De onderpastoor gaf voorlichting (deel 2) : *********************************** Patrouille met hindernissen. ++++++++++++++++++++ Een koude, regenachtige novembernacht. Geen weer om een hond door te jagen. Twee rijkswachters op patrouille. Tegen enen ... geen Duitsers te zien. Die zullen ons wel het "vuile werk" laten doen en zitten nu wel lekker te schuilen in hun bewakingspost. Maar we kenden de streek ondertussen al als onze broekzak en het duurde niet lang voor we een oplossing gevonden hadden. Het loopbruggetje en de bewakingsdienst waren toch al een eindje van ons vandaan. Veel keuze om een schuilplaats tegen de aanhoudende regen te vinden hadden we niet midden in de nacht. Het was half twee onder- tussen en we wisten maar al te goed dat het kapelletje niet ver meer van ons verwijderd was, dat je er steeds binnenkon, op eender welk moment van de dag of de nacht. We baanden ons een weg tussen het groen en waren tot op enkele meters van het kapelleke genaderd. Plots bleven we allebei staan ... als aan de grond genageld. We meenden een gedempte mannenstem te horen. We waren compleet verrast. De stem kwam uit de kapel, zoveel was zeker. Wie kon zich daar nu bevinden op dit nachtelijke uur ? Hadden we met smokkelaars te maken, ondergedoken werkweigeraars of ... ? Een moeilijke situatie voor ons, want wij wilden geenszins mensen aan de bezetter uitleveren, integendeel. Maar plotseling hoorden wij een andere stem ... een gedempte vrouwenstem. Een zucht van verlichting ... een verliefd koppel, dat zal het zijn! Maar wat een gedacht om hier midden in de nacht af te spreken. Waren die door het slechte weer ook naar het kapelletje gevlucht en waren ze tot de vaststelling gekomen dat ze niet meer naar huis konden gezien het speruur? Wat was hier aan de hand? ++++ Dorpje B, in de omgeving van L. Een piepklein gehucht, klein kerkje met pastorij, een twintigtal huizen daarrond en een eindje verderop een tehuis voor mentaal gehandicapte kinderen. ... 't Is middernacht in B. Pikdonker wegens de verplichte "lichtverduistering", opgelegd door de bezetter. Kletterende regen tegen de ramen van de huizen. Maar toch lijkt iedereen van een "vredige" nachtrust te genieten. Ook de pastoorsmeid ligt in haar kleine kamertje in een diepe slaap gedompeld. Maar in de kamer van de onderpastoor is het allesbehalve rustig. Eens hij er zich van vergewist heeft dat de meid met geen stokken wakker te krijgen is, kleedt hij zich vliegensvlug aan en verlaat stiekem de pastorie. Waar haast de dorpsherder zich naartoe? Moet hij ergens een stervende de laatste sacramenten geven? Nee, deze herder gaat zijn schapen niet hoeden. Ingeduffeld in zijn lange zwarte rok en mantel begeeft hij zich langs enkele landwegels en de tragel langs de vaart naar het beboste gebied rondom de villa van de familie C. Als een dief in de nacht sluipt hij in de richting van de villa. Onder een venster aan de achterkant blijft hij staan ... enkele ogenblikken later gaat onze nachtelijke wandelaar een laddertje halen dat altijd ergens in de tuin staat en plaatst het tegen de muur onder een raam. Deel 3 : Schaapje volgt de herder. ****************************************************************************
|