Druk op onderstaande knop om een positief berichtje achter te laten in mijn gastenboek (let wel : obsceniteiten worden eruitgeflikkerd !)
Motortoerisme...mijn hobby
Motortoerisme... mijn passie Enkele korte flashes uit mijn motorrijderscarrière die begon in 1972.
Regelmatig een korte impressie van de nieuwste modellen.
Ook komen de meest gekke motoren aan bod alsmede bijzondere verkeerssituaties.
Treffens en andere activiteiten.
En niet te vergeten mijn collectie 'Politie-bikes'en badges.
15-05-2011
Katjestreffen - Boezinge 15 mei 2011 (deel 2)
Sorry, maar door een technische fout is het commentaar van het tweede gedeelte van dit verslag om mysterieuze redenen verdwenen...
Dit is het in 2009 afgebrande Chateau Mariot in Ebblighem
MC Speedy... een goed geoliede organisatie die weeral eens een prachtige rit heeft uitgestippeld. Een aanrader voor iedere toerrijder. Zeker voor herhaling vatbaar. Laten we het gewoon in één woord samenvatten : Schitterend !
Amaai zeg, als dit geen prachtige fotoreportage
is. Ik heb nu deze site bij mijn favorieten gezet, om zo met de nodige tijd
al uw reportages te kunnen overlopen. Hartelijk dank, namens het bestuur
en alle leden van M.C. Speedy.
Een stand met allerlei prullaria stond opgesteld op de binnenkoer.
Binnen in de zaal vinden we een stand van MAG
De inschrijvingstafel
De trofeeen...
De koffiemadam...
En dan waren we klaar voor vertrek voor een rondje Noord-Frankrijk (nog eens...) Dit waren de pijltjes die we konden volgen.
Boezinge is een buurtstad van Ieper en wie Ieper zegt, zegt 'Den Grooten Oorlog'
Eerst krijgen we het Bard Cottage Cemetry op onze weg.
Bard
Cottage was de naam van een huis vlakbij een brug met de naam 'Bard's
Causeway'. De begraafplaats lag onder de beschutting van de kanaalberm.
Er werden bijzettingen verricht tussen juni 1915 en oktober 1918. Deze duiden
op de aanwezigheid van de 49 (West Riding) Division, de 38th (Welsh) Division
en nog andere infanteriedivisies in de noordelijke sectoren van de Ypres
Salient en op het vooruitbrengen van de artillerie in de herfst van 1917. Na de
oorlog werden nog 46 stoffelijke overschotten uit de omgeving bijgezet,
waaronder 32 graven van 'Marengo Farm Cemetery' enkele honderden meter ten
zuiden.
Er zijn/worden nu 1639 Commonwealthmilitairen begraven of herdacht. 39 graven
bevatten niet-geïdentificeerden waaronder drie 'special memorials' "Known
to be buried in this cemetery".
De begraafplaats werd door Sir Reginald Blomfield ontworpen.
Bijzettingen (Commonwealth War Graves Commission) :
Verenigd Koninkrijk : 1619
Canada : 15
Zuid-Afrika : 2
Andere Commonwealth : 3
Totaal Commonwealth : 1639
Luitenant-kolonel John Alexander
McCrae (Guelph (Ontario), 30 november 1872 - Boulogne-sur-Mer, 28
januari 1918) was een Canadese dichter, arts, auteur, kunstenaar, militair
tijdens de Eerste Wereldoorlog en een chirurg tijdens de Slagen om Ieper.
McCrae is geboren in Guelph, Ontario. Hij is het best gekend voor het schrijven
van het gedicht In Flanders Fields.
Op 28 januari 1918, dienstdoende als commandant van het Canadese General
Hospital (McGill) bij Boulogne, stierf hij aan een longontsteking die al snel
werd gecompliceerd door meningitis. Hij werd begraven op de Commonwealth War
Graves (sectie Wimereux Cemetery), op slechts een paar kilometer van de kust
van Boulogne. Zijn paard "Bonfire", leidde de begrafenisstoet,
volgens militaire traditie zijn meesters laarzen omgekeerd in de stijgbeugels.
De grafsteen van McCrae is liggend geplaatst.
De naam Solferino Farm werd aan de boerderij
tegenover de begraafplaats gegeven door Franse troepen. De aanleg van de
begraafplaats werd pas in oktober 1917 gestart. Er liggen eveneens 5 doden uit
de Tweede Wereldoorlog begraven. Zodoende liggen er nu volgens het huidige
register 304 doden begraven. De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield
(hoofdarchitect) en J.R. Truelove (uitvoerend architect).
Begraafplaats met een rechthoekige, langgerekte plattegrond en een
oppervlakte van ca. 1200m². Het terrein is genivelleerd en ligt iets hoger dan
het straatniveau. De begraafplaats wordt omgeven door een muur uit grijsgroene
natuursteen, afgedekt met witte natuursteen. Achteraan wordt de begraafplaats
afgezet met een haag (beuk). In witte natuursteen uitgevoerde toegangspartij
met trappen, zitbanken, een tweeledig smeedijzeren poortje en het opschrift
Solferino Farm Cemetery 1917-1918 op 2 pijlers. In de voormuur zijn de
teksten van de landplaten gegrift. Vlakbij de toegang is het registerkastje en
de metalen informatieplaat terug te vinden. Centraal tegen de noordoostelijke
muur staat een dienstgebouw in natuursteen opgetrokken. Centraal vooraan staat
het Cross of Sacrifice (type A1).
Voorbij Vlamertinge springt in de Hospitaalstraat opeens vantussen het struikgewas onderstaand beeld mij in het oog...
Aan de ingangspoort staat deze riante kapel.
Dit houdt me niet tegen om eens een kijkje te gaan nemen. Even aanbellen en de sympathieke kasteelheer Christophe staat me te woord en begint zowat de gehele geschiedenis van dit familiekasteel uit de doeken te doen : het gaat hier om het Chateau du Parc, gebouwd in 1854-58 door architect Jos Schadde en staat op een domein van 25 ha.
Van Christophe mocht ik tal van foto's nemen van de buitenkant onder de belofte dat ik ze niet allemaal zou publiceren. Daarom beperk ik mij tot dit familieschild.
De familie Du Parc stamt af van de Franse Adel : zijn voorouders zouden nog gevochten hebben aan de zijde van de musketiers van Louis XIX en zijn samen met een van hen (waarschijnlijk d'Artagnan) meegetrokken naar Maastricht om daar banden te leggen met Nederlanders en er het kasteel Neerkanne (zie onder) op te trekken.
Langsheen de Galgebossen rijden we met de N333 richting Poperinge.
De Galgebossen, op de
grens tussen Elverdinge, Poperinge en Vlamertinge (gehucht De Brandhoek) vormen
het overblijfsel van een woud dat zich uitstrekte van Beselare naar Watou, maar
tussen de 9e en 11e eeuw verdween. Het Vlaams Gewest kocht in
1995 de Galgebossen aan. Het Agentschap voor Natuur en Bos staat in voor het
beheer. Bij de aankoop in 1995 bedroeg de bosoppervlakte zon 70 hectare.
