Een leven vol dwaasheden.
Inhoud blog
  • Nog maar eens
  • Over vorken en stelen en zo...
  • Zeepbel
  • 2015 : Herstart
  • creep
  • vervlogen beelden.
  • Aan H.
  • reunite
  • the fear
  • Het lege glas
  • Jaren voorbij
  • Slaap nu maar...
  • full speed ahead
  • Sterrenverf
  • koud
  • Pony's
  • Hiep hop, Holland !
  • Vergeten normen...
  • illusie
  • Nieuw doel
  • Voorlopig verdict
  • What can I give you ?
  • Come in to my sleep
  • Mirabellen
  • Last goodbye
  • Pijnlijk
  • Prietpraat van een aantal weken geleden....
  • Om bij hem te zijn
  • Leven
  • Klaar
  • Notaris
  • Bijenvleugeltje...
  • BBQ
  • Leuven
  • M'n eigen held
  • Nachtelijk vergif in Beirut
  • Aan m'n bijna ex...
  • Godin van het Lot
  • Aanbod
  • Een wirwar van gevoelens
  • Emotionele nood
  • Dronk.
  • Pijlen
  • Het huis
  • Sterker ?
  • Ting !
  • Moule
  • Nooit nooit
  • Breathless
  • Wire to wire
  • Silver Stallion
  • Voorstellen
  • Oostende
  • Moe
  • Vier dagen
  • Over
  • Wisselvallig
  • Rogge Verdomme
  • Lentedag
  • Zandkastelen
  • Gezinsuitbreiding
  • Arsenal en realisme
  • Shelter
  • oktoberdag
  • Saved...
  • Twee dagen
  • Dagverloop
  • emailtjes en tussenstopjes
  • Waarom komen en gaan bepaalde mensen in je leven ?
  • Verlangen...
  • Coming of the knight...
  • Dromenjager
  • keuzes
  • Vergeet me nietje...
  • Controle
  • In-blind-rijk...
  • Emotionele vereenvoudiging
  • Een vrouw beminnen
  • Nog eentje van Hans Andreus
  • Mijn broer...
  • En wat nu ?
  • Voor een dag van morgen
  • JH Leopold
  • De enige
  • Dank je, M. x
  • As is steen
  • trouw
  • Stukjes pijn
  • Zonder woorden...
  • Ray Lamontagne
  • Sisters
  • De weken na Duitsland...
  • Duitsland
  • Maar...
  • Pakken
  • Yes man !
  • Ergens in een hotelkamertje...
  • Hold you in my arms.
  • Parijs
  • Wish you was here...
  • troebele klaarheid
  • File
  • I remember
  • The animals were gone...
  • Accidental Babies
  • Verslapen
  • Overval
  • Geld
  • Goed voornemen.
  • Komen en gaan
  • Sinterklaas
  • Misschien
  • Wellbutrin
  • En wat dan ? - Jotie T'Hooft
  • Flarden
  • Twijfel
  • Afstand
  • Onderweg
  • Creep
  • Het licht.
  • Zuid Frankrijk
  • Stukjes en brokjes
  • Heartbeats...
  • Eigendom
  • De kleine prins en z'n roos...
  • Voorbode...
  • Lokerse Feesten... deel 3
  • Lokerse Feesten... deel 2
  • Lokerse Feesten... deel 1
  • Tweestrijd
  • Piano
  • Onder één hoedje
  • Een leven lang.
  • Jean...
  • Gekke wereld
  • Functioneel naakt
  • Het resultaat
  • Ook zonder pijnstillers speel ik het klaar...
  • Wat pijnstillers met mijn verstand doen... deel 2
  • Wat pijnstillers met mijn verstand doen... deel 1
  • De aanhouder wint
  • De feitelijke reden
  • miss you
  • Vergeet me
  • Morning Theft
  • to be by your side...
  • Een Toontje...
  • Hier zijn we weer...
  • 82 berichten
  • Een aantal personen
  • Plannen, plannen, plannen
  • Grote schoonmaak
  • Beslissing
  • Meer is er niet
  • Onder dwang
  • Elfjes
  • Mijn grootste vijand
  • Eerste communie
  • De laatste rechte lijn
  • Wegdrijven op Nick Cave
  • Hoe het hoort te zijn... (een droom)
  • De boer op
  • Twee hondjes
  • Aftellen
  • Giftig
  • Een laatste kans
  • Hector
  • Oude en nieuwe wonden
  • The Cult
  • Beautiful freak
  • Pijn in doosjes
  • Een dagdroom...
  • Ulalume
  • Wanneer ?
  • een engel op mijn schouder
  • Gered door de kat
  • Ik heb er !
  • Arid... héél even zorgeloos
  • De omgekeerde wereld
  • Droombeeld van "de ridder op het paard"
  • Dwalen
  • Bezorgd
  • Kleine ergernissen
  • Geveinsde vrolijkheid
  • Verdronken vlinder
  • Gewoon anders
  • Gedichtje
  • Engel
  • Alles komt goed
  • Roetsjbaan
  • Eeuwig dromen
  • De gevarenzone
  • Nachtwandeling
  • Automatische piloot
  • Leuven
  • Plots besef
  • Het Noorden kwijt
  • Poëzie
  • De muur.
  • Mijn berg

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     

    Zoeken in blog



    Stuur me een email...


    Gruwelijk dwaas ben ik. Kom maar niet dichter, heb geen vertrouwen in mij. Dit is het verhaal van mijn leven. Dit is het verhaal van mijn dwaasheden.
    07-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eerste communie
    Donderdag, vijf voor half negen.  Heel mijn gezin is wakker sinds half zeven, en iedereen is druk in de weer.  Ondanks heel wat last minute over en weer geren lijkt de rust weergekeerd te zijn, en is alles in z'n plooi gevallen.  We wandelen naar buiten, om de hoek, richting kerk.  Eerst dienen we onze oudste af te zetten in het parochiaal zaaltje... van hieruit moet ze het alleen doen. 

    Bloednerveus ben ik, omdat ik weet wat er zich door haar kleine hoofdje nu allemaal afspeelt.  Een half uurtje later, iedereen heeft ondertussen een plaatsje gevonden in de kerk, heft vooraan, achter het altaar een vrouw een Enya-achtig lied aan.  De kerk wordt muisstil, op haar gezang na, en door de middenbeuk komen alle communicantjes naar voor.  Ik herken haar gezichtje tussen de 75 andere, en stoer als ik ben dien ik meteen in mijn handtas te graaien naar een zakdoek.  Met 76 zijn ze, 76 kleine stemmetjes die een welkomstliedje zingen.  Weer moet ik grabbelen naar m'n zakdoek, en ik besluit dan maar wijselijk het ding in de buurt te houden. 

    De plechtigheid was prachtig, geen godsdienstige bullshit, maar een kerkdienst voor en door kinderen.  Toen ze stilletjes richting altaar stapte, en achter de microfoon ging staan, raasde het bloed als bezeten door m'n aderen.  Ze hield heel geconcentreerd haar juf in het oog, en zodra die knikte, begon ze uit het hoofd haar tekstje op te zeggen.  Ze deed het voortreffelijk. 

    Om op het einde geen wirwar van mensen te creëren, diende iedereen eerst de kerk te verlaten, en een haag te vormen.  Pas daarna stapten de communicantjes hand in hand de kerk uit, elk met een witte ballon die ze gezamelijk de lucht in lieten, terwijl ze in koor "op weg naar Jezus" riepen.  Wat ga ik later haar weer veel moeten uitleggen, ging er door m'n hoofd, en ik glimlachte bij de gedachte aan haar toekomstig spervuur van vragen. 

    Na een receptie ons aangeboden door de school, waar alle kinderen druk aan ruilhandel deden met hun communieprentjes, begaven we ons terug naar huis.  Mijn ouders waren er al, en samen schoven we onze voeten onder tafel.  s' Namiddags mocht ze zelf kiezen wat we doen zouden, aangezien ik die avond er sowieso niet ging zijn (concert Cave), en aangezien haar feestje pas zaterdag plaats zou vinden.  Ze besloot dat we met z'n allen maar een keertje de bioscoop zouden opzoeken. 

    Zaterdag, twee uur.  Een hectische morgen zindert nog wat na.  Vroeg uit de veren, richting feestzaal, waar ik alles diende klaar te zetten.  Lijkt heel eenvoudig, maar lang niet het geval voor mij.   Alles moest en zou perfect zijn.  En dat was het ook.  Een veertigtal genodigden, een tiental kinderen, een stralende dag.  Een dolenthousiaste dochter die overstelpt werd met cadeautjes en belangrijker nog, met aandacht. 
    De traiteur van dienst leverde puik werk, en iedereen likte vingers en duimen af.  Ook het dessert, ik had een ijskar laten komen, bleek een groot succes.  De kinderen dolden in en rond het springkasteel, en tot laat die avond bleef iedereen zitten.  Om één uur s'nachts kwamen we thuis, moe maar voldaan. 

    07-05-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    06-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De laatste rechte lijn

    Het einde is in zicht.  Eindelijk.  De laatste week is bijna halverwege.  De laatste rechte lijn.  Ik steven met plezier af op mijn laatste werkdag bij mijn huidige werkgever, aanstaande vrijdag.  Toch word ik een dubbel gevoel gewaar.  Het respect dat ik ondertussen verkregen heb bij mijn personeelsleden, resulteert in het feit dat ik enorm fijne reacties krijg van vrijwel ieder van hen.  Een poetsdame begon te wenen toen ik haar het nieuws vertelde, anderen smeekten me dan weer om toch te blijven.  Een teken dat de manier waarop ik werk, ook al staat deze in fel contrast met de werkwijze van mijn area manager, toch zijn vruchten aflevert.  Vrijwel al mijn panden liggen er netjes bij.  Ook van klanten krijg ik ontzettend leuke reacties : ze vinden het jammer dat ik vertrek omdat hun werven er stukken beter bij liggen en er minder problemen zijn met personeelsleden in vergelijking met vroeger, maar voornamelijk omdat ze vinden dat ze "gehoord" worden.  Ik maakte tijd voor hen, luisterde, en bood hen zo snel mogelijk een oplossing aan.  Ik volgde alles kort op, en dat werd geapprecieerd.  Helaas niet altijd door mijn directe werkomgeving, alwaar een aantal mensen er ondertussen blijkbaar een sport van gemaakt hebben me zwart te maken, door te verkondigen dat ik te weinig op mijn panden kwam en dat mijn panden er niet goed bij liggen.  Jammerlijk dat zoiets gebeurt tijdens je opzegperiode.  

    Ik tel de dagen af, bezoek nog zoveel mogelijk klanten en personeelsleden, en probeer zo goed als mogelijk in schoonheid af te sluiten, zodat ik met een gerust geweten aanstaande dinsdag mijn nieuwe job kan starten...  

       

    06-05-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wegdrijven op Nick Cave
    "Get ready to shield yourself".  De eerste zin die hij zong.  Het was donderdagavond, één mei en M., T. en ik waren naar Vorst Nationaal afgezakt om Nick Cave and the bad seeds aan het werk te zien.
    En wat een concert.  Zonder twijfel het beste concert dat ik tot op heden aanschouwen mocht. 

