4 juni 2015: GR-Donderdagtocht Notre Dame de Lorette: GR 127
De heentocht naar Notre Dame de Lorette was er een met hindernissen: verschillende files maakten dat verscheidene deelnemers niet tegen 10 uur op de afspraak waren. Geen nood, het was prachtig weer, we konden nog even wachten.... Het was ongeveer half elf toen Tochtleider Michel zijn inleiding gaf en de groep kon vertrekken. We stapten tussen Lantaarntoren en de Basiliek naar het nieuwe Monument (2014): Anneau de Mémoire . Op de muren van deze ovalen ring staan 600.000 namen. Van bij dat monument heb je een uitzonderlijk zicht op de streek. De ruïne van Mont St Eloi waar we naartoe stappen, trekt de aandacht. We dalen de heuvel af en veel onverharde wegen leiden ons tegen de middag naar de ruïne van de oude abdij. We picknickten onder de bomen want het café is helaas ... te koop. De torens waren ideale mikpunten in WOI en werden aan flarden geschoten. De hoeve van de abdij was een bezoekje waard.
Na de middag trokken we richting Souchez. We stapten heen en terug naar het Canadian National Vimy Memorial. Om Vimy Ridge werd zwaar gevochten. Het Memorial is indrukwekkend en de ligging schitterend. Je moet het gezien hebben. Onderweg passeerden we het Canadees Kerkhof van Givenchy-en-Gohelle. We stapten door Souchez en liepen aan de voet van de heuvel naar Ablain St-Nazaire waar ook hoer de ruïne van de kerk indruk maakt. We klommen dan weer de heuvel op en bereikten het eindpunt van onze tocht. We genoten nog na van een lokaal bier, Page 24 of Chti, op een zonnige terras.
Met dank aan tochtleider Michel Vandeweghe voor de goede leiding en de gedegen voorbereiding.
24 en 25 mei 2015: GR-Pinksterweekend 'Vallei van de Somme'
Rond 9.30 waren alle 31 deelnemers al aangekomen op de parking van het Bezoekerscentrum van het Thiepval Memorial. Op zaterdag verkenden we de streek tussen Bapaume en Albert. Tussen 1 juli en 17 november 2016 schoof het front acht kilometer op en 1.300.000 mannen sneuvelden, raakten gewond, werden gevangen genomen of verdwenen. Kwart voor tien vertrok de groep door het piepkleine dorp en aan het plaatselijk kerkhof sloegen we de eerste veldweg in. Boven op de kam ontdekten we de vallei van de Ancre. We daalden af naar het gehucht Saint-Pierre-Divion, staken de Ancre en de spoorweg over richting Hamel. Het was genieten van de open ruimte: van overal zie het Thiepval Memorial!! Her en der verspreid in het landschap liggen Britse begraafplaatsen, alle even netjes onderhouden en bebloemd. Op vraag van de gastvrouw van Ocean Villa Tea Rooms in Auchonvillers houden we de voormiddag kort. De naam komt van de manier waarom de Engelsen de naam van het dorp uitspreken. Het is gezellig picknicken in de tuin. En we krijgen een gratis museumbezoek er boven op. Na de middag brengt een prachtige veldweg ons tot bij het Newfoundland Memorial Park in Beaumont-Hamel. Het park is uniek omdat het zowel het Britse loopgravenstelsel als het Duitse heeft bewaard. Newfoundland maakte toen geen deel uit van Canada maar was een Dominion in het Gemenebest. Het symbool van het park is de Kariboe (= een eland) die uitkijkt over het slagveld in de richting van de Duitse linies. Er staan 5 kariboes in Europa: in Kortrijk, hier in Beaumont-Hamel, in Gueudecourt bij Bapaume, in Monchy-le-Preux bij Arras (zie de GR-Zondagtocht van 26 april 15) en in Masnières bij Cambrai. In het park liggen ook 3 Britse begraafplaatsen en het Memorial voor de 21ste Highland Division. We stappen opnieuw in open veld, helling op, helling af en ontdekken een veld inkarnaatklaver dat aan iedereen een 'whaw' ontlokt. Je moet het gezien hebben, zo ongelooflijk mooi!!!!! We steken weer de spoorweg en de Ancre over en stappen nu door een bos richting Authuille. We nemen er nog een lus bij langs het Bois de la Haie en ontdekken enkele begraafplaatsen. Donkere wolken dreigen maar het blijft gelukkig droog. Een laatste veldweg leidt nu rechtstreeks naar het Thiepval Memorial. De bijnaam 'Menenpoort van de Somme' is niet overdreven want 73.000 namen zijn hier in de muren gegrift van soldaten die geen graf hebben. Je krijgt zicht op een dubbele begraafplaats: Franse kruisjes en Britse zerkjes. En dat in een prachtig decor. Rust zacht! Zo komen we weer aan het Bezoekerscentrum.
