Een leven vol dwaasheden.
Inhoud blog
  • Nog maar eens
  • Over vorken en stelen en zo...
  • Zeepbel
  • 2015 : Herstart
  • creep
  • vervlogen beelden.
  • Aan H.
  • reunite
  • the fear
  • Het lege glas
  • Jaren voorbij
  • Slaap nu maar...
  • full speed ahead
  • Sterrenverf
  • koud
  • Pony's
  • Hiep hop, Holland !
  • Vergeten normen...
  • illusie
  • Nieuw doel
  • Voorlopig verdict
  • What can I give you ?
  • Come in to my sleep
  • Mirabellen
  • Last goodbye
  • Pijnlijk
  • Prietpraat van een aantal weken geleden....
  • Om bij hem te zijn
  • Leven
  • Klaar
  • Notaris
  • Bijenvleugeltje...
  • BBQ
  • Leuven
  • M'n eigen held
  • Nachtelijk vergif in Beirut
  • Aan m'n bijna ex...
  • Godin van het Lot
  • Aanbod
  • Een wirwar van gevoelens
  • Emotionele nood
  • Dronk.
  • Pijlen
  • Het huis
  • Sterker ?
  • Ting !
  • Moule
  • Nooit nooit
  • Breathless
  • Wire to wire
  • Silver Stallion
  • Voorstellen
  • Oostende
  • Moe
  • Vier dagen
  • Over
  • Wisselvallig
  • Rogge Verdomme
  • Lentedag
  • Zandkastelen
  • Gezinsuitbreiding
  • Arsenal en realisme
  • Shelter
  • oktoberdag
  • Saved...
  • Twee dagen
  • Dagverloop
  • emailtjes en tussenstopjes
  • Waarom komen en gaan bepaalde mensen in je leven ?
  • Verlangen...
  • Coming of the knight...
  • Dromenjager
  • keuzes
  • Vergeet me nietje...
  • Controle
  • In-blind-rijk...
  • Emotionele vereenvoudiging
  • Een vrouw beminnen
  • Nog eentje van Hans Andreus
  • Mijn broer...
  • En wat nu ?
  • Voor een dag van morgen
  • JH Leopold
  • De enige
  • Dank je, M. x
  • As is steen
  • trouw
  • Stukjes pijn
  • Zonder woorden...
  • Ray Lamontagne
  • Sisters
  • De weken na Duitsland...
  • Duitsland
  • Maar...
  • Pakken
  • Yes man !
  • Ergens in een hotelkamertje...
  • Hold you in my arms.
  • Parijs
  • Wish you was here...
  • troebele klaarheid
  • File
  • I remember
  • The animals were gone...
  • Accidental Babies
  • Verslapen
  • Overval
  • Geld
  • Goed voornemen.
  • Komen en gaan
  • Sinterklaas
  • Misschien
  • Wellbutrin
  • En wat dan ? - Jotie T'Hooft
  • Flarden
  • Twijfel
  • Afstand
  • Onderweg
  • Creep
  • Het licht.
  • Zuid Frankrijk
  • Stukjes en brokjes
  • Heartbeats...
  • Eigendom
  • De kleine prins en z'n roos...
  • Voorbode...
  • Lokerse Feesten... deel 3
  • Lokerse Feesten... deel 2
  • Lokerse Feesten... deel 1
  • Tweestrijd
  • Piano
  • Onder één hoedje
  • Een leven lang.
  • Jean...
  • Gekke wereld
  • Functioneel naakt
  • Het resultaat
  • Ook zonder pijnstillers speel ik het klaar...
  • Wat pijnstillers met mijn verstand doen... deel 2
  • Wat pijnstillers met mijn verstand doen... deel 1
  • De aanhouder wint
  • De feitelijke reden
  • miss you
  • Vergeet me
  • Morning Theft
  • to be by your side...
  • Een Toontje...
  • Hier zijn we weer...
  • 82 berichten
  • Een aantal personen
  • Plannen, plannen, plannen
  • Grote schoonmaak
  • Beslissing
  • Meer is er niet
  • Onder dwang
  • Elfjes
  • Mijn grootste vijand
  • Eerste communie
  • De laatste rechte lijn
  • Wegdrijven op Nick Cave
  • Hoe het hoort te zijn... (een droom)
  • De boer op
  • Twee hondjes
  • Aftellen
  • Giftig
  • Een laatste kans
  • Hector
  • Oude en nieuwe wonden
  • The Cult
  • Beautiful freak
  • Pijn in doosjes
  • Een dagdroom...
  • Ulalume
  • Wanneer ?
  • een engel op mijn schouder
  • Gered door de kat
  • Ik heb er !
  • Arid... héél even zorgeloos
  • De omgekeerde wereld
  • Droombeeld van "de ridder op het paard"
  • Dwalen
  • Bezorgd
  • Kleine ergernissen
  • Geveinsde vrolijkheid
  • Verdronken vlinder
  • Gewoon anders
  • Gedichtje
  • Engel
  • Alles komt goed
  • Roetsjbaan
  • Eeuwig dromen
  • De gevarenzone
  • Nachtwandeling
  • Automatische piloot
  • Leuven
  • Plots besef
  • Het Noorden kwijt
  • Poëzie
  • De muur.
  • Mijn berg

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     

    Zoeken in blog



    Stuur me een email...


    Gruwelijk dwaas ben ik. Kom maar niet dichter, heb geen vertrouwen in mij. Dit is het verhaal van mijn leven. Dit is het verhaal van mijn dwaasheden.
    02-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kleine ergernissen

    Met enig argwaan durf ik te kunnen stellen dat het dieptepunt van mijn dip voorbij is.  Ik ben er nog lang niet, laat dat duidelijk zijn.  De klim naar betere tijden is nog niet eens begonnen.  Ik bevind me momenteel in het oog van de storm, en het is windstil in mijn hoofd, maar ik ben me er wel enorm bewust van dat ik nog een hele weg af te leggen hebben, want rondom me raast alles als bezeten.  Een korte periode van stilte, die van de ene op de andere seconde kan omslaan. 

    De reden dat ik dit durf te beweren is mijn doodslust.  Die is nog steeds heel erg aanwezig, maar ik heb enige rede terug gevonden.  Terwijl ik een aantal dagen geleden ervan overtuigd was dat ook mijn kinderen veel beter af zouden zijn zonder me, besef ik nu heel duidelijk dat ik een zware hypotheek op hun leven zou leggen moest ik ermee doorgaan.  Ze zouden het me op termijn nooit kunnen vergeven.  De pijnlijke waarheid, want ik verlang nog steeds enorm om alles achter me te laten.  Weg van alle innerlijke pijn.  Maar mijn verantwoordelijk jegens die twee kleine wondertjes is nu eenmaal te groot.  Wat kan iemand me wensen voor het nieuwe jaar ?  Een verschrikkelijk ongeval waar ik niet levend uit kom, misschien.

    Om de periode van kalmte nog even te bewaren, zodat ik iets langer kan recupereren alvorens er weer tegenaan te gaan, ben ik heel erg behoedzaam.  Ik ga ergernissen uit de weg.  Niet erg makkelijk, dat staat buiten kijf.  Want mensen zijn nu eenmaal niet goed van nature uit.  Je merkt het overal waar je komt.  De ieder-voor-zich-mentaliteit viert hoogdagen.

    Tijdens de lunchpauze op m’n werk werd alweer een typische onderwerp aangesneden, het weer.  Iemand vernoemde dat met de opwarming van de aarde wij binnen een aantal jaren hetzelfde klimaat zullen kennen als dat van in Zuid-Frankrijk.  En meteen krijg je reacties van “hoe sneller, hoe liever.”  Op zulke momenten moet ik ontzettend hard op m’n tanden bijten.  Alsof de opwarming van de aarde iets goeds is.  Op zo’n momenten blijkt dat mensen enkel op korte termijn denken.  Geef ze nu maar ontzettend goed weer, wat er later met onze wereld gebeurt, nou ja, dat doet er niet echt toe, want dan zijn ze er toch niet meer.  En onze kinderen en kleinkinderen dan ?  