    Want terwijl buiten de nietsvermoedende lente met haar charmes de hoofdstad in verleiding bracht, betoverde hij een op het eerste gezicht onherbergzame en kille ruimte, bijna barstend onder de hooggespannen verwachtingen, en deed ze vervolgens anderhalf tot twee uur lang koken en kolken in een orgie van klanken.  Ik ging volledig op in zijn muziek, in zijn stem, misschien wel even wegdrijvend uit deze aardse wereld.   

    Hoe hij zijn getormendeerde en destijds door drugs verstoorde gevoelsleven direct en genadeloos tot expressie brengt in zijn kunst. Hoe hij soms zalft in ingetogen hymnische songs, maar dan onmiddellijk weer grolt en grauwelt, gruwelt ook, met in zijn rug die rusteloos voorthengstende, alles dominerende bas , die in tweevoud bonkende percussie, en dan de twee hoofdSeeds, Harvey met messcherpe gitaar en de kobolt Ellis met furieuze viool, als wapens die de weg moeten effenen in de strijd met en tegen al het kwaad dat moet bezworen worden. Hoe hij voortdurend balanceert op de grens van licht en duisternis, tussen liefde en dood, tussen droom en werkelijkheid.

    Mijn romanist schreef me achteraf dat hij nu begreep waarom ik aan de lippen hang van deze man, muziekgewijs dan.  En net als ik vroeg hij zich af of Nick Cave predikaten als hyperintelligent en hypergevoelig met zich meedraagt, misschien niet op de revers van zijn pak, maar dan toch wel ergens in zijn binnenzak of op een ander plekje, veilig verborgen voor de aasgieren van de pers.  Het kan bijna niet anders.  Hoe anders zou je dergelijke teksten kunnen schrijven, en meer nog, ze op muziek zetten ? 

    Misschien herken ik in zijn uitgesproken onzekerheid mezelf wel.  Misschien benijd ik hem wel dat hij er zo eerlijk voor durft uit te komen, en dat hij al het negatieve dat in zijn ziel ronddwaalt kan omzetten in zoiets moois, iets waartoe ik nooit in staat zal zijn.    
    Een kunstenaar die me voor altijd bijblijven zal...




    06-05-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    22-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoe het hoort te zijn... (een droom)
    Ik neem hem mee naar mijn plekje aan het water.  Je hoort boten voorbij varen, en we zitten samen in stilte.  Hij weet wel dat ik niet goed bij m'n hoofd ben, maar da's de reden waarom hij hier zit, naast me.  En net wanneer hij me wil vertellen, dat hij me geen liefde te geven heeft, beseft hij dat we op dezelfde golflengte zitten.  We kijken naar de rivier, en hij weet plots hoezeer hij me lief heeft.  Dat was altijd al zo.  Hij wil met me mee, de wereld in.  Hij weet dat ik hem vertrouwen zal, hij beroerde me met zijn geest.  Ik wil met hem mee, blindelings.  Ik denk dat ik hem vertrouwen kan, ik ben beroerd door zijn geest.  Hij neemt m'n hand, en leidt me van de rivier weg, maar de rust in mijn hoofd blijft.  Een zon als honing.  Hij toont me waar ik kijken moet om schoonheid te ontdekken in deze grauwgrijze wereld.  Zonder elkaar lijken we nergens heen te gaan.  Ik wil niet buiten gaan als hij binnen blijft.  Zonder hem ben ik bang in het donker.  Maar als hij bij me is zie ik zelfs door de donkerte heen, een uitgestrekt licht, zo ver je zien kan.  Hij draagt me naar huis.  Thuis.  Dag en nacht kan ik naar hem zitten kijken.  
    Hij laat m'n hoofd niet behoedzaam en verward worden.  Hij laat mijn hart niet zwaar worden.  Hij toont me de kracht die in me huist. Hij laat mijn ziel niet eenzaam worden.  Hij laat me beseffen dat liefde in mij zit, niet in mensen of dingen rondom me.  Hij is er, voor mij.  Hij is hier, voor mij.  Hij laat me geen muren om me heen bouwen.  Hij behoedt me voor wanneer ze om zouden vallen, over me heen.  
    Hij zorgt dat de stormen in me gaan liggen.  Hij laat me over water lopen.  Hij vangt me op als ik val.  Ik verdrink alleen nog maar in zijn ogen.  En alles zou goed zijn.  Niets ongewoons, niets raars.  
    We zitten samen op een muurtje en hij vertelt me dingen die ik niet weet.  We liggen samen in het gras en ik vertel hem dingen die hij niet weet.  Hij is geen mirakel, hij is geen heilige, maar hij is er voor mij, hij is mijn soldaat, die mijn oorlogen vecht, en voor vrede zorgt.  
    Ik kan bij hem terecht met mijn boze dromen en angsten.  Hij beoordeelt me niet, hij veroordeelt me niet.  Hij houdt me vast, stevig in zijn armen, alsof hij me nooit loslaten zal.  Voor altijd.  Wanneer hij zijn handen op mijn gezicht houdt, met zijn vingers mijn ogen sluit en mijn lippen zoent, houden mijn demonen zich stil.  
    Hij doet me beseffen dat het niet te laat voor me is, dat de hemel nog even op me zal moeten wachten. 
    Met armen wijd gespreid wacht ik hem op.  Hij is de soldaat die op verre gronden vecht voor me.  Hij is de jager die vers voedsel voor me brengt.  Hij is de geliefde die achter mijn ogen zoekt naar me. 
    Als hij er niet is, mis ik hem.  Als ik er niet ben, mist hij me.  Zonder beslag te leggen op elkaar.  Hoever we ook van elkaar verwijderd zijn, we vinden altijd de weg terug naar elkaar.  Hij laat me mezelf zijn, ik laat hem zichzelf zijn.  Toch lijken we elkaars gedachten te kunnen lezen.  
    In zijn ogen breekt de zon door als hij vrolijk is.  Wij zijn altijd samen.  Wij zijn altijd één.    





         

    22-04-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    20-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De boer op
    Een hectische dag.  Zwemlessen van de meisjes (de oudste haalde het brevet van 25m én van 50m !), de oudste wegbrengen naar een verjaardagspartijtje om een aantal uren later terug te gaan ophalen, ondertussen naar de hondenschool met Hector, en boodschappen doen.  Van hot naar her rennen is het vaak. 

    Af en toe stop ik bij een boer hier niet zo ver vandaan, en haal ik een paar liter échte melk.  Het verschil met de melk die je in de supermarkt vinden kan is onnoemlijk groot.  Ook vandaag stop ik even, en loop ik met de boer mee de stallen in om mijn melk wel héél vers te krijgen.  Rechtstreeks van koe aan verbruiker...

    Mijn jongste is er altijd als de kippen bij als ze hoort dat ik om verse melk rijd.  Ook vandaag weer mag ze even proberen te melken.  Hilariteit alom wanneer ze haar handje verkeerd houdt, waardoor ik een straaltje melk in mijn gezicht krijg. 

    Kwart na negen.  Mijn man vertrekt naar zijn werk.  M. is al vertrokken om met vriendinnen iets te gaan drinken, en de meisjes liggen rustig te slapen in mijn bed.  Ik maak de keukentafel vrij, strooi er wat bloem op, en begin deeg te maken.  Ik meng er kleine stukjes appels, rozijnen en een flinke schep kaneel doorheen, en kneed de massa tot een mooie vast bol. Ik laat het even rijzen, om het daarna weer te kneden en te verdelen in een tiental gelijke bollen.  Even later zitten ze in de oven, en ondertussen heeft de heerlijk zoete geur van kaneel zich door het hele huis verspreidt. 

    Ondertussen heb ik de helft van de verse melk gebruikt om chocoladevla te maken.   Géén pudding, neen, échte boerevla.  Heerlijk.  Van de andere helft maakte ik heerlijk romige rijstpap, met een vleugje vanille en flink wat saffraan op smaak gebracht.  

    Het ontbrak me enkel nog aan een gouden lepeltje, of ik had me in de hemel gewaand... 

    20-04-2008, 00:10 geschreven door K.

    Reageer (0)

    19-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twee hondjes
    Deze ochtend.  Net voor half zeven voel ik dat ze uit het bed stapt en hoor ik haar zo stil mogelijk de kamer verlaten.  Als mijn man nachtshiften heeft slapen mijn meisjes altijd bij me.  Ik kan eindeloos genieten van hun kleine lichaampjes, opgekruld tegen me aan, en van het luisteren naar hun ademhaling. 
    Even later staat ze terug naast me.  "Mama," fluistert ze, "mag ik wat in dit boek van je lezen ?"  Half slapend open ik één oog, en zie ik dat ze een gedichtenbundel van Godfried Bomans in haar handjes heeft.  "Ja, goed, maar wees stil, het is nog erg vroeg ." antwoord ik.  Ik hoor hoe ze de trap naar beneden gaat en zeil langzaam aan terug weg naar mijn dromen.  
    Een uurtje later staat ze er weer.  "Goeiemorgen mama, ik heb een tekening voor je gemaakt."  Ik wrijf de slaap uit mijn ogen, ga rechtop zitten en krijg de tekening op mijn schoot gelegd. 

    Een huis, met een groot raam, waarin een kindje naar buiten staart.  Een zelfportretje van een zesjarige.  Het naar buiten staren benadrukt ze door twee handjes die het hoofd ondersteunen.  Naast het huis een boom, met daaronder twee hondjes getekend, naar elkaar gericht.  De lucht ingekleurd met feibel blauw potlood.  In die lucht staat in donkerblauwe stift een tekstje geschreven : 

    Ik zit me voor het open raam onnoemelijk te vervelen.  
    Ik wou dat ik twee hondjes was, dan kon ik samen spelen.

    Meteen besef ik weer hoe erg ze wel op me lijkt.  Of waar Godfried Bomans goed voor is...

    Dikke zoenen en knuffels volgen.  Het is soms heerlijk wakker worden.     

    19-04-2008, 23:27 geschreven door K.

    Reageer (0)

    17-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aftellen
    De afgelopen periode is er zoveel gebeurd dat ik niet goed weet waar te beginnen.  Laat ik maar met vandaag beginnen...
    Mijn man heeft de avondshift, en gaat erna nog iets drinken met enkele collega's.  Ik slaap vast al wanneer hij thuiskomt. 

    Ik had deze voormiddag mijn moeder gebeld met de vraag of ze de kinderen van school kon afhalen, en vrijwel meteen zei ze dat we dan beter ook bij haar konden blijven eten.  Om zes uur draaide ik de oprit van mijn ouderlijk huis op, en een uurtje later reed ik er terug af, met mijn twee meisjes, en een volle maag.  Thuis gekomen stopte ik de kinderen in bad en in bed, en ging ik de tuin in met Hector, om de nieuwe bevelen te oefenen.  In feite is het ongelovelijk: hij is amper tien weken, en luistert al ontzettend goed.  Waar dagelijks oefenen goed voor is...  

    Even later ruimde ik de keuken wat op, en vond op het aanrecht mijn medicatie.  Het daagde me dat ik alweer een hele week erg laks was omgesprongen met de inname ervan.  Vreemd genoeg besef ik ergens wel dat ik beter zou moeten weten.  Het feit dat ik vorige week behoorlijk ziek was had er vast mee te maken.  Ik nam het ene doosje vast, de medicatie die ik dien te nemen om mijn schildklier op peil te houden.  Ik nam één pilletje, en nog één, en nog één.  Eén pilletje moet ik nemen, elke dag, maar ondertussen was het sinds maandag geleden.  Misschien daarom dat ik een kilo ben bijgekomen, dacht ik.  Dus nam ik er een een zestal, tegelijk.  Heel fout, vast.  Maar ach.  
    Twintig minuten later had ik me gedoucht, en liet ik het bad vollopen.  Ik ging zitten, instinctief draaide ik de kraan helemaal naar links, en ik voelde stilletjes de rust op me neerdalen terwijl ik mijn huid zachtjes rood zag aanlopen.  Het is weken, zelfs langer, geleden sinds de laatste keer.  Helaas had blijkbaar de situatie vandaag net iets te veel tol van me geëisd...

