De Ailuropoda melanoleuca: Dit is de zondagse naam van onze vriend de reuzenpanda. In het wild tref je ze aan in Midden-China en in het Himalayagebergte. Ze leven in de hellingen van grote bossen, begroeid met veel bamboe. Die bamboe, dat is hun hoofdvoedsel en als je ziet hoe ze zo'n stok(je) vasthouden (zie bijlage), dan ben je er meteen achter waarom de echte Chinezen met stokjes eten. De reuzenpanda behoort tot de berensoorten, ze variëren in gewicht van 60 tot 125 kg, worden in het wild gemiddeld zo'n 20 jaar en wat lengte betreft zijn ze 1,2 tot 1,8 m lang. Geschat wordt dat er in China nog zo'n 2000 dieren in het wild leven en eenzelfde aantal vinden we ook wereldwijd in de dierentuinen. Een hoop mensen zijn tegenstander van dieren in gevangenschap, maar goed opgepast kunnen ze daar wel eens zo oud worden als in het wild. Wat tegenwoordig ook speelt is dat veel dieren uit hun leefgebied verjaagd worden door ontbossing of om woon-en leefruimte te creëren voor de mens. In een dierentuin in het Chinese Kanton is onlangs een panda drieling geboren en omdat ze wat zwakjes waren zijn ze om te volgroeien in een couveuse gelegd. Normaal krijgt moeder panda maar één baby; dus we kunnen hier spreken van een hoogst zeldzame worp! In België is de dierentuin van Antwerpen het beste uitgerust om panda's te herbergen, maar toch werden enkele panda's van elders, op last van de Belgische premier die in Wallonië geboren is, overgebracht naar een dierentuin in zijn 'geboorteland'-; ontstaan hierdoor is er ditmaal tussen Wallonië en Vlaanderen geen taalstrijd, maar een verdeelstrijd! De panda staat op de lijst van de bedreigde diersoorten en het wereldnatuurfonds, begaan met het wel en wee van de dieren heeft destijds met hun oprichting dit mooie en tot de mensheid sprekende dier als symbool op hun logo staan. Kleine Panda: Deze behoort niet tot de berenfamilie, maar valt onder de orde van de katachtigen. De kleine panda (zie inzet) wordt ook wel katbeertje, rode kat of vuurkat genoemd. Hun staart is even lang als hun lengte (28-50/64cm). Ze zijn roodachtig of kastanjebruin gekleurd. In tegenstelling tot de reuzenpanda zijn het niet alleen herbivoren, maar ook carnivoren, want ze lusten graag bamboescheuten, bladeren, grassen, wortels en vruchten, maar zijn ook dol op larven, eieren, muizen, hagedissen en kleine vogeltjes. Hun leefgebied is Zuid en Oost-Azië. Omdat ze er zo schattig uitzien worden ze ook als huisdier gehouden en net als onze poes werpen ze na een draagtijd van drie maanden 3 tot 5 jonkies. In het wild wordt er flink op deze beestjes gejaagd en dit is om hun mooie pels, waarvan ze handschoenen, portemonnees, handtasjes en bontmantels maken. Hun populatie schat ik momenteel op zo'n 10.000. In het wild worden deze katbeertjes gemiddeld 15 jaar oud en in gevangenschap en goed opgepast worden ze 20 tot 25 jaar oud.


|