Druk op onderstaande knop om een positief berichtje achter te laten in mijn gastenboek (let wel : obsceniteiten worden eruitgeflikkerd !)
Motortoerisme...mijn hobby
Motortoerisme... mijn passie Enkele korte flashes uit mijn motorrijderscarrière die begon in 1972.
Regelmatig een korte impressie van de nieuwste modellen.
Ook komen de meest gekke motoren aan bod alsmede bijzondere verkeerssituaties.
Treffens en andere activiteiten.
En niet te vergeten mijn collectie 'Politie-bikes'en badges.
19-07-2011
Bellevue Police debut electric âchariotâ for downtown patrol
Bellevue Police debut electric chariot for downtown patrol
The Bellevue Police Department has added a new, green mode of transportation to its fleet.
Officers for the department's downtown unit debuted the T3 Motion Law Enforcement vehicle. The "chariot-like" vehicle runs on electricity rather than gas, and the $13,166 machine was donated by the Bellevue Police Foundation.
Though the chariot has only been in operation for a week, officers area already seeing the benefit.
"We can weave and turn from roads to sidewalk to get to calls faster than patrol cars," said Officer My Tran of the downtown unit.
Tran said the congestion downtown makes the new vehicle more efficient than patrol cars, which can get stuck in traffic during a call. For officers on foot or bike, they can get to the calls quickly as well, but the exertion of running or pedaling a long distance could limit their effectiveness in certain situations.
The T3 has few limits in terms of terrain. It traverses the roads and sidewalks with ease, and it can go off road to cut through parks or trails, if needed.
Tran enjoys the ability to engage people more in the vehicle. In a patrol car, officers aren't as accessible, and they can't hear what's going around them.
The T3 is a clean energy, no emissions, 100 percent electric transportation system. It was first deployed for service last Thursday and already has 100 miles logged on it.
Weighing in at about 300 pounds, the T3 is a three-wheel, chariot-like vehicle with a carrying capacity of 450 pounds. It boasts a zero degree turning radius, runs 18 mph maximum speed, and is good for a 10-hour shift or longer before re-charging the battery. This T3 Motion is fully loaded with red and blue police lights and siren.
People see us on it and stop us. They are curious and think its cool," said Downtown Squad Corporal Gary Cook.
3de Motorrit De Nieuwe Toren Poperinge 21 juli 2011
3de Motorrit De Nieuwe Toren Poperinge 21 juli 2011
Deze rit is een initiatief van een enthousiaste cafebaas en enkele 'free riders', niet clubgebonden die reeds voor het derde jaar op rij een treffen organiseren. 08.45u : aankomst De Nieuwe Toren.
Ik heb er dus al veel gezien, van die melkkitten als brievenbus, maar eentje met een dakje erop... da's een primeur !
Het gaat dan via de Pezelstraat (waar we een stukje Hoppeland fietsroute volgen) naar Westvleteren en Oostvleteren. Daar staat deze (afgesloten) kapel met opvallende rode deuren.
In Woesten voor alle zekerheid mijn tank nog eens bijvullen voor we Frankrijk binnenrijden.
We komen terecht in een wirwar van boerenwegels (Zwartestraat, Groenestraat,...) als plots een fazantenjong mij een eindje escorteerd.
En dan de onvermijdelijke kapelletjes : een eerste vinden we in Zuidschote, een kapel opgedragen aan OLV van Fatima. De boer achteraan gebruikt ze voor zijn postbus in droog te houden !
Even verder deze gedenknaald : "tot herdenking van de onwrikbare verdediging door het Regiment der Grenadiers bij den eersten Duitschen aanval met de gassen op 2 april 1915". Ingehuldigd door Koning Leopold II op 22 april 1924.
Even verder dit grote kruis ter vervanging van het monument voor de gesneuvelden van het 418de Regiment Franse Infanterie uit 1929 dat in '42 werd vernield.
Met de N369 rijden we richting Diksmuide, slaan rechtsaf over het kanaal Ieper - IJzer en komen in Bikschote langsheen deze mooie Beeuwsaertmolen.
Deze Beeuwsaertmolen, ook Blauwe Molen genoemd, is een staakmolen in Bikschote, een deelgemeente van Langemark-Poelkapelle in West-Vlaanderen.
De oorspronkelijke molen werd in 1635 gebouwd in opdracht van de heren van Bikschote. Deze molen brandde in 1830 af, vermoedelijk als gevolg van blikseminslag. Hetzelfde jaar werd hij herbouwd. Deze tweede Blauwe Molen werd tijdens de Eerste Wereldoorlog in 1915 vernield. In 1922 werd een derde Blauwe Molen opgebouwd uit de restanten van twee andere molens : de Leenhoudersmolen uit Roesbrugge en de Blanckaertmolen uit Leisele. In de jaren dertig werd een mechanische maalderij opgericht. De aandrijving geschiedde met een stationaire motor op een zware brandstof. In 1966 werd de Blauwe Molen gerestaureerd, maar hij raakte steeds verder in verval en in 1976 werd hij tijdens een storm zwaar beschadigd. Herstel liet tot 2001 op zich wachten.
De Blauwe Molen is na een restauratie van negen jaar op 18 mei 2010 opnieuw van een gevlucht voorzien. De inhuldiging vond plaats op 3 juli 2010.
Motorrijders worden voortdurend geconfronteerd met gevaren op de weg. Zijn het de weersomstandigheden niet, dan zijn het de andere weggebruikers. Maar ook het mooie landschap kunnen je parten spelen : toeristische motorritten gaan niet vaak over brede snelwegen of drukke centra, maar meestal op kleine kronkelende landelijke weggetjes en dan heb je te maken met enerzijds tegenliggers die een wegversperring kunnen betekenen, maar ook de landbouw speelt hierin een grote rol. De landbouwvoertuigen laten voortdurend modder achter op de wegen en in het zomerseizoen, waar de maisvelden in volle bleoi staan, verhinderen deze dan weer het zicht. Eén regel : snelheid aanpassen !
Datzelfde weekend lees ik nog het volgende in de krant...
In de Pottestraat staat een eigenaardig staketsel : het blijkt een onderdeel te zijn van een 'volksverhalen-route'.
