lichamelijke mishandeling of verwaarlozing, 25 % was seksueel misbruik, 19 % handelde over emotionele mishandeling.
De rest was een gemengde problematiek. Internationaal onderzoek toont aan dat in één gezin op tien kinderen worden mishandeld. Maar het gebeurt ook op school: potelende leerkrachten of leerkrachten die leerlingen kleineren, pesten, bang maken.
Kindermishandeling: meer dan pedofilie Kindermishandeling is een verzamelnaam voor alle vormen van geweld tegenover kinderen. Er is een verschil tussen mishandeling (actieve handeling) en verwaarlozing (passief).
Lichamelijke mishandeling: slaan en schoppen met kneuzingen, verwondingen en hersenletsels tot gevolg, toebrengen van brand-, snij- of schaaf-wonden
Psychische mishandeling: voortdurend kleineren, bang maken, pesten, onredelijke eisen stellen, kinderen geen steun, bemoediging, veiligheid, geborgenheid geven
Lichamelijke verwaarlozing: het kind krijgt onvoldoende zorgen (kleding, medicijnen, gezonde voeding, nachtrust)
Psychische verwaarlozing: het kind krijgt onvoldoende aandacht, genegenheid, liefde, warmte, veiligheid, bevestiging
Seksueel misbruik: volwassenen dwingen het kind tot seksuele contacten (tongkussen, aanraken van borsten en geslachtsdelen, masturbatiehandelingen) of kinderen moeten kijken naar seksuele handelingen
Kindermishandeling komt in al zijn vormen voor in alle lagen van de bevolking. Soms ook op school. Het kind heeft vaak een emotionele band met de dader. Precies daarom wil het slachtoffer zelf niet over het probleem praten.
Waarom? Een kluwen Verschillende factoren kunnen samen een rol spelen bij het ontstaan van kindermishandeling:
De ouders: hebben zelf een nare jeugd gehad (weinig warmte, geen liefde), een harde opvoeding, wilden eigenlijk geen kinderen, stellen te hoge verwachtingen in hun kind, kunnen moeilijk omgaan met problemen of tegenslag, hebben weinig kennis over opvoeding
Het kind: vertoont erg moeilijk gedrag: huilt vaak, slaapt weinig, eet moeilijk, het is gehandicapt. Het kind voldoet niet aan de verwachtingen van de ouders of eist van de ouders meer dan ze kunnen opbrengen
Het gezin: leeft vaak geïsoleerd, heeft weinig contact met familie of buren. Vaak zijn er ook woon-, relatie- of financiële problemen
Slechts 10 % van de mishandelende ouders is psychisch ziek.
|