Ondertussen groeide het domein aan tot 107 ha.
Gelegen langs de Elverdingseweg, op ca. 3500m
ten noordoosten van het centrum van Poperinge, in een landelijke omgeving. De
begraafplaats is bereikbaar via een graspad naast de boerderij met huisnummer
22 (Gwalia Farm).
Begraafplaats met een langwerpig, rechthoekig
grondplan en een oppervlakte van ca. 1427m².
Het terrein is vlak en wordt
omgeven door een lage bakstenen muur, afgewerkt met witte natuursteen. Toegang
in de oostelijke hoek via een smeedijzeren toegangsmuurtje bij het Cross of Sacrifice
(type A) dat op een verhoog geplaatst is. Bij de toegang zijn het
registerkastje, de metalen informatieplaat en het opschrift 'Gwalia Cemetery
1917-1918' aanwezig. Vanaf de toegang vertrekt een as langs de noordoostelijke
muur, via de Stone of Remembrance, eindigend bij een stenen zitbank. De
landplaten zijn in de boord van de omheiningsmuur verwerkt. In de zuidelijke
hoek staat een bakstenen dienstgebouwtje. De graven liggen verspreid over 2
perken. Het geheel wordt getooid met bloemperken bij de graven en veldesdoorns
rondom rond.
De hoeve bij de begraafplaats werd tijdens de
Eerste Wereldoorlog door Britse militairen 'Gwalia Farm' genoemd, naar een
plaatsje in Wales. De bewoners mochten in de bijgebouwen van hun hophoeve
blijven wonen, mits ze de militairen die de hoeve hadden opgeëist, niet voor de
voeten liepen. Gwalia Farm lag tussen de toenmalige kampen in vlak en waterrijk
gebied, ten noorden van de weg van Poperinge naar Vlamertinge, zon 5km van het
front verwijderd.
Vanaf 29 juni 1917 nam de 143th Field
Ambulance haar intrek in de hoeve. Later werd het kamp uitgebouwd tot een veel
groter hospitaalcomplex, een zogenaamd corps main dressing station, dit naar
aanleiding van het grootscheeps offensief dat in eind juli 1917 van start ging
(Derde Slag bij Ieper). Er werd een speciale spoorlijn aangelegd om de toevoer
van gewonden en materiaal te vergemakkelijken. De gewonden werden volgens het
systeem van medische evacuatie eerst in een advanced dressing station
(vooruitgeschoven medische post) opgevangen, van waaruit ze naar een main
dressing station (M.D.S.) werden overgebracht. Zij die verdere verzorging
nodig hadden, werden doorgestuurd naar een casualty clearing station. Zij die
de M.D.S. niet overleefden, werden ter plekke begraven zoals op de
begraafplaats die bij Gwalia Farm werd aangelegd in de iets hoger gelegen
weide achter de hoeve. Deze begraafplaats zou gebruikt worden vanaf begin juli
1917 tot in september 1918. Het kamp was zeker twee maal het doelwit van de
Duitse artillerie, nl. op 8 juli 1917 en op 4 september 1917. Bij deze laatste
aanval, bekend als de Raid on the Dirty Bucket Camp was vooral de
nabijgelegen wijk Vuile Seule getroffen. 14 manschappen van de 9th
Lancashire Fusiliers die deze aanval niet overleefden, liggen nu begraven in
perk I, rij H.
Volgens het huidige register liggen er 470 doden
uit de Eerste Wereldoorlog begraven. Het gaat om 454 doden uit het Verenigd
Koninkrijk (waarvan er 2 niet geïdentificeerd konden worden), 2 Australiërs, 5
Canadezen, 5 Nieuw-Zeelanders, 1 Zuid-Afrikaan en 3 Duitsers.
179 doden behoorden tot de artillerie, 30 tot de
Royal Engineers en 30 tot het Labour Corps. Er liggen o.m. 4 Chinese
arbeiders en 3 Duitse krijgsgevangenen begraven. Vroeger lagen hier nog 2
Belgen en 1 Amerikaan, maar die werden ontgraven.
De begraafplaats is ontworpen door R. Blomfield (hoofdarchitect) en N.A.
Rew (uitvoerend architect).
In het industriepark liggen deze reuzen-snooker-ballen, een idee van A-mode.
Aan de aangrenzende Renault-garage Coppennolle staat deze plezante oldtimer te koop.
Met de N38 gaat het richting Steenvoorde alwaar we in de wijk De Boonaert het imposante Lyssenthoek Military Cemetry tegenkomen.
Tijdens
de eerste wereldoorlog lag de Lijssenthoek op de hoofdcommunicatielijn tussen
de geallieerde bases en de Ieperboog. Dicht bij het front maar toch buiten het
bereik van de Duitse artillerie kwamen er bijna vanzelfsprekend allerlei
voorzieningen voor de gewondenverzorging. De begraafplaats werd eerst gebruikt
door de Franse 15ème Hopital d'Evacuation. Vanaf juni 1915 gebruikten casualty
clearing stations van de Commonwealthstrijdkrachten het.
Van april tot augustus 1918 trokken de verzorgingsposten achteruit door de
Duitse vooruitgang tijdens het lenteoffensief van dat jaar. Field Ambulances
inclusief ook een Franse namen de plaats van de casualty clearing stations in.
De begraafplaats bevat 9902 Commonwealthgraven en 884 graven van andere
nationaliteiten, vooral Franse en Duitse. Er waren vroeger ook Amerikaanse
graven ten westen van de 'Stone of Remembrance' (nu gras). Er liggen nu nog
slechts drie Amerikanen.
Het is de tweede grootste Commonwealthbegraafplaats (na Tyne Cot Cemetery) in
België.
De begraafplaats werd door Sir Reginald Blomfield ontworpen.
Bijzettingen (Commonwealth War Graves Commission) :
Verenigd Koninkrijk : 7367
Canada : 1058
Australië : 1131
Nieuw-Zeeland : 291
Zuid-Afrika : 29
Undivided India : 2
Andere Commonwealth : 21
Niet-identificeerbaar : 3
Totaal Commonwealth : 9902
Andere nationaliteiten : 884
Non WorldWar Dead : 1
Een zeer katholiek wijkske, als je het mij vraagt...
Is het nu de cafe die genaamd is naar de wijk of omgekeerd ? In ieder geval schenken ze er het gepaste bier !
D23 naar Vieux-Berquin... Deze kunstbloementuiltjes langs de kant van de rijbaan herinneren er ons aan dat hier een ongeval is gebeurt, meestal met dodelijke afloop. Niet verwonderlijk dat langs zo'n tweevaksbaantjes de fietsers meestal het slachtoffer zijn van een aanrijding.
D188 : we rijden door de wijken La Motte au Bois en Bois Berquin en komen terecht in een mooi stukje natuur : het Forêt Domaniale de Nieppe.
In en rondom het domein zijn nog bunkers te bezichtigen, maar daar had ik weer geen tijd voor.