"Vertelsels ut den goeien ouden tied... Verhalen over waterduivels en Duitse schaapherders en over de bende van Bakelandt. Verhalen over witte en zwarte kunste... Straffe, zelfs héél straffe verhalen... En ollemaele echt woar gebeurd... hier in Langemark-Poelkapelle"
Met een druk op een knop hoor je (hier in dat geval) het verhaal van heksen.
Het project 'de volksverhalenroute' is een realisatie van de gemeente Langemark-Poelkapelle (Dienst Vrije Tijd, Cultuur) in samenwerking met Erfgoedcel Ieper, Stefaan Top (professor K.U.Leuven en voorzitter Vlaams Centrum voor Volkscultuur) en met medewerking van tal van organisaties en personen. Het project kwam tot stand dankzij de financiële steun van deVlaamse Overheid (Afdeling Erfgoed), Toerisme Vlaanderen, provincie West-Vlaanderen, de Erfgoedcel Ieper en eigen middelen.
De route volgt een rustig fietstraject op het provinciaal fietsnetwerk, passeert door de 5 dorpen (Langemark, Poelkapelle, Bikschote, Sint-Juliaan, Madonna) van de gemeente Langemark-Poelkapelle en vormt twee lussen die samen ongeveer 37 km bedragen. Langs deze weg kom je 15 prachtig geïllustreerde'verhaalpalen' tegen. In buurgemeente Zonnebeke, meer bepaald in het heksendorp Beselare, staat een 16de paal die dan weer het startpunt vormt van een heksenwandeling. Met een simpele druk op de knop krijg je authentieke volksverhalen te horen, vertolkt door ervarenvertellers. Er zijn twee versies: één in het sappig plaatselijk dialect en één in 'Algemeen Nederlands'. Op 15 augustus 2007 werd de Volksverhalenroute officieel geopend.
Het is 09.30u als we aan de kapel van StJan passeren.
We zijn in Madonna-Langemark en vinden hier een Madonna-kapel. "O Madonna Ons Genegen, Zend Ons Uw Zegen" Maar mevrouw was niet thuis !
Jonkershove... Klerken... En bij het binnenrijden treffen we deze meneer aan langs de rijbaan. Een beeltenis van een seizoenarbeider uit 1968 ter ere aan deze mannen. In het dorp is ook een straat naar deze mensen genoemd, de "Seizoenwerkersstraat".
De seizoensarbeiders werden met verschillende namen aangeduid. Daar de meesten naar Frankrijk trokken, sprak men vooral van Fransmans. Men sprak ook van "trimards". De naam "bietenmannen" werd gebruikt aangezien de meesten bieten gingen zetten of rooien. Een Franse bijnaam voor de Vlaamse arbeiders was "Les Godverdommes". De seizoensarbeiders die vanuit het Hageland of de Kempen naar Wallonië trokken werden "Walenmannen" genoemd. De Fransmans waren de Vlaamse seizoensarbeiders die in de tweede helft van de 19de eeuw tot in de tweede helft van de 20ste eeuw jaarlijks naar Frankrijk trokken om er te werken. Ze werkten er op de bietenvelden voor het zetten of rooien van bieten, waren actief in de suikerfabrieken, in de vlasnijverheid of in de cichorei-asten. Vanaf de eerste helft van de 19de eeuw was België het eerste land op het Europese vasteland waar de Industriële revolutie plaats vond. Deze bracht echter vooral werkgelegenheid in Wallonië. Vlaanderen was daarentegen een plattelandsgebied met landbouw en veeleer ambachtelijke nijverheid. Herhaalde mislukte oogsten en de toenemende invoer uit andere werelddelen brachten economische problemen. Steden als Gent en Antwerpen kenden nog welvaart en industrie, maar in veel landelijke gebieden heerste armoede en ziekte halverwege de 19de eeuw. Naast de emigratie naar Amerika trokken dan ook veel Vlamingen naar Noord-Frankrijk om er te werken. Jaarlijks trokken duizenden mensen naar daar voor seizoensarbeid. De meesten kwamen uit West-Vlaanderen, de Scheldestreek in Oost-Vlaanderen, het Hageland en de Zuiderkempen. Ook uit het Waalse Henegouwen trokken jaarlijks duizenden mensen heen- en terug. De West- en Oost-Vlaamse arbeiders trokken vooral naar Frankrijk, deze uit het Hageland en Kempen trokken ook naar Wallonië.
We vervolgen de rit met de N301 richting Diksmuide en volgen een tijdje de IJzerfrontroute.
Een 80km lange toeristische moto-autoroute met vertrekpunt in Diksmuide en die het polderlandschap tussen Nieuwpoort, Koekelare en Diksmuide verkend. Centraal thema vormt het gebeuren tijdens de Eerste Wereldoorlog. Vier jaar lang vormde de IJzer hier de frontlijn. Tal van relicten, monumenten en begraafplaatsen herinneren hieraan.
Met de N35 komen we aan in Esen, waar we oog in oog staan met deze mastodont : De StPieterskerk.
Dan gaat het verder naar Vladslo waar ik een kort bezoekje breng aan de hertenboerderij Baert.
Maar we zijn reeds aan onze eerste 'stop', cafe De Smisse.
We rijden naar Werken... Koekelare... volgen een stukje Molenroute. Deze Molenroute (30 km) brengt u via de meest rustige en landelijke wegen van het Krekedal langs de 4 prachtige molens van de gemeente. Het waren er ooit 27. Met de Wullepit- en Coucjezmolen (de hoogste stenen molen in België) in Zarren, de Kruisstraatmolen in Werken en de Koutermolen in Kortemark mag de gemeente zich terecht profileren als molendorp. De route loopt over een vlak tot licht hellend parcours en goede wegen. Zo kan elke fietser naast de molens, ook de mooiste stukjes natuur in de gemeente ontdekken.
Een mooie 'open' Maria-kapel nodigt ons uit voor een stop.
Even verder deze kleine OLV van Lourdes-kapel aan de oprit van een hoeve. Een idioot van een boer heeft daar toch wel zijn brievenbus aan gevezen zeker !!!!!!!
In Bovenkerke rijden we nog eens langs een weide met herten. Wat zijn die beesten moeilijk te fotograferen, zeg !
