Belgen houden van frietjes en doen die naam alle eer aan. Acht op de tien bakken thuis frietjes. In één op de drie gezinnen komen enkel vers gesneden exemplaren op tafel. Dat blijkt uit een onderzoek van de universiteit Gent waarbij het frituurgedrag werd onderzocht.
Elf dagen Elk jaar verbruiken we meer dan 21.500 ton frituurvetten en oliën. Dat is heel wat. Om de elf dagen gooien we gemiddeld iets in de frituurolie. Hoe meer personen het gezin telt, hoe vaker de ketel kookt. Idem voor het opleidingsniveau. Bij lager opgeleiden wordt meer friet gegeten.
Verversen 20 procent van de ondervraagden heeft een tweede frietpot, om het bakken van frieten, kroketten en andere snacks gescheiden te houden. Zo blijft het vet en de olie langer proper. Gezond frituren is even belangrijk, we verversen die ketel gemiddeld drie keer per jaar, na elf bakbeurten.
Vers Frietjes moeten smaken en dat betekent voor één op de drie dat deze vers en handgesneden dienen te zijn. Anderen wisselen verse en diepvriesexemplaren af. Vooral 45-plussers verkiezen verse. Jongeren, hoogopgeleiden en grotere gezinnen kiezen voor de diepvriesfrietjes.
Afval Verontrustender is het frituurafval. Slechts een derde komt terecht in het containerpark. Meer dan 14.000 ton eindigt bij het restafval, in de tuin, de gootsteen of de riool. Dat is jammer, want frituurolie kan worden gerecycleerd tot biodiesel, groene stroom, rubber en kaarsen. (lvl)
|