Druk op onderstaande knop om een positief berichtje achter te laten in mijn gastenboek (let wel : obsceniteiten worden eruitgeflikkerd !)
Motortoerisme...mijn hobby
Motortoerisme... mijn passie Enkele korte flashes uit mijn motorrijderscarrière die begon in 1972.
Regelmatig een korte impressie van de nieuwste modellen.
Ook komen de meest gekke motoren aan bod alsmede bijzondere verkeerssituaties.
Treffens en andere activiteiten.
En niet te vergeten mijn collectie 'Politie-bikes'en badges.
29-05-2011
Vuurvreters-treffen Haasrode 29 mei 2011
Vuurvreters-treffen Haasrode 29 mei 2011
Voor we ons ter plaatse begaven, eerst nog even een volle tank halen in Heverlee.
We werden er aan de Herberg Den Deugniet hartelijk verwelkomt door een ontvangstcomitee die ons het inschrijvingsdocument overhandigde, samen met het duo-tiket voor Milan en de bonnetjes voor de pannekoeken bij terugkomst.
Gezien het middaguur konden we eerst wel een broodje versieren. Tot onze verwondering was er bij het inschrijvingsgeld een chocolade-koffiekoek met consumptie inbegrepen.
En we werden er al meteen op attent gemaakt dat we een 'koerske' konden tegenkomen !
We startten om 12.00u vanuit Haasrode... maar eerst moest Milan nog een foto nemen van het OLV-beeld aan de andere kant van het plein, recht tegenover de kerk van Haasrode. Dan ging het richting Blanden en passeerden er een kazerne : daar wilde Milan wel wat kiekjes van nemen.
Biez...Grez-Doiceau En dan zie ik weer zo'n bordje aan de oprit van een kasteel :
Ik daar naar binnen natuurlijk !
We werden er ontvangen door ' de jonkvrouwe des huizes' (die trouwens op bezoek was, want de freule woonde namelijk in Afrika...) die even haar papa ging halen... De ontmoeting was er hartelijk en de kasteelheer Mr Deluigne legde met handen en voeten de geschiedenis van zijn kasteel uit. We kregen nog een historische plattegrond met tekst en uitleg in de handen gestopt en mochten zelfs wat foto's nemen.
Het gaat hier over het omwalde Chateau de Piètrebais-en-Grez.
De ronde toren (rechts) was een voormalige duiventil met meer dan 500 gaten !
Met links naast de ingangspoort de versterkte 13de eeuwse donjon, waar vroeger de plaatselijke bevolking een schuiloord vonden tegen roversbenden en vijandelijke legeraanvallen.
Dan gaat het verder naar Heez... Longueville... Incourt...
Armtierige bushokjes opgetrokken in betonplaten en binnenin een allegaartje van restafval en 'openbaar toilet' !
We zetten onze uitstap verder naar Huppaye... Bomal... Autre-Eglise... Jauche.
Waals-Brabant is arm en er is daar nog veel werk aan de winkel qua modernisatie. De electriciteit ligt daar nog bovengronds en die bushokjes... jongens ! Mijne ponystal is mooier !
We zitten op de 'Route Ferme et Tumuli de Hesbaye'.
Daar passeren we een Belgisch-Frans oorlogsmonument.
Ze hebben hier ook een speciaal lokaal bier : de Jandrain-Jandrenouille IV Saison.
De naam van het bier verwijst tegelijkertijd naar de 4 basiselementen van het bier en naar 'La Saison', de naam van de bieren die vroeger in de streek gebrouwen werden. De brouwerij maakt ook nog de V Cense, een amberkleurig bier met 7% alcohol dat ook een (geheim) kruid bevat...
... Wasseiges... Meeffe...Acosse... In Burdinne rijden we een enorm kasteelcomplex binnen.
Als er na herhaaldelijk aanbellen nog niemand kwam opendoen, besloot ik zomaar wat kiekjes te nemen en weer te vertrekken.
... Héron... Petit Warlet... Seilles. Kasteel met tuin en centrum voor bijenteelt
Andenne. We zitten werkelijk op een kastelenroute, want hier passeren we La Caracole Andennaise.
Even buiten Andenne zien we een pijl van Veeweyde die ons naar een opvangcentrum voor paarden brengt.
Deze charmante amazones wilden wel even poseren...
... Ohey... We rijden op het traject van de 125km lange 'Route Guerre de la Vache'.
In 1273 werd hier een koeiendief aangehouden en daarna opgehangen, hoewel hij de koe probeerde terug te bezorgen. Om hem te wreken startte de Graaf van namen een oorlog die de Condroz vernietigde...
In Marchin passeren we het impossante Chateau Belle Maison.
Ook Vierset-Barse heeft een mooike... nu een B&B.
Even verder ligt er een domein uit 1692 die nu ingericht is als Paardenpension en centrum voor africhting.
De eigenaar deed toevallig zijn middagdutje, maar van zoonlief mochten we even een kijkje nemen in de stallen...
We rijden terug richting Marchin.
Daar bevind zich een afdeling van de metaalreus Arcelor.
Restanten van de papierfabriek Godin.
Bij het binnenrijden van Hoei, zien we dit teloorgegane Kasteel Mostée.
In het centrum van Huy (Hoei) houden we een rustpauze om een hapje te eten op de 'Place des Italiens'. Daar staat het beeldje van 'l'emmigrée', een kunstwerk van de Marchinois Alain Robert en ingehuldigd in mei 2005.
Even verder passeren we de leegstaande ateliers van Construction Thiry&Cie
We verlaten Hoei langsheen de Maas... Even pauzeren voor een kiekje aan de Maas en het 19de eeuwse Fort van Huy.
De rots die boven de vallei van de Maas uitsteekt,
werd te allen tijde beschouwd als een strategische plaats. Een akte daterend
van 890 spreekt reeds van de aanwezigheid van versterkingen op de site. In de
loop der geschiedenis werd het kasteel "Li Tchestia" steeds maar
belangrijker en werd, in de 17de eeuw, een belangrijke versterkte vesting met
le Fort Rouge, le Fort Picard, le Fort Joseph en le Fort de La Sarte. Het
huidige fort werd in 1818 door de Hollanders gebouwd. De werken hebben vijf
jaar geduurd.
Vanaf mei 1940 en gedurende vier jaar en half werd
het fort een gruwelijk nazi-strafoord. Zevenduizend Belgen en vreemdelingen
werden er in opgesloten. Het fort was één van de belangrijkste
"sorteercentra" van gevangenen die vervolgens naar de doodskampen
werden gevoerd. Heden is het een nationaal gedenkteken van deze sombere jaren.
Even verder halt houden bij deze Fontaine d'Ahin.
De eerste
verwijzingen naar deze bron, onder de naam spamiçon dateren van 1505. Het
Fontaine d'Ahin heeft van oudsher dienst gedaan als natuurlijke grens tussen
het Graafschap Namen en het Prinsdom Luik. Het volledige tracé is zichtbaar op
de militaire kaarten die onder Lodewijk XIV werden opgesteld met het oog op de
bestorming van de forten van Hoei. Vervolgens werd deze bron getemd. Tot in
1938 deed de bron dienst als drenk- en wasplaats. Met de komst van de
waterleidingen verloor ze heel wat van haar aantrekkingskracht. Toch zijn er
ook vandaag nog buurtbewoners die er gebruik van maken. Op oude ansichtkaarten
kan u nog typische beelden zien van huisvrouwen die hier hun linnen kwamen
wassen. De kuipen die indertijd dienst deden als waskuip, werden in 1999
hersteld. Bedoeling daarvan is dat de herinnering aan deze bron waar de
bevolking elkaar vroeger ontmoette levendig te houden. Tijdens de luchtaanval
van de ijzeren brug in augustus 1944 werd ook de bron heel zeker geraakt, en
nadien hersteld. Haar actuele uitzicht verschilt immers van de beelden die we
op de oude prentkaarten terugvinden.
... Bas-Oha... Daar hebben ze het Chateau à l'Horloge... nu doet het dienst als gemeentelijke bibliotheek.
... Wanze... Moha.
Hier zijn nog de restanten van ruïnes van het middeleeuwse kasteel van Moha, dat in
1376 door de inwoners van Hoei werd verwoest.
Waarschijnlijk is het gebied van Moha ontstaan bij
de versnippering van het Carolingische rijk (hoewel legenden spreken van
Mohelin dAlbore die in 692 de gebieden zou gekregen hebben). Zeker is dat in 1031 een zekere Albert leenheer van Moha was. Omdat er in 1050
geen mannelijke erfgenaam was, kwam het bij een zekere Henri de Dasbourg, die
verwant was met de Duitse keizers. Zo dicht bij Luik was de ligging
strategisch, en daarom werd het kasteel omgebouwd naar een moeilijk in te nemen
burcht.
Bij gebrek aan erfgenamen, viel het in 1225 in handen van het Prinsbisdom Luik.
De muren werden nog verder versterkt, en de burcht werd o.a. als gevangenis
gebruikt.
Wellicht is de burcht gebruikt tot in de 17e eeuw, waarna het verlaten en
vervallen gebouw als steengroeve werd gebruikt door de omliggende dorpen.
Daardoor is er niet veel meer dan de onderste stukken muur van de ruine
overgebleven.
We verlaten Moha over de Maasbrug en langsheen de steengroeven.
... Oteppe...
Kasteel l' Hirondelle in Oteppe.