Aan de zijkant van de weg vind ik daar deze reuzen-champignon. Het gaat om een reuzen-bovist, (Calvatia gigantea, synoniem: Langermannia gigantea) een paddenstoel uit de familie Agaricaceae. De saprofyt groeit uitsluitend op de grond, in weilanden, tuinen of bossen. Van de zomer tot de herfst is de soort aan te treffen. Het is een vrij algemeen voorkomende paddenstoel, met name op zandige of verstoorde klei- en veengrond. Het bijna bolvormige witte vruchtlichaam heeft een doorsnede tot 80 cm, soms zelfs nog groter. Vaak is hij leerachtig en soms glanzend. Aan de onderzijde is hij iets gegroefd. Een steriele basis, zoals bij de afgeplatte stuifzwam (Lycoperdon pratense), ontbreekt hier. Het inwendige is eerst wit en vlezig, maar wordt later geelachtig. Als de sporen rijp zijn, verandert de kleur in olijfbruin en het geheel wordt dan vezelig. De bevestiging in de grond met dikke myceliumstrengen is maar losjes. Wanneer de vruchtlichamen gaan rollen, worden de miljarden sporen door de wind verspreid. Als het vlees nog wit is, is de reuzenbovist eetbaar. Bedenk hierbij wel dat ze zware metalen in hun vruchtlichamen kunnen opslaan, en de concentratie hierbij kan oplopen tot waarden die voor voedingsmiddelen in België en Nederland niet zijn toegestaan.Daarbij bevatten de paddenstoelen weinig voedingsstoffen en zit er weinig smaak aan.
Ik heb hem stiekem meegenomen naar huis en daar lekker klaargemaakt.
We kruisen de provinciebaan Torhout-Diksmuide en rijden via de 44 km-lange Kooklarenoene-fietsroute door het Koekelare Bos. Een prachtig initiatief van de Kooklarenoenerijders. Het idee (of was het een droom) om een fietsroute op poten te zetten, leefde destijds al enkele jaren onder bepaalde bestuursleden van die Kooklarenoenerijders. Het doel was vooral de club in een positief daglicht te stellen en het wielertoerisme in Koekelare te promoten. Anno 1989 werd er met veel enthousiasme werk van gemaakt, het ontwerp op tafel gelegd en de naam Kooklarenoeneroute naar voor gebracht, de beschrijving van de route werd onder de deskundigheid van meester Triphon Dereeper op papier gezet. Met de medewerking van het gemeentebestuur en vooral de toenmalige schepen van sport, die er heel veel belang aan hechte om dit het groene hart toeristisch aantrekkelijker te maken, werd de route bewegwijzerd en tenslotte in 1990 ingereden. Dit "Groene hart van het Houtland", zoals de gemeente Koekelare zichtzelf aanprijst, omvat vier leefkernen: Koekelare-centrum, Zande, De Mokker en Bovenkerke.
Opgepast voor koeien, paarden, overstekend wild, zelfs eenden en padden, maar oppassen voor overstekende honden ? Die hebben we tot nu toe nog niet ontmoet. Alles heeft te maken met de gasten van onderstaande hondenschool. Niet dat die honden daar loslopen, maar de baasjes moeten de straat over naar de parking.
Niet alleen aan hoeven en boerderijen zie je ze... de melkkitten als postbus. Ook in de villawijk langs de Brugse Heirweg in Koekelare zie je fraaie modellen...
Langs die Heirweg staat ook deze H.Hart-kapel met een prachtig beeld.
In het centrum van Koekelare staat deze leegstaande woning en aan de overkant, op het plein, ...
... deze Sala Thai tempel. Een constructie uit Thailand, overgebracht door een medewerker van een electriciteitsmaatschappij en daar kunstig is opgebouwd over een electrokabine heen. De aanleiding om dit bouwwerk daar te plaatsen is de Thais-Vlaamse vriendekring aldaar. De vereniging
werd in 1987 gesticht en heeft als doel het bevorderen van de vriendschap tussen
Vlaanderen en Thailand, onder andere via culturele uitwisseling, socio-culturele activiteiten en
wederzijdse contacten. De vereniging verzekert de opvang van Thais en verstrekt
hun eventuele hulp door persoonlijke begeleiding. Ze steunt eveneens ontwikkelingsprojecten in
Thailand en verstrekt informatie over
formaliteiten, handel, taal, cultuur, reizen, enz.
De rit gaat verder over Zande en we komen tegenover deze prachtige stenen Hovaeremolen te staan. Tijd om even de benen te strekken en de constructie te bewonderen.
De Hovaeremolen is een windmolen in de Belgische gemeente Koekelare. De molen is een stenen bergmolen uit 1923.
Reeds in 1711 werd op de plaats een staakmolen gebouwd, voor het malen van graan. In teksten uit 1711 vindt men terug "in den N-O houcke... den meulenwal en d'erve daer den Ovaremeulen staet... den wulfsfaertsdyck aen den noordsijde...". In de parochieregisters van Koekelare uit die tijd komt de naam Hovaere en aanverwante namen veelvuldig voor, maar het is onduidelijk of de molen eigendom was van een Hovaere, of de molen zijn naam kreeg omdat er het gehuchtje waar de molen staat informeel die naam droeg omdat er veel Hovaeres woonden. De molen ging verschillende malen van eigenaar en pachter over. In 1873 gaf de eigenaar de toenmalige pachter de toestemming de molen om te bouwen van graanmolen naar graan- en oliemolen. In 1875 werd daarvoor de teerlingen weggenomen, en in de plaats kwam een stenen gemetseld torenkot. Bij het begin van de Eerste Wereldoorlog bleef de molen overeind, en werd ze een waarnemingspost voor de Duitse bezetter. Het geallieerde vuur beschadigde de toren in 1918. De toren werd als stenen windmolen hersteld in 1923. Het binnenwerk werd overgenomen van de molen van Victor Denijs uit Lichtervelde die in datzelfde jaar werd gesloopt. Molen Denys was de laatste Lichterveldse windmolen.