Aan de rand van het domein ligt het British Cemetry Nieppe Bois met een honderdtal '14-'18-graven en ook nog een dertigtal uit de Tweede Wereldoorlog.
Een eerste controlepost was in De Swaetelaere in Vieux-Berquin.
Even verder dit eigenaardig zeshoeking kapelletje.
Een blik naar binnen vertelde ons dat het tamelijk verwaarloosd was en praktisch ieder stuk beschadigd...
Jaja, ondanks de nieuwere geel-plastieken, met kleefplakkertjes aangegeven kilometerpalen, bestaan de goeie ouwe betonnen mijlpalen nog steeds. Ge moet ze soms goed zoeken in het hoge gras.
Dan gaat het naar Merville waar ze er een eigenaardige stadreus op na houden : De Caou In de
februari 1998, gedurende een vergadering van de commissie van de jeugd,
voorgezeten door gemeenteraadlied René Dutriez, stelden de jonglui voor een
reusachtige CAOU te maken. René Dutriez vond dit plan voortreffelijk en in juni
van hetzelfde jaar stichtte hij de vereniging " De Kat Vrienden " met
het doel de verwezenlijking van die reus CAOU. Als voorzitter van de Kat
Vrienden deed René Dutriez beroep op kunstenaar en reuzenbouwer Albert
Uyttenhove uit Rysel, deze reus CAOU te ontwerpen. En onder zijn kundige leiden
bouwden enkele vrij willige deze reus. In tegenstelling met zijn twee
voorgangers, heeft de hedendaagse kat een grijze vacht en wordt door
mensenschouders.
De doop van de reus : Op 8 april
2000, werd de reus CAOU aan het publiek voorgesteld en op het plein voor de
stadhuis gedoopt. Mijnheer de Deken, de dichtbijste van de God uit alle
inwoners van Merville, had Hem voor die dag het mooiste lenteweer gevraagd.
Zijn gebed werd verhoord en we moeten Onze Heer en onze Deken ervoor danken. De plechtigheid was in alle opzichten een succes. De peter en de meter waren
twee reuzen : Harry de commies van Godewaersvelde en de Belle Roze van Ardres.
Van Merville gaat het richting Le Sart en via de D122 naar StVenant. Op de hoek van de Rue du Colonel Harison die leidt naar het Haverskerke British Cemetry staat een mooie kapel.
Haverskercque : Ja, hier hangen de telefoondraden nog aan palen boven de grond !
D916 - StVenant : waar de Rue à Aire en de Rue du Bas Hameel samenkomen staat dit kruisbeeld. In tegenstelling tot Vlaanderen waar je in iedere boerewegel een kapelletje vindt, staan hier tal van die kuisbeelden verspreid in het landschap.
... zoals hier ook in Houleron.
In Pecqueur rijden we over de Leiebrug en gaat het verder met de D238 en de D122 naar Boeseghem.
De brug over de Leie in Blaringhem lag opgebroken, vandaar een korte omleiding via de D157e3 naar Garlinghem. Daar kunnen we over de brug van het Canal de Neuffossé. (zie http://www.bluebayou.nl/site/index.php?page=14&id=73)
D943 - Aire s/l Lys - D192 - La Jumelle - Le Bruveau - Rincq. Tegen de gevel van de plaatselijke kerk staat een oude calvarie die jammergenoeg in de verkeerde verf werd gestopt.
Dit oude smeedijzeren grafkruis trok mijn aandacht...
In Glomenghem hebben ze deze eigenaardige zwarte kerktoren...
D192 - Rebecques - D189 - StWinocq - D190 - Racquinghem - D195 - Cochendal En nog steeds zie je hier tv-antennes op de daken staan. Hebben die gasten hier nog geen distributie misschien ?
In Roquetoire hebben ze het oudstrijdersbeeld ook in een kleurtje gezet !
De kerk aldaar mag er dan wel weer zijn : prachtige architectuur.
In Wittes passeren we de oude Priorij van StJedan-Baptiste
Een priorij
is een tweede huis van een bestaand klooster.
Afhankelijk van de kloosterorde of congregatie wordt de term
ook gebruikt voor een klooster waar een prior of priorin/priores
aan het hoofd staat. Een uitheemse priorij is een priorij die
afhankelijk is van een moederhuis en een priorij hermitage
was een woonplaats van twee of drie monniken die afhankelijk waren van een
buitenlands moederhuis. Deze monniken waren naar het buitenland gezonden om een
afgelegen landgoed te exploiteren. Deze hermitages werden in 1414 afgeschaft.
Naast deze 'prieuré' ontdekte ik, ietwat verscholen achter een bos, een min of meer verwaarloosde houtzagerij. Even van dichterbij bekijken : ja, ze was nog actief... maar hoe !
Verder geen bebouwing : alleen een zware jeep aan de oprijstrook en dit... !
De Motorrijdersvereniging Pacific Coast Nederland organiseert jaarlijks een tiental ritten voor eigen clubleden en sympatisanten.
De grootste groep deelnemers bestaat uiteraard uit bestuurders van het Honda Pacific Coast 800 model, maar andere merken en types zijn ook toegelaten tot de club.
Hoewel 99% van de uitstapjes in Nederland gereden wordt, zit er jaarlijks ook een rondrit bij op Belgische grondgebied. En dat is toegelaten, jaja ! Zo was er afgelopen weekend een parcours uitgestippeld door Belgje François Van Heukelom uit het Antwerpse Olen en de opkomst mocht er dan ook zijn. François is namelijk de Belgische 'wing' van de PC800-vereniging (want er rijden ook PC's in België rond) en verzorgd de connectie met de Nederlandse collega's.
Ikzelf kon de rit niet meerijden, vanwege 'bellemandienst' op de Lommelse Lentebraderie diezelfde dag (zie www.bloggen.be/belleman), maar had desalniettemin een afspraak gemaakt met François om de badge van 15 jaar PC Nederland in ontvangst te kunnen nemen.
Achteraf hebben we er nog ne goeie op gedronken (nen Icetea en een cola....aja, want we moeten nog rijden, hé !)
Met dank aan François en Agneske voor de hartelijke ontvangst in cafe 'tVertier in Olen en het bezorgen van de foto's.
Meer weten over deze vereniging, die dit jaar reeds zijn 17de verjaardag viert, ga dan als de bliksem naar www.pc800.nl
Als je volgende link aanklik, kan je de foto's
bekijken (en downloaden) van de rit in Olen :
Het verkeer in en om Antwerpen
zat tijdens en uren na de avondspits helemaal vast. Dat was het gevolg van een
ongeval op de Antwerpse Ring, waarbij een motorrijder om het leven kwam.
Dinsdag omstreeks 15.45u gebeurde op de Ring in Antwerpen
net voor de afrit Borgerhout richting Nederland
een kopstaartaanrijding met verschillende voertuigen. Een motorrijder overleed
ter plaatse.