We rijden van Thiepval naar Amiens, hoofdplaats van het Departement van de Somme (80), en logeren in de Jeugdherberg. Na het avondeten trekken een heel deel naar de binnenstad.
Zondag rijden we naar Villers-Bretonneux, even ten oosten van Amiens. De zon schijnt al: het wordt beslist een zonnige dag! We zijn snel het dorp uit en zien al van ver het Australian Memorial liggen. Jammer genoeg staakt de batterij van mijn fototoestel dan de strijd. Naast tientallen zerken houdt het Memorial de herinnering aan 10.773 Australische soldaten die geen graf hebben. Van boven op de toren geniet je van een schitterend zicht op de omgeving. Corbie lijkt binnen handbereik. Maar we spelen zigzag op de helling en dalen richting Hamelet. Voorbij het dorp stappen we langs de Somme, stroomafwaarts. We volgen de GR 124, voorbij de indrukwekkende kerk tot op het centrale plein van Corbie waar we welkom zijn op het terras van Le Ruby. Na de middag keren we terug naar de Somme en volgen ze verder stroomafwaarts. Vlak voor Aubigny verlaten we de oever van de Somme en voorbij een grote plas trekken we het open veld in. Verschillende veldwegen brengen ons tot bij een bosje voor een korte pauze in de ...schaduw. We stappen dan verder tot tegen een spoorlijn die we volgen tot in het centrum van Villers-Bretonneux. We spoelen het stof door in Le Point d'arrêt. Ongelooflijk hoe snel het weekend weer voorbij was.
Met dank aan de prima voorbereiding door Johan en Marleen Van Malderen-Deprins
7 mei 2015: GR-Donderdagwandeling in D'Hoppe-Vloesberg
Toen we naar D'Hoppe reden, dachten we aan De Kwaremont van Gerard Vermeersch: "Waar men gaat langs Vlaamse wegen, komt men wegomleggingen tegen." Uiteindelijk waren we een kwartier voor tijd op de afspraak aan Chalet Gérard. Het gehucht D'Hoppe was jarenlang berucht omwille van een stort dat toen de nationale pers haalde. Tochtleider Dani Nolf verwelkomde zo een 70-tal stappers voor een tocht van 23 km in het noordelijke deel van het Parc Naturel du Pays des Collines (niet te vertalen als Heuvelland!!). We trokken meteen het Pottelbergbos in, eerst op een golvend pad, daarna in dalende lijn naar een mooie kapel vlak bij het gehucht Queneau. We staken de weg naar Vloesberg over en een rechte veldweg bracht ons naar en over de N57 naar Vloeberg voor een ommetje naar de Kapel van Padraye en de Moulin du Tordoir. De molen was heel zeker een bezoek waard. De geschiedenis ervan kun je aflezen op de foto van het infobord. We keerden dan op onze stappen terug: ondertussen hadden we al door dat we ook op het Sentier de l'étrange waren... Een klim in een holle weg, een haakse bocht, even op de kam lopen, een bosrand volgen, nog een haakse bocht en dan geleidelijk afdalen op een prachtige veldweg in de richting van Vloesberg. Een betegeld pad bracht ons in het centrum van Vloesberg. Wat verder vonden we onze stek voor de middagpauze: La Maison des Plantes Médicinales met museum en kruidentuin.