    Hier zit ik dan, in mijn roze pyama, in de woonkamer voor mijn laptop, met een hoofdtelefoon die mijn favoriete muziek in willekeurige volgorde laat weerklinken.  

    Even enkele weken terugspoelen...

    Mijn romanist.  Iemand die me neemt zoals ik ben, die 100% in me gelooft en die me erg na aan het hart ligt.  Hij verkiest zichzelf een romantist te noemen, en loopt absoluut niet hoog op met titels.  Hij stuurt me brieven, wondermooie relaasjes van wat hij deed, plaatsbeschrijvingen op zo'n manier geschreven dat ik tijdens het lezen ervan mezelf er bijna waan.  Elke keer weer benijdt ik zijn gekunstelde woordenschat die hij op zo'n naturelle manier brengt.  Ook al hoort hij het niet graag, hij is de schrijver van ons tweetjes, en ik hoop ooit op zo'n mooie manier gevoelens te kunnen neerpennen. 

    Mijn romanist wist al langer dat ik me al even niet al te best voelde binnen mijn job.  Hij vroeg me mijn cv door te sturen, zodat hij die kon bezorgen aan een aantal mensen die in dezelfde branche als hij werken.  Ik stuurde hem mijn cv, om eerlijk te zijn zonder er al te veel van te verwachten.  Maar een tweetal weken later kreeg ik een mailtje met een uitnodiging voor een sollicitatiegesprek.  Ik maakte een afspraak, werd geselecteerd voor een tweede ronde, en een week later kreeg ik te horen dat uit de veertig kandidaten die zich gemeld hadden voor de job, hij mij het meest geschikt vond.  Veni, vidi, vinci.   Al van bij het eerste gesprek voelde ik aan dat het goed zat, dit is een job die me op het lijf geschreven is. 

    Afgelopen maandag stapte ik zenuwachtig mijn kantoor binnen.  De korte pijn, dacht ik, dus stapte ik meteen het bureel van mijn district manager binnen.  Ik vertelde rustig dat ik een jobaanbieding had gekregen die ik niet weigeren kon en bood mijn ontslag aan.  Ze reageerde relatief positief, en beloofde me dat ze me de volgende dag zou laten weten hoeveel opzeg ik zou moeten doen.  Officieel zou ik tot half juni moeten blijven, maar ik maakte haar duidelijk dat ik dat niet echt zag zitten.  
    En toen is zo'n beetje de hel losgebarsten.  Mijn rechtstreekse baas reageerde furieus.  Vandaag pas kreeg ik, na lang aandringen, eindelijk te horen tot wanneer ik moet blijven: negen mei werk ik mijn laatste dag.  Drie weken aftellen dus.  Ondertussen ben ik gebombardeerd tot de ultieme persona non grata.  Er wordt verteld dat ik vrijwel nooit op mijn werven kom, en dat mijn panden er erbarmelijk bij liggen.  Ik zou er me misschien niet druk in moeten maken, maar het raakt me toch ontzettend hard.  Vooral omdat ik de afgelopen maanden ontzettend hard gewerkt heb.  Ik klopte weken van meer dan zestig uur, en zag vaak dagen mijn kinderen niet, omdat ik s'morgens vertrok terwijl ze nog sliepen, en s'avonds pas thuis kwam als ze al terug sliepen.  Dit is zo onrechtvaardig.  Ik word afgerekend op twee panden van me die inderdaad een beetje fout gelopen zijn maar waar ik hard aan gewerkt heb om ze in orde te brengen.  En zelfs nu, terwijl ik beter zou moeten weten en mijn laatste periode beter op mijn gemakje zou doorbrengen, lukt het me niet.  Mijn perfectie- en prestatiedrang is ook nu nog steeds zo groot dat ik ook nu, ondanks de hele negatieve sfeer, nog steeds hard werk.  Ik erger me rot aan de hypocrisie.  Ik leg een stapeltje evaluaties op haar bureau neer, stuk voor stuk van heel tevreden klanten, en nog vind ze het lef me te blijven zwart maken, terwijl ze in mijn gezicht poeslief is.  Het raakt me dieper dan goed voor me is. 

    Aftellen dus, nog drie weken...

    17-04-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    04-04-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Giftig
    Alles lijkt meer en meer onpersoonlijk te worden, waardoor mensen als ik zich meer en meer eenzaam, vervreemd en verloren gaan voelen.  De wereld is op drift, en mensen als ik verliezen hun houvast, hun identiteit, hun zin van het leven, en, uiteindelijk hun emotionele en fysieke gezondheid.  Is er een tegengif tegen onze angst voor eenzaamheid en vervreemding ?  Beschikken we over een innerlijke kracht ?  Ligt de bron van veiligheid en het zich goed voelen in onszelf besloten ? 
    Misschien wel.  Misschien is je innerlijke kracht afhankelijk van je zelfbeeld, van hoe graag je jezelf ziet, en in welke mate je jezelf aanvaard.  Een positief zelfbeeld verschaft ons een goede basis voor elke verdere relatie, zij het vriendschappelijk, zij het liefdevol.  Helaas, spanning, angst, rusteloosheid of een negatief zelfbeeld leidt vrijwel altijd tot destructief gedrag tegenover jezelf en anderen.  Natuurlijk, ook teveel van het goede leidt tot iets giftigs.  De maatschappij dwingt ons te geloven dat schoonheid, succes, geld en macht toedragen tot geluk.  Alsof ze als het ware de sleutel zijn tot oprechte liefde, of oprechte vriendschap.  Terwijl ik oprecht blijf geloven dat belangstelling in de ander, en bereidheid om aan liefde of vriendschap te blijven werken, veel meer resultaat zullen opleveren.  
    We overladen onszelf en de mensen om ons heen vaak met een vracht behoeften.  De grenzen worden steeds verder en verder gelegd, en veel relaties springen af door deze druk.  De lat wordt steeds maar hoger geplaatst.  Vele mensen verknoeien hun leven omdat ze blijven hopen iemand te zullen vinden die beantwoordt aan hun hele "behoeftenpakket", en kwetsen onderweg een heel aantal anderen met hun gedrag. 
    Mensen zijn me dunkt zichzelf en hun omgeving langzaamaan aan het vergiftigen, emotioneel gezien dan.  Iedereen heeft wel een aantal giftige eigenschappen, maar sommigen gaan er zo ver in dat ze zichzelf en hun omgeving erdoor uitputten.  Misschien missen ze zelfvertrouwen, waardoor ze een aantal relaties gaan overbelasten.  Ze vertikken het elke vorm van verantwoordelijkheid op zich te nemen en proberen die last naar anderen te schuiven.  Ze zijn onecht, manipulatief, bedrieglijk en ontzettend star, totaal niet flexibel, maar zullen bij hoog en laag volhouden dat dat helemaal zo niet is.  Ze beoordelen en veroordelen iedereen behalve zichzelf, en denken in zwart-wit, zonder nuances.  Ze zien de ander als oplossing voor hun problemen en als tegengif voor eenzaamheid.  Onzin natuurlijk, het al dan niet aanvoelen van eenzaamheid ligt enkel en alleen bij jezelf.  Dat weet ik als geen ander.  Ik word omgeven met zorg en liefde door een overvloed aan mensen.  Kan ik me daarom dan niet eenzaam voelen ?  
    Misschien ben ik gewoon ontzettend gevoelig aan giftige mensen.  Ze dwingen je tot iets dat in feite onbestaande is, en dat terwijl alleen jij zelf kan weten of je al dan niet verbondenheid voelt.  Ze manipuleren, controleren en dreigen.  Ze houden enkel rekening met hun eigen verlangens, terwijl echt liefde, echte vriendschap gebaseerd is op wederzijds verlangen en wederzijdse verbondenheid.  (wordt vervolgd)  

    04-04-2008, 23:44 geschreven door K.

    Reageer (0)

    27-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een laatste kans

    De eerste week van de Paasvakantie zit er bijna op, zo ook mijn weekje verlof.  Het weer heeft, misschien zoals bij zovelen, invloed op mijn gemoedstoestand.  Of is er weer meer aan de gang ?  Ik vrees er eerlijk gezegd een beetje voor.  Mijn gedachten zijn alweer niet meer te stoppen, ze stormen als het ware door me heen.  Ik ben weer genoodzaakt te vechten tegen de doodslust.  Ik lijk het maar niet te kunnen laten : sta ik voor een gesloten spoorweg, dan beeld ik me dat ik uit mijn wagen stap, dat ik rustig naar de treinbils toe loop, en zachtjes erop begin te wandelen, in de richting van de trein die komt aanrazen.  Terwijl de trein nadert, en waarschuwend begint te toeteren, strek ik mijn armen naast me uit, en richt ik mijn hoofd richting de grauwgrijze lucht boven me.
    De afgelopen dagen had ik voldoende tijd om alles even op een rijtje te zetten, om eens flink na te denken over het leven dat ik leid.  Of kan ik het me permitteren te spreken over het leven dat ik lijd ?  In ieder geval lijk ik er wijzer uitgekomen te zijn.  Een aantal beslissingen zijn gevallen, belangrijke beslissingen.  
    Momenteel leef ik enkel tussen de slechte momenten door.  Ik geniet van de korte tijden van "me goed voelen" die me gegund zijn.  Maar het is me duidelijk geworden dat de tijden tussenin steeds korter lijken te worden, me nauwelijks de kans gevend te recupereren en voldoende aan te sterken voor de volgende donkere episode in mijn leven.  Medicatie heb ik definitief opgegeven; als het niet zonder lukt, nou dan lukt het maar niet.  De muur die ik opgetrokken heb rondom me neemt buitengewone proporties aan.  Thuis, op kantoor, waar dan ook, kom ik over als zijnde zelfzeker, altijd vrolijk, altijd hard werkend, altijd klaar om bij te springen waar nodig.  De logische gevolgen van dat muurtje beginnen zich meer en meer te manifesteren : wanneer ik alleen ben voel ik me uitgeput, leeg, en trek ik me volledig terug in mijn eigen wereldje vol bluesy muziek en dagdromen.  Wanneer ik alleen ben, voel ik de ware ik, teruggetrokken, in stilte schreeuwend omdat ik de harde wereld niet lijk aan te kunnen, omdat ik niet begrepen lijk te worden en nog meer omdat ik zo erg aansluiting mis bij anderen.     
    Ik weet niet meer waar ik heen ga.  Ik zie een licht, en tracht het te volgen, weg uit het donker.    Ondanks alle moeite van de wereld, zie ik dan het licht zachtjes uitdoven, en kan ik niet anders dan besluiten dat ik alweer verdwaald ben.  Ik weet écht niet meer waar ik heen ga. 
    Mijn leven lijkt een storm te zijn, en tijdens de korte windstille periodes sterk ik onvoldoende aan, wat resulteert in het feit dat ik bij de eerste de beste windstoot weggeblazen word.  Ik ben tot de conclusie gekomen dat ik me vasthou aan een droom.  Een droom dat ik me op een dag beter zal voelen en dat alle nare gevoelens voorgoed verdwenen zullen zijn.  Maar dat zullen ze nooit.  Ze zijn nu eenmaal een deel van me.  Ermee leren leven is geen optie voor me.  Een leven vol regen, nee dank je, niet voor mij.  Dan pas ik. 
    Een laatste sprankeltje hoop zorgt er voor dat ik nog een tijdlang op mijn tanden bijten zal.  Merk ik dan dat het me niet lukt alle nare gedachten te verdrijven, dat geef ik me met opgeheven hoofd gewonnen.  Blijvend vechten heeft uiteindelijk geen nut, aangezien het een gevecht is waar ik nooit in winnen zal, behalve een kleine veldslag hier en daar dan. 
    Wanneer ik 's morgens vroeg in mijn eentje van werf naar werf rijd, en er nog nauwelijks ander verkeer op de baan is, bedenk ik vrij vaak dat als ik op dat ogenblik even de gaspedaal helemaal ingedrukt zou houden, om kort nadien bruusk het stuur om te gooien, ik er vast niet meer zou zijn.  Met een maximale kans dat iedereen denkt dat het een ongeval betreft.    
    Maar ik geef mezelf eerst alsnog een laatste kans... 