    Mijn bazin, die als nieuwjaarsgeschenk me doodleuk komt vertellen dat ik vanaf nu mijn agenda wekelijks moet achterlaten, zodat ze te allen tijde weet waar ik me bevind.  En dat komt van iemand die al twintig jaar of langer in de schoonmaaksector werkt.  Je zou toch enigszins denken dat zo’n mensen ondertussen dan toch al weten dat dit onmogelijk is.  Je bent onderweg naar de ene werf, krijgt telefoon van een andere werf dat er een probleem is, en noodzakelijkerwijs gooi je je hele agenda om.  Planning is nauwelijks een optie.  En hoe omvat je zoiets op een papieren kalender ?  Ga ik trouwens dan nog quasi dagelijks mijn uurtje lunchpauze kunnen doorbrengen op m'n plekje ?  
    Ergernissen, je houdt het niet voor mogelijk.
    Mensen in wachtrijen aan kassa's die ongeduldig staan te zuchten, luid genoeg, zodat de kassierster het duidelijk hoort.  Degene die zich met één artikel naar de kassa begeeft en waar zich nog snel iemand anders voor schiet met een overvolle kar.  De mama met de kleuter die dringend moet plassen, hetgeen wordt geweigerd door de winkelbediende want "de toiletten zijn enkel voor personeel."  De man in de BMW, die in de file gaat bumperplakken opdat er toch zeker niemand zich zou kunnen tussenwurmen.  
    Ik ben helemaal geen moraalridder, maar ik erger me rot aan zulke dingen.  Vroeger durfde ik weleens te reageren op zulke dingen, maar dat heb ik wijselijk afgeleerd.  Ik had nogal de neiging het te ver door te trekken. 
    Ooit was ik eens die mama met de kleuter, net uit de pampers, en in hoge nood, en kreeg ik een enorm bot antwoord van een Kruidvat bediende.  Ook na enige vraag tot begrip gezien de jonge leeftijd van mijn dochtertje toen, kreeg ik nog steeds een bot antwoord, op het randje van de onbeleefdheid.  En mijn missie was er... "Hier hoort u nog van, dit laat ik hier niet bij.", zei ik nog toen ik de winkel uitging.  Misschien had ik op dat ogenblik wel niks verder gedaan.  Maar ze antwoordde al lachend "Dat zal wel", en ik was vertrokken.  Ik nam contact op met testaankoop, pluisde de hele wetgeving na en vroeg het klantenbeleid op bij de hoofdzetel van Kruidvat.  Wat bleek ?  Vanaf een bepaald aantal vierkante meters oppervlakte moet een winkel verplicht een toilet voor cliënteel voorzien.  En in het klantenbeleid stond inderdaad dat toegang tot het toilet geweigerd mocht worden, met uitzondering bij zwangere vrouwen, oudere mensen en kinderen.  Ik kreeg testaankoop zover om de oppervlakte van de winkel voor me op te komen meten, omdat ik juridisch gezien daar geen toelating voor had.  Een gigantische klachtenbrief vertrok richting hoofdzetel Kruidvat in Nederland, en nog geen week later kreeg ik een brief terug waarin Kruidvat zich verontschuldigde voor het voorval.  Ik kreeg tevens bij wijze van schadevergoeding een aanzienlijk bedrag aan geschenkbonnen, hetgeen ik niet gevraagd had, want dit was voor mij louter principeel.  Tot slot diende de bediende van de betreffende Kruidvat zich bij m'n volgende bezoek openlijk te excuseren, wat ook gebeurde.  Helaas vernam ik een aantal weken later dat ze ontslagen was, en kon ik me niet van de indruk afdoen dat dit deels mijn schuld was.  
    Eén voorbeeld van hoe idioot ver ik gaan kan.  De andere hou ik voorlopig nog even voor mezelf.  
    Of hoe kleine ergernissen gigantische proporties kunnen aannemen bij me, zeker als ik me erop begin te fixeren.
    Vandaar mijn vermijdingsdrang, vermoed ik.  De radartjes in mijn hoofd liggen net even stil, laat dat alsjeblief zo even blijven.  Er zit vast nog héél wat stormachtig weer aan te komen.            

     

     

    02-01-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    01-01-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geveinsde vrolijkheid
    Moe van de geveinsde vrolijkheid.  Een nieuw jaar voor me, onbeschreven.  En terwijl iedereen plannen maakt hoe dit jaar aan te pakken, heb ik schrik.  Het is half vijf in de ochtend, één januari, en 2008 is een paar uurtjes uit de startblokken.  

    Een uurtje of wat ben ik thuis.  De kinderen stilletjes hun bedje ingedragen, zonder ze wakker te maken.  Ik heb nog een tijdje op hun kamer gezeten, muisstil in het donker, luisterend naar hun kleine adempjes, zoekend naar rust.  Ik merkte even later al snel dat ook tweeduizend en acht me geen goede nachtrust bezorgen zal, en sloop stilletjes naar beneden.  Mijn man moest werken vandaag, nachtshift.  Hij is vertrokken om negen uur op oudejaarsavond met het typische cliché waar zoveel mensen helaas dezer dagen gebruik van maken, in een poging hun soortgenoten te overtuigen dat ze over humor beschikken : "tot volgend jaar".  Hij belde me kort na middernacht vanop z'n werk.  Binnen zo'n tweetal uren zit zijn shift erop.  Dat geeft me nog even de kans op adem te komen.  Ik zoek bevestiging en herkenning in mijn muziek, hopend dat ze soelaas brengt.
    Wat een geluk dat mediabestanden niet onderhevig zijn aan veelvuldig gebruik.  De wondermooie Nick Cave versie van "Suzanne" zou anders ondertussen grijsgedraaid zijn.
     
    Een héél frivool en luchtig turkoois retro-kleedje, mijn haar opgestoken bij de kapper.  In een poging mijn donkere gemoedstoestand te verbergen had ik er voor gezorgd dat ik er wel heel goed uitzag.  Een poging ervoor te zorgen dat iedereen me op een goede manier herinnert, misschien.  De schone schijn.  Complimenten bleven ook niet uit, maar wat ben je er mee wanneer alles op helse manier vloekt met je innerlijke leefwereld ?   Ik zag eruit alsof de wereld aan mijn voeten lag, maar het voelde net andersom.  Gelukkig hield mijn muurtje stand, te meer omdat ik mezelf uit elke benarde situatie wist te praten.   

    Mijn meisjes.  Twee engeltjes.  Voortreffelijk als altijd.  Hoe snel ze groot worden, alleen al aan de nieuwjaarsbrieven merkte ik het verschil.  Het is leuk anderen over hen bezig te horen.  Dat ze altijd rustig zijn, niet zoals de andere kinderen liggen te jengelen over de boontjes die ze niet lusten of de worteltjes die anders smaken dan thuis.  Beleefd, lief, noem maar op.  Het zijn net twee popjes, hoor ik dan.  En dan weet ik héél even weer waarom ik dit alles doe, en dat ik, terwijl ik overal waar ik kom katastrofen veroorzaak, als moeder mezelf best als geslaagd kan beschouwen.  Meer nog, geslaagd met onderscheiding. 

    Mijn carrière, of hoe ik ook daar een zootje van gemaakt heb.  Nog zo'n onderwerp dat in de late uurtjes aangesneden werd.  Mijn ene schoonbroer, personeelsdirecteur bij een groot modebedrijf, zei nogal cru dat als hij mijn cv op zijn bureau zou krijgen, hij dit meteen zou klasseren bij "niet te contacteren".  En tegelijk erkende hij dat de schoonmaakbusiness niks voor mij is.  Hij heeft natuurlijk meer dan gelijk.  Ik ben er nog steeds niet uit of het nog de moeite loont om op zoek te gaan naar een andere job.   
        
    Hoelang zal de tweestrijd in 2008 zich verderzetten ?  Ik weet werkelijk niet meer van welk hout pijlen te maken.  Ik zet me mijn doel voor ogen en zodra ik dat doe denk ik aan het volgende dat ik op die manier verpesten zal.  Kort na nieuwjaar, was de bedoeling.  Maar neem ik eerst dan niet dat concert mee eind januari waar ik al lange tijd naar uitkijk, en waarvan de kaartjes al wekenlang klaarliggen ?  Ok, eind januari dan maar.  Ach, begin februari is de oudste jarig.  Ik kan haar dit dan toch niet aandoen ?  Half februari ?  Goed.  Maar wie gaat er zich dan bekommeren om de communie van haar ?  En zo zeil ik verder en verder weg in het aanstaande jaar, ontzettend tegen mijn zin, maar plichtsbewust als altijd.

    01-01-2008, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    27-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verdronken vlinder
    Ik heb het nooit zo voor nederlandstalige liedjes gehad, en vond mezelf altijd al nauwer verbonden met het engels.  Ook al is nu al meer dan tien jaar geleden dat ik in het buitenland vertoefde, waar het engels de voertaal was, toch betrap ik mezelf er nog vaak op dat ik nadenk in het engels.  Alsof ik betere beschrijvingen vind in die taal, voornamelijk van gevoelens dan...

    Toch zijn er een aantal pareltjes van Nederlandstalige liedjes.  Het zijn er best wel niet erg veel, maar dit is er één van... de versie van Boudewijn De Groot... verdronken vlinder...

    http://www.youtube.com/watch?v=e_mb1ePU1gk&feature=related

    Zo te sterven op het water
    met je vleugels van papier,
    zo maar drijven na het vliegen,
    in de wolken drijf je hier.
    Met je kleuren die vervagen,
    zonder zoeken, zonder vragen.
    Eindelijk voor altijd rusten
    met de bloemen die je kuste.
    Geuren die je hebt geweten,
    alles kan je nu vergeten,
    op het water wieg je heen en weer.
    Zo te sterven op het water
    met je vleugels van papier.