Een motorrijder kwam in aanrijding met een personenwagen en begon te
slingeren. De motorrijder kwam terecht onder een vrachtwagen. De trucker
probeerde hem te ontwijken en reed daarbij tegen twee andere voertuigen. De
motorrijder schoof onder de vrachtwagen en kwam klem te zitten onder de
brandstoftank. Hij werd enkele meter meegesleurd. Er kwam een takelwagen aan te
pas om de vrachtwagen op te tillen om de motorrijder onder het voertuig uit te
halen. Hij overleed ter plaatse.
Rond 18.30 uur waren er nog steeds drie rijstroken versperd op de Antwerpse
Ring richting Nederland
ter hoogte van Borgerhout. Een helikopter van het parket moest immers eerst nog
luchtfoto's nemen in kader van het onderzoek, vooraleer de weg volledig
vrijgemaakt mocht worden.
De verkeershinder tijdens het spitsuur was dan ook niet te overzien.
Een
primeur voor België. Nieuwe snelheidscontrole.
Een
moto van de verkeerspolitie met een zwarte doos (lees flitser). Deze flitsdoos
staat gemonteerd achteraan op de anonieme moto.Deze
radar is geijkt en werkt perfect.
Alsof
we nog niet genoeg boetes krijgen langs alle kanten.
De
mobiele flitsmoto zal vanaf 1 mei ingezet worden op de autowegen.
Het
proefrijden had vorige zaterdag plaats op de autoweg E17 tussen GENT en
LOKEREN.
Een
autostradespotter had het geluk enkele fotos te kunnen
nemen.
Opletten
dus voor deze onopvallende zwarte doos !!!
Brugge
- Een 23 jarige beroepsmilitair uit Kortrijk van de Marinebasis
Zeebrugge is zondag 1 mei om het leven gekomen bij een verkeersongeval.
Hij was op weg naar zijn werk toen hij rond half negen met zijn motor in
aanrijding kwam met een personenwagen op het kruispunt van de N31
Expresweg met de Legeweg in Sint-Andries.
De bestuurder van de personenwagen had links afgeslagen waar dit
niet toegelaten is omwille van de werken die daar uitgevoerd worden. De
motorrijder werd zwaar gewond overgebracht naar het AZ-Sint Jan waar hij
uiteindelijk enkele uren later aan zijn verwondingen is overleden. De
commandant van het fregat en de sociale dienst van het leger hadden al
contact met de familie om hen bij te staan bij dit zware verlies.
Een frisse doch zonnige morgen voer ons naar Koekelare voor een ritje door Frans-Vlaanderen. Een correcte en duidelijke bepijling was voorzien voor diegenen die nog niet met GPS of roadbook werken.
Bij de inschrijvingstafel was het een drukte van jewelste.
Vertrek omstreeks 10.00u en via Bisschopshoek, De Mokker en Leke komen we aan in Keiem waar we te lande aan de Wittepoortstraat een eerste attractie tegenkomen : het Kakelende Kippen Museum. Een alternatieve kinderboerderij met allerlei kleinvee waar je zelfs pluimvee kunt aankopen. Hendrik en Regine verwelkomen u graagt op hun hoeve. (zie www.kakelendekippenmuseum.be)
We volgen de 'Hoevenroute' en komen even verder aan dit eigenaardige (tijdens het weekend onbemande) sashuis en brug over de IJzer.
We volgen een prachtig stukje weg langsheen de IJzer richting Diksmuide en passeren onvermijdelijk langs de alombekende 'dodengang'.
Bij het binnenrijden van Diksmuide komen we eerst langs deze crypte en even verder even halthouden aan het 'vlaamsgetinte' oorlogsmonument, de IJzertoren.
We rijden langsheen de IJzer naar StJacobskapelle, Nieuwkapelle en rijden in Renige de Reningebrug over richting Fintele. In Oostvleteren kruisen we de Boezingegracht en kunnen we een oogje werpen op deze mooie windmolen. Het is 'De Meesters Molen', een Standerdmolen uit 1760. Verleden jaar hielden ze daar ook nog eens de vijfjaarlijkse Molenstoet. Deze trekt dan door de centrumstraten van Oostvleteren, waarin natuurlijk De Meestersmolen centraal staat. Alle wagens worden dan getrokken door trekpaarden, een vijftigtal in totaal.
Een blijk van professionele organisatie : gevaarborden plaatsen waar een gevaarlijke situatie achter de hoek komt kijken...
Onderweg kompen we veel weidedieren tegen, waaronder deze 'reuze'-paarden...
Even verder in Westvleteren ziet men dit vreemd spectakel : een kapelletje midden in een veld
Daar heb je ook de beroemde Sixtusbossen (met o.a. de Sixtusabdij waar de omstreden pedofiel-bisschop VanGheluwe een tijdje asiel kreeg)
Nog zo'n aardigheidje : een rebarberveld ! Waar vindt je dat nog ?
Vooraleer we tegen 12.00u Watou en Frankrijk binnenrijden komen we nog deze bunker tegen, middenin een weiland.
Dan gaat het via de D137 naar Winnezeele, de D18 naar Oudezeele en Hoogenoene om een halfuurtje later bij 'A ma Campagne' te arriveren voor een eerste controle. Tijd voor een hapje. Tegenover deze controlepost ligt het cafe Trois Rois.
Met de D218 gaat het van Oudezeele naar Hardifort, Wemaerscappel en Bollezeele : daar schakelen we over naar de D26 naar Buysscheure. Opvallend zijn daar de honderden-kilometers lange bovengrondse electrische leidingen.
De D928 brengt ons via Lederzeele door dit prachtige landschap.
Jaja... we zijn in Frans-Vlaanderen...
Het is 13.00u wanneer we StMomelin binnenrijden en via de D213 langsheen de rivier La Houlle naar Watten rijden. Met de D207 rijden we richting Dunkerque en passeren langs het gehucht Bleu Maison waar een kasteeltje ingepalmd werd door een campinguitbater : Chateau de Gandspette
Even verder een verlaten vervallen cafeetje met nog een oud reclamebord van bieres Pelican.
Dit is Le Mont.... een prachtig stukje landschap langs de D219 die ons via Muncq-Nicurlet naar Ruminghem leidt.
Verborgen achter het struikgewas (ik heb het een beetje vrijgemaakt voor de foto en de toeristen die achter mij kwamen) deze aanduiding : een Chinees kerkhof ? Daar neem ik toch even de tijd voor...
Dan gaat het een hele tijd met de D217 langs een waterloopje naar Holque en via de D3b naar Watten. Dan draaiden we links de D300 op naar Bourbourg : een flink stuk (eentonige) rechtlijnige baan waar de racers onder ons wel hun hartje konden ophalen en de gashendel eventjes konden openzetten. Via de D3 overbruggen we het Canal de la Colme.
De Kolme of Bergenvaart is een kanaal tussen de Belgische stad Veurne en de Frans-Vlaamse stad Sint-Winoksbergen (Bergues). De vaart is 23,66 km lang. Het kanaaltje werd in 1293 gegraven.
In een grijs verleden mondden de IJzer en de Aa via ontelbare vertakkingen in de zee uit. Toen men vanaf de 11e eeuw de kuststreek inpolderde, werden deze zijtakken in het afwateringssysteem vergraven. De grotere echter werden uitgediept en omgevormd tot kanalen. Zo ontstond ook het kanaal dat de Aa bij Waten (Watten) met Veurne verbindt; via de Havendijk kun je dan vanaf Sint-Winoksbergen verder naar Duinkerke. In de kasselrij van Veurne heet ze de Bergenvaart of Calommegracht, in die van Bergen de Kolme of Calomme (Canal de la Colme). De betekenis van deze naam is nog niet achterhaald. Het kanaal was in de middeleeuwen een belangrijke handelsader tussen Veurne en Sint-Winoksbergen.
In 1622 werd het verbeterd en werd in Houtem het Houtem-sas gebouwd door de Spanjaarden, om te verhinderen dat in oorlogstijd overstromingswater uit Sint-Winoksbergen Veurne-Ambacht zou binnendringen. In Frankrijk is het gedeelte tussen de Aa en Sint-Winoksbergen behoorlijk uitgediept en heeft de Kolme het karakter van een industrieel kanaal. Het tweede deel tot Veurne heeft echter zijn middeleeuws aanzicht behouden en is in België niet veel meer dan een gracht.
(er zou daar wel eens iemand met een borstel en een emmetje water dat bord mogen afkuisen !
Via de D110 gaat het via Drincham naar Lynck waar we in cafe-epicerie Au Hameau des Flandres een tweede controle kregen. Hert is ondertussen 14.30u en een lekker warm weertje !
Links over het kanaal en terug naar Drincham. Overschakelen naar de D110 richting Crochte en met de D17 naar Zeegerscappel met in de verte weer zo'n eigenaardigheidje : ten midden van de landerijen een kapel. Volgens de informatie die ik kreeg van een buurtbewoner zou het gaan om een dankkapel van de familie Bertin-Denis, destijds een plaatselijke grote landeigenaar.
Even verder deze charmante watertoren in wit en lichtblauw met code SIDEN 1958.
Met de D928 naar Zeegerscappel, de D17 naar Wormhout en de D52 naar Ledringhem waar we in het gehucht La Cloche de Franse Yser overbruggen. Overbruggen is een groot woord voor een beekje van amper 2 meter breed...
Dit zou het oude stationsgebouw van Esquelbecq moeten zijn... Op het eerste gezicht leegstaand en vervallen, overwoekerd en rondom bezaaid met oude treinbilds en andere metalen rommel, maar eens aan de andere zijde, zag ik de was buiten hangen en kwam de bewoner even 'bonjour' zwaaien.
Het was tegen 15.15u als we arriveerden aan de derde controle in Salle de la Chênaie.
Met de D17 gaat het opnieuw richting Wormhout en rijden we terug richting Diksmuide. Maar dan moeten we langsheen de plaatselijke Gendarmerie en ze stonden daar toch wel te controleren zeker ! Enkele motards mochten even mee naar de dienstwagen voor documentencontrole. Ik heb er wijselijk geen foto van genomen want een dienstdoende agent keek me maar boos aan toen ik hem al passeren salueerde ! We rijden richting Herzeele-Poperinge en komen via de D167 aan in Bambecque. Richting Hondschoote komen we aan in Rexpoede waar we langsheen de baan naar Oostcappel door het gehucht La Croix Rouge rijden en daar effectief een rode calvarie is opgesteld. Ik had het er al eens over in een artikel van een rit verleden jaar.
Met de D947 komen we aan in het dorpje Killem-Lynde en even verder stoppen aan de Moulin de la Victoire in Hondschoote.
De Noordmeulen - Hondschoote. Deze molen uit 1127 is een van de oudste molens van Europa. In 1998 werd hij volledig gerestaureerd.
De "Spinnenwyn" molen, een legendarische windmolen op een as, werd in 1993 waarheidsgetrouw gereconstrueerd ter gelegenheid van de tweehonderdste verjaardag van de slag van Hondschoote. Die slag werd op 8 september 1793 gewonnen door de Franse troepen die vochten tegen de Engelsen-Hanovers-Oostenrijkers. Frankrijk was gered en de Britten gaven Duinkerke op.
We nemen de D1055 richting Veurne-Alveringem en komen aan in Leisele waar ik even stop aan de plaatselijke windmolen.
De Stalijzermolen of Kerselaremolen staat op een hoger gelegen weide aan de Beverenstraat in Leisele (Alveringem). De windmolen werd gebouwd in 1804. De molen bleef in werking tot in 1960. In 1973 werd de molen beschermd als monument.
We zitten op het traject van de Moeren Fietsroute. De route brengt de fietser door een zeer gevarieerd landschap: de Polders, een
laaggelegen gebied met zware, kleiige bodem; het Veurne-Ambachtse Houtland,
meer glooiend en meer van struiken en bomen voorzien, en de Moeren, 3.000 ha
landbouwgrond op het laagste punt van België. De route start in Beauvoorde en
doet charmante Veurne - Ambachtse dorpjes als Izenberge, Gijverinkhove, Leisele
en Houtem aan. 44 km Vertrekpunt: Beauvoorde
We komen aan in Isemberge waar dat fameuse Curiosa Museum ligt. Even binnenwippen voor een kort bezoekje (die al gauw uitdraaide op een rondleiding van een halfuurtje door de uitbater Nollee zelf)
De goede man gaf me nog een heel pakje kaartjes mee 'om uit te delen'...
Dan rijden we via Lampernisse en oostkerke opnieuw Belgie weer binnen en was het de hoogste tijd voor een tankbeurt. Daar in dat PMO-station in Pervijze verkochten ze ook nog potjes met meiklokjes en daar zou ik vrouwtje lief op 1 mei een plezier mee doen.
In Schore rijden we over de IJzer en via Leke gaat het terug naar Koekelare-Moere. Het was reeds tegen vijven en waren ze reeds begonnen met de uitreiking van de prijzen. Mooie plexi-glazen trofeeën.
Tweede plaats gaat naar 2-Route uit Torhout...
Eerste prijs ging naar MTC Vrijbos uit Houthulst.
Op de terugtocht huiswaarts kom ik even buiten Koekelare Centrum nog deze kerel tegen.
Een flauwe imitatie van het broemde beeld van Rodin.
Als ik deze rit in één woord zou mogen omschrijven...: PRACHTIG ! Beste motorrijders : de afwezigen op deze Doeveren-toerrit hadden ongelijk. Bij navraag waren de deelnemers een en al lof over dit initiatief. Voor herhaling vatbaar !
Motorrijder zwaargewond na botsing met Range Rover in Kortrijk
Motorrijder zwaargewond na botsing met Range Rover in Kortrijk
donderdag 28 april 2011
Kortrijk - Op de Pottelberg, even voorbij de afrit van R8 in Marke, botste woensdagnamiddag een motorrijder op een Range Rover.
De motorrijder raakte zwaargewond. Het ongeval gebeurde omstreeks
17 uur toen de Range Roover plots moest remmen voor een voorliggend
voertuig ter hoogte van het pompstation Q8.
Reactie...
De terreinwagen kan er inderdaad niets
aan doen.
Dit is trouwens ook geen motorrijder, want (verstandige) motorrijders houden een
beetje afstand. Die brommerkes plakken op 10 cm van de voorligger met
hun opgefokte machientjes en dan zijn ze verwonderd dat ze niet meer kunnen
remmen. Ze mogen er wel eens op attent gemaakt worden dat ook zij
afstand moeten houden en een beetje met de andere rekening moeten
houden.
De motards van dienst bij de politiezone Haute-Meuse (Dinant) vertrekken sinds kort blij fluitend naar kantoor. De politiezone kocht onlangs via motorzaak Fiorentino twee nieuwe KTM 690 Enduro aan. Die zullen worden ingezet voor vlotte interventies in de drukke stadskern, maar met de lichte en wendbare 690 zijn de onverharde Ardeense wegen vanaf nu ook perfect toegankelijk. Je ziet, af en toe wordt ons belastinggeld dan toch nuttig besteed !
Omschrijving: De Molenlandroute laat de bezoeker kennismaken met de landelijke omgeving rond Tielt. Het gebied vormt de overgang tussen de zandstreek en de zandleem-streek. Het reliëf varieert er van vlak tot zacht glooiend. Karakteristiek voor de streek zijn de vele windmolens. Met hun hoog uitstekende wieken dragen ze bij tot het aantrekkelijke landschapsbeeld. Een aantal molens is nog in bedrijf. Sommige kunnen worden bezocht. Andere wachten duidelijk op een restauratiebeurt. Uitgangspunt van de rondrit vormt Tielt. Van hieruit worden allereerst naar het bloemendorp Kanegem gereden. Vervolgens maakt de route een ommetje op Oost-Vlaams grondgebied, waarbij het kasteeldomein van Poeke wordt aangedaan. Via het molendorp Ruiselede gaat het daarna in noordelijke richting naar de Vagevuurbossen en het Lippensgoed-Bulskampveld. Daarna zakt men af via Wingene en Pittem naar Ardooie, met het provinciedomein t Veld.
Een reisverslag...
00 km Markt Tielt 13.00u
Bij tractorgarage Verbrugghe stond dit uit machineonderdelen samengeflanst vliegtuigje en Milan moest daar persé even bij staan...
POELBERGMOLEN
Toen deze molen in 1980 eigendom van de stad werd, verkeerde hij in vervallen toestand. In 1993 werd hij door het stadsbestuur maalvaardig hersteld en is momenteel op zondagnamiddag meestal in werking. De omgeving van de Poelberg, en het Tieltse gehucht de Poelberg, één van Vlaanderens mooiste molengezichten, is sedert 1993 beschermd als dorpsgezicht. Aan beide zijden genieten we van prachtige panoramas op Groot-Tielt en bij ideale weersomstandigheden reikt het zicht tot aan de Vlaamse Ardennen! Voor ons ligt het stemmige Poelbergschooltje De Hoop, vroeger een privé-school tot de congregatie van t Geloof het gebouwtje in 1881 overnam en er basisonderwijs gaf tot 1985. In 1938 werd op initiatief van de Zusters van de Poelberg een Onze-Lieve-Vrouw-grot ingewijd. Dit devote oord van Maria-verering wordt nog steeds door de Tieltenaren gekoesterd.
Even verder kregen we een Maria-grot met kruisweg in het vizier. Even afstappen...
09 km Aarsele
DELMERENSMOLEN
Ter vervanging van een staakmolen werd deze molen in 1857 gebouwd. In 1956 werd hij buiten bedrijf gesteld. Ondanks een grondige herstelling, staat de molen (beschermd sedert 1944) er erg verwaarloosd bij. De Delmerensmolen is een stenen bergmolen. De molenwal werd in 1973 afgevoerd. De kap is bedekt met eternietschaliën en de wieken hebben een vlucht van 24 meter. De molen is ingericht als korenmolen en oliemolen. Hij bevat drie koppels maalstenen, een koppel pletstenen, een graanreiniger en twee builmolens.
11 km Kanegem
Tijd voor een broodje op een bankje achter de kerk...
MEVROUWMOLEN
Deze stellingmolen met 5 verdiepingen (beschermd sinds 1974) werd gebouwd halfweg de 17de eeuw. De Mevrouwmolen werd door de heren van Hames op gronden van hun heerlijkheid gebouwd. Na het overlijden van de heer had mevrouw de douairière van Hames een tijdlang de goederen van haar overleden man in beheer, waardoor de molen Mevrouwmolen genoemd werd. Het is een korenwindmolen met drie koppels stenen. De molen telt 5 verdiepingen: de benedenverdieping, waar vroeger de olieslagerij was; de meelzolder, waar het gemalen graan opgevangen wordt; de steenzolder of maalzolder, waar de maalstenen staan; de luizolder, tot waar de zakken graan via de lui worden opgetild en ten slotte de kapzolder.
In Kanegem zijn nog de mote en molenstenen van de vroegere Axpoelemolen bewaard.
ARTEMEERSMOLEN
De Artemeersmolen bevindt zich niet op Tielts grondgebied, maar wel net over de grens in Poeke (deelgemeente van Aalter), maar deze molen prijkt centraal in een beschermd dorpsgezicht dat ook een deel van Kanegem omvat.
De molen werd gebouwd in 1810 op een mote en is een steen korenwindmolen. Hij bezit drie paar molenstenen en een haverpletter. De molen is nog volledig maalvaardig en kan op aanvraag bezocht worden.
Een jong stiertje aaien zat er niet onmiddellijk in...
18 km Kasteel van Poeke
Poeke is een van de deelgemeenten van Aalter. Wanneer je over de weg wandelt die je van Lotenhulle naar Poeke brengt, zie je aan de Poekebeek een kasteel staan. Dit is het kasteel van Poeke, vooral indruk makend met zijn opvallende hoektorens, de vele ramen en het fronton boven de deur. De gevel, in een zachte tint roze, wordt prachtig weerspiegeld in het water dat zich rond dit kasteel bevindt.
Het kasteel van Poeke werd op 13 oktober 1943 als monument beschermd, terwijl het domein sedert 1 maart 1978 als landschap is beschermd. Verder is het kasteel onlosmakelijk verbonden met de geschiedenis van het dorp, de Poekebeek en de omgeving. Het is als dusdanig een collectief en tastbaar geheugen en dus meer dan een groots en mooi monument. Het park van maar liefst 56 ha geeft het gebouw nog een extra dimensie.
Het jaartal 1750 op de gevel verwijst naar een ingrijpende bouwcampagne halfweg de 18e eeuw, uitgevoerd door architect Jan-Baptist Simoen.
In 1988 werd de symmetrische voortuin opnieuw in Franse neostijl gerenoveerd. Nadien werden, ten einde het kasteel tegen verder verval te behoeden, dringende instandhoudingwerken aan de daken uitgevoerd.
De gemeente werd in 1978 eigenaar van het kasteel, toen ze het kochten van een katholieke school. Deze school had het dan weer geërfd van Inés Pycke de Petegem, die ooit nog burgemeester was van Poeke, net als haar vader. Die familie zat al in Poeke toen Amédée in 1872 het kasteel kocht van de Burggraaf van Nieuwpoort, Alfred Preudhomme dHailly. De familie Preudhomme had de gronden in 1597 gekocht en het was wellicht ook deze familie die de zeskantige burcht had laten bouwen die hier volgens een gravure stond. Op 31 maart 1597 kwam Jean de Preudhomme namelijk in het bezit van de heerlijkheid van Poeke en van het vervallen huus ghenaempt tcasteel te Poucques.
Enkele maanden na de aankoop overleed Jean de Preudhomme. Zijn zoon Jean-Baptist werd in 1600 te Atrecht in de ridderstand verheven door Aartshertog Albrecht. Hij was krijgsman in het Spaanse leger. Waarschijnlijk was hij het die begon met het herbouwen van het kasteel. Sommigen stellen dat dit al gebeurde onmiddellijk na het Twaalfjarig Bestand in 1609. De kaart die Loys de Bersaques in 1627 maakte van het grensgebied tussen de Oudburg van Gent en de Kasserij van Kortrijk toont echter op de plaats waar het kasteel van Poeke zich situeert, de ruïnes van een rechthoekig gebouw, wat er zou kunnen op wijzen dat er in 1627 nog altijd niet begonnen was met het bouwen van een nieuw kasteel.
Nochtans toont Antonius Sanderus ons in zijn Flandria Illustrata een prachtige afbeelding van het kasteel van Poeke omstreeks 1641. De tekening toont een zeshoekige waterburcht met op vijf hoeken een ronde toren. Op de zesde hoek bevindt zich de toegang die via een ophaalbrug te bereiken is. Op de binnenplaats staat een donjon. Dat Jean-Baptist de Preudhomme dHailly in de 17de eeuw nog opteerde voor een dergelijke constructie is allicht te verklaren door zijn militaire carrière. Volledigheidshalve moeten we stellen dat er geen andere bronnen zijn die bevestigen dat het kasteel er in 1641 uitzag zoals Sanderus het tekende. Maar rond 1660 zijn er zware verbouwingen aan deze burcht geweest, met dit U-vormig Barokkasteel tot gevolg.
In de beide zijgevels vormden de vier ronde hoektorens het dominerende volume. Boven de waterspiegel hadden deze torens rond 1872 vier bouwlagen, met onderaan kleine keldervensters en in de andere bouwlagen telkens twee licht getoogde vensters. De vier hoektorens hebben, samen met de middenrisalieten, een verticaliserend effect. Zonder deze effecten zou het kasteel waarschijnlijk niet zo imposant zijn. Verder bezit het kasteel ook een leistenen dak met een mansarde. Een ander gebouw met mansardes is het Koninklijk Paleis te Laken. Daar wordt een mansardedak gedragen door hoekrisalieten.
Merk op dat laatste traveeën afzonderlijk met pilasters afgetekend zijn en dat de dakkapelletjes daarboven een rond venster hebben. Boven de toegangsdeur zitten drie grote vensters en boven diezelfde vensters rijst een fronton bekroond met een mooi kruis in Franse steen. Doordat het kasteel door water omgeven is, heb je op zonnige dagen een hele mooie weerspiegeling van het kasteel. Je zou het raakpunt kasteel-water een soort symmetrieas kunnen noemen, net als de verticale lijn die je zou kunnen trekken door de voordeur. Symmetrieassen kom je doorgaans niet zo gauw tegen in de barok, maar hier is het goed doordacht en volledig op zijn plaats. Nu is het kasteel prachtig in evenwicht.
Met al deze argumenten vind ik dat we kunnen stellen dat het kasteel van Poeke echt een pareltje is. Een mooier voorbeeld van een barokkasteel is er in België niet te vinden, volgens mij. We vinden de beweeglijkheid, het triomfalisme, de pracht en praal, wat zo typisch is voor de barok, allemaal terug in dit gebouw, maar toch is het niet te overdreven. (*) Een risaliet is een stuk van de gevel dat naar voor uitspringt. Bij een middenrisaliet is het uitspringende gedeelte gelegen in het midden van de gevel.
(**) Bij deze dakvorm wordt het onderste deel van een zadeldak steiler uitgevoerd dan het bovenste deel. Hierdoor ontstaat er een knik in de dakschilden. De techniek wordt vaak toegepast om een grotere zolderverdieping te verkrijgen. De naam werd afgeleid van de Franse 17de eeuwse architect Mansard.
Ook dat kleine molentje kon Milan bekoren...
23 km Ruiselede
HOSTENSMOLEN
Vincent Scheere bouwde in 1774 een houten graan- en oliewindmolen. .In 1834 was griffier Jan-Baptist Vincent eigenaar en in 1842 zijn zoon Vincentius Vincent. Deze houten molen (kad. E 117) werd afgebroken en op de plaats van deze molen werd in 1865 een stenen windmolen gebouwd. Het was molenaar Ferdinand Hoste, gehuwd met Maria-Julia Vincent en eigenaar sinds 1849, die in 1865 de huidige stenen windmolen liet bouwen.
In 1885 werd een stoommachine geplaatst, die reeds in 1910 weer verwijderd werd.
In 1959 werd de molen verdekkerd op één roede. Dit kon niet beletten dat Hostesmolen in 1961 werd stilgelegd en in verval geraakte. Vanaf 1985 werden een aantal herstellingswerken uitgevoerd. De molen werd aangekocht door het gemeentebestuur in december 1997 en werd volledig gerestaureerd (molenmaker: Roland Wieme uit Deinze) en uitgebreid met een polyvalente zaal en een sanitair blok.
Hij werd opnieuw geopend in september 2001. Hij wordt regelmatig draaiend gehouden door molenaar Marc Gelaude en Ruud Dekeukelaere.
Even verder even bijtanken bij een Powersstation en een 'vieruurtje' verorberen in de buurtwinkel ernaast : Milan een worstenbroodje en ik een éclair met een lekkere kop koffie.
34 km Provinciedomein Lippensgoed-Bulskampveld 40 km Wingene 46 km Egem
Spiegelfoto in Egem...
49 km Pittem
Even halt houden in Pittem naast enkele pareltjes van MG's aan het standbeeld van Pater Verbiest...
Ferdinand Verbiest (Chinese naam: 南怀仁 Nán Huáirén) S.J. (Pittem, 9 oktober 1623 Peking, 28 januari 1688) was een Vlaams jezuïet, missionaris en astronoom.
Ferdinand Verbiest studeerde in Leuven en Mechelen; theologie in Rome en Sevilla. Hij trad in bij de Jezuïetenorde in 1641. Als missionaris werd hij naar China uitgezonden (1659 ten tijde van de Qing-dynastie). Een andere jezuïet, Johann Adam Schall von Bell, riep hem naar het keizerlijk hof als assistent dishi (kroonprinsleermeester).
Verbiest werd zeer gewaardeerd aan het keizerlijk hof in China. Hij bouwde een instrumentarium voor het Oude observatorium te Peking -dat tot op de dag van vandaag nog steeds bewonderd kan worden- en was mee verantwoordelijk voor de wijziging van de Chinese kalender, wijziging die gebaseerd was op zijn sterrenkundige waarnemingen. Hij ontwierp lichte kanonnen voor het leger van keizer K'ang-si die hij eveneens lessen in wiskunde gaf. Hij ontwierp de eerste stoomauto en een thermometer. Hij tekende ook een andere wereldkaart.
De reden waarom hij naar China reisde was in feite om Christendom in China haar intrede te laten maken en Verbiest gaf keizer Kangxi (=K'ang-si) dan ook een introductie tot deze Westerse religie. Om zijn verdiensten mocht hij in het ganse Chinese keizerrijk preken en werd hij benoemd tot mandarijn.
Hij ontwierp het eerste voertuig met een motor. Het was een, als speelgoed bedoelde, kleine stoomauto. [1]
Hij overleed als gevolg van een val van zijn paard. De Vlaming kreeg een staatsbegrafenis; de keizer betaalde het mausoleum waarin hij werd begraven. Verbiests assistent, de jezuïet Antoine Thomas, volgde hem op als keizerlijk wiskundige en astronoom.
In 2005 eindigde hij op nr. 79 in de Vlaamse versie van De Grootste Belg.
Nog even een zelfbeeld in een spiegeletalage...
Even verder moest Milan op de foto met dit postbus-ornament aan de Veebascule van Pittem.
53 km Koolskamp
56 km Ardooie
61 km Provinciedomein t Veld
67 km Meulebeke
HERENTMOLEN
17de
eeuw-1922-1956
Gentstraat 307, gehucht
Marialoop.
Staakmolen op hoog torenkot. Graanmolen. Vliegende gaanderij.
Heropgebouwd in 1956 met onderdelen van verschillende molens. 77 km Poelberg 82 km Markt Tielt
Wat ook typisch is in het Vlaamse landschap zijn die speciale brievenbussen aan de opritten van boerderijen... Ja... de melkkitten ! Ik heb er enkele vereeuwigd...
Brochure met uitgebreide routebeschrijving te verkrijgen bij de Dienst voor Toerisme Ieperstraat 42-46 8700 Tielt - 051 42 82 55 toerisme@tielt.be
(De Motorvrienden verzamelden zich voor hun eerste rit.)
LENDELEDE - Onder een
stralend zonnetje reden de Lendeleedse Motorvrienden voor het eerst uit.
In februari deed Nico Rigolle nog een oproep naar medemotards om samen
maandelijks een gemoedelijk ritje te maken. Een dikke maand later was
het zover en reden elf motorrijders uit.
"De eerste rit was een groot succes en smaakte
naar meer", zegt initiatiefnemer Nico Rigolle. "De Motorvrienden tellen
ondertussen 19 ingeschreven leden en daarvan reden er op zondag 11 mee
op de eerste tocht." Die bracht de motorliefhebbers naar Mont-St.Aubert,
goed voor een rit van een dikke 100 kilometer. De volgende afspraak van
de Motorvrienden is op de derde zondag van april.
Roeselaarse motorrijder komt om bij ongeval in Moorsele
Roeselaarse motorrijder komt om bij ongeval in Moorsele
In Moorsele is zaterdagavond omstreeks 18 uur een 31-jarige motorrijder uit Roeselare om het leven gekomen.
Het ongeval gebeurde in de Ledegemsestraat in de richting van
Ledegem, vlakbij het Moorseelse vliegveld. De motorrijder verloor de
controle over zijn motorfiets, hij komt ten val en botst tegen een boom.
De klap bijzonder hevig. De motorfiets en het slachtoffer belandden in
de wei. De 31-jarige Roeselarenaar is ter plaatse overleden. Er waren
geen derden betrokken bij het ongeval.
WEVELGEM/ROESELARE - De 31-jarige Christophe Demeulenaere uit Roeselare verloor zaterdag omstreeks 18.10uur het leven toen hij met zijn motor Suzuki 1000 langs de Ledegemstraat ten val kwam.
De man reed volgens getuigen aan zeer hoge snelheid en botste tegen twee bomen. Na de botsing met de eerste boom schoot zijn voertuig ruim twee meter de hoogte in en kraakte daarbij een zware tak af. De man werd van zijn motor gekatapulteerd over een sloot. Bij de botsing met de tweede boom brak het voertuig in vier grote stukken. De helm van de ongelukkige motorrijder lag honderd meter verder in de weide. Voor de man kon geen hulp meer baten. Hij was op slag dood.
Demeulenaere was vrachtwagenchauffeur en gepassioneerd door snelle motoren. Hij was op de terugweg van de paraclub in Moorsele, waar hij zijn eerste parachutesprong wou maken. Door de wind werd die echter uitgesteld. 'Christophe had nog plannen gemaakt voor een volgende sprong voor hij vertrok. Op amper 500meter van het vliegveld verongelukte hij', zegt zijn vader Albert Demeulenaere, die met zijn vrouw Viviane in Hooglede woont.
De man verloor iets voor 20uur om een nog onbekende reden de controle over zijn stuur en kwam zwaar ten val. Mogelijk is de Ichtegemnaar, die in het mooie weer een grote motorrit had gemaakt, onwel geworden op zijn motor. Het slachtoffer kwam met zijn hoofd tegen een boom terecht en overleefde de klap niet. Zijn motor lag amper twee meter naast hem. Hulpdiensten probeerden de man nog te reanimeren, maar de motorrijder overleed uiteindelijk ter plaatse. Er waren geen andere voertuigen bij het ongeval betrokken. Het parket oordeelde dat er geen verkeersdeskundige ter plaatse moest komen. De Bourgognestraat was tot 22.15 uur afgesloten voor het verkeer.
Op zondag 8 mei 2011 organiseren FEBIAC en de Motorcycle Council de derde editie van de 'Dag van de Motor'. 2010 verzamelde 10.000 enthousiaste deelnemers uit het hele land op een unieke lokatie, de luchtmachtbasus van Beauvechain met tal van uitdagende activiteiten. Dit jaar trekken ze naar het decor van het Circuit van Zolder, waar ze zowel de motorrijders als het grote publiek verwelkomen. En het wordt nog groter en uitdagender dan verleden jaar. Wie geen rijbewijs voor motorrijden heeft, kan zich toch een hele dag komen amuseren : meerijden met trikes en sidecars, een motor- of scooter-initiatie volgen, zelf rijden met quads en buggy's. Ook voor de kinderen en de jongeren zijn er speciale activiteiten op maat. Op www.moto.be kan je het volledige programma vinden en kan je je meteen inschrijven voor de testritten.
Ik ben Guy Vandendriessche
Ik ben een man en woon in Izegem (België) en mijn beroep is gewezen rijkswachter en veiligheidsagent.
Ik ben geboren op 04/06/1955 en ben nu dus 69 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: motortoerisme, terrariumdieren, plastic modelbouw, snorrenclub,....