Om 9 uur vanmorgen verzamelden we aan de Tombe in de Eikelstraat, op de grens tussen Nieuwkerke en Dranouter: aan onze voeten ligt het Natuurpuntgebied de Breemeersen. We, dat zijn Geert, Johan, Marijn, Olivier ,Stef en ikzelf. Johan heeft een schema gemaakt voor de aanplanting van twee houtkanten: een op de helling en een tegen het bosje dat net over de grens ligt. Hoofdzakelijk wordt het meidoorn, sleedoorn, kornoelje, wilde rozen, vlier, allemaal autochtoon plantgoed. Johan heeft zijn spa niet mee maar coördineert de planting; We werken in driehoeksverband op twee rijen. Het gaat vrij vlot en al snel begin ik de plastiekjes te bevestigen tegen konijnenvraat. En hazen zijn er ook wel wat in het gebied. Je mag daar geen dag mee wachten!!! Even een pauze voor een versnapering een een drankje. Tegen de middag is de houtkant op de helling bijna een feit: alleen nog een tiental plastiekjes bevestigen. Na de middag krijgen Johan en ik versterking van Jan en Kristof. De tweede houtkant komt bij een bosje dat al op de Frankrijk ligt. We zijn een grenspaal uit 1819 voorbijgekomen: F/N staat er op. De N van Nederland want België bestond nog niet. In het weiland is het veel drassiger dan op de helling en er zijn veel trapgaten van de koeien. De aarde plakt aan onze spades. Tocht gaat het vooruit en tegen goed vier uur is de klus geklaard. Tevreden drinken we samen nog een pint en eten we een wafel en werpen nog een laatste blik over De Breemeersen.
Stilaaan dringt het bij de landbouwers door hoe ze best de erosie bestrijden. Blote akkers, zeker op de hellingen, zijn erg erosiegevoelig. Bij grote regenbuien ontstaan grote geulen en het krachtige water maakt die steeds groter. Rond ons huis bloeit aan de ene kant gele mosterd, de andere kant is grotendeels met gras ingezaaid. Deze middag schitterde de gele mosterd in de zon! Gele mosterd: mooi én nuttig!
De weersberichten waren niet gunstig en toch hoop je stiekem dat 'ze' er weer eens de bal misslaan. Het is nog droog als we thuis rond 8.45 u vertrekken. Maar tussen Ieper en Diksmuide vallen de eerste druppels! En we weten meteen hoe laat het is! 40 dappere GR-stappers en stapsters verzamelen aan de parking bij het kasteel van Wijnendale. Het Houtland is het decor voor onze 22ste Provinciale GR-Wandeldag en is de GR 130 de wit-rode leidraad. We vertrekken met het Fonteinpad in de richting van de ijskelder en de kapel van O.-L.-Vrouw van Wijnendale. Een trekken door het openbare deel van het Wijnendalebos: hier zijn we beschut tegen de windstoten. Eens uit het bos krijgen we niet alleen de wind van voren maar ook de regen. We dwarsen de weg naar Kortemark en laten wat verder Edewalle links liggen. We verlaten even de GR naar links en om dan opnieuw wit-rood terug te vinden aan de voet van de Ruidenberg. Het is geen weer om te treuzelen en de Ruidenberg is dan ook meteen bedwongen. We verlaten opnieuw de GR en zoeken deweg Diksmuide-torhout op want daar ligt De Reiger: we zijn welkom in een zaaltje van taverne De Reiger. De gewone verwarming was stuk maar een warmtekanon brengt soelaas maar met wat extra lawaai en geur. En er worden heel wat kleren gedroogd! Na de middag vinden we een mooie kasseiweg en een modderige veldweg. Maar we laten ons niet doen en de regen kan ons niet deren. Stilaan naderen we de GRoene 62, de oude spoorwegbedding tussen Torhout en Oostende. Af en toe vinden we wat beschutting achter een houtkant. We laten Wijendaledorp links liggen en aan het oud-station van Wijnendael pikken we de GR 130 die van het Provinciedomein d'Aertrycke komt opnieuw op. En die brengt ons terug naar onze startplaats. Al bij al waren we wel wat nat maar we zijn niet gesmolten. Het was wel geen weer om om je gemakje veel foto's te nemen.