    Als een vlinder die toch vliegen kan
    tot in de blauwe lucht,
    als een vlinder, altijd vrij
    en voor het leven op de vlucht,
    wil ik sterven op het water,
    maar dat is een zorg van later.
    Ik wil nu als vlinder vliegen,
    op de bloemenblaren wiegen.
    Maar zo hoog kan ik niet komen,
    dus ik vlieg maar in mijn dromen.
    Altijd ben ik voor het leven op de vlucht,
    als een vlinder die toch vliegen kan
    tot in de blauwe lucht.

    Om te leven, dacht ik,
    je zou een vlinder moeten zijn,
    om te vliegen heel ver weg
    van alle leed en alle pijn.
    Maar ik heb niet langer hinder
    van jaloers zijn op een vlinder.
    Want zelfs vlinders moeten sterven,
    laat ik niet mijn vreugd bederven.
    Ik kan zonder vliegen leven.
    Wat zal ik nog langer geven
    om een vlinder die verdronken is in mij?
    Om te leven hoef ik
    echt geen vlinder meer te zijn.

    27-12-2007, 20:35 geschreven door K.

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gewoon anders
    Ik bladerde door een oude schriftje waar ik vroeger van tijd tot tijd wat gevoelens in neerpende en dat ik vandaag toevalligerwijs terugvond, niet wetende dat het nog bestond.  Gedichten van grootmeesters in de dichtkunst vonden hun weg erin, of adembenemende teksten van liedjes die me nog steeds beroeren.  Alles netjes neergepend, met hier en daar kanttekeningen in potlood.  Eigen bedenkingen schreef ik steeds in potlood, wegens ondergeschikt aan de andere werken.  Op die manier bleven ze eeuwig uitwisbaar, net als ikzelf, misschien.  Ik vond vier regeltjes tekst van jaren geleden, in potlood dus ergens ontsproten in die vreemde gedachtengang van me.  Vier regeltjes, niet eens een gedichtje te noemen, jaren geleden geschreven door een tiener...

    Ik ben dit leven moe
    moe van het verdriet
    als er nóg een leven komt
    dan overleef ik dat vast niet.

    Met de typische K. die ik overal onderzette wanneer ik schreef, een K, met een kruisje gemaakt van het onderste schuine streepje.  Ik las het en bedacht dat ik me ook toen al behoorlijk rot moet gevoeld hebben.  Er zijn vage herinneringen, dat wel, van die tijd.  Een periode waar ik maar geen aansluiting vond bij leeftijdsgenoten...

    Ook toen al was ik gewoon een beetje anders, een beetje anders dan gewoon.  Een heel verdrietig, heel gevoelig mensje. 
    Ook toen al kon ik de emoties die op me afkwamen niet van me af zetten. 
    Ook toen al lag ik in bed alles over te denken, en lukte het me niet de slaap te vatten, piekerend, verwerkend wat ik gezien had die dag.
    Ook toen al kon ik geen onrecht zien, vond ik mensen zo gemeen.
    Ook toen al leefde ik me in de gevoelens van anderen in, en voelde ik aan hoe het met ze was, voelde ik hun eenzaamheid en hun verdriet.
    Ook toen al leefde ik in een andere wereld, totaal anders dan de werkelijkheid, en leefde ik in m'n eigen gedachten, waarin dromen nog bestonden.
    Ook toen al was ik me heel intens van m'n leven bewust, en was ik heel erg gevoelig. 

    Net als toen ben ik nog steeds gewoon een beetje anders, een beetje anders dan gewoon.  In dat opzicht ben ik misschien wel trouw gebleven aan mezelf, met mijn fouten, mijn emoties, mijn tekortkomingen en mijn eenzaamheid. 

    Bladerend door de jaren, merkte ik dat ik mijn naïviteit van toen ook niet verloren ben.  Even verderop las ik :
    alles is van voorbijgaande aard... ook gevoelens.

    Was dat maar waar.  Mensen zeggen wel eens dat de geschiedenis zich herhaalt, en helaas moet ik hen hierin bijtreden...

    27-12-2007, 00:25 geschreven door K.

    Reageer (0)

    26-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gedichtje
    O, als ik dood zal, dood zal zijn
    Kom dan en fluister, fluister iets liefs
    Mijn bleke ogen zal ik opslaan
    En ik zal niet verwonderd zijn

    En ik zal niet verwonderd zijn
    In deze liefde zal de dood
    Alleen een slapen, slapen gerust
    Een wachten op u, een wachten zijn
                                                
     

    26-12-2007, 23:57 geschreven door K.

    Reageer (0)

    23-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Engel
    Sla me maar neer.  Praat achter m'n rug.  Doe wat je nodig acht.  Doe het of laat het.  Maar draag wel de gevolgen die het met zich meebrengt.  Hopeloos probeerde ik te leven volgens de regels van het spel.  Ik begaf me onder de dwazen, wandelde rusteloos rond, en vond geen slaap.  Ik maakte beloften aan mezelf waar ik me niet aan houden kon.  Dus sla me maar neer.  Bekijk me minachtend.  Het is alles of niets.  Er is niks tussen in.  Ik moet stoppen met dromen.  Ik moet me focussen.  Ik probeerde de dingen te veranderen, ergens goed wetende dat het niet lang duren zou.  Ik wou vooruit gaan, en werd telkens weer ingehaald door het verleden.  Het verleden is geen pakketje dat je opzij leggen kan.
    Kan ik het aan ?  Kan ik het nog langer aan ?  De regels van het spel zijn niet aan mij besteed. 
    Ooit vind ik het geluk.  Ooit kus ik de lippen van een engel.    

    23-12-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    22-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Alles komt goed

    En zo is het dan.  Meer kan ik er niet over kwijt.  Dit is niet het leven dat ik wil.  De storm in mijn hoofd wil maar niet gaan liggen.  En zal vast nooit meer gaan liggen.  Hoe lang moet ik dit nog doorstaan.  Verdrinkend in een zwarte vloed van verdriet en pijn, onophoudelijk.  Zwarte golven die in mijn hoofd rondrazen.  Ik leef in de duisternis en verlang naar het licht.  Mijn leven is herleid naar louter overleven.  Het is tijd.    

    Sinds gisteren besef ik weer ten volle hoe vergankelijk de mens in feite is.  En van de mensen die je liefhebt wil je niet liever dan dat gevoel totaal negeren, en maak je jezelf op zich wijs dat het niet gebeuren zal.  Het is genoeg geweest, de ellende dat mijn leven zou moeten voorstellen.  Het wordt tijd om in te pakken.  Er valt nog heel wat te regelen.  Onbewust begin ik afscheid te nemen van de dingen.  Traag maar gestaag loop ik het rijtje af. 

    Maak je maar geen zorgen om mij.  Alles komt goed met mij.  Uiteindelijk komt alles altijd goed.  Als er al zoiets bestond als een zielsverwant, dan ben jij dat wel.  Mijn lichtpuntje.  Iets om naar uit te kijken.  De wondermooie momenten, de woorden van moed, de humor, de aanwezigheid.  Jouw aanwezigheid.  Het begrijpen, zonder woorden zelfs.  De stilte, eens zo belangrijk.    

    22-12-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    21-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Roetsjbaan
    Deze ochtend, in mijn wagen op mijn weg naar het werk, merkte ik op hoe vredig er alles bij lag.  Het had behoorlijk gevroren de voorbije nacht, en het leek alsof er aan elk takje van elke boom stukjes mist achtergebleven waren.  Een vredig wit landschap, in schril contrast met de storm die in mijn hoofd heerste.  

    Op kantoor merkte ik dat de infectie, het beestje dat in m'n lichaam was binnengeslopen, nog lang niet verdwenen was.  Mijn rug deed pijn bij elke beweging.  Maar binnen de schoonmaaksector moet alles blijven draaien.  Er wordt geen rekening gehouden met weekends, feestdagen of ziekte.  Je wordt geleefd, je wordt gewerkt.  Vandaag moest ik wel binnenkomen, de verloning van mijn personeel moest worden doorgestuurd, wie anders zou het doen ?  
    Meer dan ooit besef ik dat ik uit de schoonmaaksector weg moet, ook al intrigeert de wereld me enorm.  Ik ben te perfectionistisch, en klop daarom veel te veel uren.  En voor elk probleem dat je oplost, duiken er twee andere op.  Het houdt nooit op.  Ik wil niet denegrerend klinken, integendeel zelfs, maar je werkt grotendeels met mensen die niet willen werken maar die, meestal tijdelijk, moeten werken om hun uitkering niet te verliezen.  Motivatie is dus onbestaande of ver te zoeken.  Of je werkt met mensen van andere culturen, die, met alle respect, geen gezag van een vrouw dulden.  En dat merk je.  Alsof je tegen muren praat.  
    Ik moet mezelf dus alweer op de arbeidsmarkt gaan profileren, terwijl ik er zo geen zin in heb, maar ik maak mezelf wijs dat ik doorbijten moet, en dat alles beter zal gaan met me, zodra ik een andere job vind.  Terug de vertegenwoordiging in, want blijkbaar krijg ik het onverkoopbare verkocht, terwijl ik er geen zier van geloof.  

