Louis Marie Anne Couperus was de jongste zoon uit een gezin van elf kinderen. Geboren werd hij op 10 juni 1863 te Den Haag. Vader Couperus was rechter en van 1869 tot 1879 gestationeerd in de toen nog bij ons land horende kolonie Nederlands Indië. Zijn moeder was van adellijken afkomst en heette met haar meisjesnaam jonkvrouw Reijnst. Zoals bij de meeste genieën het geval waren het op school geen uitblinkende leerlingen en ook Couperus was zo'n 'eigenheimer' die zijn eigen weg uitstippelde en zijn eigen koers volgde. Toch wist hij in een later stadium een Akte te halen in de Nederlandse Letteren, dit om taalkundig zijn gevoelens en ideeën goed te kunnen verwoorden.
Louis Couperus ontwikkelde zich als een begaafd, precieus, naturalistisch romanschrijver, wiens voorkeur uitging naar de decadentie in heden en verleden. In 1891 trouwde hij met zijn nichtje Elisabeth Baud. In een vroeg stadium had hij al grote bekendheid kunnen krijgen, maar het was de literaire criticus Willem Kloos die hem steeds de weg versperde. Louis couperus heeft, voordat het gezin Couperus naar Buitenzorg in Nederlands Indië verhuisde, gewoond vlak naast de Oranjekazerne op de Mauritskade nummer 11, nú nr. 43. Nadien terug uit Indië en gehuwd woonde hij in de Surinamestraat 20. Hij heeft er verschillende werken geschreven. Reizen was zijn lust en zijn leven en samen met Elisabeth heeft hij bijna de hele wereld afgereisd en fungeerde hij voor verschillende kranten en tijdschriften als freelance journalist en verdiende op die manier zijn brood.
Na veel omzwervingen keerde, vanwege het feit dat Louis ziek was, het echtpaar min of meer berooid terug naar Nederland en in mei 1923 werd Louis aan de bosrand in het Gelderse plaatsje De Steeg door zijn fanclub een huis aangeboden om in deze gezonde streek weer op verhaal te komen. In juni ontving Couperus nog een hoge koninklijke onderscheiding voor zijn vele verhalen over ons Koninklijk Huis en even later op 16 juli 1923 kwam hij door zijn zware longaandoening met als complicatie een bloedvergiftiging op zestigjarige leeftijd te overlijden.
Zijn vrouw Elisabeth heeft nog tot 1929 in De Steeg gewoond en is toen weer naar Den Haag vertrokken. Zij heeft wel een hoge leeftijd mogen bereiken en overleed in 1960. De urnen met de asresten van het echtpaar Couperus zijn bijgezet op de begraafplaats Eik en Duinen in Den Haag.
Echt grote bekendheid heeft Couperus pas gekregen toen enkele van zijn werken op tv gebracht werden en ik heb heel belangstellend die adembenemende en bloedstollende stukken van "De Boeken der kleine Zielen" en vooral "De Stille Kracht" met in de hoofdrol Pleuni Touw gevolgd.
Beroemde andere werken van Couperus waren: Zijn doorbraakoeuvre 'Eline Veere', verder 'Het Noodlot' en óók 'Van oude Menschen de Dingen die voorbij gaan', worden nog veel boeken verkocht. Nog steeds bestaat er een Louis Couperus Genootschap dat periodiek het geschrift 'Arabesken' uitgeeft.
Museum van Louis Couperus vindt u niet in de Surinamestraat 20, maar in de Javastraat 17 Den Haag.

 HUIS SURINAMESTRAAT 20 DEN HAAG
 BENEDEN SCÈNE UIT DE STILLE KRACHT

|