    27-03-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    25-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hector
    Ik moet toegeven dat hij zijn best doet.  Terwijl hij lange tijd blind is geweest voor mijn gevoelens merkte hij begin deze week plots op dat er iets met me scheelde.  "Wat is er nou met je ?" vroeg hij.  Ik zuchtte, en keek naar beneden.  "Ik voel me niet 100%, maar ik weet niet waarom."  Ik heb nooit echt geweten waarom, dus hij verzoende zich met dat antwoord.  Niet 100%... over een understatement gesproken.  Maar ik weet dat voorzichtigheid geboden was.  We begonnen te praten en we luisterden naar elkaar, een uur lang.  
     Onze meisjes werden wakker en kwamen tussen ons in liggen.  We besloten er een familiedagje van te maken.  Na het ontbijt ging ik met hen naar boven om ons aan te kleden, en hoorde ik hem bellen.  Toen ik hem even later vroeg met wie hij had gepraat, ontweek hij echter mijn vraag.  We gingen met het hele gezinnetje naar de jaarmarkt in onze gemeente, stopten langs de kermis, en reden daarna richting Antwerpen waar we naar de bioscoop gingen.  Nadien gingen we in een gezellig pizzeria eten.  Onderweg naar huis zei hij plots dat we nog ergens heen gingen, een verrassing.  Een uur later kwamen we aan, een kleine gemeente in de buurt van Brugge.  Ik vreesde dat we alweer naar een woning gingen kijken, toen we een enorme oprit opdraaiden.  Een vriendelijke man deed de deur open, en verwelkomde ons.  "Loop maar even mee naar achter", zei hij.  Ik keek mijn man aan, en hij gebaarde al lachend dat we moesten volgen.  Twee prachtige Beaucerons, mijn favoriete hondenras, kwamen naar ons toegelopen.  Een prachtige nest pups stormden achter hen aan, zes weken waren ze.  De man zocht er drie pups uit, en nam ze mee naar binnen, met de kinderen in zijn kielzog.  "Deze drie zijn nog beschikbaar.", sprak hij.  Mijn man kwam naast me zitten.  "Kies er maar eentje uit."  De meest ondeugende van de drie pups haalde ik er tussenuit.  "Zoek alvast een naam die begint met een H, voor op de stamboom", hoorde ik.  "Hector", antwoordde ik vrijwel meteen.  Een stevige hond moet een stevige naam hebben.  Hector, met Thor, de dondergod, als mogelijke verkorting.  Volgende zaterdag mag ik hem afhalen.  Daags nadien ben ik Hector en mezelf gaan inschrijven in de hondenschool.  Iets om naar uit te kijken, zoveel staat vast.      

    25-03-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    12-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oude en nieuwe wonden

    Woensdag.  Ik stapte na m'n werk bij mijn ouders binnen, om m'n meisjes af te halen.  Ze waren net begonnen met het avondeten, en m'n vader schoof me meteen een bord toe.  Mijn man zou pas rond acht uur thuiskomen, dus besliste ik maar te blijven eten.  Voor zover je het eten kan noemen. 
    Mijn moeder vroeg of ik de nieuwe Humo al gelezen had.  Ik schudde m'n hoofd. 
    -"Er staat een artikel in over hoogbegaafde tieners.  Ik kreeg kippevel toen ik het las, het deed me volledig aan jouw schooltijd denken.  Eén van hen heeft trouwens hetzelfde IQ als jij.  Je moet het maar eens lezen."  Ze schoof het tijdschrift mijn richting uit.
    Ik duwde het terug.  "Ik lees het thuis wel."  Alles wat met schooltijd te maken heeft hou ik liever op veilige afstand van me.  Het was een tijd van pijn en verdriet, van onbegrip en gemis. 

    Ik klinkte de gordels vast van mijn meisjes en sloot de deuren.  Mijn moeder, eeuwig ongerust over haar jongste dochter, keek me aan. 
    -"Je ziet er niet goed uit, scheelt er wat ?" 
    -"Nee," loog ik, "Ik ben gewoon wat moe." 
    -"Neem je je medicatie nog?"
    -"Elke dag, baas." zei ik.  Elke dag gooi ik ze in de gootsteen, dacht ik.  Die zal vast gelukkig zijn. 

    Ik was net vertrokken, toen mijn man me belde.  Zijn werk was beter gevorderd dan voorzien, en ook hij was onderweg naar huis. 
    "Ik had de Humo mee, voor tijdens mijn lunchpauze", begon hij, "Er staat een stuk in over hoogbegaafde kinderen.  Toen ik het las, leek het alsof ik over F. aan het lezen was.  Je moet dat stuk straks even lezen."
    Een koude rilling over mijn rug.  Nee ! 

    F.  Mijn zorgenkindje.  Ze werd geboren, en de gyneacoloog die me hielp bevallen, kwam achteraf naar me toe.  Dat het voor hem de eerste keer was dat een pasgeboren baby haar hoofdje constant probeerde te draaien in de richting van haar moeders stem.  Ze werd na haar eerste bad in m'n armen gelegd, en ze keek me taxerend aan, zo van "ben jij nou de eigenaar van die stem die ik herkende ?"  Net dezelfde reactie wanneer haar papa haar opnam.  Een dag later vroeg ik de verpleegster of zo'n klein ukje al zien kon.  Ik kreeg een resolute nee als antwoord.  "Hoe komt het dan dat ze me na doet ? vroeg ik.  Ik kreeg te horen dat dit onmogelijk was.  Dus nam ik haar, en legde haar op m'n gebogen benen.  Ik articuleerde een aantal letters, zonder ze uit te spreken, in alle stilte; A, O, I.  Na elke letter imiteerde dat kleine schepseltje van me de houding van mijn mond zo goed ze kon.  De verpleegster was sprakeloos, en de verdere dagen van ons verblijf dienden we vaak ons "truucje" ten berde te brengen. 
    Op twee maanden lachte ze luidop.  Op zes maanden kroop ze volop rond, op negen maanden stapte ze alsof ze nog nooit iets anders gedaan had.  Toen ze een jaar of twee was, tekende ze héél gedetailleerd.  Na de tweede dag in de peuterklas, ze was nét tweeënhalf, zei haar juf me dat ze vreemd genoeg alle kindjes reeds bij naam kende.  Thuis vertelde ze me tot in de puntjes wat ze die dag op school gedaan had, netjes op chronologische volgorde, zonder ook maar iets te vergeten.  Maar ik stond er niet echt bij stil, voor mij leek alles normaal, ik had natuurlijk geen vergelijkingsmateriaal, ze was mijn eerste dochtertje.  Later, toen mijn tweede dochtertje opgroeide, was ik constant bang dat ze achter was, dat er iets mis was met haar.  Maar zij was gewoon, normaal, netjes op leeftijd, terwijl de andere alles véél te vroeg deed.  Na een drietal weken peuterklas begon ze te veranderen.  Ze wou niet meer naar school en had constant buikpijn.  Ik kreeg te horen dat ze mogelijk autistisch was, en dat ze dringend getest moest worden.  Plotseling viel me op dat haar tekeningen op school helemaal niks voorstelden in vergelijking met wat ze thuis maakte.  Ze krabbelde er op school maar wat op los.  Ik nam de kaft met haar tekeningen van thuis mee naar school, en ik kreeg te horen dat ze ondertussen werd gevolgd door een extra zorgjuf, en dat uit diens bevindingen vermoedens rezen dat ze een ontwikkelingsvoorsprong had, aangezien je pas later over hoogbegaafdheid kan praten.  Enige probleem was dat F. pas getest kon worden als ze vier was.  We moesten dus wachten, maar in afwachting besloot de school, in samenspraak met ons en het CLB, haar naar een hoger klasje te laten gaan.  Na enkele zware weken van aanpassing verbeterde de situatie en begon ze terug graag school te lopen.  Ze was vier jaar en vijf maanden toen ze getest werd in het centrum voor communicatiestoornissen van het UZA.  Na afloop bleek dat ze niet autistisch was, maar dat ze een behoorlijke ontwikkelingsvoorsprong had.  Haar resultaten kwamen overeen met de resultaten van dat van een kind van zeven jaar en twee maanden.   Vreemd genoeg bleek er uit de testen ook dat ze bewust fouten maakte.  Bij sommige vragen antwoordde ze dat ze nog te klein was om ze te beantwoorden terwijl bleek dat ze best wel de oplossing wist.  De beslissing haar een een jaar hoger te laten volgen bleek uit de resultaten aangewezen om haar voldoende uitdaging te bezorgen, zo niet zou ze kunnen beginnen onderpresteren.  We kregen een stapel documenten mee naar huis, en de raad om haar opnieuw te laten testen als ze een aantal jaren ouder was en om bij problemen ons te wenden bij het CBO, het centrum voor begaafdheidsonderzoek van Prof. T. Kieboom.  Ondertussen zit ze in het eerste leerjaar, en doet ze het uitstekend.  Ze heeft, ondanks het feit dat ze een jaartje jonger is, uitstekende resultaten, en voelt zich bij haar klasgenootjes best wel goed. 
    Haar gevoeligheid speelt haar echter vaak parten.  Het nieuws kijken we beter niet als ze in de buurt is, want dan raakt ze overstuur.  Ze heeft het enorm moeilijk met onrechtvaardigheid en neemt het altijd op voor de zwaksten.  Ze wil voor alles een gedegen uitleg.  Haar drang naar perfectie bezorgt haar faalangst.  Als ze ergens niet zeker van is, begint ze er liever helemaal niet aan.  Dan bekijkt ze even alles vanop afstand, verwerkt ze alle gegevens in dat kleine hoofdje van 'r, om dan, als niemand het ziet, het te proberen.  Een zin voor humor en een smaak in muziek die niet bij haar leeftijd passen.  

    In haar herkent mijn moeder mij.  Helaas was er toen ik jong was nog totaal geen actief onderzoek omtrent de materie.  Ik werd bestempeld als een buitenbeentje, een rebel, of een moeilijke leerling.  Terwijl ik me doodeenvoudig stierlijk zat te vervelen op school.  Achteraf bekeken ben ik in een sukkelstraatje van faalangst en onderprestatie geraakt, twee zaken die, zo bleek later, mijn depressie voedden.  