    Een aangename maar veel te korte tussenstop op mijn plekje onderweg naar huis.  
    De rust leek even weergekeerd te zijn.  Tot ik abrupt uit mijn gedagdroom werd gehaald.  Het onding rinkelde.  Ik was niet van plan op te nemen, maar ik zag dat het m'n oudste zus was, en besloot dan toch maar op te nemen, ze wou vast het oudejaarsmenu bespreken, dacht ik.   
    In plaats daarvan belde ze om te vragen of ik al wist dat mijn vader een hartinfarct had gekregen.  Mijn gedachten sloegen op hol.  Tuurlijk wist ik dat niet.  Ik weet niet meer hoe ik thuisgeraakt ben, ik herinner me alleen nog welke gevoelens er door me heen gingen, zo helder als de ijzige lucht op dat exacte ogenblik. Pure angst, in zijn meest rauwe, zuivere vorm.  Dit mag niet, niet nu, niet mijn vader.  Alsof dergelijk nieuws op een ander ogenblik wel gepast zou komen.  
    Toen ik thuis aankwam zat mijn man gezellig aan de telefoon te keuvelen met een vriend.  "Leg op, er is iets mis met m'n vader.", zei ik.  Hij moet aan m'n gezicht de ernst van de situatie gezien hebben, want hij handelde vlug het telefoontje af, en hing op.  Ik legde hem kort uit wat m'n zus me verteld had.  We begaven ons naar mijn wagen, en gingen de kinderen van school afhalen.  Het wachten op de bel leek een eeuwigheid te duren.  
    Samen reden we richting mijn moeder.  Onderweg probeerde ik zo normaal mogelijk te doen, overliep met mijn meisjes naar gewoonte het verloop van hun schooldagje, en bekeek het rapport van mijn oudste dochter heel grondig.  

    Toen we de oprit van m'n ouderlijk huis opreden merkte ik dat ook mijn zus ondertussen aangekomen was.  Ik bereidde me voor op het ergste en begaf me naar binnen.  Mijn vader zat daar, rustig op zijn vaste stekje een sigaretje te roken.  Mijn moeder moet de verwardheid en de angst in mijn ogen hebben kunnen aflezen, en probeerde me gerust te stellen.  Mijn zus, voorbarig als altijd, had me opgebeld zonder alle details van het verhaal te kennen.  Mijn vader moet kort na nieuwjaar een kleine ingreep ondergaan.  Hij was naar onze huisarts gegaan voor het verplichte bloedonderzoek en de cardiogram  voorafgaand aan een ingreep.  Uit het cardiogram bleek dat mijn vader recent een hartinfarct had gehad.  Alleen had hij er vreemdgenoeg niets van opgemerkt.  Hij kreeg meteen bloedverdunnende middelen, en moet zich rustig houden.  Volgende week moet hij al het ziekenhuis in om via allerhande testen, te weten te kunnen komen wat er gaande is.  Het is dus nog even afwachten.  
    Even later waagden we ons al terug aan de typische galgenhumor die binnen onze familie leeft, en waarvan vreemden vaak raar opkijken. 
    Toen we, een goed uur na onze aankomst, terug vertrokken zei mijn vader me :  "Hey, ik kom nog uit de tijd dat de mannen van staal waren en de boten van hout, terwijl het nu net andersom is.  Het komt wel goed."  Hij probeerde me gerust te stellen, terwijl ik zijn eigen ongerustheid en onzekerheid er zo doorheen zag.   

    We keerden huiswaarts, en een aantal uren later vertrok m'n man naar z'n werk.  Ik zocht een uitlaatklep via mijn computer, maar zat volledig geblokkeerd.  Zelfs het schrijven lukte me niet meer.  Was dit een voorbode ?  Een hint dat therapie me niet meer redden kan ?  Heeft het me ooit kunnen redden ? 
    Kan ik mezelf nog redden ?  Misschien is mijn tijd gewoon gekomen.  Een hoofd vol vragen zonder antwoord.  
    Totaal uitgeput zette ik mijn computer uit, zette mijn favoriete cd op, legde me op de sofa, en las met veel moeite enkele stukjes Herman De Coninck, in een poging enkele woorden van herkenning te vinden.   

     

    21-12-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    20-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eeuwig dromen
    Nee !!, lijkt mijn hele lichaam te schreeuwen.  Alsof alles binnenin me zich verzet tegen mijn beslissing van gisteren.  
    Deze ochtend begon nochthans veelbelovend.  Ik werd uitgeslapen wakker, maakte mezelf en de kinderen op het gemak klaar, en ik zat bij hen aan het ontbijt.  Ik huppelde met hen onderweg naar school, en op de terugweg maakte ik al volop plannen.  Ik zorg dat m'n huis aan de kant is, ga vandaag niet meer die zetel in, beweging is vast goed om die spieren terug wat soepel te krijgen, en morgen ga ik werken. 
    Mooi niet dus, thuisgekomen begon ik zoals gepland alles op te ruimen, maar niet voor lang.  Het dieptepunt laat zich duidelijk niet zomaar negeren.  Het sloeg me om de oren.  Een mokerslag, zonder enige reden, zonder aanleiding.  De doodswens is gearriveerd.  Alles lijkt in het niet te verdwijnen behalve dat ene gevoel, het intense verlangen om hier en nu te sterven.  Helaas kan ik er niet aan toegeven.  Dit vergt organisatie, ik moet nog zoveel regelen, en daar heb ik momenteel gewoonweg geen fut voor.  Ik heb zelfs geen fut meer om een deftig einde aan dit berichtje te breien...een andere keer dan maar.  Ik lig hier met m'n laptop op mijn schoot, op de sofa.  Music for life, sarcastisch toepasselijk, op de televisie.  En ik hoop dat wanneer ik weldra ik slaap zal vallen, ik een eeuwige slaap vind en nooit meer hoef wakker te worden.      

    20-12-2007, 11:30 geschreven door K.

    Reageer (0)

    17-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De gevarenzone
    Het dieptepunt is bereikt.  Vanaf nu is het opletten geblazen, dat weet ik uit ervaring.  Ik bevind me nu in de gevarenzone; het minste dat nu fout loopt kan desastreuze gevolgen met zich meebrengen. 
    Iemand zei me ooit : vanaf nu kan het alleen maar bergop gaan.  En dat lijkt inderdaad zo.  Helaas is het afwachten.  Het enige dat ik nu kan doen, is opletten, voorzichtig zijn, en afwachten.  Enerzijds tot m'n lichaam voldoende is aangesterkt om de strijd terug aan te gaan, maar anderzijds, en in feite hoofdzakelijk, tot m'n geest een ommedraai maakt, tot ik terug de wil vind om verder te doen. 

    Mijn hele lichaam doet pijn.  Ik heb de afgelopen weken zo mijn gezondheid op het spel gezet, door niet naar mijn lichaam te luisteren, door de geestelijke pijn die ik had af te reageren via mijn lichaam.  Mijn lichaam is zwaar gehavend uit de crash gekomen: ik kon nauwelijks nog op mijn benen staan, en maakte hoge koorts, dus moest ik wel naar de dokter.  Diagnose : een oorontsteking, een nieronsteking, een darminfectie, en uitdrogingsverschijnselen.  Zes kg afgevallen op twee weken tijd.  Ik voelde nog enige trots toen hij dat zei, en dat merkte hij, dus hij reageerde vrij kort: als ik niet begin te eten, en minstens twee liter water drink per dag, moet ik het ziekenhuis in voor baxters.  Alsof ik mager ben !  Mijn lichaam heeft op dat vlak nog voldoende reserve.  Het voorschriftje voor de eetlustopwekker die hij me voorschreef heb ik dus niet afgegeven bij de apotheker.  Donderdag moet ik dus terug op controle, en voor de resultaten van het bloedonderzoek.  Blijkbaar is hij vooral niet erg gerust in die darminfectie en denkt hij dat er meer aan de hand is.  Ik moet alvast deze week niet uit werken gaan, maar was deze voormiddag reeds genoodzaakt wat papierwerk te gaan doen.  Onderweg begon de vermoeidheid te dagen, en was ik op een vreemde manier blij dat mijn onderrug zo'n pijn deed, anders was ik vast achter het stuur in slaap gevallen.  Maar de pijn hield me wakker.  Deze namiddag, totaal uitgeput en met hoge koorts thuisgekomen, ben ik vrijwel direct in slaap gevallen.  Ik moet diep geslapen hebben, want ik werd slaapdronken wakker.  Slechte timing, want ondertussen is het hoog tijd om te gaan slapen, maar ben ik natuurlijk klaarwakker.     

