Stad Antwerpen
beraadslaging/proces verbaal
District Ekeren Kopie
Districtscollege
Samenstelling: de heer Ronny Kruyniers, voorzitter; de heren Koen Palinckx, Christophe Thomas, mevrouw Sabine Coene, districtsschepenen; de heer Dirk Platteau, districtssecretaris
Zitting van dinsdag 10 maart 2009.
bureaubesluit: 790 van dinsdag 10 maart 2009
Pagina 1 van 5
Ekeren A-Punt
4 Statiestraat fase 2 (tussen De Noteschelp en Schriek). Wijziging uitvoeringsplan. Concretisering beleidsrichtlijn (Jaarnummer 790)
Het districtscollege keurde het definitief ontwerp goed. Het bedrijf VESPA stelt een aanpassing op vraag van een bewoner voor. Het bedrijf stadsontwikkeling legt de aanpassing ter goedkeuring voor..
Agendapunt, bureau, gewone zitting, 16/06/2005, jaarnummer 1776
Auteur: Bart Van Zele
Motivering
Voorgeschiedenis
Fase Actie Datum Jaarnummer
Voorontwerp Goedkeuring districtscollege 7 december 2004 3436, Jeugdraad Advies 6 januari 2005 ---, Seniorenraad Advies 2 februari 2005 ---, Definitief ontwerp Goedkeuring districtscollege 16 juni 2005 1776, Bouwaanvraag Goedkeuring college 5 mei 2006 5191
De bouwvergunning voor het uitvoeren van riolerings- en bestratingswerken in de Statiestraat fase 2 (tussen De Noteschelp en Schriek) werd op 5 december 2006 afgeleverd onder voorwaarden. De bouwvergunning is inmiddels vervallen.
Feiten en context
Het districtsbestuur wenst onder meer een fietspad in dubbele richting, langs de zijde van de spoorweg aan te leggen. Er liggen geen riolen in de Statiestraat.
Eigendomsstructuur
De voortuinen moeten gedeeltelijk verworven of onteigend worden. Het fietspad loopt over grond van de NMBS-Holding, die hiervoor met de stad Antwerpen een overeenkomst betreffende het gebruiksrecht zal afsluiten.
Beide procedures lopen via AG VESPA
Het bedrijf AG VESPA stuurde op 16 januari 2009 een voorstel tot verwerving aan de eigenaars. De heer Erwin Van den Broek stelde op 29 januari 2009 voor het ontwerp aan te passen met onderstaande argumentering:
Stad Antwerpen beraadslaging/proces verbaal
District Ekeren Kopie Districtscollege
bureaubesluit: 790 van dinsdag 10 maart 2009 Pagina 2 van 5
In aansluiting op uw reactie (uw mail van 27/1 met pdf bijlage lot 16) op onze mail van 25/1 willen wij U verder volgende vraag stellen. Wij hebben wat problemen met de inplanting van de heraanleg ter hoogte van ons eigendom lot 16 (nr.20R2) en meer bepaald met de punt (verbinding lijn 3.2 en 7.7) die gecreëerd wordt in onze voortuin. Wij stellen voor dat u eventueel zou willen herbekijken of dit niet verlegd kan worden naar een evenwijdig aan onze voorgevel lopende lijn vertrekkende vanuit het snijpunt van lijn 7.7 en de scheidingslijn tussen uw perceelnummering 16 (nr.20R2) en 17 (nr.17P7) naar de lijn met maatvoering 4.9.
Als redenen tot dit verzoek halen wij het volgende aan:
1) Tussen huisnr. 41/4 (ons eigendom) en de oprit naar 41/6 (uw nummer 17) ligt nog een perceel bouwgrond. Dit perceel is eveneens ons eigendom en is bij het kadaster samengevoegd tot nr. 20R2 doch staat bij Stedenbouw nog steeds geboekt als bouwgrond. Dit perceel zou eventueel door ons afzonderlijk kunnen afzonderlijk kunnen verkocht worden of wij kunnen er eventueel ooit zelf nog op bouwen. Vandaar zou het interessanter zijn dat de voortuin van dit perceel een rechthoekige vorm heeft.
2) Ook voor ons eigen huis zou de rechthoekige vorm van een voortuin beter passen in plaats van een uitgebeten hoek
3) Het door de stad aan te kopen perceel zou eveneens kleiner worden van 30 naar ongeveer 18m² wat voor de stad interessanter is.
4) Het is niet zozeer het financiële aspect dat wij laten gelden maar voornamelijk het aantrekkelijk aspect ter hoogte van ons perceel dat wij in vraag stellen. Wij zijn eveneens bereid om samen met U ter plaatse ons verzoek te bespreken dit zou onze vraag ook kunnen verduidelijken en staven.
Het bedrijf stadsontwikkeling onderzocht de vraag van de heer Van den Broek.
Fasering
Het districtscollege keurt het gewijzigde uitvoeringsplan goed. Het college van burgemeester en schepenen vraagt de stedenbouwkundige vergunning aan. Het bedrijf stadsontwikkeling maakt de aanbestedingsdocumenten op. Het bedrijf AG VESPA zet de onderhandeling inzake het verwerven van de gronden verder.
Juridische grond
Er wordt verwezen naar het decreet betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996 en het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en de uitvoeringsbesluiten.