Het kasteel van Oteppe werd vanaf de 17e eeuw bewoond door de familie de Lochon. Het is hun wapenschild dat het fronton van het hoofdgebouw siert. Het complex van in u-vorm gerangschikte gebouwen dateert van de 17e (toegangspoort) tot de 19e eeuw (delen van het hoofdgebouw en de in kalksteen opgetrokken paardenstallen). Op de binnenkoer verstevigt een 16e-eeuwse, ronde toren de gewezen stallingen. Twee losstaande torens in het park, eveneens uit de 16e eeuw, maakten in het verleden waarschijnlijk deel uit van de omwalling van het kasteel.
... Mehaigne... Huccorgne.
En hier hebben ze een fietsenmuseum.
Een opmerkelijke
collectie van meer dan 100 fietsen, gefabriceerd van 1830 tot nu.
In de eerste zaal van het museum kan de bezoeker een video bekijken die in
amper 10 minuten een idee geeft van de geschiedenis van de fiets vanaf de
beroemde loopfiets. Een tentoonstelling in dezelfde zaal gebruikt beelden om op
een gevarieerde manier verschillende fietsen voor te stellen: tandems of
fietsen voor drie personen die geschiedenis schreven. Er wordt ook aan
herinnerd dat de fiets niet altijd een hobbyvoorwerp is geweest, maar voor
verschillende beroepen werd aangepast: bakker, postbode, militair of slager ...
Ook fietsen die aan het eind van de 20ste eeuw in het bekken van Huy werden
gefabriceerd, komen aan bod.
Steek vervolgens het hof van de hoeve over en kom binnen in de drie andere
zalen. In de ene ontdekt u een indrukwekkende verzameling emblemen van
fabrikanten en een verzameling fietsplaten. De volgende zaal is gewijd aan de
evolutie van de fiets: vanaf de loopfiets tot de fiets van vandaag, en dat via
de Michaux-fiets, de bi, de 'safety' met gelijke wielen. Er wordt tevens
aandacht besteed aan de technische evolutie van de fiets.
De laatste zaal is ten slotte gewijd aan Belgische fietsen en het inventieve
genie dat erg verrassende systemen opleverde...
... We rijden over La Burdinale naar Marneffe en Braives. Het kasteel van Fallais
Privé-eigendom, toegang toegelaten tot de toegangspoort.
Dit
kasteeltje, dat zich in het midden van een park vol bomen bevindt dat
doorkruist wordt door de Mehaigne, werd gebouwd rond 1720-25 op de plaats van
een oud fort uit de XIVe eeuw. De kroniek van het kasteel
noemt de namen van de hertogen van Beaufort, van Karel de Stoute, Lodewijk XI, Lodewijk XIV, die daar allemaal verbleven hebben. In 1465 namen de Luikenaars
die zich achter de Franse koning Lodewijk XI hadden geschaard tegen de hertog van Bourgondië het kasteel in.
Maar vanaf december moesten ze het teruggeven: Karel de Stoute schaft de Luikse privileges af en gaat over tot een repressie. Fallais wordt het decor
voor de plundering van Luik (Sac de Liège).
Tijdens zijn verblijf van 3 tot 9 juni 1675 laat Lodewijk XIV de zogezegde
Toren van Bourgondië en de Toren Grignard afbreken.
Een poort
sluit het voorplein dat omgeven is door bijgebouwen die vier paviljoenen vormen
die gebouwd zijn in de tweede helft van de XVIIIe eeuw.
Jean-Philippe-Joseph,
baron van Woot de Tinlot, huwde, na het overlijden van zijn eerste vrouw, in
1763 met Anne-Marie de Naussau-Corroy en renoveerde het kasteel. Het kasteel dat een grote vierhoek is met aan
elke hoek een uitspringende ronde toren levert inspiratie voor een Middeleeuws
fort temidden van een vlakte. Het kasteel werd hoofdzakelijk in de XIVe, XVe en
XVIIIe eeuw gebouwd. De aanpalende bijgebouwen werden in de XVIe en XIXe eeuw
gerestaureerd. In 1937 vernielde een brand de noordelijke vleugel, die
sindsdien heropgebouwd is. Het
wapenschild van de gehuwden staat op de geveldriehoek van het gebouw, dat
gebouwd is met stenen uit de Maas en baksteen. Binnen kan men Luiks houtwerk en
stucs met sobere rocaille bewonderen. Achter het kasteel ligt een Franse tuin. ... Ville-en-Heysbais... Avennes.
Hier zien we plotseling 4 tumili op rij en aan de andere kant eentje alleen.
Een Tumulus is de Romeinse benaming voor een
grafheuvel, een plaats waar men belangrijke doden begroef. Langs de heerwegen
uit de Romeinse tijd kunnen met name in Vlaams-Brabant tumuli worden gevonden.
De grafheuvel lijkt een beetje op een hunebed of dolmen, een aarden heuvel,
maar zonder grote stenen die in de heuvel een ruimte vormen. Men is ervan
overtuigd dat de grafheuvels gebruikt werden als begraafplaats. Dit komt
doordat er menselijke resten zijn gevonden. Het begraven van mensen gebeurde soms
meerdere malen in dezelfde grafheuvel. Ook zijn er grafheuvels die in
verschillende tijden zijn gebruikt en aangepast.
... Villers-le-Peuplier... Crehen.
Daar passeren we langs een uitgebrande woning...
In Thisnes hebben ze een bijzondere kerktoren...
Deze
Sint-Martinuskerk in renaissancestijl, die in 1759 in opdracht van het
klooster van Andenne
werd gebouwd, heeft een toren uit de 13de eeuw. De toren, die een achthoekige
toerenspits heeft, is het enige overblijfsel van de oude kerk. In de kerk staat
een doopvont
van 1626.
De toren werd in 1933
beschermd als monument terwijl de kerkomtrek in 1973 beschermd werd als landschap.
... Wansin... Petit-Hallet.
Even een kijkje nemen in deze leegstaande woning.
De bomen groeien er via de garage het dak uit. Het zal dus al een tijdje onbewoond zijn...
Even verder stelde ik onze Milan voor een raadseltje : "wat doet deze drinkautomaat voor koeien hier in het midden van een graanveld ?" Zijn antwoord : " Ja, 't zal hier vroeger wel een weide geweest zijn zeker ?"
We komen aan een klein oorlogsmonumentje, maar eerst moest Milan een beetje het hoge gras plattrappen voor we konden zien waarover het gaat...
In Orp-le-Grand rijden we over de Kleine Gete. De poorten van het Kasteel en Boerderij van Tongerlo bleven dicht...
Daar rijden we over de Grote Gete Hoegaarden binnen. De gebouwen van de brouwerij, gekend voor zijn witbier.
En dan die beruchte Kauterweg omhoog ! Een 1200 meter kasseistrook tot op een hoogte van 106 meter. Met de moto een fluitje van een cent maar een hele uitdaging voor de fietser...
De gemeente Hoegaarden heeft zelfs een snelheidsmeter geplaatst halverwege de Kauterhof. Een smiley wenst je proficiat of wijst je terecht.
Vijftig per uur, is de ingestelde snelheid. Op de kasseien in de bergaf
is dat voldoende. Aanwonenden hadden al lang (ook op deze blog) gewezen op het
hinderlijke rolgeluid bij hoge snelheden. Het wegdek nodigt niet uit tot snel rijden maar toch gebeurt het. De
meter is een goed middel om de aandacht te vestigen op het fenomeen. Boetes
zijn daar (nu) niet aan verbonden.
Merkwaardig, de meter geeft ook een snelheid aan als je de berg op
rijdt. Dan word je ruggeling getest en kun je het resultaat niet aflezen. Dan komen we een paar eigenaardige kerkjes tegen...
Meldert.
Verder gaat het naar Willebringen, Opvelt en Bierbeek.
Laatste bezienswaardigheid voor we terug naar Haasrode rijden is deze merkwaardige St Bonifacius-kapel met een mooi beeld van de goedheilige man.
Door het vele oponthoud waren wij de laatsten die arriveerden in Den Deugniet. Eigenlijk van geen belang, want er was toch geen classement met uitreiking van trofeeen. Maar we werden nog getracteerd op een dubbele portie (zeer lekkere) pannekoeken en een extra consumatie.
Op de koop toe kregen we nog een hele plastiekzak vol chocolade-koffiekoeken mee naar huis... overschot van deze morgen.
Wij hebben een fijne dag beleefd en een prachtige rit gereden ! Bedankt Vuurvreters ! 10/10 !
Een 20-jarige motorrijder uit Boskoop is om het leven gekomen door een ongeval op de N207 bij Bergambacht. Dat heeft de politie laten weten. De man reed frontaal op een auto van de huisartsenpost die met zwaailicht en sirene een rij auto's inhaalde die voor een verkeerslicht stond.
Het ongeval gebeurde zaterdag rond drie uur. De motorrijder kwam uit de richting Schoonhoven en sloeg op de kruising N210/N207 rechtsaf richting Bergambacht. Op dat moment kwam de auto van de huisartsenpost op de verkeerde weghelft aanrijden waarna de frontale botsing ontstond.
De motorrijder werd naar het ziekenhuis gebracht waar hij later overleed.
Bij de federale politie is de instroom van nieuwe
politiemotorrijders, de zogenaamde zwaantjes, zorgwekkend klein. Dat meldt het
VT4-actuamagazine Vlaanderen Vandaag.