Het 1800 kg wegende wiekenkruis vloog in december 1936 al draaiende af. In 1939 stak men een nieuwe askop, en kon de molen weer draaien. In 1949 verloor de molen een houten roede; maar doordat in 1932 al een motor was geplaatst, kon de molen blijven draaien. In 1958 stopte men uiteindelijk met malen. In 1963 werd de laatste roede uitgehaald, en de molen dreigde verder te vervallen. De gemeente kocht uiteindelijk in 1968 de molen aan. De molen werd in 1973 beschermd als monument. In 1988 kocht uiteindelijk de vzw Hovaeremolen het gebouw, en liet het in 1996-1998 herstellen.
Op weg naar Zevekote, deze slordige bedrijfsleider. Het tweede gedeelte van zijn wegwijzer ligt gewoon in de beek...
Het begint goed te regenen als we verder rijden naar StPieterskapelle (Middelkerke) en via de N367 (naar Nieuwpoort) in Schore en Pervijze arriveren. Even afstappen aan het Pater Pio-centrum en de opvallende OLV van Lourdes-kapel
In Booitshoeke staat op de hoek van deze slagerij een Maria-kapel en het eerste wat me opviel was DIT RECLAMEPANEEL AAN DE ZIJGEVEL VAN DIT GEBEDSHUISJE !! PROFICIAT SLAGER DIRK !!!!!!!!
Ook opvallend was dit hoopje vogelpoep bij het betreden van dit heiligdom : een menselijke reflex gebood mij om onmiddellijk omhoog te kijken en inderdaad, een boerenzwaluw had er zijn nestje tegen de binnenwand geplakt. De vogels waren dan nog zo proper om niet in hun nest te schijten, maar het over de rand naar beneden te laten vallen. Gezien de omvang van 'het hoopje', is er daar al lang geen kuisvrouw meer gepasseerd !
Binnenin een prachtig beeld van een rustende Maria en een kindje Jezus die precies in de armen van zijn moeder in slaap gevallen is...
Hier geen patattenveld of maisteelt, maar de boer heeft gekozen voor het aan- of inplanten van zonnepanelen op zijn land.
We kruisen de N36 (Veurne-Diksmuide) en rijden via Steenkerke en Avekapelle langsheen de Oude Zeedijkmolen uit 1745.
Verder naar Zoetenaaie en Eggewaartskapelle. Daar stoot ik op een mooi doch verschrikkelijk vuil OLV- kapelletje
Via Zoetenaaie Centrum naar Lampernisse alwaar ik nogmaals de grafsteen van Ridder Zannekin wilde bezoeken. Maar ramp boven ramp : heel de omtrek van de plaatselijke kerk waartegen de tablette staat, staat in de steigers. Hopelijk zijn die arbeiders toch een beetje voorzichtig want hun stelling staat gevaarlijk dicht bij het reliek.
Nicolaas Zannekin (Lampernisse, eind 13e eeuw Kassel, Frans-Vlaanderen, 23 augustus 1328) was een Vlaams opstandelingenleider, vooral bekend door zijn rol in de boerenopstand in de Vlaamse kuststreek tegen graaf Lodewijk II van Nevers. Zannekin was een kleine grondeigenaar uit Lampernisse in de kasselrij Veurne, en werd buitenpoorter van Brugge, waar hij zich zeer populair maakte. De onlusten tegen Lodewijk van Nevers waren vooral gericht tegen de wijze van inning van de grafelijke belastingen. De opstandige boeren (de 'Kerels van Vlaanderen') bestreden de baljuws en belastingontvangers, en plunderden de kastelen van de edelen die trouw bleven aan de graaf. Die edelen reageerden daarop met strafexpedities. Door de graaf ingestelde onderzoekingscommissies leverden weinig resultaat op. Zannekin slaagde erin enige steden te veroveren, zoals Nieuwpoort en Veurne (waar hij als een engel Gods werd ingehaald), Kortrijk (waar de graaf werd gevangengenomen) en Ieper. De opstandelingen kregen de steun van Robrecht van Kassel, die tot ruwaard werd aangesteld. Pogingen om Gent en Oudenaarde in handen te krijgen, mislukten echter (1325). Nu kwam koning Karel de Schone tussenbeide ten gunste van de graaf, waarop deze werd vrijgelaten op 18 februari 1326. De Vrede van Arques (19 april 1326) moest een einde maken aan de onlusten, die evenwel spoedig weer oplaaiden, en erger dan ooit. Zannekin kreeg nu steun van Jacob Peyt en van Willem de Deken, burgemeester van Brugge, die zonder succes hulp ging vragen bij koning Eduard III van Engeland. Een sterk Frans leger versloeg in de Slag bij Kassel (1328) de boeren en ambachtslieden uit de steden en kasselrijen Veurne, Sint-Winoksbergen, Broekburg, Kassel Belle en Poperinge. Zannekin sneuvelde en de opstand werd hard neergeslagen. De Vlaamse weerstand was gebroken en de Fransen namen wraak. Honderden opstandelingen werden terechtgesteld en vele anderen voor eeuwig uit Vlaanderen verbannen. Willem de Deken werd naar Parijs gevoerd en op 24 december 1328 terechtgesteld: zijn handen werden afgehakt waarna hij op een mat door de straten van Parijs tot aan de galg werd gesleept en opgehangen. Zeger Janszone uit Bredene, een andere opstandelingenleider, werd pas in februari 1329 gevat en terechtgesteld toen hij in Oostende en omgeving een nieuwe opstand probeerde te ontketenen. De goederen van al de Vlaamse opstandelingen werden verbeurd verklaard. Vlaanderen had meer dan 3200 doden te betreuren.
Er is ook een biertje naar hem genoemd...
Dus op naar de tweede controle in cafe De Nieuwe Snoek vlak naast de brug over de Lo-vaart in Alveringem. Het was inmiddels 12.00u en gestopt met regenen.
Achter de taverne was er het Mout- en Brouwershuis De Snoek, aan de Bierkaai.
Op weg naar Leisele, met de eigenaardige Oeren-wegwijzer (hoe heten de inwoners van Oeren trouwens...?) zie ik deze kapel, ietwat verscholen tussen de werkzaamheden en de bebossing.
We volgen een stukje Bachten-de-Kupe-route . De bewoner zag me zijn huiskapelletje fotograferen en kwam een praatje maken.