Na de blonde Quintine bij de boterhammetjes trokken we opnieuw verder met de GR 123. We klommen in een holle weg, maakten een lus rond La Potterée waar de Kelten reeds potten bakten, zo kwamen we in Le Mont. Na een piepklein stukje over de taalgrens dalen we af naar de vallei van de Ter Kleppebeek. We zien hier de voorste gelederen van de groep klimmen in zigzag naar de rand van het Livierenbos. We steken de Chaussée Brunehaut over en klimmen op een smal pad tussen haag en weiland naar de rand van het bos op de Mont de Rodes. We daalden af in het Brakelbos maar een onbruikbaar pad deed ons uitwijken aan de andere kant van de prikkeldraad. Een laatste klim leidde ons terug naar de kapel van D'Hoppe waar we vertrokken waren.
We konden napraten bij een Quintine (de brouwerij is in Ellezelles) of wat anders op het terras of in de gelagzaal van Chalet Gérard. Het was een vijfsterrenwandeling bij prima wandelweer. Met dank aan tochtleider Dani.
Zondag 3 mei 2015: 3de GR-Wandeling Ten Vrede Keiem-Vladslo
Niettegenstaande de mindere weersvooruitzichten verzamelden 45 GR-stappers aan de voor- of achterkant van de kerk in Keiem.Stipt om10.00 u en na een korte inleiding trok ik de groep op gang. Aan het einde van de bebouwde kom ligt de Belgische Militaire Begraafplaats. Er liggen 628 gesneuvelden waarvan meer dan de helft niet zijn geïdentificeerd. Velen behoorden tot het 8ste en 13de Linieregiment. Op 18 en 19 oktober 1914 ging Keiem tweemaal over in Duitse handen. Toen trokken de Belgen zich terug naar de IJzer en bliezen de Tervatebrug op. DE begraafplaats werd ingewijd op 12 juli 1925. Er ligt ook één gesneuvelde uit de Tweede Wereldoorlog. We stapten een mooie dreef in naast het kerkhof, voorbij een boerderij: met dank voor de toelating. De Moerestraat bracht ons naar de Brugse Heerweg en wat later dwarsten we de Wijnendalestraat. Via de wit-rode GR 131 kwamen we kopslag twaalf uur aan in Vladslo waar we welkom waren voor de middagpauze in Eetkaffee De Smesse.
We verlieten het dorp langs een smal, kronkelend pad en bereikten zo de Gentweg. Ter hoogte van de Wikkelaar staken de opnieuw de Wijnendalestraat over. Een ommetje op onverhard en we kamen uit in de Houtlandstraat vlak bij de Duitse Militaire Begraafplaats. De eerste Duitsers werden al in het Praatbos begraven in oktober 14. Het leger installeerde er ook een verpleegpost waar heel wat gewonden overleden waardoor de begraafplaats groeide en tegen het einde van de oorlog meer dan 3000 doeden telde. In de jaren 1956-58 werden de meer dan 100 kleine Duitse begraafplaatsen herleid tot 4: Hooglede, Langemark, Menen en Vladslo. Sedertdien liggen er meer dan 22.000 gesneuvelden. Op de arduinen grafstenen staan telkens 20 namen.hier en daar staan er basalten kruisjes, telkens per twee. Achteraan, tegen de haag, staat Het Treurend Ouderpaar van Käthe Kollwitz-Schmidt (1867-1945). De twee beelden werden eerst geplaatst op de voormalige begraafplaats aan het Roggeveld in Esen, in aanwezigheid van de kunstenares. Ze maakte die als eerbetoon aan haar zoon 18-jarige Peter die hier in de buurt