In verband met de wederopbouw waren mijn ouders medio mei 1945 en Dinie, Nellie, Ben en ik in de tweede week van juni vanuit Friesland in de bevrijde Betuwe teruggekeerd. Alles was door oorlogsgeweld danig vernield; geen pan meer op het dak, allemaal gebroken ruiten, grote gaten in muren van ingeslagen granaten, een rotzooitje in alle vertrekken en weelderig groeiend onkruid rondom het hele pand. Toch draaide binnen de kortste keren op provisorische wijze alles weer; er werd gebakken, café en winkel gingen weer open en met een oude transportfiets werd ook weer uitgevent. Met mijn kameraden ging het zoals vanouds. Overal hadden de Duitse bezetters maar ook onze bevrijders, de Canadezen, Engelsen en Amerikanen munitie laten liggen, waarmee je als het ware een eigen oorlog beginnen kon. Geliefd bij de jeugd, maar ook ouderen lieten zich hiermee in, waren geweren, revolvers, losse kogels om te schieten, koperen granaathulzen, blauwe zakjes met dynamiet en kruitstaafjes. Rietjes, aan de ene kant los, aan de andere kant dicht, vulden we met kruitstaafjes, uit kogels gehaald, op, van achteren een los lontje wat iets uitstak, brandende lucifer er tegenaan en dan met sissend geluid als een raket omhoog! Dat was dolle pret van de bovenste plank! Een keer is het misgegaan, toen een dergelijk zelfgemaakt raketje boven op het rieten dak van het achterhuis van Doorman terecht kwam, maar gelukkig wisten we het ontstane brandje snel te blussen. Wat ons ook plezierden was een menselijke ketting maken tegen een vochtige muur waar stroomspanning op stond; de laatste man in de rij was de pineut natuurlijk! Bij metselaar Jan Levels hebben we eens een geladen stengum met een klein gaatje in de loop vastgebonden in een boom voor het huis gehangen en dit, omdat vanwege mogelijk ballistische afwijkingen schieten uit de vrije hand ons te gevaarlijk leek hadden we hiervoor een handige oplossing bedacht. Toen ik met behulp van een stuk Tommydraad, bevestigd aan de trekker met de stengun begon te schieten, draaide de loop zich om en vlogen de kogels dwars door het slaapkamerraam. Op de Heuvel-het oude frontgebied-tussen Huissen en Bemmel hebben we eens enkele buizen (granaten) uit een Duits kanon ter hoogte van boerderij De Kroon afgeschoten, waarvan een der projectielen de kerktoren van Lent geraakt zou hebben. Met de eerste en beste Oud-op-Nieuw na de oorlog hebben we met een hele ploeg Zandse jongens in de bongerd van Berend Roelofs met een Duitse koelmitrailleur Oudjaar 1945 uitgeschoten. De andere dag stond erop de voorpagina van De Gelderlander een artikel, waarin melding werd gemaakt dat een knecht van boer Lensen op de Kerkerlanden die op de hooizolder voer voor de koeien aan het verzamelen was, de kogels om zijn oren had horen fluiten en gedacht had dat de oorlog weer opnieuw uitgebroken was. Niet vergeten moet ik ook dat bomincident op een stuk braakliggend land van Doorman, toen ik met mijn vriend Nol Helsen bezig was een zelfgemaakte bom tot explosie te brengen. Wat hadden we gedaan? Een lege winkelmaggibus hadden we helemaal opgevuld met zakjes dynamiet, net als bij een carbidbus gaatje erin , vuurkoordje eruit en toen op de grond gelegd. Staande achter het huis van Piet van Frans (de fam.Willemsen) waren we in afwachting van de ontploffing, die telkens uitbleef; daarom keken we beurtelings of het lont nog wel brandde en staken als dit niet het geval was opnieuw aan. Op een gegeven moment, toen ik voorover gebogen bij de bus stond te kijken, volgde er een verschrikkelijke klap, waarbij ik enkele meters door de luchtdruk boven de grond rees en vervolgens totaal groggy en verstijfd naar beneden kwam. Weer enigszins bijgekomen stond ik-hoe het mogelijk is begrijp ik niet-plotseling in adamskostuum op Doormans land en even later-nog beduusd van het gebeuren op weg naar huis-werd ik nagestaard door enkele mensen die niet wisten wat ze zagen!
|