Beste Lezers,
De overheid is het hoogste bevoegd gezag op een bepaald territorium of grondgebied.
Zo spreekt men van nationale, provinciale, gemeentelijke of gewestelijke overheid. Meestal wordt ook de rechterlijke macht tot de overheid gerekend.
Soms heeft de term overheid geen betrekking op een territoriaal gezag, maar op een inhoudelijke autoriteit, bijvoorbeeld een burgerlijke, of militaire overheid.
De overheid heeft een specifieke rol in de samenleving. Zij heeft veel uiteenlopende functies en taken, die voor een aanzienlijk deel afwijken van wat elders in de samenleving gebeurt. Deze functies kan men indelen naar ordenende, presterende, sturende en arbitrerende functies.
Uit de vele functies citeer ik er enkele:
- Het mogelijk maken van collectieve, democratische besluitvorming op verschillende bestuurlijke niveaus. Hierbij worden, na een publieke afweging van deelbelangen, beslissingen genomen die voor de hele samenleving van belang zijn. Bij ons beslissen de partijen!
- Het handhaven van de openbare orde en rechtsorde door middel van rechtsvorming en rechtshandhaving. Iedere Belg gelijk voor de wet!
- Het vanuit een oogpunt van rechtvaardigheid wijzigen van de inkomensverdeling. Het bestrijden van de ergste vormen van ongelijkheid. Eerst ikke, de rest komt later!
- Het bevorderen of ontmoedigen van bepaalde vormen van gedrag en consumptie door organisaties en burgers. Sociale media!
- Het reguleren van de markt en het corrigeren van marktfalen. Bouwpromotoren!
Over het gewenste takenpakket van de overheid wordt in verschillende tijden en door politieke partijen met hun ideologische achtergronden verschillend gedacht. In de loop der tijd wisselt het takenpakket van de overheid dan ook vrij sterk.
In het verleden droegen de Belgische overheden voornamelijk zorg voor het handhaven van de orde, de infrastructuur en de nationale veiligheid. De overheid was een nachtwakersstaat, een staat waar de overheid zich relatief weinig bemoeit met de burgers. In een dergelijke staat garandeert de overheid de veiligheid van de inwoners door het zorgen voor politie, leger en een aantal wetten om de rechtsorde te handhaven.
Sinds het ontstaan van de verzorgingsstaat is de overheid op veel meer gebieden actief. De overheid nam een aantal functies van particuliere organisaties en Kerk over. Zo werd de overheid actief binnen het onderwijs, de sociale zekerheid, volkshuisvesting, en de gezondheidszorg.
In de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw bestonden er hoge verwachtingen van het optreden van de overheid. Velen, met name de sociaal democraten, geloofden in de maakbaarheid van de samenleving en de oplossing van maatschappelijke problemen door middel van overheidsoptreden. Er was de nodige aandacht voor het falen van de markt. Als uitvloeisel bereikten de collectieve uitgaven in de jaren 1980 een omvang van meer dan 60% van het bruto binnenlands product.
Tijdens de jaren tachtig en negentig bleek de overheid dermate hoge verwachtingen niet waar te kunnen maken. Er werd wel gesproken van het falen van de overheid. Lang niet al het overheidsbeleid werd goed uitgevoerd of had de gewenste effecten. In reactie hierop werd een deel van de overheidstaken door middel van verzelfstandiging of privatisering weer overgelaten aan de private sector. Daarnaast streefde men naar deregulering. Men sprak van de terugtredende overheid. Internationaal werd deze visie gepropageerd door Reagan en het Thatcherisme. De overheid zelf probeerde haar efficientie te verhogen door lessen te trekken uit de werkwijzen van het bedrijfsleven. De overheid ging met andere woorden bedrijfsmatig werken. De collectieve uitgaven daalden naar een niveau van ongeveer 45% van het bruto binnenlands product in het jaar 2000.
Tijdens het eerste decennium van deze eeuw was de samenstelling van het takenpakket van de overheid redelijk stabiel met een evenwicht in de taakverdeling tussen overheid, maatschappelijk middenveld en private sector.
Tijdens de laatste decennia zijn, onder invloed van de (neo)liberale ideologie, verschillende onderdelen van de overheid geprivatiseerd of verzelfstandigd.
Wat heeft heel dit betoog te maken met de titel?
Wel als je een kat bij de melk zet krijg ze diarree. Het ongelooflijk gehannes en geklungel van de overheid in zijn geheel heeft ervoor gezorgd dat niemand zich nog iets aantrekt van wetten, laat staan van regeltjes. En regeltjes zijn er voldoende voor de burger. Alleen blijkt dit niet zo te zijn voor diegenen die de overheid vertegenwoordigen. Als blijkt dat 1/3 van de bevolking zich door geen enkele politieker aangesproken voelt dan weet je dat er shit op komst is.
Waarschijnlijk zal het parket niet optreden tegen alle supporters van FC Bruges, want dat moet allemaal in de Engelse taal gebeuren. No Sweat, No Glory hé. Remember de beursgang van de FC Corona Club.
Sport en Racisme, het blijft vooral bij een spotje op TV vòòr de Champions League wedstrijden. Zwarten blijven voor de handelaars goedkoper.
And Bruges by way last but no least, een korporaal houd het land, en een deel van de wereld, al een hele tijd bezig. Het lijkt wel entertainment. En natuurlijk zijn daar, sociale media, gelijkgestemden die veilig en wel vanaf hun mobieltje akkoord gaan dat een asociaal type het recht heeft om iemand met de dood te bedreigen.
Je kan er buikloop, dunne, poeperij, racekak, rees, schijterij, spuitpoep van krijgen, dat is bij alle volken voor iedereen gelijk. Het stinkt!
Allen nog een fijn Pinksterweekend toegewenst. (ook al regent het cats and dogs)
Grjts
Hugo
Nootje 1:
Pinksteren ontstond uit het joodse Wekenfeest (of Sjavoeot). Met dat feest wordt herdacht dat God de Tien Geboden aan Mozes gaf op de berg Sinaï. Christenen namen de feestdag over omdat ze de overeenkomst zagen met de neerdaling van de Heilige Geest.
Met Hemelvaart ging Jezus voorgoed naar de hemel, maar hij beloofde zijn leerlingen niet in de steek te laten.
Op de Eerste Pinksterdag zaten de gelovigen samen in een huis. Plotseling klonk er uit de hemel een geluid als van een hevige windvlaag, dat het huis waar ze zich bevonden geheel vulde. Er verschenen aan hen een soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreidden en zich op ieder van hen neerzetten, en allen werden vervuld van de Heilige Geest en begonnen op luide toon te spreken in vreemde talen, zoals hun door de Geest werd ingegeven.
De Bijbel beschrijft daarna de verbazing bij de inwoners van Jeruzalem. Van Romein tot Arabier, en iedereen er tussenin: ze hoorden allemaal in hun eigen taal de apostelen spreken over -Gods grote daden-.
Ze hebben het toch niet over de wapentaal?
Nootje 2: De foto's in bijlage zijn van een hoekplaat die meer dan dertig jaar in de kelder aan de muur was gevezen. De vijf milimeter dikte is er niet meer. Maar veel minder zal het niet zijn. De 90° plaat zit trouwens opnieuw in de kelder als steun voor een schap. Ben benieuwd hoe die er over 30 jaar zal uitzien. Ben nog meer benieuwd hoe de Hensen kraan er dan zal bijstaan!
Men zegge het voort.
|