De
wegpolitie telt in heel België momenteel 1.071 zwaantjes. Maar zowat een derde
daarvan gaat tegen 2015 met pensioen en er is onvoldoende instroom om dat
verlies op te vangen, zegt de redactie van Vlaanderen Vandaag.
Er zijn verschillende redenen voor het gebrek aan instroom. Om te beginnen zijn
er sinds de eenmaking van de politiediensten veel meer lokale politiezones die
ook motorrijders hebben. En politiemotards werken nu eenmaal het liefst zo
dicht mogelijk bij huis. Bovendien is de opleiding zwaar en komt de
maandenlange training bovenop de standaardopleiding tot inspecteur.
Mogelijk vinden jonge mensen de vergoeding ook onvoldoende opwegen tegen de
objectieve risico's die eigen zijn aan het werk van zwaantje. -----------------------------------------
'Zwaantjes
met uitsterven bedreigd': dat bericht werd woensdag de wereld in gestuurd.
"Overdreven", zegt Jurgen Dhaene van de Federale Wegpolitie.
"Maar feit is wel dat een derde van onze motorrijders tegen 2015 de
pensioenleeftijd heeft bereikt."
De motorrijders van de Federale Wegpolitie - zwaantjes in de volksmond -
dreigen tegen 2015 met een tekort aan manschappen te vallen.
"Dertig procent van de motards wordt binnen de vijf jaar 56, wat
wil zeggen dat ze de pensioenleeftijd van een ex-rijkswachter hebben
bereikt", verduidelijkt Dhaene.
"We verwachten wel dat niet iedereen ook effectief op pensioen
gaat. Daarnaast is de instroom niet altijd even makkelijk. Er is een
ingangsexamen en vervolgens een zware opleiding van vijf maanden, die de agent
bovenop zijn opleiding tot inspecteur moet volgen. We gaan er een modulair
systeem van maken, waardoor een motoragent al na een minimumopleiding van een
maand kan beginnen. De rest van de training wordt dan tijdens de loopbaan
gegeven. We hopen het zo iets aantrekkelijker te maken."
Het is een afwisselende job, maar het kan al eens gevaarlijk worden.
"Als je uit stilstaande positie een voertuig moet inhalen dat 180 of zelfs
200 km per uur rijdt, moet je er natuurlijk alles uithalen wat erin zit",
klinkt het.
En dat is waar het schoentje mogelijk ook wringt: jonge mensen zouden
vinden dat de vergoeding onvoldoende opweegt tegen de risico's van de job.
Binnenkort, wanneer de eerste zonnige lentedagen zich aandienen, halen
veel motorliefhebbers hun motorfiets opnieuw van stal. Bovendien zorgt het
groot aantal wegenwerken en files er ook voor dat meer en meer mensen kiezen
om hun woon-werkverkeer met de motorfiets te doen. Niet altijd zonder
risicos, zo blijkt. Jaarlijks raken nog teveel motorrijders betrokken in een
ongeval. Het inoefenen van rijvaardigheid en het opbouwen van behendigheid is
zeker geen overbodige luxe. Daarom organiseert Lokale Politie Antwerpen 'Dagen
Veilig Motorrijden'.
In 2011 vonden de Dagen Veilig Motorrijden plaats op zondag 8 en op zondag 15
mei. Deelnemen was gratis en iedereen is welkom.
Er werd een parcours uitgestippeld doorheen het havengebied, waarbij op een
aantal locaties behendigheids- en stuurvaardigheidsproeven opgesteld staan.
De oefeningen werden begeleid door motorrijders van de verkeerspolitie van
Antwerpen.
De proeven reikten motorrijders een aantal technieken en inzichten
aan om veilig deel te nemen aan het steeds drukkere verkeer. Bovendien leerden
ze tijdens de proeven ook hun eigen beperkingen en die van je motorfiets
beter kennen.
Niet alleen de praktijk telt. Zo is het ook belangrijk dat een motorrijder de
verkeersregels kent en weet wat je juist wel en niet mag in het verkeer. Om
deze kennis te testen werden bij een aantal proeven borden geplaatst met
specifieke verkeersvragen.
We werkten tijdens beide dagen met een gespreid vertrekuur.
Zo werd de wachttijd bij de proeven beperkt en kreeg iedereen de kans om
bij te leren.
Motorrijders uit de politiezone Neteland (Grobbendonk, Herentals, Herenthout,
Olen, Vorselaar) waren ook van harte welkom. Men vertrok op de 'Dagen Veilig
Motorrijden' in colonne vanuit Herentals naar Antwerpen.
---------------------------------------
Hallo beste vrienden,
Heb met enkele mensen uit de vriendenkring deelgenomen aan
een opfrissingscursus veilig motorrijden georganiseerd door de politie
Antwerpen, in onderstaande link vinden jullie de foto's die daarvan zijn
genomen.
Het was een leuke (=plezante) ervaring en heerlijke dag geworden, kan
ik enkel maar aanbevelen om er aan deel te nemen.
De cursus was verspreid over 2 dagen die weeral voorbij
zijn, hopelijk doen ze het volgend jaar weer en nemen we er opnieuw aan
deel.
MC Speedy... een goed geoliede organisatie die weeral eens een prachtige rit heeft uitgestippeld. Een aanrader voor iedere toerrijder. Zeker voor herhaling vatbaar. Laten we het gewoon in één woord samenvatten : Schitterend !
Amaai zeg, als dit geen prachtige fotoreportage
is. Ik heb nu deze site bij mijn favorieten gezet, om zo met de nodige tijd
al uw reportages te kunnen overlopen. Hartelijk dank, namens het bestuur
en alle leden van M.C. Speedy.
Een stand met allerlei prullaria stond opgesteld op de binnenkoer.
Binnen in de zaal vinden we een stand van MAG
De inschrijvingstafel
De trofeeen...
De koffiemadam...
En dan waren we klaar voor vertrek voor een rondje Noord-Frankrijk (nog eens...) Dit waren de pijltjes die we konden volgen.
Boezinge is een buurtstad van Ieper en wie Ieper zegt, zegt 'Den Grooten Oorlog'
Eerst krijgen we het Bard Cottage Cemetry op onze weg.
Bard
Cottage was de naam van een huis vlakbij een brug met de naam 'Bard's
Causeway'. De begraafplaats lag onder de beschutting van de kanaalberm.
Er werden bijzettingen verricht tussen juni 1915 en oktober 1918. Deze duiden
op de aanwezigheid van de 49 (West Riding) Division, de 38th (Welsh) Division
en nog andere infanteriedivisies in de noordelijke sectoren van de Ypres
Salient en op het vooruitbrengen van de artillerie in de herfst van 1917. Na de
oorlog werden nog 46 stoffelijke overschotten uit de omgeving bijgezet,
waaronder 32 graven van 'Marengo Farm Cemetery' enkele honderden meter ten
zuiden.
Er zijn/worden nu 1639 Commonwealthmilitairen begraven of herdacht. 39 graven
bevatten niet-geïdentificeerden waaronder drie 'special memorials' "Known
to be buried in this cemetery".
De begraafplaats werd door Sir Reginald Blomfield ontworpen.
Bijzettingen (Commonwealth War Graves Commission) :
Verenigd Koninkrijk : 1619
Canada : 15
Zuid-Afrika : 2
Andere Commonwealth : 3
Totaal Commonwealth : 1639
Luitenant-kolonel John Alexander
McCrae (Guelph (Ontario), 30 november 1872 - Boulogne-sur-Mer, 28
januari 1918) was een Canadese dichter, arts, auteur, kunstenaar, militair
tijdens de Eerste Wereldoorlog en een chirurg tijdens de Slagen om Ieper.
McCrae is geboren in Guelph, Ontario. Hij is het best gekend voor het schrijven
van het gedicht In Flanders Fields.
Op 28 januari 1918, dienstdoende als commandant van het Canadese General
Hospital (McGill) bij Boulogne, stierf hij aan een longontsteking die al snel
werd gecompliceerd door meningitis. Hij werd begraven op de Commonwealth War
Graves (sectie Wimereux Cemetery), op slechts een paar kilometer van de kust
van Boulogne. Zijn paard "Bonfire", leidde de begrafenisstoet,
volgens militaire traditie zijn meesters laarzen omgekeerd in de stijgbeugels.
De grafsteen van McCrae is liggend geplaatst.
De naam Solferino Farm werd aan de boerderij
tegenover de begraafplaats gegeven door Franse troepen. De aanleg van de
begraafplaats werd pas in oktober 1917 gestart. Er liggen eveneens 5 doden uit
de Tweede Wereldoorlog begraven. Zodoende liggen er nu volgens het huidige
register 304 doden begraven. De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield
(hoofdarchitect) en J.R. Truelove (uitvoerend architect).
Begraafplaats met een rechthoekige, langgerekte plattegrond en een
oppervlakte van ca. 1200m². Het terrein is genivelleerd en ligt iets hoger dan
het straatniveau. De begraafplaats wordt omgeven door een muur uit grijsgroene
natuursteen, afgedekt met witte natuursteen. Achteraan wordt de begraafplaats
afgezet met een haag (beuk). In witte natuursteen uitgevoerde toegangspartij
met trappen, zitbanken, een tweeledig smeedijzeren poortje en het opschrift
Solferino Farm Cemetery 1917-1918 op 2 pijlers. In de voormuur zijn de
teksten van de landplaten gegrift. Vlakbij de toegang is het registerkastje en
de metalen informatieplaat terug te vinden. Centraal tegen de noordoostelijke
muur staat een dienstgebouw in natuursteen opgetrokken. Centraal vooraan staat
het Cross of Sacrifice (type A1).
