Soms fiets ik al eens via Willebroek tot in Mechelen langs, de Rupel en de Dijle.
Het kanaal en de Zenne vloeien samen in de Dijle een stukje buiten Mechelen, het Zennegat genaamd. Ongeveer 1 km verder vloeit de Dijle samen met de Nete en vormen zo de Rupel, die dan weer zo'n 12 km verderop uitmondt in de Schelde, tegenover Rupelmonde.
Naast een brug over de Nete is er ook een over de Dijle gebouwd. Beide zijn bekend in de regio als "de Blauwe Bruggen".
Rivierenland, daar fiets je doorheen, is de waterrijke regio in het zuidwesten van de provincie Antwerpen. De rivieren Rupel, Dijle, Nete, Schelde en Zenne vormen de blauwe draad. Nergens in Vlaanderen komen zoveel rivieren samen, op zon relatief kleine oppervlakte. De zoetwatergetijdenwerking zorgt bovendien voor een unieke fauna en flora.
Hier kan je dus ook prachtige wandelingen of dagtochten maken.
Vorige vrijdag heb ik met de stapmaten zo een dagtocht gedaan, met startpunt in Klein Willebroek. De N177 is de enige publieke toegangsweg voor personenwagens.
De plek ken ik al jaren, onder andere omdat ik al op de bodem van het sas heb gestaan. Het gehucht kwam tot stand bij de oorspronkelijke sluis aan de monding in de Rupel van de in 1550-1559 gegraven Willebroekse Vaart. Klein-Willebroek breidde aan weerszijden daarvan uit zodra langs dit nog bestaande oude kanaal de schorren erom heen bewoonbaar werden.
Toen ik met Jan arriveerden stond de Ronny met de Catjsoe ons al op te wachten. Onze goede vriend kwam kwispelend aangesneld om ons uitbundig te begroeten.
Na ook die andere goede vriend goedendag te hebben gewenst heb ik mijn foto toestel boven gehaald, het centrum van KW is een historische site.
Het oorspronkelijke sashuis uit 1573 werd in 1608 vervangen door het huidige. In dit (ook wel Spaans Huis genoemd) gebouw werd, na de sluiting van het oude sas in 1980 en na een grondige restauratie, in 1987, het heemkundig Museum Sashuis gevestigd.
Aan de overzijde hiervan staat het 19e-eeuwse ijzeren portaal van de verdwenen Van Enschodtbrug over de Rupel. Daar reden de geallieerden op 4 september 1944 over om Antwerpen te gaan bevrijden. Een Britse Sherman tank ernaast herinnert hieraan.
Ervoor, pal naast de saskom, staat het Nationaal Schippersmonument , vervaardigd door Gilbert De Nil. De omgeving van het Sashuis, met de wipbrug voor de saskom, is sinds 1981 een beschermd dorpsgezicht. Een beeld van De Boottrekker van Rik Honsia staat vóór het Sashuis. (er was ook een schippers school gevestigd in KW)
De Boomse brouwersfamilie Lamot verwierf in 1835 het 18e-eeuwse brouwershuis. Het huidige bakstenen brouwerijgebouw in Klein-Willebroek stamt uit 1911. De mouteest ervan, met de bijbehorende gereedschappen, werd in 1995 geklasseerd als monument.
In 1922 kwam het gemoderniseerde kanaal ten zuiden van Klein-Willebroek klaar.
De aloude tak, die nu niet zonder reden Jachthaven Klein-Willebroek genoemd wordt, blijft met sas dienstig voor pleziervaartverkeer.
Onze wandeling ging door het natuurgebied gevormd door Broek De Nayer, de Biezenweiden, via de dijk rond de plas De Bocht en Heindonk tot het Blaasvelds Broek.
Bij de terugweg dachten we onze bokes te verorberen in het etablisement aan het einde van de roeibaan van Hazewinkel. Ondanks dat we ook op het terras wilden zitten was het niet toegestaan, ze serveren namelijk ook middagmaal. Gezien het uur van onze aanwezigheid denk ik dat de waardin niet graag een centje verdiende.
Na enkele lussen, opnieuw doorheen de bovenvermelde gebieden, arriveerden we terug in de historische site waar gelukkig wel moderne horeca zaken zijn gevestigd.
Het is wel ironisch dat de eertijdse stortplaats van de Willebroekse papierfabriek De Naeyer, met oude veenputten waarin verfresten bezonken, het enige domein in Vlaanderen is waarin de, tussen 1980 en 2010 verdwenen geachte, otter opnieuw is aangetroffen.
Lachwekkend zijn ook de verschillende regels voor honden. In het gebied Biezenweiden mag je met je hond wandelen, weliswaar aan de leiband. In het aanpalende Broek De Nayer zijn honden verboden!!
Nog enkele feiten:
- Het Bloso-watersport centrum Hazewinkel is door zandwinning ontstaan.
- Het kappelleke van O.L.V van de Veertienbunder dankt zijn ontstaan aan een Mariabeeldje dat in 1636 werd gevonden. Dergelijke beeldjes werden aan een eikenboom opgehangen ter verering. In de strenge winter van 1760 bleek dat het water, waaruit het beeldje werd opgehaald, ijsvrij was gebleven. Aan de boord van de vijver en het nooit bevriezende putje werd eerst een houten kapelletje opgetrokken. Honderd jaar later werd op dezelfde plaats een stenen gebouwtje neergezet. Het doet nog steeds dienst voor mensen die er komen bidden of mediteren (of een noveen kaars branden), zoals we zelf konden vaststellen.
- Schep: het in de volksmond als 'schep' gekende paardenstoofvlees is al vele decennia een Willebroekse culinaire specialiteit. Over de oorsprong ervan bestaat geen volkomen zekerheid. Het lijkt echter wel vast te staan dat de in het midden van de 19de eeuw in Willebroek ontstane paardenmarkt de geboorte van de schep in de hand heeft gewerkt. De oude en versleten trekpaarden werden verkocht vóór de winter. Omdat het in die tijd nog veel kouder was en de vaart dicht vroor was er dus ook geen scheepvaart mogelijk. Daarom werden deze dieren verkocht en geslacht. Die beesten waren taai en om nog enigszins eetbaar te zijn dienden die lang op het vuur te staan. Nu nog wordt 'schep' door de rasechte Willebroekenaar en Vaartlander vooral op de dagen rond de jaarmarkt geconsumeerd.
- Duvelfricassee: dit is een relatieve nieuwkomer onder de streekgerechten. Hij werd, met een knipoog naar de plaatselijke brouwerij van 'Den Duvel', ontwikkeld in het begin van de jaren '90. Hoofdingrediënten: kalfsvlees, verschillende groentjes en uiteraard 'Duvel' die een fantastische smaak geeft aan dit gerecht!
Grjts
Hugo
Fotos: De Blauwe bruggen; Twee vrienden; Klein Willebroek; Sherman; Schippers monument; Boottrekker; Kasteel De Bocht; Wedstijdbaan Hazewinkel (2.3km lengte); O.L.VR 14 BUNDER.