    Herinneringen aan mijn schooltijd zitten veilig opgeborgen, verbannen wegens te pijnlijk.  Het geen aansluiting vinden bij leeftijdsgenoten, het onbegrip bij leerkrachten.  Ik was moeilijk, ik was eigenwijs.  Ik kwam wel tot dezelfde eindoplossing, maar bereikte die op een totaal andere manier dan hoe deze werd aangereikt, dus werd het als zijnde fout bestempeld.  Dit resulteerde er in dat ik zelfs een jaar opnieuw diende te doen.  De heerschappij van de idiotie der leerkrachten deed me de das om, en deed me een dégout krijgen van alles wat met school te maken heeft.  Alsof ze alle wijsheid in pacht hebben ! 

    Nooit, niet één keer heb ik gestudeerd voor een toets of examen.  De basiskennis die we in de lessen kregen vond ik voldoende.  Iets vanbuiten leren vond ik zinloos.  Natuurlijk, als je op die manier aan hogere studies begint, en je plotseling een massa gegevens meekrijgt die je thuis dient te verwerken, dan weet je niet hoe er aan te beginnen.  Faalangst evolueerden in ernstige angstaanvallen, en omwille van gezondsheidredenen diende school te worden stopgezet.   

    Ik heb hieromtrent vast wel al eerder iets geschreven, het artikel in Humo maakte gewoon alles weer wakker in me.  

    Ik denk anders.  ik besta anders.  Ik voel anders.  Intenser.  Iedereen lijkt zijn leven te leiden, zonder er al te veel bij stil te staan.  Ik dien echter af en toe even "af te stappen", even een adempauze te nemen, om de dingen vanop afstand te bekijken en een plaats te geven.  Ik dien af en toe even afstand te nemen wanneer ik merk dat menselijke wreedheid me alweer te dicht benaderd.  Dan moet ik bijvoorbeeld even naar mijn plekje. 
    Mijn plekje, waar ik soms gemoedsrust vind, soms ook niet.  Starend naar het water, waar grijze golven vol zorgen voorbij kabbelen, vraag ik me dan af waarom mijn zorgen niet zo eenvoudigweg voorbij kunnen kabbelen.   

    Mijn dochter kwam laatst naar me toe, en zei, totaal zonder enige aanleiding : "Mama, iedereen heeft twee oortjes om mee te luisteren, en twee oogjes om mee te kijken.  Maar ik, hé mama, ik luister en kijk met drie dingen : ik luister en kijk ook met mijn hartje.  Mijn zus doet dat niet, papa ook niet, en de kindjes uit mijn klas ook niet.  Maar jij wel, mama.  Hoe komt dat ?"  Ik antwoordde dat ik niet wist hoe dat kwam, en vroeg of ze het erg vond misschien.  Ze antwoordde : "Nee, want wij luisteren en zien véél beter toch ?"
    Of hoeveel je als volwassene van een kind van zes leren kan...    

    12-03-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    08-03-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.The Cult
    Vrijdag, half twaalf s'middags.  Ik kreeg haar antwoordapparaat te horen.  Logisch, ze zat nog in de les op dit uur.  Slecht karakter als ik ben had ik er op gehoopt dat ze haar gsm had vergeten uit te zetten.  Laatst was dat nog zo, en ik bleef maar verderpraten, terwijl zij, vast met een knalrood hoofd, me probeerde duidelijk te maken dat ze nog in de klas zat, tot grote hilariteit achteraf, natuurlijk.  Mijn oudste dochter, M, bijna achttien jaartjes jong, en eigenlijk een stiefdochter, maar dat zeggen we lekker niet.  Uiteindelijk ben ik altijd al méér haar moeder geweest dan haar "echte" moeder, waarmee ze ondertussen alle contact heeft verbroken.

    "M., ik hoor net op StuBru dat het concert van The Cult van vanavond niet uitverkocht is, je kan dus nog meegaan als je zin hebt.  Ik ben thuis om vijf uur, en vertrek om zes uur.  Je bekijkt maar of je mee wil.  Dada !"  

    Ik stond net onder de douche toen ik haar hoorde thuiskomen.  "Hey M., kom eens even naar boven", riep ik.  Deze keer had ze blijkbaar haar gsm wél afgezet, en zelfs nog niet terug opgezet.  Ik herhaalde dus wat ik had ingesproken, en omdat ze toch niet kon gaan trainen wegens een kleine blessure, besloot ze het erop te wagen en maakte ze zich snel klaar.  Om vijf voor zes wou ze nog per sé haar nagels zwart lakken, waardoor we pas tegen tien na zes arriveerden bij T., mijn vriendin én de reden dat we vandaag richting AB in Brussel reden.  Zij had mij vergezeld naar het optreden van Arid, op voorwaarde dat ik met haar vandaag mee naar The Cult zou gaan.  

    Drie dames alleen op stap, dus.  En dat mochten we geweten hebben.  Aan aandacht geen tekort, om het netjes te stellen.  Maar we hadden een leuke tijd, voor het concert gierden we het uit door wat te zitten "mondelinge plaatjes te maken" van mogelijke kandidaten in onze omgeving. 

    Ettelijke hongerige blikken van begeerte gericht op het jonge, onaangetaste slanke lichaam van M.  Bijna achttien en nog maagd, zo zijn er niet veel meer.  Niet dat ik haar preuts opvoed, integendeel, we hadden van meet af aan een hele open relatie.  Ze weet alles wat er te weten valt, en meer.  Ze vindt gewoonweg haar gading niet tussen leeftijdsgenoten, en de jongens, of mannen, waarop ze dan wél valt, vinden haar dan weer te jong.

    M. en ik wisten niet echt wat te verwachten van het optreden, want we kenden maar een tweetal nummers van de band, maar al bij al viel het best mee.  Ok, de zanger wist duidelijk niet echt meer waar hij stond, en zong er af en toe flink naast, maar er heerste een enorm leuk sfeertje, en we rockten er op los.  De bassist maakte met z'n mooie koppie trouwens heel wat goed. 

    Nadat het merendeel van de menigte de zaal verlaten had, begaven we ons naar buiten.  De inkomhal was nog gezellig druk, en we besloten er nog ééntje te drinken, vooraleer we huiswaarts zouden keren.  Ik probeerde een weg te banen tussen de menigte naar een ietwat rustiger plekje, met T. en M. in mijn kielzog, en zoals altijd, met mijn blik zoveel mogelijk naar de grond gericht.  Ik voelde prangende blikken op me gericht, wat me zoals altijd een ongemakkelijk gevoel gaf, en ik wou daarom zo snel mogelijk uit de drukte raken.  Iemand kruiste m'n pad, en ik moest stoppen.  Ik keek op, en voelde hoe hij al mijn aandacht naar zich toe zoog, zijn ogen stevig op me gericht, wachtend op oogcontact.  Een jonge blonde god, een jaar of achtentwintig, met halflang haar, ietwat warrig, maar geenszins de aandacht wegnemend van zijn perfecte gelaatstrekken.  We keken elkaar in de ogen, en een glimlach ontblootte zijn perfecte witte tanden.  Ik lachtte bedeesd terug, ietwat gechoqueerd door zijn lichte brutaliteit.  Waar haalde hij het recht me zo aan te staren ?   Ondertussen grabbelde ik naar T.'s handen, bracht deze naar mijn gezicht, keek hem vanuit m'n ooghoeken nog even aan, glimlachte, deed haar handen op m'n ogen, en zette m'n weg verder.  Een meter of twee verder, deed ze haar handen van m'n gezicht, en zei ze "Wat was dàt ? Die was knàààp !"  We lachten en zochten ons iets verder een rustig plekje uit.  Zodra M. zich bij ons voegde, zei ze dat ze nog nooit zo'n knappe man gezien had, en vroeg ze zich tot groot jolijt luidop af of hij geen jongere broer had.  Ik besloot wacht te houden, om ons plaatsje te behouden, terwijl M. naar het toilet ging, en T. ons iets te drinken ging halen.  Plots stond hij daar weer, vlak voor me. Hij bleek uit de buurt van Luik te komen, en we praatten even over het concert.  Jaloerse blikken in mijn richting, van vrouwen die ons passeerden.  Ook al gaf hij me enigszins vrij duidelijk te verstaan dat hij wel interesse in "meer" had, ik wimpelde hem netjes af, door hem m'n trouwring te tonen.  T., M. en ik begaven ons even later naar buiten, gingen vlug nog een hapje eten, en stapten de wagen in.  De knappe jonge vreemdeling kwam nog even ter sprake.  Vreemd in feite, want T. en ik hebben anders altijd een totaal ander beeld van wat een mooie man is, en het gegrijns om M.'s gezicht spreekt meestal ook wel boekdelen en vice versa.  Maar al gauw dwaalden we weer af naar ons typisch gepalaver over koetjes en kalfjes, en thuisgekomen maakte ik mezelf de bedenking dat ik nooit eerder zo'n goede band had ervaren met een vriendin als ik momenteel ervaar met T.  Ze is er voor me wanneer nodig, we hebben pret, lachen ons rot, maar kunnen net zo goed elkaar opbeuren wanneer nodig, elkaar advies geven of wat dan ook.  Ze neemt me voor wat ik ben, en da's vast niet altijd even makkelijk...

    08-03-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    23-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beautiful freak
    Wat een zalig weertje toch, de afgelopen dagen...  Het wekt meteen ook een zalig gevoel bij me op.  Mijn dipje ligt achter me, en langzaam maar zeker voel ik me sterker worden.  En dat straalt blijkbaar van me af. 

    Mijn dipje.  Zeg maar dip.  Een behoorlijk dal.  Ergens woelt er nog de angst terug te hervallen, want dat doe ik, gegarandeerd.  Zo zit m'n leven nu éénmaal in mekaar.  Het was een moeilijk geval, met symptomen die ik nooit voorheen kende, symptomen die ervoor zorgden dat ik echt wel behoorlijk het noorden kwijt was.  Symptomen waar ik momenteel echter ook positieve gevolgen van ondervind.  Echt mager word ik vast nooit, maar toch ben ik dankzij het niet-eten flink wat kilo's verloren, en door het mateloos baantjes trekken in het zwembad, zo mateloos dat ik er een spierscheur in m'n knieholte aan overhield, ben ik hier en daar wat verstevigd.  Ik slaag er in dit door te trekken; mijn maag is ondertussen gewoon aan weinig eten, dus eet ik nog steeds niet biezonder veel, én ik blijf zwemmen.  Mijn conditie is behoorlijk goed ondertussen. 

    Ik krijg complimentjes, ook al heb ik daar een grondige hekel aan.  Ik voel me vrij goed in mijn huidige situatie.  Ik heb een aantal mensen in de buurt die me een goed gevoel geven.  Op een verplichte cursus van mijn werkgever omtrent zelfkennis, kwam ik als zijnde "een zelfzeker persoon, die weet wat ze wil, en meent wat ze zegt" uit de bus.  Niet slecht toch ?  Niet waar, ook, maar het geeft me voldoening in die zin dat ik weet dat het muurtje om me heen zelfs professionals kan omzeilen.  