sneuvelde op 23 oktober 1914. Op de arduinen tegel vlak voor de vaderfiguur staat de naam van Peter Kollwitz. Het originele grafkruisje van peter wordt bewaard in het In Flanders Fields Museum in Ieper. Op de begraafplaats heerst er stilte en rust. Willem Vermandere maakte er een lied over : "In 't Praetbos buiten Vladslo, van God en mens verlaten ligt de jonge Peter Kollwitz in een massagraf van soldaten en ik ken geen vrediger wereld, van roerloze bomen, geen schoner kathedrale om te bidden en te dromen." Aan de overkant van de straat ligt nu de Praatboshoeve, gebouwd door de Duitsers als mess voor de officieren. We trokken het bos en kwamen voorbij enkele Duitse relicten. Hier en daar staan gedichten opgesteld. We kwamen weer uit op de Brugse Heerweg maar vonden snel een schitterende veldweg tussen twee koolzaadvelden: de Praetweg. Net toen we de Kuiperstraat insloegen, begon het te regenen. Maar de vlaag was over toen we het Dischhof passeerden, een bio-kaasmakerij, bekend van het Keiems Bloempje en nog veel meer. Een beetje verder sloegen we nog een dreef in naar een boerderij waar we gastvrij het erf mochten kruisen. Zo kwamen we uit in de Keiemdorpsstraat en rechtsaf naar de kerk. In het zaaltje van Café Sint-Hubert konden we nog napraten bij een lekkerglas bier, een koffie of een thee.
De GR-bus reed vlot naar Lécluse waar men zich al opmaakte voor de Foire au Cresson. Vandaag was de wit-rode GR 121 onze leidraad. Na de ochtendkoffie in Au Petit Caporal konden die van de lange tocht en de individuelen meteen starten. De stappers van de korte toch 21werden nog doorgevoerd naar Sailly-en-Ostrevent. Bij het verlaten van het dorp stapten we over Le Trinquise en zochten meteen de open ruimte op. De koolzaadvelden trokken de aandacht. Lager bij de grond trokken traag de limaçons voorbij: prachtig die slakkenhuizen. Kort voor de autoweg A26 sloegen we rechtsaf en de mooie veldweg leidde naar Les Bonnettes: een tumulus met 6 menhirs, 5000 jaar geschiedenis op een kleine plek. We staken de autoweg over en een rechte, rustige veldweg bracht ons in Boiry-Notre-Dame. Heel mooi dorpsplein. Een nieuwe rustige veldweg liep nu recht naar Monchy-le Preux. Hier was de Groote Oorlog duidelijk voelbaar in het dorp. De Canadese kariboe (eland bij de Zweden) houdt de wacht. Na de middagpauze stapten we voorbij een drietal Britse begraafplaatsen en kwamen in de vallei van de Scarpe, kort voor Fampoux. Toen begon het te regenen. Na een klein halfuurtje ging de vlaag over in wat gemiezer. We volgden de linkeroever tot bij een sluis op de gekanaliseerde Scarpe. We veranderden van oever en stapten door tot in St-Laurent-Blangy: heerlijk wandelen langs het water... Voorbij Blangy kwamen de eerste gebouwen van Arras in het vizier. Wat verder verlieten we de GR 121. Bij een watertoren sloegen we linksaf en trokken het centrum van Arras binnen. We genoten van de majestueuze Abdij van Sint-Vaast. Als nel kwamen we uit aan de Place de Heros die samen met de Grand Place een unieke architecturale tweeling vormt. Een waardig einde van een prachtige GR-tocht.