    Ik heb geluk met de lichamelijke gevolgen, want naar mijn nabije omgeving toe, kan ik er het dieptepunt mee verdoezelen, en tegelijk mezelf er tegen beschermen door een aantal dagen de koude realiteit te laten voor wat het is.  Op die manier kan er vast minder mislopen en is het gevaar enigszins deels geweken.  Ik bevind me in de fase waarin ik goed en wel besef wat voor een overlast ik wel ben.  Alles en iedereen zou beter af zijn zonder me.  Ook naar mezelf toe is de innerlijke pijn quasi onhoudbaar geworden.  Geniepig sluipen de gedachten mijn hoofd binnen, en gonzen daar onophoudelijk rond, steeds luider weerklinkend.  De regen voelt zwaar aan, als ware het stenen die de hemel op me neergooit.  De donkerte waarin ik me bevindt voelt dieper aan, en ik ben nog lang niet thuis.  Alsof alle levenswil uit me wegvloeit. 

    Ik ben bang.  Ontzettend bang.  Over hoe lang dit dieptepunt duren zal.  Over of ik het zolang volhouden zal. 

    Nu, op dit eigenste moment, heb ik zo'n nood aan iemand die me vastneemt, en die me zegt dat alles wel terug goed komt met me.  Iemand die me door dit dieptepunt heen loodst.  

    Nu, op dit eigenste moment, besta ik louter uit gemis.

    17-12-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    14-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Nachtwandeling

    Vorige week.  Ik moest vroeg uit de veren om een werfbezoek te doen.  Ik wou ter plaatse zijn net voor zes uur, om te controleren of mijn personeel wel op tijd begon.  De avond voordien had ik alles voor s’morgens klaargelegd, en mijn man wist dat ik ‘m niet zou wakker maken en in alle stilte zou vertrekken zodat de kinderen wat zouden uitslapen.  Ze hebben nu eenmaal de slechte gewoonte wakker te worden zodra ze iemand horen opstaan, of dat nu midden in de nacht is of niet.  Met mijn huidige slapeloosheid is het dus steeds op de tippen van de tenen lopen…  Mijn wekker zou afgaan om vijf uur, maar om vier uur lag ik al terug wakker.  Ik besloot dan maar op te staan.  Ik kleedde me stilletjes aan, ging naar de badkamer me wat opfrissen, en begaf me naar beneden.  In feite had ik best wat kunnen strijken of zo tijdens dat extra uurtje, maar ik besloot toch al te vertrekken.  Terwijl de rest van de wereld nog leek te slapen, reed ik richting Antwerpen.  Om kwart voor vijf zat ik daar dan, aan de Schelde, op een bankje.  Het was nog te donker om te kunnen zitten lezen, dus zocht ik toevlucht tot mijn mp3-spelertje.  Een nietig klein goedkoop dingetje van amper 2 gig, met niet genoeg ruimte voor al hetgeen ik erop wilde.  Het geraas van overdag verdwenen, de donkerte nauwelijks verlicht door de typische oranje lantaarns, het druilerige weer, geen mens te bespeuren.  Hier zaten we dan, mijn muziek, mijn gedachten en ik.  Een uur lang.  Ik liet mijn gedachten afdwalen… nachtelijke dagdromen.  Ik begreep plots heel goed de woorden die Jeff Buckley zo ontzettend mooi zong in “Forget her”… 

    While this town is busy sleeping, all the noise has died away, I walk the streets to stop my wheeping, ‘cause she’ll never change her ways…  Don’t fool yourselve, she was heartache from the moment that you met her…  My heart is frozen still, as I try to find a way to forget her somehow.  She’s out there somewhere now.

    Héél even dacht ik het.  Héél even leek de Schelde heel aantrekkelijk.  Maar onmiddellijk herpakte ik me.  Mijn lichaam heeft te veel overlevingsdrang, denk ik.  Jezelf verdrinken moet ontzettend moeilijk zijn, en enorm veel wilskracht vergen.

     

    14-12-2007, 08:03 geschreven door K.

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Automatische piloot

    De dag na mijn crash verliep moeizaam.  Ik rekende erop om op automatische piloot de dag door te geraken, maar al van bij het ontwaken liet die het afweten.  De hele dag verliep moeizaam, van kwaad naar erger.  Mijn lichaam deed pijn, weigerde alle vormen van voedsel.  Het gewoel in mijn hoofd maakte me gek.  Gesprekken die ik herbeleefde, de banaalste eerst, een eindeloos gepieker dat maar niet wou ophouden, een hele dag lang. Al vroeg in de ochtend kreeg ik een melding van een diefstal op een werf, mogelijk door één van mijn personeelsleden.  En toen ik mijn agenda nakeek, bleek op de koop toe dat ik een hele dag een nieuwe inspectrice moest meenemen in opleiding.  Om zeven uur stapte ze mijn wagen in, en ze heeft tot ze uitstapte niet meer gezwegen.    Net op een moment dat de enige troost mijn muziek en af en toe wat stilte was, in een verwoede poging mijn hoofd vrij te kunnen maken en wat rust te vinden. 

    Haar hele levensverhaal passeerde de revue.  Van de alcoholverslaving van haar eerste man tot de schoolproblemen van haar kinderen.  Waarom nou net vandaag? Omstreeks half drie kon ik het niet meer aan, ik zat er compleet door, en verzon een smoesje dat ik vrij lang op de volgende werf zou zitten, waarop ze vroeg haar aan haar wagen af te zetten zodat ze huiswaarts kon keren, de dag had lang genoeg geduurd.  Vooral voor mij, mijn spieren deden zo ontzettend veel pijn dat ik nauwelijks nog m’n wagen kon besturen. 

    Mijn maag leek helemaal verkeerd te zitten.  Ik moest de schijn wel hoog houden, ik moest normaal lijken en s’middags de gebruikelijke lunchpauze ondergaan.  Al bij de eerste hap verzette mijn hele lichaam zich.  Nadat ik met moeite het kleine broodje binnengeduwd had gekregen, begaf ik me al bezetene naar het toilet om het hele zootje eruit te braken.  Mijn lichaam leek ervan te genieten, want het wilde er maar niet mee ophouden.  Na afloop deed m’n keel er zoveel pijn van dat ik er lichtelijk hees van was, en ik proefde de hele namiddag lang bloed vanachter in mijn mond.  Ik was, en ben, niet goed bezig.  Het dieptepunt van mijn crash komt met rasse schreden dichterbij.    

       

    14-12-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    11-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leuven
    Er is iets aan de hand, denk ik zodra ik de parking op rijd waar ik sinds jaar en dag gebruik van maak, elke keer als ik naar Leuven kom.  Terwijl ik hier anders plaats zat vind, is vandaag elk plekje ingenomen en duurt het even alvorens ik een plaatsje vind waar ik mijn wagen nog net kan tussenwurmen.  Terwijl ik richting parkeermeter wandel, merk ik op dat nagenoeg de hele parking is ingenomen door politiewagens .  En dan daagt het me: deze ochtend hoorde ik het op het radionieuws.  Laatst werd een jonge politie-agente koelbloedig doodgeschoten tijdens een interventie en vandaag vond, hier in de Leuvense St-Pieterskerk, de begravenisplechtigheid plaats.   Ik lees de namen van de gemeenten en steden op de politiewagens: Maldegem, Lokeren, Antwerpen, Hasselt, ... Een laatste eerbetoon aan een gesneuvelde collega, en twee ere-medailles, postuum.  Alsof daarmee het leed van de nabestaanden verzacht zal worden.

    Ik keer terug naar mijn wagen, deponeer het parkingticketje op het dashboard, en vertrek terug, deze keer richting het St-Rafaëlziekenhuis, een oubollige afdeling van het hypermoderne universitaire ziekenhuis even verderop.  Ik besef dat ik ruim een uur te vroeg ben, en je beurt afwachten in een wachtzaal lijkt sowieso al tergend lang te duren, maar hier zit ik er niks mee in.  Dadelijk, in het oude, krakende gebouwtje, zal ik even de tijd vinden om tot rust te komen. 

