Een nieuwe tuin aanleggen doe je best in de herfst of in de lente.
 |
Bij de (her)aanleg van een tuin krijg je een unieke kans om meteen ook de bodem eens goed onder handen te nemen. Problemen met een te harde, te arme of te droge grond kunnen door bodemverbetering aangepakt worden. Eenmaal het gazon er ligt, de haag geplant en de bomen op hun plaats, kan je de grond enkel van bovenuit nog bijwerken.
Voor een grondige gezondheidskuur is het dan te laat. Bij een bodemverbetering worden 750 à 1500 kg compost (of 1 tot 2 m') per are in de bovenste bodemlagen ingewerkt, meestal met een grondfrees. De tuingrond krijgt hiermee een basis aan organische stof waardoor een goede structuur voor twintig jaar verzekerd is.
Om een mooi gazon te bekomen is het bij de aanleg belangrijk de bodem aan te drukken. Dit kan door in kleine pasjes stevig over de grond te lopen. Zo worden ook eventuele luchtzakken verwijderd. Het is van groot belang een zaad mengsel te gebruiken dat aangepast is aan de grondsoort en aan het toekomstige gebruik van het gazon. Er zijn speciale zaadmengsels voor schaduwtuinen of voor tuinen met een intensief gebruik.
Het gras moet gelijkmatig (35-70 gram per m') worden gezaaid in de ondiepe voortjes die door de hark zijn achtergelaten. Wie te weinig zaad gebruikt, zal een te dun gazon krijgen. Hark het zaad vervolgens licht in de bovenste grondlaag. Na 7 à 10 dagen zal het zaad ontkiemen en kan je de zaailingen zien opschieten. Door nu voorzichtig te gaan walsen, kan je verhinderen dat de kleine kiemplantjes de grond oplichten. Gebruik een lichte tuinwals, bij voorkeur bij droog weer. Je wacht ook best tot de gekiemde grasplantjes minstens 5 cm groot zijn. Het gras wordt voor de eerste maal gemaaid wanneer het ongeveer 7 cm hoog staat.
Begin niet met gieten als je geen kans ziet om die gietbeurten vol te houden. Vaak weinig water geven maakt gras alleen vatbaarder voor droogte doordat het de vorming van korte wortels stimuleert. Als het toch een tijdje droog blijft, geef je beter één maal grondig water dan vele keren een klein beetje. Begiet daarom het gras (of laat een sproeier werken) tot het water begint weg te stromen. Wacht vervolgens een uur om het water diep te laten doordringen en herbegin met gieten tot opnieuw het water begint weg te stromen.
|