5 maart 2015: GR-Donderdagtocht Peuplingues: GR 128
Op een zonnige donderdag verzamelden ca 60 Gr-stappers aan de Brasserie Campagnarde in Peuplinges voor een luswandeling van 23.5 km in het prachtige landschap vlak bij de Côte d'Opale. We liepen het dorp uit en waren snel op de GR 128 en in open landschap. Bij de omheining van het station van de Eurostar schetste tochtleider Dani Nolf het verloop van deze 'bergentocht' zo dicht bij de zee: er stonden ons zo een 600 m hoogteverschil te wachten. We klommen van 33 m naar 54 en we kregen zicht op Calais. We sloegen links af en liepen op een crête. We genoten van het zicht op Sangatte en de witte kliffen van Dover. Iedereen liep er welgezind bij!!! We klommen naar de Mont Vasseur (102 m). Het pad bleef nu wat horizontaal en we ontdekten le Fond Pignon: een plas omringd door een wal van aarde uit de tunnel. We passeerden de 148 m en trokken de Noires Mottes in: een paar weken te vroeg voor de bloei van de sleedoorn maar de gele gaspeldoorn stond wel al in bloei. We lieten de Mont d'Hubert met antenne (151 m) links liggen en zochten de obelisk op van Cap Blanc-Nez. Infoborden vertelden de oorlogsgeschiedenis van deze beschermde site. Een prachtige afdaling leidde naar Escalles waar we welkom waren vooraan in het hotel-restaurant L'Escalle.
Na de middag begon het serieuze klimwerk. We verlieten Escalles op35 m en klommen in één rechte lijn, eerst nog wat verhard, dan niet meer, naar de Mont de Sombre op 162 m. Tochtleider Dani was in een creatieve dag en vond de afdaling naar Hervelinghen (51 m). We dwarsten de D244 en klommen nu naar de Mont de Couple. Bij een wegwijzer van de GR 145/Via Francigena sloegen we links af voor de slotklim. Op 163 m stonden we bij een oriëntatietafel en was het zicht overweldigend. We daalden op nieuw naar Hervelinghen maar nu langs een ander pad. Het was heerlijk stappen in dit sublieme landschap. Beneden hielden we een korte pauze bij de Mât des Pendus. We klommen uit het dal tussen de 146 en 154 m en vonden een schitterende veldweg richting Peuplingues. Tijd om na te praten bij een welverdiende pint of picon.
Met dank aan tochtleider Dani voor deze schitterende wandeling in een uniek decor.
8 februari 2015: Diest-Zoutleeuw: Streek-GR Hageland
Door de vele zieken en het vroege vertrekuur (???) was deze keer de bezetting van de bus niet optimaal. Maar niet getreurd want het was prima wandelweer en een mooie streek. Na de ochtendkoffie in Café De Zwaan aan de rand van Diest waren we al snel weg uit de stad en klommen we meteen naar de Kloosterberg (57 m) en genoten van het zicht op Diest. Een holle weg verder wisselden we de GR 5/512 voor de geel-rode Streek-GR Hageland, in gezelschap van de Via Monastica, een van de pelgrimswegen naar Compostela. De fruitbomen werden van langsom talrijker. We klommen naar het windmolenpark op de Blakenberg en staken de autosnelweg over. Nu stapten langs de gebouwen van de Wijnhoeve Kluisberg: 12.000 wijnstokken van Müller Thurgau,, Pinot Gris, Kerner, Pinot Blanc, Chardonnay en Lemberger. Dan volgde het hoogste punt van de voormiddag: Rijnrodeberg met 80 m. We stapten langs de Liefkesrode Hoeve en door het Molenbos. Kortenaken kwam zo in zicht. Tijd voor de middagpauze na 11 km in het gezellige café Oud Cortenaeken.
Wij van de korte tocht (20 km)werden doorgevoerd naar de kerk van Ransberg. Die van de lange tocht legden de 26 km helemaal te voet af. Voorbij het kasteeldomein A Speculo waren we volop tussen de fruitbomen. We staken de weg naar Budingen over. Daarna ging het landschap stilaan over in beemden. We staken de Grote Gete over en de 's Hertogengracht. Zo kwamen we in het piepkleine gehucht Bos met het mooie kerkje. Enkele beemden verder kwam Zoutleeuw in zicht. Aan de Verbrande Brug naderden we de stadsrand. We steken nog de Kleine Gete over en komen uit op de Grote Markt. We genieten van de historische gebouwen, jammer dat de Sint-Leonarduskerk niet open was om de Sacramentstoren te bewonderen maar dat doen we dan maar volgend jaar bij de start van de volgende etappe. In De Twee Leeuwkes genoten we van een plaatselijk bier én van de match KVK tegen Club op een groot scherm.