    Het is een mooie dag, vandaag.  Na dagenlang regenweer eindelijk een droge dag.  Koud weliswaar, maar met een flets zonnetje en een heldere lucht lijkt het gewoon al warmer.  Alles is beter dan regen.  Ik wandel voorbij een bushokje, en aangezien ik steeds mijn blik naar de grond toe gericht hou, valt het me op hoeveel platgelopen kauwgom er wel ligt.  Het feit dat dit een studentenstad is, zit er vast voor iets tussen. 

    Alvorens naar de wachtzaal te gaan, moet ik me in het hoofdgebouw aanmelden.  Ik maak van de kans gebruik om nog snel even het toilet op te zoeken.  In deze kleine ruimte merk ik mijn beroepsmisvorming op; meteen valt mijn oog op een stoffig verluchtingsroostertje en het oude lavabootje met dito kraan zijn dringend aan ontkalking toe. 
    Drie inschrijfbalies.  Een nummertje hoef ik niet te trekken want de zaal is, op de dame achter de balie met bordje "huidziekten" na, verlaten.  Ik stap op haar toe, overhandig mijn sis-kaart terwijl ik de naam van mijn dokter vermeld.  Ze zucht, diep.  "Dit is de balie voor raadplegingen huidziekten, niet voor raadpleging psychiaterie", zegt ze kort.  Ik wijs haar vriendelijk op het feit dat er niemand aan de andere balies zit, en nadat ze dat zelf even diende te bevinden, schrijft ze me met tegenzin in.  Wat fijn, denk ik, zo geholpen worden door iemand die met een dergelijke levensvreugde komt werken. 
    Ik wandel even later terug naar buiten, waarbij de persoon vlak voor me zo hoffelijk is de zware glazen deur net voor mijn neus dicht te laten gaan.  Ieder voor zich.  Ik duw mezelf een weg naar buiten, steek een sigaretje op, en wandel naar de zij-ingang van het gebouw dat vast in een ver verleden een waar pronkstuk was, maar dat ondertussen meer en meer staat te verkommeren, in afwachting van een glimmend metalen modernistisch bouwwerk dat in de plaats zal komen. 

    Mijn telefoon schud mij wakker.  Een personeelslid haalt me uit mijn mijmeringen met een vraag waarop ze meteen zelf het antwoord geeft.  Ik hang op, en schakel het onding uit. 
    De oude houten deur heeft net een opknapbeurt achter de rug, en glanst, nagelwit, helaas waarschijnlijk niet voor lang.  Ik loop de trap op en merk dat de erbarmelijke staat van het gebouw zich nog meer aan de binnenkant doet gelden.  Vochtplekken, verf die afbladert, een oude vloer die niet meer te redden valt. 
    Ik open de typische fel oranje gekleurde deuren, en wandel naar het loket.  Onderweg passeer ik een duidelijk verwarde man.  Hij vraagt me of ik een dokter ben, en wanneer ik negatief knik, roept hij euforisch "Dan moet je hier zitten, dan moet je hier zitten !"  Ik negeer hem, en de dame achter de aanmeldingsbalie schuift het raampje open, ze glimlacht herkennend, en overhandigt me een papier.  Ik neem het aan, en begeef me richting wachtzaal, waarvoor ik eerst nog talloze fel oranje deuren moet passeren. 

    Vrijwel altijd heb ik alleen in de wachtzaal gezeten, nadenkend over de dingen die ik mijn dokter niet mag vergeten te vertellen.  Deze keer heb ik minder geluk: over me zitten twee dames, duidelijk moeder en dochter.  Ik schat ze om en bij de zestig en veertig.  De moeder kijkt ontzettend verontrust, en ondertussen vraag ik me af of de dochter wel beseft waar ze is.  Ze is duidelijk onder invloed van veel te veel medicatie.  Ik ben zo slecht nog niet af, denk ik bij mezelf. 
    De professor komt even tot aan de deur van de wachtzaal, en verdwijnt vrijwel onmiddellijk.  De moeder port haar dochter aan, "het is jouw beurt" en meteen roept ze de professor nog toe.  "Dokter, ze is weer volop bezig met allerlei pilletjes, waar ze ze vandaan haalt, weet ik niet."
    Ondertussen strompelt de dochter gedwee de trap op, richting spreekkamer.

    Nog even, denk ik.  Ik kijk om me heen.  De ouderwetse bruine plastic stoeltjes, het rek met nog steeds dezelfde foldertjes van jaren geleden, de twee landschappen aan de muur, foto's van stranden alwaar de golven tot rust komen.  Hier, in dit wachtkamertje, lijkt het alsof de tijd heeft stilgestaan.  Wat later slentert de dochter terug de wachtzaal binnen.  De moeder doet haar jas aan en zonder één woord te zeggen vertrekken ze.  

    Het duurt niet lang meer of ik zie de professor snel voorbij de wachtzaal passeren.  Woorden hebben we al lang niet meer nodig, ik sta op, loop de trap op, en wacht op het einde van de gang.  Luttele minuten later zie ik de lift stoppen, en stapt hij stevig mijn richting uit: een niet al te grote, eerder magere, grijze man, met gezien zijn leeftijd verdacht sportieve schoenen aan, die niet in het plaatje passen en vloeken met de witte doktersjas.  Pretogen die als het ware tot in mijn ziel kijken.  Hij neemt met beide handen mijn hand vast en zegt "je ziet er goed uit", waarna hij me binnenleidt in het oude getrouwe kamertje dat dienst doet als zijn spreekkamer.  Ook hier lijkt het alsof de tijd geen vat heeft op de dingen.  Brede vensterbanken vol met foto's van familieleden, stapels papieren her en der.  Het schilderij van de zwangere vrouw in de hoek.  De oude bruine sofa tegen de enige muur waar geen boekenkasten staan.  Maar deze keer puilen de boekenkasten niet uit.  Deze keer is de grote tafel, vast ooit een vergadertafel, niet meer volgezaaid met stapels boeken en stapels papieren. 

    We nemen plaats aan een piepklein kramikkelig bureautje, ik geef hem het papier en hij grist een leeg blad uit één van de stapels papieren rondom hem.  "Ben je aan het opruimen ?", vraag ik.  "Ik ben aan het verhuizen.  Ik moet op pensioen op het einde van het jaar."  Hij merkt blijkbaar de paniek in mijn ogen op, en stelt me meteen gerust.  "Voor een heel beperkt aantal mensen zet ik daarna thuis mijn praktijk verder.  Dus als je verder bij me op controle wil blijven komen..."  Ik slaak een zucht van opluchting, en we keuvelen even verder over zijn pensioen.  Hij vraagt hoe het met me gaat, en ik geef hem het relaas van de afgelopen weken.  Ik vertel hem over hoe moeilijk ik rust lijk te vinden.  Over hoeveel zin ik wel heb om eindelijk aan pianolessen te beginnen.  Ik vertel hem over de leuke en minder leuke momenten.  Hij antwoord op zijn typisch rustige manier, en ik herken mezelf in zijn antwoorden.  Hij beschrijft de dingen zo ontzettend mooi en correct, zonder te kort te doen aan iets of iemand.  Bij hem lijkt alles eenvoudig.

    Een half uur later stap ik terug mijn wagen in, moe maar voldaan.  Tot over een maand, Leuven.      

    11-12-2007, 22:23 geschreven door K.

    Reageer (0)

    05-12-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Plots besef
    Woensdagnacht.  Iedereen slaapt.  Muisstil ben ik naar beneden geslopen, de donkerte waar ik normaal o zo bang voor ben, trotserend.  Alles is beter dan boven blijven liggen, op mijn rug starend naar het plafond, of op mijn linkerzij, of op mijn rechterzij, of eender hoe.  Alles is beter dan de slaap die niet komen zal af te liggen wachten.  Insomnia.  Alweer.  De derde nacht op rij. 

    De derde nacht op rij, en dan daagt het me: een plots besef dat het niet goed gaat met me.  Een duikvlucht waar enkel een zware crash op volgen kan.  Waar gaat dit weer heen ?   
    Drie dagen : maandag, dinsdag, woensdag.  Hetzelfde patroon, drie dagen lang:

    Ik vertrek nog voor de meesten wakker worden.  Belachelijk vroeg.  Ik rijd al rond, terwijl de stad nog slaapt, enkel vergezeld door mijn muziek en door de oranje gekleurde lampen, voorbij flitsend licht in de duisternis.  
    De hele dag luister ik als bezetene naar dezelfde CD, zeventien nummers, keer op keer op keer.  En telkens sla ik twee nummers over, telkens weer dezelfde twee nummers.  En keer op keer op keer vraag ik me af waarom ik die twee nummers op het CDtje gebrand heb als ik er toch niet naar luisteren wil.  
    De hele dag eet ik niet.  Ik leef op sigaretten, suikervrije frisdrank en pepermuntjes.  S'avonds, thuis, hou ik de schijn hoog, eet netjes mee, en begeef me even later naar het toilet om alles er terug uit te halen. 
    S'avonds slaat de onrust toe, meedogenloos hard en koud.  Ik krijg mezelf niet tot rust.  In plaats daarvan stel ik iedereen gerust, en vertrek ik.  16 minuten zonnebank, en daarna richting zwembad, waar ik baantjes trek tegen een tempo dat mijn conditie helemaal niet aan kan, hopend dat mijn lichaam het even begeven zal.  De 16 minuten zonnebank in combinatie met het chloorvervangend middel dat men nu in zwembaden gooit werkt in op mijn huid, en op mijn geest.  Ik vind rust, maar niet lang genoeg, dus stap ik na het zwemmen het turkse stoombad in, waar de temperatuur zo hoog wordt dat het lijkt alsof mijn huid verbrandt, en ik moeite moet doen om niet van mijn stokje te gaan.  