Dan naar StRijkers en Isemberge waar we deze OLV van Troost-kapel tegenkomen. Er was een zitbankje, dus nog even de benen strekken en de voorbijrazende moto's waarnemen.
In Beveren staat deze OLV van Lourdes kapel, maar ze hebben dan wel de verkeerde beeltenis erin geplaatst. Konden ze die wegwijzers echt geen twee meter verder naar rechts plaatsen ????
Een roedel damherten fotograferen met een gewone camera is niet gemakkelijk. De hindes en de jongen zetten het op een loopje, maar de bok bleef me uitdagend aanstaren, wilde hij zeggen "kom hier maar eens over die draad, makker"...
Vlas : vroeger zag je ze nog eens in van die kleine 'kapelletjes', nu hopen ze ze op in grotere oppers.
Om in deze OLV-kapel te geraken kon ik wel een manchette gebruiken. En dat deurtje draaide dan nog naar buiten open !
En what the f...ck zien we daar ? De Beukelaremolen ligt tegen de vlakte !!!
Een windstoot had vrijdagavond 29 april 2011 even na 19uur de Beukelaremolen in de Rodesteenstraat te Houthulst tegen de vlakte geblazen. Molenaar Jos Hooghe is er het hart van in. Het was pas de eerste maaldag van de gerestaureerde molen. De molen was op het ogenblik van de windstoot aan het malen. De molenaar bevond zich in de staakmolen, maar toen die het onheil zag aankomen, kon hij tijdig ontkomen. Niemand raakte gewond, maar de schade is aanzienlijk. Heel wat brokstukken kwamen op de openbare weg terecht. De brandweer had de handen vol om het puin te ruimen. Het was de eerste dag dat ik opnieuw maalde', vertelt een aangeslagen molenaar Jos Hooghe. De molen heeft een periode stil gelegen door onderhoudswerken. Toen de wieken flink aan het draaien waren, stak er plots een hevige windstoot op. Ik hoorde de molen piepen en kraken. Ik ben onmiddellijk uit de molen gerend en toen ik net buiten was, kraakte de molen gewoon door. Hij ligt op de grond. Dit beschermd monument ligt mij na aan het hart omdat ik de molen van binnen en van buiten ken.' Gisteren om 19.30uur trok een windhoos door onze streek', zegt burgemeester Joris Hinderyckx (CD&V). Er is her en der veel schade. Niet alleen in Merkem maar ook in Woumen en in andere gemeenten. De molen is helemaal kapot. Het was de eerste maaldag van de herstelde Beukelaremolen.' Begin dit jaar werden er nog aanzienlijke onderhoudswerken uitgevoerd waarbij onder meer de verzakte molenkast werd rechtgezet en een nieuwe brasem gestoken. Die laatste onderhoudswerken, waarvan de kosten geraamd zijn op zo'n 50.000euro, werden gisteren voorlopig opgeleverd. De Beukelaremolen heeft twee koppels molenstenen. Eén koppel wordt gebruikt door molenaar Jos Hooghe die er graan maalt voor veevoeders. De molenaars Ann Vergauwen, Julien Geldof, Marc Hindryckx en Bart Castelein gebruiken het andere koppel molenstenen om graan te malen voor het bakken van brood. In 2009 hebben we 200 dagen gemalen', zegt Bart Castelein. Daarmee zijn we de derde meest draaiende molen in West-Vlaanderen. Deze molen is geïntegreerd in de zonneroute van de vzw De Boot en lokt toch ieder jaar bijna 2.000bezoekers. Het publiek is verzot op de molen. De molen werkt met de natuurkracht van de wind. We malen er 2.000kg biograan per jaar voor het bakken van ons brood. Daarbij hebben we heel wat mensen die ons biomeel gebruiken om zelf hun brood te bakken.'
We bevinden ons op de Bakeland fietsroute.
De Bakelandtroute is de ideale fietstocht om de de gemeenten
Langemark-Poelkapelle en Houthulst te verkennen. De routenaam verwijst naar de
legendarische figuur Bakelandt: Soldaat in het Franse leger, deserteur,
verzetsman, rover en bendeleider ten tijde van de Franse bezetting. De
volksverhalen hebben Ludovicus Bakelandt geromantiseerd. Via deze route fiets je
door een streek die gekenmerkt wordt door verschillende landschapstypes: de
heuvelrug van Klerken, de uitlopers van de zandleemstreek in de IJzerpolders, de
vallei van de Ieperlee met het kanaal Ieper-IJzer, . Uitgangspunt van de tocht
vormt het gemeentehuis van Langemark, ondergebracht in het voormalige kasteel.
Van hieruit leidt het traject langs de oude spoorwegbedding en het
Ieperleekanaal naar Merkem. Vervolgens wordt richting Klerken gefietst. De
terugweg voert langs Houthulst, het Vrijbos en de wijk Madonna.
Bezienswaardigheden langs het traject zijn o.a. het kasteel van Langemark of de
Iseraboot, De Iseraboot ligt aangemeerd op het kanaal Ieper-IJzer aan de kade
van de Drie Grachten. Vanop het dek krijgt men een adembenemend vergezicht op de
laaggelegen broeklanden van Merkem en Noordschote. Ook de moeite zijn de Blauwe
molen, de Beukelaeremolen en de Van Couilliesmolen. Het Belgisch militair
kerkhof te Houthulst, het Deutsche Soldatenfriedhof te Langemark, talrijke
oorlogsmonumenten en gedenkplaten vormen stille getuigen van de dramatische tol
die de "grooten oorlog" hier eiste.
In Noordschote komen we aan cafe De Drie Grachten met een merkwaardige gedenkplaat.
Verder in de dorpskern vinden we er nog enkele van verschillende kunstenaars : Klein Gebrek Geen Bezwaar ( die mogen ze in mijn achtertuintje komen zetten !) ....Love Spirit In Me.....
Poort van Liefde.... en iets verder in Reninge zien we de Opwaaiende Bladeren van Joris Timmerman.
We rijden over de IJzer en komen aan in Polinkhove
Aan de Reningesteenweg staat deze hoevekapel OLV Troost der Bedrukten. Ik heb me al een tijdje zitten afvragen... moet dat niet 'VERdrukten' zijn ?