    Ik ben dan wel een vreemde eend in de bijt, iemand die anders is, dat rare meisje met d'r muts en d'r rare schoenen dat veelal in de knoop ligt met zichzelf, maar ik ben dan tenminste niet doorsnee, ik ben niet gewoon, misschien heb ik wel andere kwaliteiten, en er zijn weldegelijk mensen die willen weten welke persoon schuilt achter mijn muurtje.  En die mensen zijn de moeite waard... 

    http://www.youtube.com/watch?v=Hl42sblzYEk



     

    23-02-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    17-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pijn in doosjes
    Je hebt mensen die door het leven walsen.  Ze recupereren zo van een tegenslag, en alles lijkt hen voor de wind te gaan.  Vaak hebben zulke mensen het moeilijk met mensen die met wat meer moeite door het leven peddelen.  Ze geloven niet in "depressie", vinden het aanstellerij, of een roep om aandacht.  "Bijt eens even op je tanden, iedereen heeft wel eens een mindere dag..."
    Een mindere dag, als het dat maar was.  Stiekem wens ik zo'n mensen één dag depressie toe.  Eén dagje maar, ik ben niet erg wreedaardig, namelijk.  
    Mijn oudste zus is zo iemand.  Al van sinds ik ziek werd, slingert zij me verwijten naar het hoofd.  Ik was een verwend nest, ik stelde me aan, ik wou de aandacht van onze ouders naar me toe trekken, en ga zo maar door.  Haar man deelde lange tijd haar mening, tot hij zelf een burnout kreeg, er mentaal helemaal door zat, en sindsdien zich wel honderd keer heeft verontschuldigd jegens me.
    Mijn zus daarentegen, die leert het nooit.  Ik geloof niet in karakters aan de hand van sterrenbeelden, maar bij mijn zus maak ik een uitzondering: zij is een rasechte schorpioen.  Ontzettend giftig kan ze uit de hoek komen, maar twee minuten later is ze vergeten wat ze allemaal gezegd heeft, en doet ze alsof er niks gebeurd is.  Als ze het écht lastig heeft, roept ze wel eens naar me dat ik beter toen wat meer pilletjes had geslikt, zodat de familie nu geen last meer van me zou gehad hebben.  Een beter voorbeeld kan ik niet geven, zo is ze nu éénmaal.  Aan de andere kant zal ze op haar goede momenten hemel en aarde verzetten voor me.  

    En misschien heeft ze soms wel gelijk omtrent de beschermende pose die mijn omgeving op momenten kan aannemen.  Zo ook de laatste weken.  Ze merkten wel al langer dat er iets mis was met me, maar ik hield me zo sterk mogelijk.  Mijn moeder komt al weken dagelijks langs, vaak als ik er niet ben.  Ze ruimt wat op, doet m'n strijk, en, voor haar van groter belang, ze telt de pilletjes die ik nemen moet.  Ze weet dat ik dat meestal niet doe, vandaar.  Ik steek het vaak op het feit dat ik ze vergeet omdat ik 's morgens meestal zo vroeg begin te werken, maar ze heeft me door.  Ze betrapte me vroeger ook al toen ik mijn pilletjes de gootsteen door jaagde.  

    Mijn schoonbroer merkte een tijd geleden ook dat het me niet goed ging.  Toen ik enkele weken geleden bij hen op bezoek was, omdat hun jongste dochter jarig was, nam hij me even apart in de keuken, en zei dat ik er ontzettend ongelukkig uit zag.  Ik ontweek zijn bemerking wijselijk.  Hij heeft altijd bijbedoelingen, en daar heb ik geen zin in.  Hij vroeg me hem te bellen wanneer ik nood had aan een "gesprek", maar ik wist waar hij op doelde.  Ik heb hem dus niet gebeld. 

    Dat was drie weken geleden.  Heb ik me ondertussen nog "niet lekker" gevoeld ?  Tuurlijk wel, maar ik merk dat ik zachtjes aan mijn mentaliteit omgebuigd krijg.  Misschien is het omdat stilaan het licht weer aan het veranderen is, en omdat de zon er wat vaker is.  Ik ben nu éénmaal ietwat lichtgevoelig.  
    Terwijl ik tot voor enkele weken oude littekens bleef openhalen, ze in mijn schoot legde en toekeek hoe het bloedde, probeer ik nu de littekens een plaatsje te geven.  Alle pijn in doosjes, zodat ik ze netjes opbergen kan.  En ik lijk er voorlopig in te slagen.  Ik verwijderde een aantal cd's uit mijn wagen.  Jeff Buckley, Nick Cave, gaan jullie maar even thuis bekomen, netjes in de cd-kast... Het lijkt idioot, maar als ik me even niet lekker voel, dat word ik als een magneet naar zulke muziek getrokken, en resulteert het enkel in het feit dat ik me nog slechter begin te voelen.  Kom maar, Faithless.  Jij ook, Ida Corr.  Het is jullie beurt nu.  Er hangt leven in de lucht.  Misschien heeft mijn dokter toch gelijk, en word ik stilaan sterker.  Is mijn dip over ?  Ben ik uit het dal waar ik tot voor kort zo erg vast zat aan het geraken ?  Misschien wel.  Ik betrap mezelf dat ik loop te neuriën.  Zie je wel; alles komt goed... zelfs ik.  Volhouden nu !  Want ik ben er nog lang niet...


    Mijn plekje bij de Schelde... ik heb het enigzins verplaatst.  Het werd me daar ietwat te druk.  Ik zit er nog, vlakbij eigenlijk, véél veiliger zelfs.  Véél rustiger ook trouwens. 
    Het lukt me wel.  Er volgen vast nog wel moeilijke momenten, ik moet ze gewoon trachten om te buigen.  Nu maar hopen dat er niet te veel meer mis zal gaan, zodat ik voldoende aan kan sterken...  

             

    17-02-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    15-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een dagdroom...
    De nacht was zwoel en warm.  De dag belooft zwoel en warm te worden.  Een vroege ochtendzon, en iedereen rondom ons lijkt nog niet ontwaakt te zijn.  We wandelen door het gras, nog nat van de ochtenddauw.  Op een padje kust hij mij nog maar eens.  Zijn lippen branden op de mijne.  Daar in de ochtendzon.  

    's Nachts hadden we afscheid willen nemen.  We waren er niet in geslaagd, en hadden de hele nacht genoten van elkaars aanwezigheid.  We dansten de nacht in en uit, terwijl hij zachtjes "ik zie je graag" fluisterde.  Hij hield me stevig vast, en ik wilde dat de tijd stil bleef staan.       
    Voor altijd verliefd, voor altijd liefde.    

    Zelfs de maan en enkele sterren zijn nog van de partij.  We wandelen een heuvel op, en bekijken de wereld vanop veilige afstand.  We gaan zitten, op onze eigen ster, en dromen luidop, over verlangens, over hoe het is, en over hoe het worden zal.  Op onze ster, met zicht op de wereld, vertel ik hem wat hij voor me betekent, en vertelt hij me wat ik voor hem beteken.  De wereld.  

    Liggend in het gras, een zacht briesje.  Mijn hoofd op zijn schoot, genietend van de stilte, genietend van elkaar.  Stilte kan vaak meer zeggen dan duizend woorden.  Alsof we in gedachten een gesprek voeren.  Sssshhht.  Dromen zo zoet en zacht als engelenvleugeltjes.    

    Hij maakt me sterk, ik maak hem sterk.  Nooit meer hoef ik nog bang te zijn, nooit meer hoeft hij nog bang te zijn.

    Hij brengt me aan het lachen.  Zo vaak.  Plagend, aandacht eisend.  We kwikkelen, en lijken nooit genoeg te krijgen van elkaar.  Na een "robbertje vechten" neemt hij de bovenhand, kijkt me diep in de ogen (kijkt hij door me heen ?), zoent me met een ongekende passie, en doet me meteen verlangen naar zoveel meer.

    We wandelen terug de realiteit in, samen.  Een ontbijt op een terrasje, met heerlijk ruikende koffie, vers geperst sinaasappelsap, en nog warme croissants.  We keren huiswaarts, en nemen de dag voor de nacht.  Ik bekijk hem, stiekem, en zie hoe de slaap hem overmant.  Een drukkende warmte buiten, maar wij liggen lekker koel, de ramen open, en de wind die in de gordijnen speelt.       

    Ook vanavond zullen we samen zijn.  Ik zal de sterren kunnen tellen die in zijn ogen schijnen, en ik zal intens gelukkig zijn.  Een heerlijk deuntje op de achtergrond, een lichte schemering, waardoor we elkaars contouren nog perfect kunnen waarnemen.  Hij komt tegen me aan staan, ik voel z'n adem in mijn hals.  Zijn hand streelt mijn gezicht, en zijn vingers gebaren zachtjes dat ik m'n ogen sluiten moet.  Muisstil en tergend traag ontkleedt hij me... 
     
    Een dagdroom, zonder echter een bepaalde persoon in gedachte... een sprookje, misschien...maar o zo mooi, (helaas te mooi om waar te zijn...)   



    15-02-2008, 23:02 geschreven door K.

    Reageer (0)

    14-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ulalume

    In 1847 schreef Edgar Allan Poe Ulalume, een wondermooi gedicht dat ik hier graag even citeer... ik riskeer me echter niet tot een schamele vertaling, en houdt het op de originele versie.  In één van zijn laatste opnamen, sprak Jeff Buckley dit gedicht in... luister, lees, en geniet...

    http://www.youtube.com/watch?v=JgeaqpmqUT8

    The skies they were ashen and sober;  
      The leaves they were crispèd and sere,  
      The leaves they were withering and sere;  
    It was night in the lonesome October  
      Of my most immemorial year;          5
    It was hard by the dim lake of Auber,  
      In the misty mid region of Weir:  
    It was down by the dank tarn of Auber,  
      In the ghoul-haunted woodland of Weir.  
      
    Here once, through an alley Titanic   10
      Of cypress, I roamed with my Soul—  
      Of cypress, with Psyche, my Soul.  
    These were days when my heart was volcanic  
      As the scoriac rivers that roll,  
      As the lavas that restlessly roll   15
    Their sulphurous currents down Yaanek  
      In the ultimate climes of the pole,  
    That groan as they roll down Mount Yaanek  
      In the realms of the boreal pole.  
      
    Our talk had been serious and sober,   20
      But our thoughts they were palsied and sere,  
      Our memories were treacherous and sere,  
    For we knew not the month was October,  
      And we marked not the night of the year,  
      (Ah, night of all nights in the year!)   25
    We noted not the dim lake of Auber  
      (Though once we had journeyed down here),  
    Remembered not the dank tarn of Auber  
      Nor the ghoul-haunted woodland of Weir.  
      
    And now, as the night was senescent   30
      And star-dials pointed to morn,  
      As the star-dials hinted of morn,  
    At the end of our path a liquescent  
      And nebulous lustre was born,  
    Out of which a miraculous crescent   35
      Arose with a duplicate horn,  
    Astarte's bediamonded crescent  
      Distinct with its duplicate horn.  
      