    Datzelfde patroon, drie dagen lang.  Het eten en de muziek is in feite al weken aan de gang, besef ik.  Terwijl ik hier zit te typen, in alle stilte, de kamer enkel verlicht door het computerscherm, begin ik de gevolgen van drie dagen zonnebank te ondervinden : het truitje van mijn pyama voelt op mijn rug pijnlijk ruw aan, en ik heb een kussen op mijn stoel moeten plaatsen.  Mijn schouders werken tegen, moegetergd van het baantjes trekken.  Alsof ze nu wraak nemen op me.
    Ik vind geen reden voor deze gevoelens. Ik heb het raden naar de oorzaak van deze duikvlucht...  De oorzaak vind ik vaak pas als het in feite reeds te laat is.       

    05-12-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    29-11-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het Noorden kwijt
    Er is iets raars met me aan de gang, al enkele maanden.  Alsof ik geen staat meer op mezelf kan maken, alsof ik het Noorden kwijt ben. 

    Hoe komt het toch dat een mens'gemoed, samen met het vallen van het blad, een vrije val maakt ?  Een verandering van het licht, zo subtiel dat de meeste mensen het ontgaat, terwijl voor anderen zo overduidelijk present.  En wanneer je lichaam er net aan gewend is, begint het botten van het blad, en overkomt het je weer.  De menselijke natuur is onzichtbaar verbonden, verstrengeld zelfs met moeder natuur, daar kunnen we niet omheen. 

    Elk jaar heb ik ervan.  Elk jaar weet ik dat ik in die periodes moet opletten, en mezelf niet te veel op de hals moet halen.  Ik dek me in.  Preventieve zelfbescherming.  Ik herken de signalen en speel er slim op in.  Ik geef niet toe aan de vermoeidheid die me dan parten speelt, of de onophoudelijke zin in voedsel, bij wijze van troost.  Althans, ik probeer er niet aan toe te geven. 

    En dat is net de essentie.  Ik heb mezelf niet meer in de hand, want de aloude getrouwe signalen zijn er niet meer.  Ze zijn verdwenen, en ik voel de duisternis die me overspoelen wil niet meer aankomen. 

    Terwijl ik vroeger niet anders wou dan de eenzaamheid opzoeken, me verstoppen in mijn bed en eindeloos lang slapen, weg van de realiteit, in een poging de moeilijke periode te overbruggen, kan ik nu plots de slaap niet meer vatten.  Eindeloos lange nachten lig ik wakker.  Ik staar naar het plafond, uren aan een stuk.  Insomnia.  Mijn lichaam heeft ook blijkbaar plots geen nood meer aan slaap.  Ik stel zolang ik kan het slapen gaan uit, en kruip uren te laat in mijn bed, om dan te moeten besluiten dat mijn lichaam niet toe wil geven, en alert wil blijven.  Als ik dan toch uiteindelijk de slaap te pakken krijg, wekt mijn lichaam me op onmenselijk vroege uren.  Een nachtbraker ben ik altijd al een beetje geweest, maar nu ben ik plots ook nog een ochtendmens geworden en vertrek ik vaak al voor zes uur richting het werk.  

    Hetzelfde scenario met eten.  Vroeger at ik mijn pijn weg.  Hoe ongezonder, hoe beter het leek te helpen.  Kilo's troost duwde ik naar binnen.  Chocoladetroost nog het liefste.  En nu, nu veracht ik chocolade.  Uit gewoonte neem ik s'avonds een chocoladekoek bij me, en zodra ik het naar mijn mond wil brengen, protesteert mijn lichaam en eindigt het snoepgoed onaangeroerd in de vuilnisbak.  Ik heb geen idee waarom, maar het wordt erger en erger.  Overdag eet ik nauwelijks, ik overleef op twee droge dieetkoekjes, die ik mezelf verplicht om op te eten.  S'avonds, of als ik s'middags genoodzaakt ben met iemand uit lunchen te gaan, hou ik de schijn hoog, en eet ik netjes mee, waarna ik meteen een toilet opzoek, mijn vinger diep in mijn keel duw en alles er terug uit haal.  Het enige voordeel eraan is dat ik ondertussen flink wat magerder geworden ben.  Nog lang niet voldoende slank naar maatschappelijke normen, en nog meer naar mijn normen, maar dit heeft er niks mee te maken.  

    De signalen zijn gewijzigd, en ik moet mezelf opnieuw leren kennen.  Ik moet leren erop in te spelen.  Ik moet mezelf leren behoeden voor hetgeen volgt op die signalen.  En ik heb geen idee hoe eraan te beginnen.  Ik ben alweer het Noorden kwijt.   

    29-11-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (0)

    28-11-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Poëzie
    Gedichten... wat moet het ongelovelijk zijn iets op papier te kunnen zetten, woorden waarin anderen kunnen verdrinken.  Dergelijk talent, daarover te beschikken, moet een ontzettend gelukzalig gevoel zijn. 

    Gedichten... Op moeilijke dagen, en die zijn er zo vaak, is er altijd wel eentje die de dag wat minder moeilijk maakt, de perfecte beschrijving van mijn gevoelens.  Hoe gek het ook klinkt, misschien ondanks mijn leeftijd, blijf ik wel voor altijd een beetje kind, en laat ik mezelf verdrinken in andermans woorden, laat ik mezelf er helemaal in op gaan.  

    Soms doe ik wel eens een poging.  Laatst vond ik een oud schriftje van me, volgepend met flarden, stukken emoties neergepend in dronken buien van verdriet.  Toen ik door de jaren heen bladerde, en mijn gevoelens van toen herleefde, merkte ik toch wel met enige fierheid dat ik in positieve zin geëvolueerd ben.  De weg is nog lang, dat weet ik.  Maar ik heb die oude gevoelens, donker als maar zijn kon, laten verdwijnen, genadeloos knisperend in de haard. 

    Toch weet ik maar al te goed dat je het verleden niet zomaar door de schouw kunt laten in rook opgaan.  
    Stel je voor : grote schoonmaak in je verleden, ramen open, en hup, weg narigheden, een frisse wind die alles wegwaait.  Als dan maar kon.   
    Ik wil ze gewoon niet meer herleven.  De doodsverlangens die ik toen had, en nu vaak ook nog, maken me somber, gezien mijn huidige situatie.  Een vreemde vorm van heimwee: terwijl ik toen nog de vrijheid had ermee om te gaan hoe ik dat wou, kan ik dat nu niet meer.  Mijn verantwoordelijkheidsgevoel jegens m'n kinderen, maar vooral mijn liefde voor die twee, is gewoonweg te groot.  Ik kan of mag me niet meer permitteren mezelf te laten wegglijden in die neerwaartse spiraal van gevoelens.  Ik moet vechten, voor hen.  Zij zijn de enige reden waarom ik hier nu ben.  "Kinderen het leven schenken", zeggen ze dan.  Bij mezelf, moet ik bekennen lag dat even anders, zij schonken het mij. 

    De bibliotheek, de zalig herkenbare geur van oude boeken die me in de gang tegemoet komt.  Blindelings, met m'n hoofd naar de grond gericht, zodat ik niemand hoef te zien, loop ik dan door naar mijn favoriete afdeling : Poëzie.  Ik zoek zorgvuldig een aantal boeken waarin ik geschreven vind wat op dat ogenblik het dichtst bij m'n eigen gevoelens aanleunt.  Ik ontleen ze, en terwijl ik naar de wagen loop, kan ik de drang niet tegenhouden om al een boek open te slaan.  Telkens begeef ik me zo naar m'n auto als ik uit de bibliotheek kom; met m'n neus in een boek, slenterend tussen de huizen en langs de mensen heen. 