In Nieuwkapelle zie je deze mooie (weliswaar afgesloten) kapel van Ave Maria van Genade, waarin ook de Heilige Govaert en de Heilige Rochus staan opgesteld.
We rijden voorbij een paardenmelkerij die ook gasten te slapen kan leggen.
Op een paardenmelkerij wordt melk van paarden geproduceerd. De paardenmelk wordt geproduceerd door lacterende merries. Merries geven alleen melk als zij een veulen hebben. De procedure is in Belgie als volgt: de merries en de veulens staan in gescheiden loopstallen; ze kunnen elkaar wel zien, ruiken en horen. Wanneer voldoende tijd verstreken is, opdat de uiers weer vol zijn worden de merries één voor één toegelaten tot de melkplaats. Lokkertje daarbij is het krachtvoer, dat in de voerbak voor hen klaarligt. Nadat alle merries gemolken zijn worden de poorten tussen beide loopstallen opengezet en kunnen de veulens een aantal uren bij de merries om te drinken.
In Mongolië bestaat een lange traditie van paardenmelken. De procedure is daar ietwat anders. De veulens staan de hele dag aangebonden aan een lange lijn. De merries mogen eerst even bij de veulens staan, zodat de veulens kunnen drinken en de merrie een vertrouwd gevoel krijgt. Vervolgens worden de merries handmatig nagemolken door vrouwelijke leden van de familie die de paarden bezit. In Centraal Azië wordt van paardenmelk een mousserende licht alcoholische drank gemaakt. Deze drank (arak of koemis) is erg geliefd en wordt 's zomers in grote hoeveelheden gedronken door de leden van de nomadische stammen die in hun levensbehoeften voorzien door middel van veeteelt.
Iets verder deze H.Hartkapel aan de oprit van een boerderij.
Dan rijden via Oudekapelle naar Lampernisse en volgen de Oude Zeedijk waar we op deze gedenkkolom (opgericht 15 juni 1930) stoten : ter nagedachtenis van de manschappen van de 2de batterij van het 2de GZH die daar vochten in juli van 1915.
Naar Zoetenaaie waar we een van die vele plakettes tegenkomen : deze voor de chirurgische Post StJansmolen die daar stond van 1916 tot 1917.
In Eggewaartskapelle passeren we opnieuw langs deze Maria BVO-kapel (zie vorige rit) en even later gaat het via de Westhoek-fietsroute naar Avekapelle waar we opnieuw langs de Oude Zeedijk-molen rijden.
Opnieuw op grondgebied Eggewaartskapelle hebben we hier een OLV van Fatima-veldkapel.
Deze gelige (afgesloten) OLV-kapel vinden we terug langsheen de Bachten -de-Kupe route.
De Bachten de kuperoute (94 km) verkent het meest rurale deel van de Westhoek tussen de Noordzee, de Franse grens en de IJzer. Tijdens WOI bleef dit deel in handen van het Belgische leger. Sindsdien staat het bekend als 'Bachten de Kupe'. Het gebied vormt een uitgesproken polderlandschap dat toch afwisseling en verscheidenheid biedt. De route verbindt de verschillende landschappen en voert langsheen stemmige dorpen en historische steden. Vertrekkend vanuit Veurne leidt het traject via Steenkerke, Lampernisse naar Diksmuide. Vervolgens gaat het richting Lo, Alveringem naar Wulveringem, Beveren, Leisele en het Frans-Vlaamse Hondschoote. Op de terugweg worden Adinkerke, De Panne en Koksijde aangedaan.
We rijden door naar Alveringem en passeren in Beveren-Kalsijde aan de archeologische site en aardewerkmuseum aldaar.
Archeologisch aardewerkmuseum
Door de hoeveelheid van archeologische stukken kan de bezoeker er de evolutie volgen van het aardewerk sinds de bekende eerste nederzettingen tot het einde van de 19de eeuw.
Bergenstraat 1, Alveringem/Beveren-Kalsijde 057 30 10 16 0477 30 87 98 info@rohardushof.beDit e-mail adres is beschermd door spambots, u heeft Javascript nodig om dit onderdeel te kunnen bekijken
www.rohardushof.be
In de burgmolenstraat, even buiten Leisele, hebben we deze van een stalen deur voorziene Groensprietkapel uit 1851. (toen schreven ze gestigt nog met een G)
Ook hier een samenraapsel van diverse heiligen, kitscherige versieringen en plastiek bloemen !
En op weg naar Gijverinkhove opnieuw onze kapel OLV van Troost ... met bankje (zie vorige rit).
Hoewel het een beetje in vervallen toestand is, oogt dit kapelletje heel mooi, daar onder zijne treurwilg. Ook hier weer een kapel OLV Troosteres der Bedrukten (of moet het VERdrukten zijn ? Nog eens...)
Het is 11.30u en er is een halte voorzien aan Café De la Douane, aan de vroegere grenspost met Frankrijk. Ook even onze tank volgieten...
Dan gaat het met de Departementale 1055 naar Wormhout en Honschote en maken kennis met deze bombastische kapel Consolatrice Afflictorium.
We rijden verder naar Oostcappel en met de D916A naar Rexpoëde en Bambecque. Verder met de D4 en de D167 naar Cassel. Een groot verschil met de vorige kapel, deze kapel O Marie sans pechés uit 1858.
Het interieur is prachtig aangekleed en onderhouden. Er stonden zelfs verse bloemen. Ook een tablette in de grond als dank aan diegenen die dit bekostigd hebben.
We rijden op de D17 naar Herzeele waar we passeren aan dit levensgroot Christusbeeld... met een hoogsteigenaardig kapsel...
We rijden de D916 af naar StMarie-Cappel en op de hoek van de Route de Borre en de D53 staat deze prachtige kapel met klokkentoren. Hier moest ik binnengeraken en gelukkig was de deur niet op slot.
Mensen : kijk nu eens even mee hoe een kapel (met een beetje goede wil) eruit kan zien !!!