    And I said—"She is warmer than Dian:  
      She rolls through an ether of sighs,   40
      She revels in a region of sighs:  
    She has seen that the tears are not dry on  
      These cheeks, where the worm never dies,  
    And has come past the stars of the Lion  
      To point us the path to the skies,   45
      To the Lethean peace of the skies:  
    Come up, in despite of the Lion,  
      To shine on us with her bright eyes:  
    Come up through the lair of the Lion,  
      With love in her luminous eyes."   50
      
    But Psyche, uplifting her finger,  
      Said—"Sadly this star I mistrust,  
      Her pallor I strangely mistrust:  
    Oh, hasten!—oh, let us not linger!  
      Oh, fly!—let us fly! for we must."   55
    In terror she spoke, letting sink her  
      Wings until they trailed in the dust,  
    In agony sobbed, letting sink her  
      Plumes till they trailed in the dust,  
      Till they sorrowfully trailed in the dust.   60
      
    I replied—"This is nothing but dreaming:  
      Let us on by this tremulous light!  
      Let us bathe in this crystalline light!  
    Its sibyllic splendor is beaming  
      With hope and in beauty to-night:   65
      See, it flickers up the sky through the night!  
    Ah, we safely may trust to its gleaming,  
      And be sure it will lead us aright:  
    We safely may trust to a gleaming  
      That cannot but guide us aright,   70
      Since it flickers up to Heaven through the night."  
      
    Thus I pacified Psyche and kissed her,  
      And tempted her out of her gloom,  
      And conquered her scruples and gloom;  
    And we passed to the end of the vista,   75
      But were stopped by the door of a tomb,  
      By the door of a legended tomb;  
    And I said—"What is written, sweet sister,  
      On the door of this legended tomb?"  
      She replied—"Ulalume—Ulalume—   80
      'T is the vault of thy lost Ulalume!"  
      
    Then my heart it grew ashen and sober  
      As the leaves that were crispèd and sere,  
      As the leaves that were withering and sere,  
    And I cried—"It was surely October   85
      On this very night of last year  
      That I journeyed—I journeyed down here,  
      That I brought a dread burden down here:  
      On this night of all nights in the year,  
      Ah, what demon has tempted me here?   90
    Well I know, now, this dim lake of Auber,  
      This misty mid region of Weir:  
    Well I know, now, this dank tarn of Auber,  
      This ghoul-haunted woodland of Weir."

    14-02-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    11-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wanneer ?

    Wanneer de weg donker en verlaten wordt, in wie moet ik dan vertrouwen nemen ? 
    Wanneer je door de bomen het bos niet meer ziet, is het dan niet beter op te geven ?
    Wanneer je alles probeert en niets meer werkt, mag je dan niet ophouden ? 
    Wanneer niks meer goed gaat in iemands leven, wordt het dan niet hoog tijd dat je kordaat reageert en het gedoe een halt toe roept ? 
    Wanneer je constant zweeft tussen pijn en minder pijn, en smacht naar een pijnloos moment, moet de pijn dan niet opgeheven worden ?
    Wanneer het lijkt dat het al je hele leven regent, grauw en vies, mag je dan zelf niet opteren voor een leven vol zon ?
    Wanneer je eeuwig lijkt te leven tussen de dode hoofden, kan je er dan beter niet zelf één worden ?
    Wanneer, wanneer, wanneer ?  Wanneer komt mijn halte er aan ?  Wanneer mag ik uitstappen ? 

    De tranen die je huilt lijken het enige te zijn waarin je nog geloven kan... 
    Je lijkt met je rug tegen de muur aan te staan, het lijkt alsof je geen kant meer opkan...
     

    11-02-2008, 23:36 geschreven door K.

    Reageer (1)

    09-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.een engel op mijn schouder

    Zou ze nog ongelukkiger als dit kunnen zijn, vroeg ik me vaak af.  Ondanks haar eeuwig lachje, haar eeuwige beleefdheid en haar eeuwige maniertjes.  "Darling !", zo sprak ze iedereen aan, pinkjes eeuwig in de lucht.  Verschrikkelijk vond ik het, want ik merkte in haar blik hoe zeer ze poogde de schijn hoog te houden, hoe zeer ze poogde haar geheimen voor zichzelf te houden.  En of ze geheimen had.  Ze neukte er op los, onder meer met de privé-chauffeur die ons in New York overal heen bracht.  Haar grootste geheim echter, zou me pas anderhalf jaar later op mijn schoot geworpen worden.

    Helen kwam uit een arm gezin, groeide op in armoede, maar haar leven kende een ommezwaai toen een ontzettend rijke jongeman verliefd op haar werd.  Ze huwden, en sindsdien deed ze niks anders meer dan geld opdoen en extreem luxueus leven.  Drie kinderen volgden; twee zonen en een dochter.  De oudste zoon leerde ik kennen in een Antwerps cafeetje.  Hij was kort na zijn studies naar Europa gestuurd door zijn vader, om ervaring in het bedrijfsleven op te doen.  Het klikte meteen en een tweetal maanden later bezochten we zijn ouders in New York, en besloten we om zes maanden rond de US te trekken, rugzakgewijs.  Mijn eerste ontmoeting met zijn familie kon tellen.  Zijn vader, algemeen directeur van één der grootste bedrijven ter wereld, was vroeger naar huis gekomen, en besloot dat hij zou koken voor ons.  Na het eten, wat me enorm had gesmaakt, dacht ik het wel leuk even zijn kookkunsten te prijzen.  Een mengeling van nog onvoldoende beheersing van het engels toen, en van zenuwen omwille van de eerste ontmoeting met zijn ouders resulteerde in : "You're a good cock"  Van zodra ik het gezegd had, wist ik wat ik gezegd had.  Net iets te letterlijk vertaald, dus.  Het werd even muisstil, maar mijn vriend redde me door in lachen uit te barsten en al gauw lag iedereen in een deuk.

    Na een zestal maanden keerde zijn ouders terug naar Zuid-Afrika, en werd mijn vriend aangemaand om mee terug te keren om zijn "echte carrière" te starten.  Hij wou dat ik met hem mee ging, en aangezien ik me hier al een hele tijd niet lekker voelde en totaal geen aansluiting meer vond bij mijn omgeving, leek het mij de ideale manier om te vluchten van alles.  

    Ik belandde in een wereldje me totaal onbekend.  Ik trok in bij mijn vriend en hoefde niet te werken, er was een tuinman, een poetsdame en een kok, die dagelijks in ons huis rondhingen.  Ik spendeerde mijn dagen met het inrichten van het huis, met lezen, of met het me stierlijk zitten te vervelen.  Zijn ouders woonden op een vijf uur durende autorit van ons vandaan, maar ik kreeg verschillende keren s'ochtends een telefoontje van Helen dat de privéjet van het bedrijf onderweg was om me op te halen.  Ik was een pronkstukje, dat vreemde europese meisje met het schattige accent waarmee haar oudste zoon was komen aandraven, dat ze aan al haar rijke vriendinnen wou voorstellen.  We gingen lunchen, wat winkelen, en  alsof het de meest gewone zaak was ter wereld werd ik s'avonds netjes teruggevlogen door de piloot en zijn bemanning.  Ik werd nog meer dat vreemde europese meisje toen ik besliste dat ik wou gaan werken en een week later startte ik dankzij zijn vader voor de cruiseship afdeling van een rederij.  Een droom van een job, met enorm veel verantwoordelijkheid.  

    Elke tweede weekend werden we overgevlogen naar zijn ouders, om het weekend daar door te brengen, in een apart ingerichte studio binnen het zwaar beveiligde complex waarin zij woonden.  Vaak dienden we hen te vergezellen naar etentjes met andere zakenlui.  In Zuid-Afrika houden ze heel vaak "braais", of wat wij een barbecue noemen, maar verder stopt daar de vergelijking.  Decadentie, anders kan ik het niet noemen.  

    Zo ook die zondag, ik woonde ondertussen zo'n jaar in Zuid-Afrika.  We waren uitgenodigd bij een zakenrelatie van zijn vader.  Er waren zo'n vijftigtal genodigden, en ik kende er niemand van.  De mannen waren samen naar het tennisveld afgezakt en hielden een partijtje tennis ten einde zichzelf te bewijzen.  Het was enorm warm die dag, en heel even dacht ik een damp van testosteron boven het tennisveld waar te kunnen nemen.  De dames zaten, of beter lagen, op luxueuze ligzetels, aan het zwembad, vergezeld van tafeltjes vol cocktails.  Een constant aandraven van personeel met allerhande drankjes en hapjes.  Ik zat even verderop de boel waar te nemen, in mijn eentje, en vroeg me af vanaf wanneer het niet als onbeleefd zou beschouwd worden de plaat te poetsen.  Zijn moeder kwam bij me zitten.  "Darling, I'm bored." Ze nam een zuinig nipje aan haar cocktail.  "Buiten de gastvrouw ken ik hier niemand.  En de organisatie, abdominabel gewoon.  Bende wannabe's."  Ik vroeg me stiekem af of ze werkelijk de betekenis van het woord abdominabel kende, of dat ze het in een gelijkaardige context had opgevangen tijdens een gesprek van haar man.  Een ietwat struisere dame in een kleed met een vreemde bloemenprint kwam op ons afgewandeld.  "Ken jij haar?", vroeg ze me stilletjes.  Ik gremelde.  "Hoe kan ik die dame nu in godsnaam kennen ?  Waarom, wie is ze ?", antwoordde ik.   "Geen idee, nog nooit gezien.", zei ze kort, en zette ondertussen haar bekende glimlach op haar gezicht.  