Met dank aan de prima voorbereiding van Geert Dujardin, tochtleider van de lange tocht.
60 GR-stappers waren present voor de tweede Donderdagtocht van het jaar in Westouter. Met de wit-rode GR 5A Zuid en de geel-rode Streek-GR Heuvelland stapten we van het ene natuurgebied naar het andere en van de ene' berg' naar de andere. Stipt tien uur trok tochtleider Piet Hardeman de kleurrijke groep op gang. Met een ommetje door de meersen zochten we eerst het Kotjepiepersbos en het Hellegat op. We bezochten de nieuwe site van de Speelberg Kosmos. Wie de site nog niet gezien had, was onder de indruk van de nieuwe realisatie voor de jeugd. Van de Rodeberg naar de Sulferberg is maar een sprong. Het Natuurpuntgebied De Sulferberg is 18 ha groot en ligt tussen de Sulferbergbeek en de Brandersbeek. Knuppelpaden loodsen ons door de drassige en kwetsbare plekken. Op naar de Goeberg: 83 m boven mee maar met een prachtig zicht 360° in het rond. Volgt meteen het Natuurpuntgebied De Scherpenberg. We steken de weg naar De Klijte over en lopen rond de Scherpenberg om te genieten van het bekende ANB-keteldal aan de achterkant van de Scherpenberg. We zakken af naar het centrum van Loker voor de middagpauze waar we welkom zijn in De Heksenstoel. De soep is er heerlijk maar er staan ook veel flesjes Orval op de tafels.
Na de boterhammetjes of het slaatje stappen we voorbij de voet van de Baneberg en trekken het ANB-gebied De Douvevallei in: een lappendeken van bosjes en natte (zeker in de ze periode van het jaar) weilanden die nu een grote graasblok vormen voor de Bazadaise koeien. We steken de Schomminkelstraat over voor deel twee van de Douvevallei. Net voorbij de grootste knotboom van Vlaanderen, stroomt de Douve die de grens vormt met Frankrijk. We steken de Douve over en klimmen op Franse bodem. Nu gaat het richting de Zwarteberg. Voorbij het Frans-Britse kerkhof trekken we het Grote Bos in van het Parc Yourcenar. We genieten van het zicht op Sint-Jans-Cappel en Méteren... Het kasteel van de familie Cleenewerck de Crayencour waar de kleine Marguerite 9 zomers verbleef, werd gebombardeerd in de lente van1918. Op de plaats van de vroegere stallingen en garages werd in de jaren 20 een nieuwe villa gebouwd, nu Residentie voor Europese schrijvers. We verlaten de Zwarteberg met zicht op de Katsberg. We steken weer de grens over en stappen door het Natuurpuntgebied De Broekelzen. We dwarsen de flank van de Rodeberg aan de voet van een van de wijngaarden van Entre-deux-Monts. We dalen af naar het dorp en lopen nog even in de Gedachtenistuin van de Elfnovembergroep. In 1918 waren er 2.000 vluchtelingen gelogeerd bij de eigen bevolking van zo een 1100 inwoners. Met het lenteoffensief van de Kemmelberg in 1918 moest iedereen weer op de vlucht, richting Frankrijk. tegen de zomer van dit jaar worden de definitieve borden met de vluchtroutes aangebracht. Even verder zijn we weer aan de kerk en is de kring gesloten. Tijd om na te praten bij een koffie of een goed glas bier in Eethuis Sint-Hubertus.
De foto's van deze reeks zijn van Gerard Druwé, onze onvermoeibare stapper en fotograaf. Waarvoor onze GRootste dank!