We volgen de Heilige Heuvelroute. Dit circuit nodigt fietsers uit om het zuidelijk deel van Kassel te verkennen. Het
vertrekt in Bavinkhove om ons langs schilderachtige weggetjes de dorpjes
Zuidpene, Zermezele en Hardevoorde, evenzeer etappes van onze pelgrimstocht naar
de beklimming van de Heilige Heuvel, te laten ontdekken ! Kassel op 176 m
hoogte, domineert de heuvels van Vlaanderen. Op de top wacht ons een panorama in
een landelijke omgeving. We vatten vervolgens de afdaling aan om een bezoek te
brengen aan Sint-Mariakapel en Okselaar.
Maar dat is een trajectje dat fietsers volgen. Wij stoten hier op een afgeschreven kapel die deel uitmaakt van een ommuurde hoeve.
We rijden verder naar Hondeghem en Hazebrouck waar de bestuurders van deze quads reeds hun pleziertjes gehad hebben en nu ergens een goei pint aan het drinken waren !
Aan dit bebloemde tafereel nemen we de richting Caestre...
In 'La Brearde' staat deze kapel voor StAdrien. Ze werd in 1981 gerestaureerd door het Comitee voor Bescherming der Vlaamse kapellen en her-ingezegend door Mgr Adrien Gand, toenmalig kardinaal van Rijsel.
Le Driehoek is een plaatselijke feestzaal met aangrenzende boogschuttersclub 'staande wip'.
Aan de Chemin de StOmer krijgen we deze kapel met bijhorend kruis waaraan een levensgroot Christusbeeld.
Verder langsheen de Route de Strazeele zie ik deze St Therese-kapel in een bocht, met daarnaast een leegstaande hoeve.
Het gaat verder met de D69 naar Fletre en Godewaersvelde. Het was even wringen om mijn lensje tussen die tralies te krijgen van deze OLV-kapel.
Enkele centrumcafés met belgisch-vlaamse inslag...
Steenvoorde... Jaja, ze zijn er al de pompoentjes !
We verlaten Steenvoorde en rijden langs deze kapel ND des Captifs
En even verder deze paardemelkerij
Aan de ingang van deze hoeve, een Lourdeskapel : even tussen de tralies en het gebroken glas door een foto proberen te nemen...
Al rijdend valt me opeens dit op : een betere bewaker voor je kudde kun je niet hebben.
Navraag bij de buren maakte mij iets wijzer over dit monster : het zou een Iers stierenras zijn. Nee makker, ik kom geen kopje aaien !
Via het 'Rattekot' en 'De Witte Huizen' komen we aan in Watou waar een kunstenfestival aan de gang is.
Hier moest OLV van Troost even plaats ruimen voor een Chinese Madonna met kind.
Even voor de controlepost worden we nog eens begroet door deze 'kemel'.
Tweede controle in Brouwershof.
Pintje en een praatje met de waardin (en dochter).
Op de weg naar Proven komen we in de Canadaweg deze ontoegankelijke veldkapel tegen.
Even verder deze twee 'huis'-kapelletjes
We rijden via de Fleterna-fietsroute door de Sixtusbossen naar Krombeke en Westvleteren en zien hier deze kapel H.Hert van Jezus.
Die Sixtusbossen strekken zich uit op de heuvelrug ten noordwesten van Poperinge. Ze omvatten verschillende bossen op het grondgebied van Poperinge en Vleteren : de afzonderlijke deelgebieden Theetbos (15 hectare), Couthofbos en -park (70 hectare), de Lovie (28 hectare), Canadabossen (16 hectre), Bardelenbos (32 hectare), Dozinghembos (38 hectare) en het bos bij de Sint-Sixtusabdij (19 hectare) vormen samen een boscluster van 220 hectare.
De Fletern-route verkent de streek tussen Poperinge en Vleteren. Het landschap is zeer afwisselend : nu eens domineren bossen en paden, dan weer bepalen akkers of laaggelegen weiden het landschapsbeeld. Van oudsher is de streek bekend om haar hoppeteelt. De vallei van de Vleterbeek vormt de leidraad van je tocht. Interessante stopplaatsen zijn Poperinge en de Sint-Sixtusabdij van Westvleteren. Plezant om weten : Deze route ontleent haar naam aan het Keltisch-Germaanse toponiem "Fleterna", waarmee de beekvallei van de Vleterbeek werd aangeduid.
Aan de ingang van een varkenskwekerij zie je meestal zo'n halve-cilinder-bak waarin men dan de dode dieren opslaat in afwachting dat een vilbeluik deze kadavers komt ophalen. Is het nu toeval of niet, maar in de Zwijnlandstraat kregen we dat op onze boterham : een ijzeren hok met daarin kwee krengen van varkens die er al een tijdje aan het stoven waren, want eentje was letterlijk 'ontploft' en de ingewonden puilden eruit. En dit langs de rand van de weg waar een toeristische fietsroute langsliep en op 50 meter van een restaurant met open terras ! Een wansmakelijke varkensboer, mijn gedacht !
En alsof dat nog niet genoeg was, stond ernaast nog een ijzeren vat met ingewonden en kippepoten. Weet die gast dan niet dat daar geld mee te verdienen valt aan Chinese restaurants ?
Even verder in de Burgweg in Oostvleteren, deze hoevekapel uit dank opgericht in 1920
We rijden langs deze militaire begraafplaats... Het Canada Farm Cemetery kreeg haar naam van een boerderij die dienst deed als
verbandplaats tijdens het geallieerde offensief in 1917. De meeste slachtoffers
die hier begraven werden, stierven in de verzorgingsplaats tussen juni en
oktober 1917. Er liggen in totaal 907 Commonwealth-militairen begraven.
De begraafplaats werd door Sir Reginald Blomfield ontworpen.
Bijzettingen (Commonwealth War Graves Commission) : Verenigd
Koninkrijk : 879 Canada : 9 Andere Commonwealth : 19 Totaal
Commonwealth : 907
Aan een zijweg zie ik dit idyllisch tafereel : een kapel onder een lindeboom opgedragen aan een eigenaardige combinatie... OLV van St Jan
Jammer van die vuilbak...die kan best achter het gebouwtje geplaatst worden ! Opschrift luidt : In Oorlogstijd van Dood bevrijd In Dankbaarheid U Toegewijd 1940 Rene De Jonghe en Prosper Top.