Stad Antwerpen beraadslaging/proces verbaal
District Ekeren Kopie Districtscollege
bureaubesluit: 790 van dinsdag 10 maart 2009
Pagina 3 van 5
Volgens het besluit van de Vlaamse regering van 14 april 2000 tot bepaling van de vergunningsplichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning vereist is (gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 26 april 2002 en bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 september 2006) is een bouwvergunning nodig.
Artikel 3, 18°b) bepaalt dat voor het uitvoeren van de volgende werkzaamheden op openbaar domein of op terrein, dat na de werkzaamheden tot het openbaar domein zal behoren, geen stedenbouwkundige vergunning nodig is: “het aanbrengen van een andere verharding op een rijweg, jaagpad, dienstweg of dijk, of de vervanging van de bestaande verharding, zonder verbreding ervan. Hierbij is een verschuiving mogelijk tussen de stroken die voor voetgangers, fietsers en gemotoriseerd verkeer bestemd zijn. Die vrijstelling geldt niet als de bestaande rijweg, jaagpad, dienstweg of dijk een aardeweg, grintweg, steengruisweg of kasseiweg is. De werkzaamheden mogen niet gelegen zijn in een stadsof dorpsgezicht, noch in de onmiddellijke omgeving van een beschermd of voorlopig beschermd monument. Onder onmiddellijke omgeving dient de ruimte gelegen binnen een straal van 30 meter van de uiterste grenzen van het monument te worden verstaan.”
Vermits de werken uitgevoerd worden buiten het bestaande gabarit (voortuinstroken) is voor deze werken aan aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning nodig. Artikel 3, §2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen, bepaalt dat indien voor het gebied waarin het perceel gelegen is een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, een bijzonder plan van aanleg of een niet-vervallen verkaveling bestaat en de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning in overeenstemming is met de bepalingen ervan, is een openbaar onderzoek niet vereist.
De werken zijn niet gelegen in een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan, een bijzonder plan van aanleg of een niet-vervallen verkaveling.
Artikel 3, §3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsaanvragen, bepaalt dat de aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning onderworpen worden aan een openbaar onderzoek: 2° als de infrastructuurwerken een lengte hebben van meer dan 200 m. Vermits de infrastructuurwerken langer zijn dan 200 m is voor deze werken een openbaar onderzoek vereist.
Binnengemeentelijke decentralisatie
Met het besluit van de gemeenteraad van 20 maart 2000 (jaarnummer 619), aangepast bij het gemeenteraadsbesluit van 21 oktober 2002 (jaarnummer 2307), kregen de districten bevoegdheid over het decentrale publiek domein, groenvoorziening en openbare werken. De Statiestraat is opgenomen in de lijst van decentrale straten. Het stadsbestuur blijft echter bevoegd voor stedenbouwkundige vergunningen.
Stad Antwerpen beraadslaging/proces verbaal
District Ekeren Kopie Districtscollege
bureaubesluit: 790 van dinsdag 10 maart 2009
Pagina 4 van 5
Argumentatie
Het bedrijf Stadsontwikkeling stelt voor het uitvoeringsplan aan te passen zoals de heer Van den Broek voorstelt gelet op het feit dat:
1) er moet ongeveer 12 m² minder verworven te worden;
2) er moet ongeveer 12 m² minder wegenis aangelegd te worden;
3) de bouwlijn en de nieuwe rooilijn zouden een logische parallelle lijn volgen;
4) het voetpad is nog steeds ten minste 1,5 m breed;
Het betreft een kleine aanpassing die het concept van het ontwerp niet wijzigt.
Financiële gevolgen
Het bedrijf Stadsontwikkeling raamt de werken op 470.000 Euro (inclusief BTW en berekend op basis van een eenheidsprijs/m²). Het district voorziet op de begroting een bedrag van 481 500 Euro op de begrotingscode 2009 42095 731 60 00 0900. De werken kunnen hierop verrekend worden. De uitgave voor de rioleringswerken is ten laste van AWW. Voor de aanleg van het fietspad zijn subsidies mogelijk. Het bedrijf Stadsontwikkeling zal een subsidiedossier indienen.
Besluit
Artikel 1
Het districtscollege keurt de wijziging van het definitief ontwerp goed voor de riolerings- en bestratingswerken in de Statiestraat tussen De Noteschelp en Schriek.
Artikel 2
Het districtscollege adviseert het college van burgemeester en schepenen om voor deze werken een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning in te dienen met voorafgaandelijk openbaar onderzoek.
Artikel 3
Het districtscollege geeft opdracht aan:
Dienst Taak
Stadsontwikkeling/openbaar domein Aanbestedingsdocumenten opmaken AG VESPA De wijziging aan lot 16 opnemen in de onderhandeling met betrekking tot het verwerven van privégronden en een gebruiksrecht bekomen voor de gronden van de NMBS-Holding
Stad Antwerpen beraadslaging/proces verbaal
District Ekeren Kopie
Districtscollege
bureaubesluit: 790 van dinsdag 10 maart 2009
Pagina 5 van 5
Artikel 4
De stadsontvanger regelt de financiële aspecten als volgt:
Omschrijving
Riolerings- en bestratingswerken Statiestraat fase 2 (tussen De Noteschelp en Schriek) 470 000,00 EUR
|