    De dame groette ons, ging zitten, keerde zich naar mij, en vroeg : "Met deze hitte moet jij toch wel verlangen naar dat grijze landje van je, hé."  Weer ééntje die dat vreemde europese meisje wou ontmoeten, dacht ik.  Maar nog voor ik antwoorden kon, keerde ze zich van me weg, en begon te praten met mijn toenmalige bijna-schoonmoeder.  "Jij draagt een zware last met je mee", zo begon ze, "maar als het wat voor je kan betekenen, hij heeft het je al lang vergeven, hij vind het belangrijk dat je dat weet."  "Mevrouw," antwoordde ze, "ik heb geen flauw idee waar je het over hebt.  Hebben wij elkaar misschien al eerder ontmoet ?"  "Neen," antwoordde de dame, "maar je oudste zoon vroeg me daarnet je dat even te komen zeggen."  We keken beiden richting tennisveld.  "Neenee", ging ze meteen verder, "niet die, maar je oudste zoon, degene die je zoveel jaren geleden geaborteerd hebt."  Op dat ogenblik zag ik Helen lijkbleek worden.  Ze stond op en liep weg, richting parking.  Ik rende achter haar aan, en toen ik haar éénmaal gevonden had, zat ze onophoudelijk te huilen.  "Hoe kan die dat nou weten ?", snikte ze, "niemand weet dat, K., niemand, en ik ken die dame niet eens.  K, beloof me dit voor je te houden, niemand weet hiervan, zelfs de kinderen niet..."  Ik zocht naar een zakdoekje, reikte haar eentje aan, en zei stilletjes "cross my heart and hope to die..."  De dame was ons blijkbaar gevolgd en kwam langzaam onze richting uit.  "Mevrouw, het spijt me verschrikkelijk dat ik dit niet anders heb aangebracht, maar, hoe zal ik het zeggen, ik heb blijkbaar een bijzondere gave.  Weet je, hij begrijpt waarom je het gedaan hebt, en hij is altijd bij je en waakt over je..."  Ik stond op, en wandelde weg, dit was iets waar ik verder niets mee te maken wou hebben.  Hier was ik veel te nuchter voor, ik heb nooit geloofd in zulke dingen, waarom zou ik er dan nu mee beginnen ?  Ik ging terug zitten, net ver genoeg weg van alle drukte.  Ze zal weer eens in een stomdronken bui haar mond voorbij gepraat hebben tegen één van haar zogenaamde vriendinnen, en die heeft blijkbaar het verhaal gaan rondbazuinen, dacht ik.  Plots stonden Helen en de dame weer naast me.  Ze gingen zitten.  Ik probeerde in te pikken op de situatie.  "Mevrouw, ik weet niet wie je dit verhaal verteld heeft, maar u hebt me nu betrokken in iets dat me niet echt aanstaat, uw manier van handelen staat me helemaal niet aan."  Helen legde haar hand op mijn arm, dus ik wist dat ik mijn mond verder moest houden. 
    De dame wees richting mijn vriend, nog steeds aan het tennissen.  "Die daar, da's je vriend hé."  Ik knikte.  "Ik zie je hier nogthans niet blijven.  Volgend jaar in de winter keer je terug, alleen.  Je leert vrij snel iemand kennen, daar, ietwat ouder dan je.  Twee kinderen, en er volgen er nog twee, vrij snel.  Maar wees voorzichtig, want net voor het tweede geboren wordt bestaat de kans dat je er alleen voor komt te staan.  Je zal heel lang denken dat hij je zielsgenoot is, tot je jaren later je échte zielsverwant tegen het lijf lopen zal..."  Ik had er ondertussen genoeg van, en onderbrak haar.  "Mevrouw, het spijt me verschrikkelijk maar ik geloof echt niet in zulke dingen.  Laten we elkaar binnen een aantal jaar nog eens spreken, want ik ben 100 % zeker van dat ik hier dan nog zal zitten..."  Nu onderbrak zij me.  Ze legde haar wijsvinger op mijn linkersleutelbeen.  Ik schrok.  "Dit bolletje hier", zei ze, "is een stukje loszittend kraakbeen.  Je broer zegt dat het hem spijt want blijkbaar is dat gebeurd tijdens een spelletje cricket dat hij speelde met je.  En hij vraagt je om je moeder eens te bellen, en haar te vragen te stoppen met rouwen om hem.  Hij is heel gelukkig nu, en leeft vlak aan het water, daar was hij altijd al dol op hé, een klein jongetje met nog steeds een mooie bos krullen.  Hij is altijd aanwezig bij je, trouwens, een engeltje op je rechterschouder.  Niet zeggen tegen je zussen vraagt hij, want ze zouden jaloers zijn.  Hij waakt over je, omdat jij dat het meeste nodig hebt.  En als je ooit rust nodig hebt, zal hij je richting water brengen, want net als bij hem brengt water stilte in je hoofd."  Ik wist even niet meer wat te zeggen.  Na een tijdje antwoordde ik stilletjes dat cricket in België niet bestond, stond ik op, en ging naar mijn wagen.  Ik zette me achter het stuur, startte de wagen, zette de airco op hoog, en belde mijn moeder met de autotelefoon.  Gsm's bestonden toen nog niet of nauwelijks.  

    Mijn moeder nam op, en het enige dat ik vroeg was of ze zich herinnerde dat ik iets aan mijn sleutelbeen had gehad.  Terwijl ze het verhaal vertelde rolden dikke tranen van mijn wangen.  Ze vertelde dat mijn broer me een croquet-spel had meegebracht, met houten balletjes en hamertjes.  Ik was een jaar of vier, vijf, en tijdens één van de spelletjes had hij me geraakt met zo'n houten balletje.  Hij voelde zich er ontzettend schuldig over.  Ik moest naar de kliniek voor röngtgen foto's, en daaruit bleek dat er niks gebroken was, er was alleen een heel klein stukje kraakbeen losgekomen, maar dat stoorde niet, je ziet het trouwens ook niet, dus dat zit er nog altijd.  "Waarom heb je me dat nooit eerder verteld ?", vroeg ik mijn moeder.  Ik heb het altijd al enorm moeilijk gehad met het feit dat ik me vrijwel niks herinner van mijn broer.  "Ik heb er gewoon nooit meer aan gedacht." antwoordde ze, "Waarom kom je er trouwens mee af, heb je misschien je sleutelbeen bezeerd ?"  Ik vertelde het hele verhaal aan mijn moeder.   Ze wist niet goed wat te antwoorden.  

    Het onderwerp werd in stilte afgesloten, maar jaren later merkte ik plots dat ik wanneer ik zenuwachtig ben steeds aan mijn linkersleutelbeen frunnik.  De voorspellingen, daar geloofde ik geen zier van.  Helen wel.  Dat merkte ik.  Ze verloor langzamerhand haar interesse in me, en ik merkte af en toe dat ze al "nieuwe kandidaten" voor haar zoon begon te "screenen", zelfs toen er nog niets aan de hand was tussen mijn vriend en ik.  Maar een jaar later lag ik dermate met mezelf in de knoop, voelde ik me zo eenzaam, dat het fout is afgelopen tussen hem en ik.  Hij leefde een dubbelleven: hard werken in de week, drugsfeestjes en warehouseparties in het weekend.  En ik had moeite te volgen.  Ergernissen stapelden zich op, en hij zette een punt achter onze relatie.  Ik kreeg de kans te blijven wonen en werken daar, maar de politieke situatie was er op dat ogenblik zo verdraaid, dat het veiligheidshalve niet verantwoord was om als vrouw alleen daar te blijven.  Misschien nog meer was het niet verantwoord daar te blijven gezien mijn gemoedstoestand toen.  Het was winter in Zuid-Afrika, augustus, en ik keerde terug naar België.  

    De eerste keer dat ik terugdacht aan de dame, was pas jaren later.  Ik was ondertussen getrouwd met een man, iets ouder dan ik, met twee kinderen uit een eerste huwelijk.  Ik was hoogzwanger van mijn tweede dochtertje, en mijn man maakte tijdens verbouwingen aan ons huis een zware val.  Zijn toestand was even heel kritiek, ik mocht zelfs niet meer bij hem.  Ik bracht uren door in de wachtzaal van de spoedafdeling waar hij was binnengebracht en ondertussen geopereerd werd.  Toen is het verhaal even terug opgedoken in mijn gedachten...  Maar zelfs nu, terwijl ik het neerschrijf, heb ik nog steeds sterke twijfels bij alles, en denk ik nog steeds dat het misschien allemaal op een bepaalde vorm van toeval berust...  Of hoe bang iemand van het onbekende zijn kan.

     

    09-02-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    06-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gered door de kat
    Mensen zijn ofwel voor honden, ofwel voor katten, hoor je soms.  Ik heb het nooit echt begrepen gehad op katten.  Ik groeide op met honden, trouwe viervoeters, en vond een kat een arrogant schepsel.  Toch heb ik me ooit, door toedoen van mijn man zijn kinderen, laten overtuigen, en haalde ik een kitten in huis.  Een lappenkat, zoals ze weleens zeggen, geen streepjes of vlekjes, maar een wirwar van verschillende tinten.

    Het moet zo'n negen jaar geleden zijn.  Mijn man en ik woonden net samen, en ik beleefde de meest duistere periode tot nog toe.  Ik kan me niet meer herinneren wat er me toe heeft aangezet, maar ik besloot, voor de derde keer op een vrij korte tijdsspanne, er uit te stappen.  Mijn man moest die dag laat werken, en ik had via allerhande bijsluiters een ideale cocktail gevonden.  Ik verzamelde alle pilletjes netjes, stapte in mijn wagen, en reed naar een verlaten steegje vlak naast de spoorweg.  Ik zette m'n wagen wat aan de kant, en begon met behulp van een flesje water de pilletjes naar binnen te spelen.  Eén voor één eerst, maar al gauw duwde ik handenvol naar binnen.  Ik herinner me tot op de dag van vandaag nog steeds de bittere smaak van de verschillende pillen, en denk nog steeds terug aan die avond elke keer ik het apothekerskastje bij mijn moeder open trek.  Een geur van slechte herinneringen.  Ik stapte uit mijn wagen, misselijk van het mengsel van pillen en water.  Ik begaf me naar het spoor, en begon over de rails te lopen.  Na een tijdje merkte ik dat één en ander met me gebeurde, en ik werd ontzettend angstig.  Ik heb al van zolang ik me herinner geen goede band met het donker.  Donker maakt me bang.  Wanneer ik alleen thuis ben, branden dan ook alle lichten, en zijn alle gordijnen dicht, ten einde het donker buiten te sluiten. 
    Ik keerde terug, ging in mijn wagen zitten, en besloot huiswaarts te keren.  Hoe ik thuis geraakt ben vraag ik me nog steeds af.  Ik weet alleen nog dat ik me op de sofa gelegd heb, meer niet.  

    Ik moet vrij snel in een soort subcoma geraakt zijn, volgens de dokters.  Mijn man kwam vroeger thuis dan voorzien, en vond me.  Hij was in de veronderstelling dat ik lag te slapen, en besloot me te laten liggen.  Hij wist hoe slecht mijn nachtrust de voorafgaande weken was geweest.
    Tot hij zag dat het katje constant op me aan het springen was, en hij merkte dat ik niet reageerde.  Mijn hand was ondertussen helemaal opengekrabt en -gebeten door het onding.  We woonden toen nog in het huis naast dat van mijn ouders, en in paniek rende hij naar hen.  Mijn vader heeft me blijkbaar in leven gehouden tot de ambulance er was, en een dag later ontwaakte ik uit die zogenaamde subcoma.  Ik was zo slim geweest de bijsluiters van mijn cocktail achter te laten aan de spoorweg, en hierdoor was het voor de artsen van het urgentieteam niet echt eenvoudig.  Mijn maag werd leeggepompt, maar er was al een behoorlijk aantal in mijn bloed terechtgekomen, en antidrugs konden er niet worden toegediend omdat men simpelweg niet wist wàt ik had genomen.  

    Het katje is vrij snel moeten vertrekken.  Ik haatte het beestje, want het had onrechtstreeks m'n leven gered.  Gemengde gevoelens, van het ene naar het andere uiterste.  Op donkere dagen kan ik niet één kat zien, maar als mijn twee meisjes me overstelpen met hun kleine persoonlijkheidjes en met hun liefde, kan ik niet anders denken dan "Godzijdank dat die kat er was".  Ik zou die kleine armpjes om me heen en de dikke zoenen van hen, de blik in hun ogen, hun lachjes en nog zoveel meer voor geen geld van de wereld willen missen...  

    JC Bloem schreef ooit : “Denkend aan de dood kan ik niet slapen en niet slapend denk ik aan de dood.”  Ik zou dit stukje zelf niet beter kunnen afsluiten...   

    06-02-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    01-02-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ik heb er !

    Vandaag, op vrijdag één februari 2008 is om negen uur deze ochtend de ticketverkoop voor het concert van Nick Cave and the Bad Seeds op één mei aanstaande, in Vorst Nationaal van start gegaan. 

    En ik heb kaartjes !!!!  Twee kaartjes, waarvan er eentje voor mezelf bestemd is, de bestemming van het andere kaartje wordt later uitgemaakt... 

    http://www.youtube.com/watch?v=7kV5XkBQsKU

    01-02-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)


    Stuur me een email...


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Archief per maand
  • 04-2017
  • 02-2016
  • 05-2015
  • 09-2012
  • 12-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 02-2009
  • 01-2009
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 11-2007
  • 09-2005


    Blog als favoriet !



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs