Hierbij het verslag van de zitting van de gemeenteraad op maandag 4 oktober 2010 over het Masterplan en de Oosterweelverbinding.
Het volledige verslag leest U via deze link
http://notulus.antwerpen.be/rs-bin/RightSite.exe/getcontent/C2010-012314.pdf?DMW_OBJECTID=090f45ab805616f6&DMW_FORMAT=pdf&fext=.pdf
Voorgeschiedenis Met het dubbelbesluit van 30 maart 2010 sprak de Vlaamse regering zijn voorkeur uit voor de ondertunnelde sluiting van de Antwerpse Ring volgens het BAM-tracé. Slechts indien die ondertunnelde oplossing technisch onhaalbaar, tijdrovender of duurder zou blijken, zou alsnog voor de viaductoplossing met DAM 3-variant gekozen worden. De voorbije maanden werkte de projectleider (in nauwe samenwerking tussen tv SAM en de Stad Antwerpen, onder supervisie van nv Eurostation) de tunneloplossing verder uit in functie van een vergelijking naar technische haalbaarheid, kostprijs en timing. Begin september werd het eindrapport gepresenteerd aan de Stuurgroep Masterplan 2020, vertegenwoordigd door leden van de Vlaamse regering en van het college van burgemeester en schepenen van de Stad Antwerpen. Eveneens werd daar de peer review voorgesteld, opgemaakt door Eurostation. In dit eindrapport werden twee tunneloplossingen uitgewerkt, waarbij de ene variant een boortunneloplossing is en de andere variant gebouwd wordt met zinktunnels (cut&covertunnels). Deze beide tunneloplossingen werden vergeleken met de viaductvariant, de Lange Wapper met een deels ondertunnelde aansluiting ter hoogte van Schijnpoort (zgn. DAM 3 oplossing). Deze drie varianten werden allemaal technisch haalbaar bevonden, elk met eigen aandachtspunten. De tunnelautoriteiten gaven een gunstig advies. De timing van ontwikkeling, aanbesteding en bouw is voor de drie varianten gelijklopend, met een oplevering van het totaalwerk tegen eind 2020. Wat kostprijs betreft hebben beide tunneloplossingen een hogere kostprijs dan de brugvariant. De Vlaamse regering bereikte een akkoord op 22 september 2010 om de Antwerpse ring te sluiten met twee tunnelcomplexen: een eerste zinktunnel onder de Schelde met 2X3 rijstroken en een tweede cut&covertunnel onder het noorden van de stad met 4 X 2 rijstroken. Beide tunnelsworden verbonden door het Oosterweelknooppunt dat voorziet in verbindingen in alle richtingen. Daarbij werd gevraagd of het kostprijsverschil kan worden gecompenseerd door een aantal investeringen van het Antwerpse stadsbestuur en het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen. De tussenkomst vanwege het gemeentelijk havenbedrijf zou inhouden:
- deel van de kadewerken, versteviging kaaimuren en noodzakelijke scheepvaartmaatregelen (realisatiekost DBFM € 84,0 mio , bouwkost € 52,5 mio );
- kosten voor het bouwdok (realisatiekost DBFM € 88,0 mio , bouwkost € 55,0 mio);
De financiële tussenkomst vanwege de stad zou inhouden:
- het verplaatsen van de nutsleidingen aan Schijnpoort (realisatiekost DBFM € 84,8 mio , bouwkost € 53,0 mio );
- de aanleg van een nieuw stadsplein over de nieuwe ring ter hoogte van het Sportpaleis (realisatiekost DBFM € 13,52 mio, bouwkost € 8,45 mio );
- het derven van € 10 mio inkomsten uit onteigening (ter beschikking om niet) voor de bouw- en werfzones (die achteraf terug naar de stad kunnen komen), een bedrag dat nooit gebudgetteerd werd;
- het Mexico-eiland zal de stad kunnen ontwikkelen volgens de principes van de cadix-wijk,
wat een netto-opbrengst zal opleveren van € 70 mio (€ 90 mio opbrengst verminderd met € 20 mio infrastructuurwerken), wat tot heden toe niet gebudgetteerd werd. In zitting van 22 september 2010 (jaarnummer...) stemde het college na stemming in om onderstaande meerkost samen met het gemeentelijk havenbedrijf voor hun rekening te nemen.
Besluit Artikel 1 Het college beslist akkoord te gaan met de beslissing van de Vlaamse regering van 24 september 2010, waarbij wordt gekozen voor een tunneloplossing voor de sluiting van de Antwerpse Ring in plaats van de viaductvariant. Dit betekent het verdwijnen van het viaduct te Merksem, waarbij er een groot plein in de plaats komt en het verdwijnen van het viaduct aan de Groenendaallaan, waar de ring onder het maaiveld zal doorgaan. Ter hoogte van de Oosterweelknoop wordt een groter deel van de Noordkasteelsite gespaard dan aanvankelijk gepland was. Artikel 2 Het college neemt bovendien kennis van de beslissing van de Vlaamse regering dat prioritair een ondertunnelde verbinding wordt gerealiseerd onder de huidige R11 tussen het knooppunt Wommelgem en de E19 zuid (Craeybeckxtunnel) waardoor de Antwerpse Ring niet zal ontdubbeld worden in een doorgaande en stedelijke ringweg en bijgevolg niet verbreed zal worden. Artikel 3 Het college onderschrijft de kwaliteitssprong die kan gemaakt worden in harde en zachte ontwikkelingen op en rond het tunneltracé zoals weergegeven in bijlage. Het sluiten van de Ring met een tunneloplossing biedt immers volgende potenties:
- 2 viaducten minder ipv 1 viaduct meer
- verbetering leefbaarheid voor de huidige 72 000 inwoners
- meerwaarde voor circa 750 000m² ontwikkeling en mogelijks 11 500 toekomstige inwoners
- nieuwe kansen voor (meer en betere) open ruimte
Artikel 4 Het college neemt akte van de totale meerprijs van het project van 352,8 mio € (binnen de DBFMformule) voor deze tunneloplossing. Het college wil deze meerkost dragen zonder zijn inwoners hiervoor extra te belasten door op een verantwoorde manier de verschillende onderdelen van haar bestuur hierin te laten bijdragen. Artikel 5 De meerprijs wordt geraamd op 352,5 mio euro (realisatiekost) en wordt voorgesteld te compenseren door investeringen van de Stad Antwerpen en het Gemeentelijk Havenbedrijf. De compensatie wordt dan gedragen door enerzijds onderstaande investeringen en anderzijds de overdracht van gewestwegen binnen de (kleine) ring.
|