Via een zijweg van de N333 (naar Poperinge) komen we in de Galgabossen terecht.
Die Galgebossen, op de grens tussen Elverdinge, Poperinge en Vlamertinge (gehucht De Brandhoek) vormen het overblijfsel van een woud dat zich uitstrekte van Beselare naar Watou, maar tussen de 9e en 11e eeuw verdween. Het Vlaams Gewest kocht in 1995 de Galgebossen aan. Het Agentschap voor Natuur en Bos staat in voor het beheer. Bij de aankoop in 1995 bedroeg de bosoppervlakte zon 70 hectare. Ondertussen groeide het domein aan tot 107 ha.
Daar komen we de meisjesscouts van Mol tegen.
Aan de rand van die Galgebossen staat deze kapel H.Maria Troost der Bedrukten. ((Bedrukten... ? Moet dat niet VERdrukten zijn ?)
In de Gasthuisstraat in Vlamertinge stond een bankje, dus tijd voor een hapje en een drankje, terwijl de collega's langsreden.
Van daaruit gaat het richting Brielen waar op de splitsing deze OLV van Fatima-kapel met miniatuur-molen staat.
Even verder nog een 'Lourdes-tafereel' in de OLV van Vrede-kapel.
Via de Noordhofweg komen we uit aan deze militaire begraafplaats. Het ESSEX FARM CEMETERY Bijna halfweg de weg van Ieper naar Boezinge stond
een boerderij met de naam Essex Farm. Op deze plaats lag de Britse frontlijn
meerdere kilometers ten oosten van het kanaal. Het veld ten zuiden van
de boerderij werd als verbandplaats gebruikt in april 1915. Dit bleef zo tot
augustus 1917. De bijzettingen werden min of meer willekeurig verricht, zonder
een vast plan. Daardoor zijn de meeste doden van de divisies door mekaar
begraven. Uitzondering daarop vormen de 49th (West Riding) Division die haar
doden van 1915 in Plot I begroeven en de 38th (Welsh) Division die in het najaar
1916 Plot III gebruikte. Er worden nu 1199 commonwealthdoden herdacht.
Daarvan zijn er ruim 100 niet-geïdentificeerden. 19 militairen uit het Verenigd
Koninkrijk kregen een 'special memorial' "Known/Believed to be buried in this
cemetery".
De begraafplaats heeft een oppervlakte van 6032 m² en is
gedeeltelijk aan de zuid- en oostzijd met een ruwstenen muur afgesloten.
Het monument voor de 49th Division staat vlak achter de begraafplaats op
de kanaalberm. Naast de begraafplaats bevindt zicht de John McCrae-site.
Bijzettingen (Commonwealth War Graves Commission) : Verenigd
Koninkrijk : 1107 Niet-identificeerbaar : 83 Totaal Commonwealth :
1199 Andere nationaliteiten : 5
Even verder langs de Diksmuidse Steenweg in Boezinge : het Bard Cottage Cemetry. Dit is een Britse militaire begraafplaats met gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog, gelegen in het Belgische dorp Boezinge. De begraafplaats wordt onderhouden door de Commonwealth War Graves Commission. Er worden 1.643 doden herdacht van wie er 40 niet werden geïdentificeerd. De begraafplaats is ontworpen door Sir Reginald Blomfield en heeft een oppervlakte van ongeveer 5455 m². De begraafplaats ligt meer dan twee kilometer ten zuiden van het dorpscentrum van Boezinge langs de weg tussen Ieper en Diksmuide (N369) nabij het Ieperleekanaal, halverwege tussen Boezinge en het stadscentrum van Ieper en een halve kilometer ten noorden van Essex Farm Cemetery.
De begraafplaats heeft een ongeveer rechthoekig grondplan. Vooraan staat de Stone of Remembrance tussen twee toegangsgebouwen; achteraan staat het Cross of Sacrifice. Boezinge lag het grootste deel van de oorlog in geallieerd gebied, vlak tegenover de Duitse linies aan de overkant van het Ieperleekanaal tussen Ieper en de IJzer. Tussen de huidige begraafplaats en het kanaal lag een boerderij die men "Bard Cottage" noemde, vlakbij een brug die men "Bard's Causeway" noemde. Men legde er een begraafplaats aan die werd gebruikt van juni 1915 tot oktober 1918. Na de oorlog werd de begraafplaats nog uitgebreid met 46 graven uit de slagvelden in de omgeving, waaronder 32 graven van de ontruimde Marengo Farm Cemetery, dat een paar honderd meter zuidelijker lag. Op de begraafplaats liggen ook vier Duitsers.
We slaan rechtsaf over het kanaal Ieper-IJzer en komen aan het kruispunt van de Sasstraat met de Poezelstraat voor een raadsel te staan : afgezien van enkele pijlen die de rijrichting aan deze verhoogde bermen aantonen, staat op dit grote kruispunt geen enkele andere indicatie. Geen voorrangsteken, geen stopplakaat, geen richtingsaanwijzers. Waarschijnlijk een unicum in Belgie. Nog een chance dat onze rittpijltjes er hingen...
We passeren (nogmaals / zie vorige rit) de Beeuwsaertmolen ...
... en komen omstreeks 16.00u aan in Madonna-Langemark en Jonkershoven waar we oog in oog staan met deze vernielde Mariakapel.
Er staat nochthans een mooi beeldje in .
Even later zijn we weer in Klerken en er heerstte een gezellige drukte in die enorme zaal van het instituut.
De 'zusters' zorgden voor de hotdogs en de belegde broodjes...
... maar het frietkot had niet zo'n bijval;.. nog niet. Wier eet er nu trouwens om vier uur in de namiddag frieten ?
Voor de aftocht nog snel even wat kiekjes nemen van deze mooie GoldWings.
Het was een mooie en leerrijke rit, mooie weggetjes en zeer goed bepijld. Een grote pluim voor de organiserende motorclub(s).
Ik ben Guy Vandendriessche
Ik ben een man en woon in Izegem (België) en mijn beroep is gewezen rijkswachter en veiligheidsagent.
Ik ben geboren op 04/06/1955 en ben nu dus 69 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: motortoerisme, terrariumdieren, plastic modelbouw, snorrenclub,....