Voorbij Vlamertinge springt in de Hospitaalstraat opeens vantussen het struikgewas onderstaand beeld mij in het oog...
Aan de ingangspoort staat deze riante kapel.
Dit houdt me niet tegen om eens een kijkje te gaan nemen. Even aanbellen en de sympathieke kasteelheer Christophe staat me te woord en begint zowat de gehele geschiedenis van dit familiekasteel uit de doeken te doen : het gaat hier om het Chateau du Parc, gebouwd in 1854-58 door architect Jos Schadde en staat op een domein van 25 ha.
Van Christophe mocht ik tal van foto's nemen van de buitenkant onder de belofte dat ik ze niet allemaal zou publiceren. Daarom beperk ik mij tot dit familieschild.
De familie Du Parc stamt af van de Franse Adel : zijn voorouders zouden nog gevochten hebben aan de zijde van de musketiers van Louis XIX en zijn samen met een van hen (waarschijnlijk d'Artagnan) meegetrokken naar Maastricht om daar banden te leggen met Nederlanders en er het kasteel Neerkanne (zie onder) op te trekken.
Langsheen de Galgebossen rijden we met de N333 richting Poperinge.
De Galgebossen, op de
grens tussen Elverdinge, Poperinge en Vlamertinge (gehucht De Brandhoek) vormen
het overblijfsel van een woud dat zich uitstrekte van Beselare naar Watou, maar
tussen de 9e en 11e eeuw verdween. Het Vlaams Gewest kocht in
1995 de Galgebossen aan. Het Agentschap voor Natuur en Bos staat in voor het
beheer. Bij de aankoop in 1995 bedroeg de bosoppervlakte zon 70 hectare.
Ondertussen groeide het domein aan tot 107 ha.
Gelegen langs de Elverdingseweg, op ca. 3500m
ten noordoosten van het centrum van Poperinge, in een landelijke omgeving. De
begraafplaats is bereikbaar via een graspad naast de boerderij met huisnummer
22 (Gwalia Farm).
Begraafplaats met een langwerpig, rechthoekig
grondplan en een oppervlakte van ca. 1427m².
Het terrein is vlak en wordt
omgeven door een lage bakstenen muur, afgewerkt met witte natuursteen. Toegang
in de oostelijke hoek via een smeedijzeren toegangsmuurtje bij het Cross of Sacrifice
(type A) dat op een verhoog geplaatst is. Bij de toegang zijn het
registerkastje, de metalen informatieplaat en het opschrift 'Gwalia Cemetery
1917-1918' aanwezig. Vanaf de toegang vertrekt een as langs de noordoostelijke
muur, via de Stone of Remembrance, eindigend bij een stenen zitbank. De
landplaten zijn in de boord van de omheiningsmuur verwerkt. In de zuidelijke
hoek staat een bakstenen dienstgebouwtje. De graven liggen verspreid over 2
perken. Het geheel wordt getooid met bloemperken bij de graven en veldesdoorns
rondom rond.
De hoeve bij de begraafplaats werd tijdens de
Eerste Wereldoorlog door Britse militairen 'Gwalia Farm' genoemd, naar een
plaatsje in Wales. De bewoners mochten in de bijgebouwen van hun hophoeve
blijven wonen, mits ze de militairen die de hoeve hadden opgeëist, niet voor de
voeten liepen. Gwalia Farm lag tussen de toenmalige kampen in vlak en waterrijk
gebied, ten noorden van de weg van Poperinge naar Vlamertinge, zon 5km van het
front verwijderd.
Vanaf 29 juni 1917 nam de 143th Field
Ambulance haar intrek in de hoeve. Later werd het kamp uitgebouwd tot een veel
groter hospitaalcomplex, een zogenaamd corps main dressing station, dit naar
aanleiding van het grootscheeps offensief dat in eind juli 1917 van start ging
(Derde Slag bij Ieper). Er werd een speciale spoorlijn aangelegd om de toevoer
van gewonden en materiaal te vergemakkelijken. De gewonden werden volgens het
systeem van medische evacuatie eerst in een advanced dressing station
(vooruitgeschoven medische post) opgevangen, van waaruit ze naar een main
dressing station (M.D.S.) werden overgebracht. Zij die verdere verzorging
nodig hadden, werden doorgestuurd naar een casualty clearing station. Zij die
de M.D.S. niet overleefden, werden ter plekke begraven zoals op de
begraafplaats die bij Gwalia Farm werd aangelegd in de iets hoger gelegen
weide achter de hoeve. Deze begraafplaats zou gebruikt worden vanaf begin juli
1917 tot in september 1918. Het kamp was zeker twee maal het doelwit van de
Duitse artillerie, nl. op 8 juli 1917 en op 4 september 1917. Bij deze laatste
aanval, bekend als de Raid on the Dirty Bucket Camp was vooral de
nabijgelegen wijk Vuile Seule getroffen. 14 manschappen van de 9th
Lancashire Fusiliers die deze aanval niet overleefden, liggen nu begraven in
perk I, rij H.
Volgens het huidige register liggen er 470 doden
uit de Eerste Wereldoorlog begraven. Het gaat om 454 doden uit het Verenigd
Koninkrijk (waarvan er 2 niet geïdentificeerd konden worden), 2 Australiërs, 5
Canadezen, 5 Nieuw-Zeelanders, 1 Zuid-Afrikaan en 3 Duitsers.
179 doden behoorden tot de artillerie, 30 tot de
Royal Engineers en 30 tot het Labour Corps. Er liggen o.m. 4 Chinese
arbeiders en 3 Duitse krijgsgevangenen begraven. Vroeger lagen hier nog 2
Belgen en 1 Amerikaan, maar die werden ontgraven.
De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en N.A.
Rew (uitvoerend architect).
In het industriepark liggen deze reuzen-snooker-ballen, een idee van A-mode.
Aan de aangrenzende Renault-garage Coppennolle staat deze plezante oldtimer te koop.
Met de N38 gaat het richting Steenvoorde alwaar we in de wijk De Boonaert het imposante Lyssenthoek Military Cemetry tegenkomen.
Tijdens
de eerste wereldoorlog lag de Lijssenthoek op de hoofdcommunicatielijn tussen
de geallieerde bases en de Ieperboog. Dicht bij het front maar toch buiten het
bereik van de Duitse artillerie kwamen er bijna vanzelfsprekend allerlei
voorzieningen voor de gewondenverzorging. De begraafplaats werd eerst gebruikt
door de Franse 15ème Hopital d'Evacuation. Vanaf juni 1915 gebruikten casualty
clearing stations van de Commonwealthstrijdkrachten het.
Van april tot augustus 1918 trokken de verzorgingsposten achteruit door de
Duitse vooruitgang tijdens het lenteoffensief van dat jaar. Field Ambulances
inclusief ook een Franse namen de plaats van de casualty clearing stations in.
De begraafplaats bevat 9902 Commonwealthgraven en 884 graven van andere
nationaliteiten, vooral Franse en Duitse. Er waren vroeger ook Amerikaanse
graven ten westen van de 'Stone of Remembrance' (nu gras). Er liggen nu nog
slechts drie Amerikanen.
Het is de tweede grootste Commonwealthbegraafplaats (na Tyne Cot Cemetery) in
België.
De begraafplaats werd door Sir Reginald Blomfield ontworpen.
Bijzettingen (Commonwealth War Graves Commission) :
Verenigd Koninkrijk : 7367
Canada : 1058
Australië : 1131
Nieuw-Zeeland : 291
Zuid-Afrika : 29
Undivided India : 2
Andere Commonwealth : 21
Niet-identificeerbaar : 3
Totaal Commonwealth : 9902
Andere nationaliteiten : 884
Non WorldWar Dead : 1
Een zeer katholiek wijkske, als je het mij vraagt...
Is het nu de cafe die genaamd is naar de wijk of omgekeerd ? In ieder geval schenken ze er het gepaste bier !
D23 naar Vieux-Berquin... Deze kunstbloementuiltjes langs de kant van de rijbaan herinneren er ons aan dat hier een ongeval is gebeurt, meestal met dodelijke afloop. Niet verwonderlijk dat langs zo'n tweevaksbaantjes de fietsers meestal het slachtoffer zijn van een aanrijding.
D188 : we rijden door de wijken La Motte au Bois en Bois Berquin en komen terecht in een mooi stukje natuur : het Forêt Domaniale de Nieppe.
In en rondom het domein zijn nog bunkers te bezichtigen, maar daar had ik weer geen tijd voor.
Aan de rand van het domein ligt het British Cemetry Nieppe Bois met een honderdtal '14-'18-graven en ook nog een dertigtal uit de Tweede Wereldoorlog.
Een eerste controlepost was in De Swaetelaere in Vieux-Berquin.
Even verder dit eigenaardig zeshoeking kapelletje.
Een blik naar binnen vertelde ons dat het tamelijk verwaarloosd was en praktisch ieder stuk beschadigd...
Jaja, ondanks de nieuwere geel-plastieken, met kleefplakkertjes aangegeven kilometerpalen, bestaan de goeie ouwe betonnen mijlpalen nog steeds. Ge moet ze soms goed zoeken in het hoge gras.
Dan gaat het naar Merville waar ze er een eigenaardige stadreus op na houden : De Caou In de
februari 1998, gedurende een vergadering van de commissie van de jeugd,
voorgezeten door gemeenteraadlied René Dutriez, stelden de jonglui voor een
reusachtige CAOU te maken. René Dutriez vond dit plan voortreffelijk en in juni
van hetzelfde jaar stichtte hij de vereniging " De Kat Vrienden " met
het doel de verwezenlijking van die reus CAOU. Als voorzitter van de Kat
Vrienden deed René Dutriez beroep op kunstenaar en reuzenbouwer Albert
Uyttenhove uit Rysel, deze reus CAOU te ontwerpen. En onder zijn kundige leiden
bouwden enkele vrij willige deze reus. In tegenstelling met zijn twee
voorgangers, heeft de hedendaagse kat een grijze vacht en wordt door
mensenschouders.
De doop van de reus : Op 8 april
2000, werd de reus CAOU aan het publiek voorgesteld en op het plein voor de
stadhuis gedoopt. Mijnheer de Deken, de dichtbijste van de God uit alle
inwoners van Merville, had Hem voor die dag het mooiste lenteweer gevraagd.
Zijn gebed werd verhoord en we moeten Onze Heer en onze Deken ervoor danken. De plechtigheid was in alle opzichten een succes. De peter en de meter waren
twee reuzen : Harry de commies van Godewaersvelde en de Belle Roze van Ardres.
Van Merville gaat het richting Le Sart en via de D122 naar StVenant. Op de hoek van de Rue du Colonel Harison die leidt naar het Haverskerke British Cemetry staat een mooie kapel.
Haverskercque : Ja, hier hangen de telefoondraden nog aan palen boven de grond !
D916 - StVenant : waar de Rue à Aire en de Rue du Bas Hameel samenkomen staat dit kruisbeeld. In tegenstelling tot Vlaanderen waar je in iedere boerewegel een kapelletje vindt, staan hier tal van die kuisbeelden verspreid in het landschap.
... zoals hier ook in Houleron.
In Pecqueur rijden we over de Leiebrug en gaat het verder met de D238 en de D122 naar Boeseghem.
De brug over de Leie in Blaringhem lag opgebroken, vandaar een korte omleiding via de D157e3 naar Garlinghem. Daar kunnen we over de brug van het Canal de Neuffossé. (zie http://www.bluebayou.nl/site/index.php?page=14&id=73)
D943 - Aire s/l Lys - D192 - La Jumelle - Le Bruveau - Rincq. Tegen de gevel van de plaatselijke kerk staat een oude calvarie die jammergenoeg in de verkeerde verf werd gestopt.
Dit oude smeedijzeren grafkruis trok mijn aandacht...
In Glomenghem hebben ze deze eigenaardige zwarte kerktoren...
D192 - Rebecques - D189 - StWinocq - D190 - Racquinghem - D195 - Cochendal En nog steeds zie je hier tv-antennes op de daken staan. Hebben die gasten hier nog geen distributie misschien ?
In Roquetoire hebben ze het oudstrijdersbeeld ook in een kleurtje gezet !
De kerk aldaar mag er dan wel weer zijn : prachtige architectuur.
In Wittes passeren we de oude Priorij van StJedan-Baptiste
Een priorij
is een tweede huis van een bestaand klooster.
Afhankelijk van de kloosterorde of congregatie wordt de term
ook gebruikt voor een klooster waar een prior of priorin/priores
aan het hoofd staat. Een uitheemse priorij is een priorij die
afhankelijk is van een moederhuis en een priorij hermitage
was een woonplaats van twee of drie monniken die afhankelijk waren van een
buitenlands moederhuis. Deze monniken waren naar het buitenland gezonden om een
afgelegen landgoed te exploiteren. Deze hermitages werden in 1414 afgeschaft.
Naast deze 'prieuré' ontdekte ik, ietwat verscholen achter een bos, een min of meer verwaarloosde houtzagerij. Even van dichterbij bekijken : ja, ze was nog actief... maar hoe !
Verder geen bebouwing : alleen een zware jeep aan de oprijstrook en dit... !
De Motorrijdersvereniging Pacific Coast Nederland organiseert jaarlijks een tiental ritten voor eigen clubleden en sympatisanten.
De grootste groep deelnemers bestaat uiteraard uit bestuurders van het Honda Pacific Coast 800 model, maar andere merken en types zijn ook toegelaten tot de club.
Hoewel 99% van de uitstapjes in Nederland gereden wordt, zit er jaarlijks ook een rondrit bij op Belgische grondgebied. En dat is toegelaten, jaja ! Zo was er afgelopen weekend een parcours uitgestippeld door Belgje François Van Heukelom uit het Antwerpse Olen en de opkomst mocht er dan ook zijn. François is namelijk de Belgische 'wing' van de PC800-vereniging (want er rijden ook PC's in België rond) en verzorgd de connectie met de Nederlandse collega's.
Ikzelf kon de rit niet meerijden, vanwege 'bellemandienst' op de Lommelse Lentebraderie diezelfde dag (zie www.bloggen.be/belleman), maar had desalniettemin een afspraak gemaakt met François om de badge van 15 jaar PC Nederland in ontvangst te kunnen nemen.
Achteraf hebben we er nog ne goeie op gedronken (nen Icetea en een cola....aja, want we moeten nog rijden, hé !)
Met dank aan François en Agneske voor de hartelijke ontvangst in cafe 'tVertier in Olen en het bezorgen van de foto's.
Meer weten over deze vereniging, die dit jaar reeds zijn 17de verjaardag viert, ga dan als de bliksem naar www.pc800.nl
Als je volgende link aanklik, kan je de foto's
bekijken (en downloaden) van de rit in Olen :
Het verkeer in en om Antwerpen
zat tijdens en uren na de avondspits helemaal vast. Dat was het gevolg van een
ongeval op de Antwerpse Ring, waarbij een motorrijder om het leven kwam.
Dinsdag omstreeks 15.45u gebeurde op de Ring in Antwerpen
net voor de afrit Borgerhout richting Nederland
een kopstaartaanrijding met verschillende voertuigen. Een motorrijder overleed
ter plaatse.
Een motorrijder kwam in aanrijding met een personenwagen en begon te
slingeren. De motorrijder kwam terecht onder een vrachtwagen. De trucker
probeerde hem te ontwijken en reed daarbij tegen twee andere voertuigen. De
motorrijder schoof onder de vrachtwagen en kwam klem te zitten onder de
brandstoftank. Hij werd enkele meter meegesleurd. Er kwam een takelwagen aan te
pas om de vrachtwagen op te tillen om de motorrijder onder het voertuig uit te
halen. Hij overleed ter plaatse.
Rond 18.30 uur waren er nog steeds drie rijstroken versperd op de Antwerpse
Ring richting Nederland
ter hoogte van Borgerhout. Een helikopter van het parket moest immers eerst nog
luchtfoto's nemen in kader van het onderzoek, vooraleer de weg volledig
vrijgemaakt mocht worden.
De verkeershinder tijdens het spitsuur was dan ook niet te overzien.
Een
primeur voor België. Nieuwe snelheidscontrole.
Een
moto van de verkeerspolitie met een zwarte doos (lees flitser). Deze flitsdoos
staat gemonteerd achteraan op de anonieme moto.Deze
radar is geijkt en werkt perfect.
Alsof
we nog niet genoeg boetes krijgen langs alle kanten.
De
mobiele flitsmoto zal vanaf 1 mei ingezet worden op de autowegen.
Het
proefrijden had vorige zaterdag plaats op de autoweg E17 tussen GENT en
LOKEREN.
Een
autostradespotter had het geluk enkele fotos te kunnen
nemen.
Opletten
dus voor deze onopvallende zwarte doos !!!
Brugge
- Een 23 jarige beroepsmilitair uit Kortrijk van de Marinebasis
Zeebrugge is zondag 1 mei om het leven gekomen bij een verkeersongeval.
Hij was op weg naar zijn werk toen hij rond half negen met zijn motor in
aanrijding kwam met een personenwagen op het kruispunt van de N31
Expresweg met de Legeweg in Sint-Andries.
De bestuurder van de personenwagen had links afgeslagen waar dit
niet toegelaten is omwille van de werken die daar uitgevoerd worden. De
motorrijder werd zwaar gewond overgebracht naar het AZ-Sint Jan waar hij
uiteindelijk enkele uren later aan zijn verwondingen is overleden. De
commandant van het fregat en de sociale dienst van het leger hadden al
contact met de familie om hen bij te staan bij dit zware verlies.
Een frisse doch zonnige morgen voer ons naar Koekelare voor een ritje door Frans-Vlaanderen. Een correcte en duidelijke bepijling was voorzien voor diegenen die nog niet met GPS of roadbook werken.
Bij de inschrijvingstafel was het een drukte van jewelste.
Vertrek omstreeks 10.00u en via Bisschopshoek, De Mokker en Leke komen we aan in Keiem waar we te lande aan de Wittepoortstraat een eerste attractie tegenkomen : het Kakelende Kippen Museum. Een alternatieve kinderboerderij met allerlei kleinvee waar je zelfs pluimvee kunt aankopen. Hendrik en Regine verwelkomen u graagt op hun hoeve. (zie www.kakelendekippenmuseum.be)
We volgen de 'Hoevenroute' en komen even verder aan dit eigenaardige (tijdens het weekend onbemande) sashuis en brug over de IJzer.
We volgen een prachtig stukje weg langsheen de IJzer richting Diksmuide en passeren onvermijdelijk langs de alombekende 'dodengang'.
Bij het binnenrijden van Diksmuide komen we eerst langs deze crypte en even verder even halthouden aan het 'vlaamsgetinte' oorlogsmonument, de IJzertoren.
We rijden langsheen de IJzer naar StJacobskapelle, Nieuwkapelle en rijden in Renige de Reningebrug over richting Fintele. In Oostvleteren kruisen we de Boezingegracht en kunnen we een oogje werpen op deze mooie windmolen. Het is 'De Meesters Molen', een Standerdmolen uit 1760. Verleden jaar hielden ze daar ook nog eens de vijfjaarlijkse Molenstoet. Deze trekt dan door de centrumstraten van Oostvleteren, waarin natuurlijk De Meestersmolen centraal staat. Alle wagens worden dan getrokken door trekpaarden, een vijftigtal in totaal.
Een blijk van professionele organisatie : gevaarborden plaatsen waar een gevaarlijke situatie achter de hoek komt kijken...
Onderweg kompen we veel weidedieren tegen, waaronder deze 'reuze'-paarden...
Even verder in Westvleteren ziet men dit vreemd spectakel : een kapelletje midden in een veld
Daar heb je ook de beroemde Sixtusbossen (met o.a. de Sixtusabdij waar de omstreden pedofiel-bisschop VanGheluwe een tijdje asiel kreeg)
Nog zo'n aardigheidje : een rebarberveld ! Waar vindt je dat nog ?
Vooraleer we tegen 12.00u Watou en Frankrijk binnenrijden komen we nog deze bunker tegen, middenin een weiland.
Dan gaat het via de D137 naar Winnezeele, de D18 naar Oudezeele en Hoogenoene om een halfuurtje later bij 'A ma Campagne' te arriveren voor een eerste controle. Tijd voor een hapje. Tegenover deze controlepost ligt het cafe Trois Rois.
Met de D218 gaat het van Oudezeele naar Hardifort, Wemaerscappel en Bollezeele : daar schakelen we over naar de D26 naar Buysscheure. Opvallend zijn daar de honderden-kilometers lange bovengrondse electrische leidingen.
De D928 brengt ons via Lederzeele door dit prachtige landschap.
Jaja... we zijn in Frans-Vlaanderen...
Het is 13.00u wanneer we StMomelin binnenrijden en via de D213 langsheen de rivier La Houlle naar Watten rijden. Met de D207 rijden we richting Dunkerque en passeren langs het gehucht Bleu Maison waar een kasteeltje ingepalmd werd door een campinguitbater : Chateau de Gandspette
Even verder een verlaten vervallen cafeetje met nog een oud reclamebord van bieres Pelican.
Dit is Le Mont.... een prachtig stukje landschap langs de D219 die ons via Muncq-Nicurlet naar Ruminghem leidt.
Verborgen achter het struikgewas (ik heb het een beetje vrijgemaakt voor de foto en de toeristen die achter mij kwamen) deze aanduiding : een Chinees kerkhof ? Daar neem ik toch even de tijd voor...
Dan gaat het een hele tijd met de D217 langs een waterloopje naar Holque en via de D3b naar Watten. Dan draaiden we links de D300 op naar Bourbourg : een flink stuk (eentonige) rechtlijnige baan waar de racers onder ons wel hun hartje konden ophalen en de gashendel eventjes konden openzetten. Via de D3 overbruggen we het Canal de la Colme.
De Kolme of Bergenvaart is een kanaal tussen de Belgische stad Veurne en de Frans-Vlaamse stad Sint-Winoksbergen (Bergues). De vaart is 23,66 km lang. Het kanaaltje werd in 1293 gegraven.
In een grijs verleden mondden de IJzer en de Aa via ontelbare vertakkingen in de zee uit. Toen men vanaf de 11e eeuw de kuststreek inpolderde, werden deze zijtakken in het afwateringssysteem vergraven. De grotere echter werden uitgediept en omgevormd tot kanalen. Zo ontstond ook het kanaal dat de Aa bij Waten (Watten) met Veurne verbindt; via de Havendijk kun je dan vanaf Sint-Winoksbergen verder naar Duinkerke. In de kasselrij van Veurne heet ze de Bergenvaart of Calommegracht, in die van Bergen de Kolme of Calomme (Canal de la Colme). De betekenis van deze naam is nog niet achterhaald. Het kanaal was in de middeleeuwen een belangrijke handelsader tussen Veurne en Sint-Winoksbergen.
In 1622 werd het verbeterd en werd in Houtem het Houtem-sas gebouwd door de Spanjaarden, om te verhinderen dat in oorlogstijd overstromingswater uit Sint-Winoksbergen Veurne-Ambacht zou binnendringen. In Frankrijk is het gedeelte tussen de Aa en Sint-Winoksbergen behoorlijk uitgediept en heeft de Kolme het karakter van een industrieel kanaal. Het tweede deel tot Veurne heeft echter zijn middeleeuws aanzicht behouden en is in België niet veel meer dan een gracht.
(er zou daar wel eens iemand met een borstel en een emmetje water dat bord mogen afkuisen !
Via de D110 gaat het via Drincham naar Lynck waar we in cafe-epicerie Au Hameau des Flandres een tweede controle kregen. Hert is ondertussen 14.30u en een lekker warm weertje !
Links over het kanaal en terug naar Drincham. Overschakelen naar de D110 richting Crochte en met de D17 naar Zeegerscappel met in de verte weer zo'n eigenaardigheidje : ten midden van de landerijen een kapel. Volgens de informatie die ik kreeg van een buurtbewoner zou het gaan om een dankkapel van de familie Bertin-Denis, destijds een plaatselijke grote landeigenaar.
Even verder deze charmante watertoren in wit en lichtblauw met code SIDEN 1958.
Met de D928 naar Zeegerscappel, de D17 naar Wormhout en de D52 naar Ledringhem waar we in het gehucht La Cloche de Franse Yser overbruggen. Overbruggen is een groot woord voor een beekje van amper 2 meter breed...
Dit zou het oude stationsgebouw van Esquelbecq moeten zijn... Op het eerste gezicht leegstaand en vervallen, overwoekerd en rondom bezaaid met oude treinbilds en andere metalen rommel, maar eens aan de andere zijde, zag ik de was buiten hangen en kwam de bewoner even 'bonjour' zwaaien.
Het was tegen 15.15u als we arriveerden aan de derde controle in Salle de la Chênaie.
Met de D17 gaat het opnieuw richting Wormhout en rijden we terug richting Diksmuide. Maar dan moeten we langsheen de plaatselijke Gendarmerie en ze stonden daar toch wel te controleren zeker ! Enkele motards mochten even mee naar de dienstwagen voor documentencontrole. Ik heb er wijselijk geen foto van genomen want een dienstdoende agent keek me maar boos aan toen ik hem al passeren salueerde ! We rijden richting Herzeele-Poperinge en komen via de D167 aan in Bambecque. Richting Hondschoote komen we aan in Rexpoede waar we langsheen de baan naar Oostcappel door het gehucht La Croix Rouge rijden en daar effectief een rode calvarie is opgesteld. Ik had het er al eens over in een artikel van een rit verleden jaar.
Met de D947 komen we aan in het dorpje Killem-Lynde en even verder stoppen aan de Moulin de la Victoire in Hondschoote.
De Noordmeulen - Hondschoote. Deze molen uit 1127 is een van de oudste molens van Europa. In 1998 werd hij volledig gerestaureerd.
De "Spinnenwyn" molen, een legendarische windmolen op een as, werd in 1993 waarheidsgetrouw gereconstrueerd ter gelegenheid van de tweehonderdste verjaardag van de slag van Hondschoote. Die slag werd op 8 september 1793 gewonnen door de Franse troepen die vochten tegen de Engelsen-Hanovers-Oostenrijkers. Frankrijk was gered en de Britten gaven Duinkerke op.
We nemen de D1055 richting Veurne-Alveringem en komen aan in Leisele waar ik even stop aan de plaatselijke windmolen.
De Stalijzermolen of Kerselaremolen staat op een hoger gelegen weide aan de Beverenstraat in Leisele (Alveringem). De windmolen werd gebouwd in 1804. De molen bleef in werking tot in 1960. In 1973 werd de molen beschermd als monument.
We zitten op het traject van de Moeren Fietsroute. De route brengt de fietser door een zeer gevarieerd landschap: de Polders, een
laaggelegen gebied met zware, kleiige bodem; het Veurne-Ambachtse Houtland,
meer glooiend en meer van struiken en bomen voorzien, en de Moeren, 3.000 ha
landbouwgrond op het laagste punt van België. De route start in Beauvoorde en
doet charmante Veurne - Ambachtse dorpjes als Izenberge, Gijverinkhove, Leisele
en Houtem aan. 44 km Vertrekpunt: Beauvoorde
We komen aan in Isemberge waar dat fameuse Curiosa Museum ligt. Even binnenwippen voor een kort bezoekje (die al gauw uitdraaide op een rondleiding van een halfuurtje door de uitbater Nollee zelf)
De goede man gaf me nog een heel pakje kaartjes mee 'om uit te delen'...
Dan rijden we via Lampernisse en oostkerke opnieuw Belgie weer binnen en was het de hoogste tijd voor een tankbeurt. Daar in dat PMO-station in Pervijze verkochten ze ook nog potjes met meiklokjes en daar zou ik vrouwtje lief op 1 mei een plezier mee doen.
In Schore rijden we over de IJzer en via Leke gaat het terug naar Koekelare-Moere. Het was reeds tegen vijven en waren ze reeds begonnen met de uitreiking van de prijzen. Mooie plexi-glazen trofeeën.
Tweede plaats gaat naar 2-Route uit Torhout...
Eerste prijs ging naar MTC Vrijbos uit Houthulst.
Op de terugtocht huiswaarts kom ik even buiten Koekelare Centrum nog deze kerel tegen.
Een flauwe imitatie van het broemde beeld van Rodin.
Als ik deze rit in één woord zou mogen omschrijven...: PRACHTIG ! Beste motorrijders : de afwezigen op deze Doeveren-toerrit hadden ongelijk. Bij navraag waren de deelnemers een en al lof over dit initiatief. Voor herhaling vatbaar !
Motorrijder zwaargewond na botsing met Range Rover in Kortrijk
Motorrijder zwaargewond na botsing met Range Rover in Kortrijk
donderdag 28 april 2011
Kortrijk - Op de Pottelberg, even voorbij de afrit van R8 in Marke, botste woensdagnamiddag een motorrijder op een Range Rover.
De motorrijder raakte zwaargewond. Het ongeval gebeurde omstreeks
17 uur toen de Range Roover plots moest remmen voor een voorliggend
voertuig ter hoogte van het pompstation Q8.
Reactie...
De terreinwagen kan er inderdaad niets
aan doen.
Dit is trouwens ook geen motorrijder, want (verstandige) motorrijders houden een
beetje afstand. Die brommerkes plakken op 10 cm van de voorligger met
hun opgefokte machientjes en dan zijn ze verwonderd dat ze niet meer kunnen
remmen. Ze mogen er wel eens op attent gemaakt worden dat ook zij
afstand moeten houden en een beetje met de andere rekening moeten
houden.
De motards van dienst bij de politiezone Haute-Meuse (Dinant) vertrekken sinds kort blij fluitend naar kantoor. De politiezone kocht onlangs via motorzaak Fiorentino twee nieuwe KTM 690 Enduro aan. Die zullen worden ingezet voor vlotte interventies in de drukke stadskern, maar met de lichte en wendbare 690 zijn de onverharde Ardeense wegen vanaf nu ook perfect toegankelijk. Je ziet, af en toe wordt ons belastinggeld dan toch nuttig besteed !
Omschrijving: De Molenlandroute laat de bezoeker kennismaken met de landelijke omgeving rond Tielt. Het gebied vormt de overgang tussen de zandstreek en de zandleem-streek. Het reliëf varieert er van vlak tot zacht glooiend. Karakteristiek voor de streek zijn de vele windmolens. Met hun hoog uitstekende wieken dragen ze bij tot het aantrekkelijke landschapsbeeld. Een aantal molens is nog in bedrijf. Sommige kunnen worden bezocht. Andere wachten duidelijk op een restauratiebeurt. Uitgangspunt van de rondrit vormt Tielt. Van hieruit worden allereerst naar het bloemendorp Kanegem gereden. Vervolgens maakt de route een ommetje op Oost-Vlaams grondgebied, waarbij het kasteeldomein van Poeke wordt aangedaan. Via het molendorp Ruiselede gaat het daarna in noordelijke richting naar de Vagevuurbossen en het Lippensgoed-Bulskampveld. Daarna zakt men af via Wingene en Pittem naar Ardooie, met het provinciedomein t Veld.
Een reisverslag...
00 km Markt Tielt 13.00u
Bij tractorgarage Verbrugghe stond dit uit machineonderdelen samengeflanst vliegtuigje en Milan moest daar persé even bij staan...
POELBERGMOLEN
Toen deze molen in 1980 eigendom van de stad werd, verkeerde hij in vervallen toestand. In 1993 werd hij door het stadsbestuur maalvaardig hersteld en is momenteel op zondagnamiddag meestal in werking. De omgeving van de Poelberg, en het Tieltse gehucht de Poelberg, één van Vlaanderens mooiste molengezichten, is sedert 1993 beschermd als dorpsgezicht. Aan beide zijden genieten we van prachtige panoramas op Groot-Tielt en bij ideale weersomstandigheden reikt het zicht tot aan de Vlaamse Ardennen! Voor ons ligt het stemmige Poelbergschooltje De Hoop, vroeger een privé-school tot de congregatie van t Geloof het gebouwtje in 1881 overnam en er basisonderwijs gaf tot 1985. In 1938 werd op initiatief van de Zusters van de Poelberg een Onze-Lieve-Vrouw-grot ingewijd. Dit devote oord van Maria-verering wordt nog steeds door de Tieltenaren gekoesterd.
Even verder kregen we een Maria-grot met kruisweg in het vizier. Even afstappen...
09 km Aarsele
DELMERENSMOLEN
Ter vervanging van een staakmolen werd deze molen in 1857 gebouwd. In 1956 werd hij buiten bedrijf gesteld. Ondanks een grondige herstelling, staat de molen (beschermd sedert 1944) er erg verwaarloosd bij. De Delmerensmolen is een stenen bergmolen. De molenwal werd in 1973 afgevoerd. De kap is bedekt met eternietschaliën en de wieken hebben een vlucht van 24 meter. De molen is ingericht als korenmolen en oliemolen. Hij bevat drie koppels maalstenen, een koppel pletstenen, een graanreiniger en twee builmolens.
11 km Kanegem
Tijd voor een broodje op een bankje achter de kerk...
MEVROUWMOLEN
Deze stellingmolen met 5 verdiepingen (beschermd sinds 1974) werd gebouwd halfweg de 17de eeuw. De Mevrouwmolen werd door de heren van Hames op gronden van hun heerlijkheid gebouwd. Na het overlijden van de heer had mevrouw de douairière van Hames een tijdlang de goederen van haar overleden man in beheer, waardoor de molen Mevrouwmolen genoemd werd. Het is een korenwindmolen met drie koppels stenen. De molen telt 5 verdiepingen: de benedenverdieping, waar vroeger de olieslagerij was; de meelzolder, waar het gemalen graan opgevangen wordt; de steenzolder of maalzolder, waar de maalstenen staan; de luizolder, tot waar de zakken graan via de lui worden opgetild en ten slotte de kapzolder.
In Kanegem zijn nog de mote en molenstenen van de vroegere Axpoelemolen bewaard.
ARTEMEERSMOLEN
De Artemeersmolen bevindt zich niet op Tielts grondgebied, maar wel net over de grens in Poeke (deelgemeente van Aalter), maar deze molen prijkt centraal in een beschermd dorpsgezicht dat ook een deel van Kanegem omvat.
De molen werd gebouwd in 1810 op een mote en is een steen korenwindmolen. Hij bezit drie paar molenstenen en een haverpletter. De molen is nog volledig maalvaardig en kan op aanvraag bezocht worden.
Een jong stiertje aaien zat er niet onmiddellijk in...
18 km Kasteel van Poeke
Poeke is een van de deelgemeenten van Aalter. Wanneer je over de weg wandelt die je van Lotenhulle naar Poeke brengt, zie je aan de Poekebeek een kasteel staan. Dit is het kasteel van Poeke, vooral indruk makend met zijn opvallende hoektorens, de vele ramen en het fronton boven de deur. De gevel, in een zachte tint roze, wordt prachtig weerspiegeld in het water dat zich rond dit kasteel bevindt.
Het kasteel van Poeke werd op 13 oktober 1943 als monument beschermd, terwijl het domein sedert 1 maart 1978 als landschap is beschermd. Verder is het kasteel onlosmakelijk verbonden met de geschiedenis van het dorp, de Poekebeek en de omgeving. Het is als dusdanig een collectief en tastbaar geheugen en dus meer dan een groots en mooi monument. Het park van maar liefst 56 ha geeft het gebouw nog een extra dimensie.
Het jaartal 1750 op de gevel verwijst naar een ingrijpende bouwcampagne halfweg de 18e eeuw, uitgevoerd door architect Jan-Baptist Simoen.
In 1988 werd de symmetrische voortuin opnieuw in Franse neostijl gerenoveerd. Nadien werden, ten einde het kasteel tegen verder verval te behoeden, dringende instandhoudingwerken aan de daken uitgevoerd.
De gemeente werd in 1978 eigenaar van het kasteel, toen ze het kochten van een katholieke school. Deze school had het dan weer geërfd van Inés Pycke de Petegem, die ooit nog burgemeester was van Poeke, net als haar vader. Die familie zat al in Poeke toen Amédée in 1872 het kasteel kocht van de Burggraaf van Nieuwpoort, Alfred Preudhomme dHailly. De familie Preudhomme had de gronden in 1597 gekocht en het was wellicht ook deze familie die de zeskantige burcht had laten bouwen die hier volgens een gravure stond. Op 31 maart 1597 kwam Jean de Preudhomme namelijk in het bezit van de heerlijkheid van Poeke en van het vervallen huus ghenaempt tcasteel te Poucques.
Enkele maanden na de aankoop overleed Jean de Preudhomme. Zijn zoon Jean-Baptist werd in 1600 te Atrecht in de ridderstand verheven door Aartshertog Albrecht. Hij was krijgsman in het Spaanse leger. Waarschijnlijk was hij het die begon met het herbouwen van het kasteel. Sommigen stellen dat dit al gebeurde onmiddellijk na het Twaalfjarig Bestand in 1609. De kaart die Loys de Bersaques in 1627 maakte van het grensgebied tussen de Oudburg van Gent en de Kasserij van Kortrijk toont echter op de plaats waar het kasteel van Poeke zich situeert, de ruïnes van een rechthoekig gebouw, wat er zou kunnen op wijzen dat er in 1627 nog altijd niet begonnen was met het bouwen van een nieuw kasteel.
Nochtans toont Antonius Sanderus ons in zijn Flandria Illustrata een prachtige afbeelding van het kasteel van Poeke omstreeks 1641. De tekening toont een zeshoekige waterburcht met op vijf hoeken een ronde toren. Op de zesde hoek bevindt zich de toegang die via een ophaalbrug te bereiken is. Op de binnenplaats staat een donjon. Dat Jean-Baptist de Preudhomme dHailly in de 17de eeuw nog opteerde voor een dergelijke constructie is allicht te verklaren door zijn militaire carrière. Volledigheidshalve moeten we stellen dat er geen andere bronnen zijn die bevestigen dat het kasteel er in 1641 uitzag zoals Sanderus het tekende. Maar rond 1660 zijn er zware verbouwingen aan deze burcht geweest, met dit U-vormig Barokkasteel tot gevolg.
In de beide zijgevels vormden de vier ronde hoektorens het dominerende volume. Boven de waterspiegel hadden deze torens rond 1872 vier bouwlagen, met onderaan kleine keldervensters en in de andere bouwlagen telkens twee licht getoogde vensters. De vier hoektorens hebben, samen met de middenrisalieten, een verticaliserend effect. Zonder deze effecten zou het kasteel waarschijnlijk niet zo imposant zijn. Verder bezit het kasteel ook een leistenen dak met een mansarde. Een ander gebouw met mansardes is het Koninklijk Paleis te Laken. Daar wordt een mansardedak gedragen door hoekrisalieten.
Merk op dat laatste traveeën afzonderlijk met pilasters afgetekend zijn en dat de dakkapelletjes daarboven een rond venster hebben. Boven de toegangsdeur zitten drie grote vensters en boven diezelfde vensters rijst een fronton bekroond met een mooi kruis in Franse steen. Doordat het kasteel door water omgeven is, heb je op zonnige dagen een hele mooie weerspiegeling van het kasteel. Je zou het raakpunt kasteel-water een soort symmetrieas kunnen noemen, net als de verticale lijn die je zou kunnen trekken door de voordeur. Symmetrieassen kom je doorgaans niet zo gauw tegen in de barok, maar hier is het goed doordacht en volledig op zijn plaats. Nu is het kasteel prachtig in evenwicht.
Met al deze argumenten vind ik dat we kunnen stellen dat het kasteel van Poeke echt een pareltje is. Een mooier voorbeeld van een barokkasteel is er in België niet te vinden, volgens mij. We vinden de beweeglijkheid, het triomfalisme, de pracht en praal, wat zo typisch is voor de barok, allemaal terug in dit gebouw, maar toch is het niet te overdreven. (*) Een risaliet is een stuk van de gevel dat naar voor uitspringt. Bij een middenrisaliet is het uitspringende gedeelte gelegen in het midden van de gevel.
(**) Bij deze dakvorm wordt het onderste deel van een zadeldak steiler uitgevoerd dan het bovenste deel. Hierdoor ontstaat er een knik in de dakschilden. De techniek wordt vaak toegepast om een grotere zolderverdieping te verkrijgen. De naam werd afgeleid van de Franse 17de eeuwse architect Mansard.
Ook dat kleine molentje kon Milan bekoren...
23 km Ruiselede
HOSTENSMOLEN
Vincent Scheere bouwde in 1774 een houten graan- en oliewindmolen. .In 1834 was griffier Jan-Baptist Vincent eigenaar en in 1842 zijn zoon Vincentius Vincent. Deze houten molen (kad. E 117) werd afgebroken en op de plaats van deze molen werd in 1865 een stenen windmolen gebouwd. Het was molenaar Ferdinand Hoste, gehuwd met Maria-Julia Vincent en eigenaar sinds 1849, die in 1865 de huidige stenen windmolen liet bouwen.
In 1885 werd een stoommachine geplaatst, die reeds in 1910 weer verwijderd werd.
In 1959 werd de molen verdekkerd op één roede. Dit kon niet beletten dat Hostesmolen in 1961 werd stilgelegd en in verval geraakte. Vanaf 1985 werden een aantal herstellingswerken uitgevoerd. De molen werd aangekocht door het gemeentebestuur in december 1997 en werd volledig gerestaureerd (molenmaker: Roland Wieme uit Deinze) en uitgebreid met een polyvalente zaal en een sanitair blok.
Hij werd opnieuw geopend in september 2001. Hij wordt regelmatig draaiend gehouden door molenaar Marc Gelaude en Ruud Dekeukelaere.
Even verder even bijtanken bij een Powersstation en een 'vieruurtje' verorberen in de buurtwinkel ernaast : Milan een worstenbroodje en ik een éclair met een lekkere kop koffie.
34 km Provinciedomein Lippensgoed-Bulskampveld 40 km Wingene 46 km Egem
Spiegelfoto in Egem...
49 km Pittem
Even halt houden in Pittem naast enkele pareltjes van MG's aan het standbeeld van Pater Verbiest...
Ferdinand Verbiest (Chinese naam: 南怀仁 Nán Huáirén) S.J. (Pittem, 9 oktober 1623 Peking, 28 januari 1688) was een Vlaams jezuïet, missionaris en astronoom.
Ferdinand Verbiest studeerde in Leuven en Mechelen; theologie in Rome en Sevilla. Hij trad in bij de Jezuïetenorde in 1641. Als missionaris werd hij naar China uitgezonden (1659 ten tijde van de Qing-dynastie). Een andere jezuïet, Johann Adam Schall von Bell, riep hem naar het keizerlijk hof als assistent dishi (kroonprinsleermeester).
Verbiest werd zeer gewaardeerd aan het keizerlijk hof in China. Hij bouwde een instrumentarium voor het Oude observatorium te Peking -dat tot op de dag van vandaag nog steeds bewonderd kan worden- en was mee verantwoordelijk voor de wijziging van de Chinese kalender, wijziging die gebaseerd was op zijn sterrenkundige waarnemingen. Hij ontwierp lichte kanonnen voor het leger van keizer K'ang-si die hij eveneens lessen in wiskunde gaf. Hij ontwierp de eerste stoomauto en een thermometer. Hij tekende ook een andere wereldkaart.
De reden waarom hij naar China reisde was in feite om Christendom in China haar intrede te laten maken en Verbiest gaf keizer Kangxi (=K'ang-si) dan ook een introductie tot deze Westerse religie. Om zijn verdiensten mocht hij in het ganse Chinese keizerrijk preken en werd hij benoemd tot mandarijn.
Hij ontwierp het eerste voertuig met een motor. Het was een, als speelgoed bedoelde, kleine stoomauto. [1]
Hij overleed als gevolg van een val van zijn paard. De Vlaming kreeg een staatsbegrafenis; de keizer betaalde het mausoleum waarin hij werd begraven. Verbiests assistent, de jezuïet Antoine Thomas, volgde hem op als keizerlijk wiskundige en astronoom.
In 2005 eindigde hij op nr. 79 in de Vlaamse versie van De Grootste Belg.
Nog even een zelfbeeld in een spiegeletalage...
Even verder moest Milan op de foto met dit postbus-ornament aan de Veebascule van Pittem.
53 km Koolskamp
56 km Ardooie
61 km Provinciedomein t Veld
67 km Meulebeke
HERENTMOLEN
17de
eeuw-1922-1956
Gentstraat 307, gehucht
Marialoop.
Staakmolen op hoog torenkot. Graanmolen. Vliegende gaanderij.
Heropgebouwd in 1956 met onderdelen van verschillende molens. 77 km Poelberg 82 km Markt Tielt
Wat ook typisch is in het Vlaamse landschap zijn die speciale brievenbussen aan de opritten van boerderijen... Ja... de melkkitten ! Ik heb er enkele vereeuwigd...
Brochure met uitgebreide routebeschrijving te verkrijgen bij de Dienst voor Toerisme Ieperstraat 42-46 8700 Tielt - 051 42 82 55 toerisme@tielt.be
(De Motorvrienden verzamelden zich voor hun eerste rit.)
LENDELEDE - Onder een
stralend zonnetje reden de Lendeleedse Motorvrienden voor het eerst uit.
In februari deed Nico Rigolle nog een oproep naar medemotards om samen
maandelijks een gemoedelijk ritje te maken. Een dikke maand later was
het zover en reden elf motorrijders uit.
"De eerste rit was een groot succes en smaakte
naar meer", zegt initiatiefnemer Nico Rigolle. "De Motorvrienden tellen
ondertussen 19 ingeschreven leden en daarvan reden er op zondag 11 mee
op de eerste tocht." Die bracht de motorliefhebbers naar Mont-St.Aubert,
goed voor een rit van een dikke 100 kilometer. De volgende afspraak van
de Motorvrienden is op de derde zondag van april.
Ik ben Guy Vandendriessche
Ik ben een man en woon in Izegem (België) en mijn beroep is gewezen rijkswachter en veiligheidsagent.
Ik ben geboren op 04/06/1955 en ben nu dus 69 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: motortoerisme, terrariumdieren, plastic modelbouw, snorrenclub,....