Bij bijna alle vormen van sport wordt er wel iets aan lichaamspreventie gedaan: een voetballer loopt met beenbeschermers, een rugbyer draagt beschermende schouder-en borstkleding, een hockeyer heeft kwetsbare delen ingetapt en hun keeper draagt een soort harnas om zich tegen alle gevaren te beschermen. Toch vallen ook in deze sporten vaak ongeneselijke blessures en zeker hoofdletsels leiden tot een trauma. Toen ik als jongen van 14 jaar in 1947 in Boxtel stond te kijken naar de voetbalwedstrijd Boxtel tegen Schijndel heb ik een keeper met hoofdletsel van het veld zien dragen die nadien overleden is. Sport heeft me altijd geboeid en in bescheiden mate heb ik ook diverse sporten beoefend en zelfs ben ik een tiental jaren jeugdtrainer bij enkele voetbalclubs geweest. Vanaf het begin stond sportpreventie bij mij hoog in het vaandel en met trainingen maakte ik gebruik van mijn medische kennis, die ik opgedaan had uit diverse medische sportgidsen. Een van de hete hangijzers bij voetbal is altijd de koptechniek geweest. Als timing en het juist koppen van de bal goed is, dan is er echt niets mis mee. Jongens die deze koptechniek zich niet eigen wisten te maken werden door mij altijd positioneel ontzien en nooit ingezet bij b.v. het met het hoofd inkoppen of wegwerken van een bal in de buurt van de goal. Gewerkt heb ik nog een tijdje met van die leren veterballen en als het nat weer was moest je een kop als een olifant hebben om die knikker weg te koppen. In mijn tijd werd er nog gevoetbald met schoenen met stalen neuzen en vanachter waren ze ook nog gepolsterd met een stukje blik of iets dergelijks. Het spel leek wat ruig, maar toch waren er minder blessures en dat kwam omdat het hele veld benut werd en iedereen zijn vaste positie had. Tegenwoordig wordt er erg compact gevoetbald en vooral bij een hoekschop staan 20 spelers in het strafschopgebied meer met elkaar te stoeipoezen dan te letten op de voorgeschoten bal. De doelman fungeert hier als een onzichtbaar object en ook de scheidsrechter is bij zo'n corner volledig het zicht op het spelgebeuren kwijt. Erik Matser, neuropsycholoog in het ziekenhuis van Helmond, tevens universitair docent en sportpsycholoog, heeft vastgesteld dat herhaaldelijk hersenletsel bij sporters het spraakvermogen, de concentratie en het geheugen van de sportman beïnvloed. Het heeft voor iemand die hersenletsel opgelopen heeft over een heel breed vlak nare consequenties. Verlopen zondag lag Przemyslaw Tyton, de keeper van PSV ruim een kwartier met hersenletsel buiten bewustzijn op het veld en ook Maarten Stekelenburg, nu goalie bij FC Roma, liep een zware hersenschudding op. Maandagavond was het de doelman van jong Groningen, Agil Etemaldi die zwaar hoofdletsel opliep toen hij in botsing was gekomen met een wat fel inkomende speler van Sparta. In Amerika en Canada hebben al diverse getraumatiseerde sporters, die hoofdblessures hadden, suïcide gepleegd. Door al die ernstige hoofdletsels in de diverse sporten is thans de vraag aan de orde of voor b.v. keepers het dragen van een helm verplicht gesteld moet worden. In de voetbalregels staat hierover niets vermeld en Peter Cech, de keeper van Chelsea, draagt al vanaf 2006 een hoofdbeschermer. We zullen veel sportregels bij moeten vijlen om in de nabije toekomst de verschillende zaal, hal en veldsporten wat veiliger te maken en hierbij vooral moeten luisteren naar de sportpsycholoog die sport en spel een veilig karakter wil geven en dit alles zonder afbreuk te doen aan het spelplezier van sporter en toeschouwer.
 Hier keeper contra doelman bij FC Roma  Boven en beneden hoofdblessure PSV-goalie
|