    Ik hou er niet van mensen aan te kijken op straat.  Steeds hou ik m'n blik gericht naar de grond.  Als ik rondkijk, krijg ik meteen het gevoel dat mensen me aanstaren.  Als ik rondkijk, kom ik tot het besef hoeveel mensen er wel om me heen zijn, en dat geeft me een ongemakkelijk gevoel. 
    Ik kan er soms versteld van staan hoe levenden op doden lijken.  Ogen, die nietsvermoedend, nietszeggend kijken, en zwijgend langs je gaan. 

    28-11-2007, 22:46 geschreven door K.

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De muur.

    Iedereen zet wel eens een muurtje op, iedereen doet zich wel eens wat anders voor.  Bij een sollicitatiegesprek bijvoorbeeld, of bij een eerste afspraakje.  Dat muurtje kan er staan om uiteenlopende redenen, om indruk te maken of uit zelfbescherming. 
    Ik heb ook zo'n muurtje.  In feite is mijn muurtje ondertussen uitgegroeid tot een gigantische bouwwerk. 
    Een muur, om mensen op een veilige afstand te houden, met bovenaan eindeloos veel prikkeldraad, onder hoogspanning zelfs, en met hier en daar dreigende bordjes die waarschuwen om niet dichterbij te komen.  

    Vraag het merendeel van de mensen die mij kennen, of beter nog, vraag aan alle mensen die me kennen, een paar enkelingen uitgezonderd, hoe ik ben.  En je krijgt gegarandeerd een beeld van een zelfzeker persoon, een problem-solver, iemand bij wie het geluk aan diens zijde staat, iemand die vaak snedig uit de hoek komt, en die andere mensen vaak als eerste zal aanspreken.  Een extravert persoon, tout court.  Het beeld dat ik anderen al zolang ik me herinner op de mouw speld.  Een beeld van een persoon die ik in realiteit maar wat graag zou zijn.  Wat zou ik graag mijn eigen muurtje zijn.    Alles wat ik niet ben.  

    Soms, héél soms, vind ik de moed om iemand het achterste van m'n tong te laten zien.  Vaak is dat dan iemand die me niet te na aan het hart ligt, iemand die me aldus moeilijker kwetsen kan.  Elke keer krijg ik hetzelfde antwoord: dat ze een compleet ander beeld van me hadden, en op zo'n momenten denk ik stiekem "missie geslaagd, het muurtje werkt nog."

    Niemand laat ik binnen dat muurtje.  Niemand.  En toch, af en toe, is er plots iemand die bijna helemaal binnen raakt.  Zonder ik het zelf besefte, binnengeslopen op kousevoeten.  Tot nog toe eindigde dit steeds in hartzeer.  Iemand komt te dichtbij, ziet wie ik werkelijk ben, en keert om, terwijl ik gekwetst achter blijf, en mezelf probeer af te leiden door de zwakke plekken in mijn muur te zoeken en te versterken. 
    Een versterkte burcht om me heen, die keer op keer groter wordt.

    Ik weet dat ik slimmer zou moeten zijn, ik kan mijn vertrouwen niet stellen in die muur, want als ooit deze muur valt, wordt ik eronder bedolven en blijf ik vermorzeld achter.   Toch is het een noodzaak geworden.  De "immer vrolijke K." beschermt de zwakkeling die ik werkelijk bent.  

    Misschien.  Misschien vind ik ooit de moed om héél rustig, steen voor steen, de muur te slopen, zodat mensen m'n ware ik zouden zien.
    Valse hoop, want ze zouden zich vast rot schrikken, en ik zou achterblijven, alleen.  Mijn muur zal voor altijd een deel van me blijven.

    Misschien haal ik er ooit nog het Guinness Book of Records mee, en prijkt er naast de foto's van de Chinese Muur en de muur van Berlijn, een foto van mezelf met als onderschrift : "De muur van K., met stip op nummer drie in de lijst van grootste muren..." 

    28-11-2007, 00:00 geschreven door K.

    Reageer (1)

    26-11-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn berg
    Ik heb een berg.  Hij is helemaal van mij, van mij alleen.
    Nou ja, niet werkelijk.  Mijn berg is niet mijn eigendom.  Meer zelfs, hij is gemeengoed.  Hij kan zomaar bewandeld worden door iedereen, hij staat op publiek terrein.  Ik bezoek hem nooit op drukke dagen.  Enkel wanneer ik er vrijwel zeker van ben dat niet één mens hem zal bewandelen, op veilige momenten, wanneer alle kinderen op school zitten, of wanneer het weer tegenzit.  Dan ben ik er.
    Een berg kan je hem niet echt noemen... nauwelijks een heuvel, eigenlijk.  Een zwanger buikje van moeder aarde, meer niet.  Maar voor mij is hij een berg.  Mijn berg.
    Naast hem ligt een meertje, waarin 's zomers honderden joelende kinderen luidruchtig plonsen en zwemmen.  Een wandelpad scheidt mijn berg met dat meertje. 

    Hier vind ik  rust.  Ik ga bovenop mijn berg staan, kijk even neer op de wereld, en ga op mijn rug in het malse gras liggen.  Zo kan ik uren doorbrengen, met als enige gezelschap een licht briesje dat plagerig met m'n haren speelt, en mijn gedachten. 
    Absolute stilte, bijna.  Het gedreun van de drukke autoweg wat verderop kan ik verbannen, of doe ik vervagen.  

    Hier kan ik mezelf zijn.  Hier kan ik alle leven wegdenken.  Hier ben ik alleen.  Hier, op mijn berg.  Hier, liggend in het gras, kan ik even op adem komen.  Ik kan wolken bestuderen zolang ik maar wil, zonder raar bekeken te worden.  

    Ooit, toen ik heel diep zat, kwam ik hier, louter toevallig.  Ik was uitgeput, levensmoe en verstopte me, bovenop de berg.  En ik vond rust, kon mezelf herladen, klaarstomen voor de harde realiteit.  Sindsdien ben ik blijven terugkeren, op moeilijke, en later op minder moeilijke momenten.  Mijn eigen private herbron-berg. 

    Soms denk ik spottend dat er vast positieve aardstralen moeten uitmonden ergens in mijn berg...  
       

     

    26-11-2007, 22:30 geschreven door K.

    Reageer (0)

    25-11-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De wolken meester

    Ik ben de wolken meester.  Ik heers over de wolken. 
    Althans, over de manier waarop ze bewegen.  Ik creeër wolken, en beslis over hun weg.  Ik kan met een eenvoudige beweging met één vinger, een andere wolkensculptuur maken, met één vingerknip maak ik een wolkendraaikolk. 
    De wolken in mijn bad, het kleine, flinterdunne laagje schuimerig residu dat op m’n badwater drijft.  Ik vertel hun verhalen, ik creëer ze.    

    De wolken daarboven, daar heb ik geen heerschap over.  Ze komen op dagen dat ze er niet mogen zijn, donker en dreigend, of ze zijn er niet, niet één, net op een moment dat ik zo naar ze verlang.  Uren kan ik ze bestuderen, de vormen die ze aannemen.  Ze vertellen me prachtige verhalen.  Liggend in het gras, luister ik naar wat ze te vertellen hebben. 

    25-11-2007, 22:19 geschreven door K.

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het lelijke eentje

    Neen, geen drukfout, geen typfout. 
    Geen eendje, ik, wel een eentje, alleen, eenzaam, op mijn eentje.  In dat opzicht dus. 

    En lelijk.  Afzichtelijk.  Wat haat ik mezelf in de spiegel… ik ben eerst en vooral al dik, te dik.  Vooral mijn hoofd dan.  Wat een kop heb ik toch.  Daarenboven heb ik van dat onregelmatig dik vel om m’n lichaam zitten. En ik heb een rare, scheve neus. 

    Niet dat ik er echt wakker van lig.  Ik vind zoveel andere dingen zoveel belangrijker. 
    Ik kan bijvoorbeeld niet zeggen van iemand of ik die al dan niet mooi vind.  Niet vooraleer ik met die persoon gesproken heb. 
    Het is een typisch clichébeeld dat wij lelijkaards gebruiken maar toch vind ik dat schoonheid binnenin zit. 
    Uiterlijk ben ik een niemendalletje, maar innerlijk een niemendalletje ?  Niet mijn dalletje !  
    Neen, zover gaat het niet.  Innerlijk ben ik misschien wel de moeite waard, alhoewel velen m’n innerlijk vast als knettergek bestempelen.

    Maar toch geef ik de hoop niet op, en blijf ik geloven dat ik innerlijk toch wel iets te bieden heb. 
    Helaas zit die dikke lelijke kop van me flink in de weg.  

     

    25-11-2007, 21:52 geschreven door K.

    Reageer (0)


    Stuur me een email...


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Archief per maand
  • 04-2017
  • 02-2016
  • 05-2015
  • 09-2012
  • 12-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 02-2009
  • 01-2009
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008
  • 01-2008
  • 12-2007
  • 11-2007
  • 09-2005


    Blog als favoriet !



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs