Verhalen (8) : Geluk van korte duur - deel 2. ************************************ De eerste weken stelde meneer Walter zich nogal onverschillig op tegenover het meisje. Maar toen ze goed en wel haar draai gevonden had op het werk liet hij haar af en toe karweitjes opknappen in zijn kantoor of in de nabijheid ervan. Beetje bij beetje zocht hij toenadering tot haar. De soms "rare" opmerkingen die hij gaf begreep het meisje niet, onschuldig en naief als ze nog was. Ze vond het een voorrecht dat ze in zijn bureau werkjes mocht opknappen. Haar werk kunnen behouden, dat was nu zeker het belangrijkste. Ma en pa konden het geld zeker gebruiken ... dat bleef voortdurend in haar hoofd spelen.
Op zekere dag, iets voor zessen. De werkdag zit er bijna op.
Verklaring van de 14-jarige Rita : **** "Het was rond tien voor zes toen meneer Walter mij kwam vragen om een half uurtje over te werken. Er moest dringend nog een en ander gedaan worden in het bureau. Ik nam dat seffens aan, want ik was veel te bang om mijn werk te verliezen. Mijn ouders rekenden op mij. Na 18 uur ging ik dan ook naar het bureau van meneer Walter. Hij zei dat ik met hem mee moest naar de zolder, want er moesten stoffen en materialen uitgezocht worden. Eens op de zolder vroeg hij mij om wat overschotten van een tamelijk hoog schrap uit een rek te halen. Ik kon daar onmogelijk aan en hij zei 'Neem maar dat kleine laddertje daar', terwijl hij blijkbaar iets anders aan het zoeken was in een aantal dozen die daar naast elkaar gestapeld stonden. Ik kroop op het laddertje ... en plots stond meneer Walter achter mij aan de voet van het laddertje. 'Ge hebt al schone benen voor uw ouderdom' zei hij. Ik werd heel zeker rood van schaamte, en toen dacht ik er aan dat ik geen kousen droeg en nogal een wijde rok aanhad. Ik moest mij rekken om aan enkele stukken stof te kunnen en toen nam hij me plotseling vast bij de knieën. 'Ik zal u een beetje vasthouden, want ge zoudt kunnen vallen,' zei hij. Ik wou me wegtrekken, maar dat lukte niet op die ladder. Ik wist niet wat ik moest doen. 'Wel, wel, Rita, met zo'n schone billekes moet ge niet rood worden', hoorde ik hem zeggen. Toen ik terug van de ladder was gekomen pakte hij me vast en begon mij te kussen. Ik weerde mij, maar wat kon ik doen tegen een sterke man die dan nog mijn patron was?
Die avond reed ik wenend naar huis. Ik moest me echt herpakken toen ik thuis kwam. Ik wilde niets laten merken aan mijn ouders. Ook tegen de andere meisjes op het werk durfde ik daarover niets vertellen. Ik was zo bang dat ze me zouden uitlachen.
De volgende dagen deed meneer Walter heel onverschillig tegen mij en ik deed gewoon mijn werk. Ik was al een beetje gerustgesteld en dacht dat zoiets wel niet meer zou gebeuren. Maar een week later vroeg hij me terug om een half uurtje over te werken. Na zes uur trok ik dus terug naar zijn bureau. Ik had schrik en voelde me beschaamd. Hij had dat gezien en nam mij onmiddellijk bij de hand. 'Maar Rita toch, ge zijt toch geen klein kind meer. Ge zijt 14 jaar geworden en ge zijt het schoonste meiske dat hier werkt'. Ik was fier dat hij dat zei, maar terzelfdertijd voelde ik me onrustig en bang, zeker toen hij zei dat er opnieuw gerief van de zolder moest gehaald worden. Wat moest ik doen als meneer Walter mij opnieuw lastig zou beginnen vallen? Eens op zolder moest ik terug wat stoffen uit een van de hoogste schrappen van een rek halen. Opnieuw had ik de ladder nodig. Ik stond nog maar pas op het laddertje of hij pakte mij al vast onder mijn kleedje ... en ik voelde zijn hand in mijn broekje. Ik riep 'Nee, meneer Walter, ge moogt dat niet doen!' Maar hij luisterde niet en trok me van de ladder. Hij duwde me neer, boog zich over mij en trok dan met geweld mijn broekje uit. Ik ben toen beginnen wenen en hij zegde 'Als ge mijn liefke zijt, zult ge altijd mogen blijven werken bij ons ... anders ...' Hij trok toen mijn kleren naar omhoog en ik ben luidop beginnen roepen en schreeuwen ... maar niemand kon ons horen. Iedereen was al naar huis vertrokken. Omdat ik maar bleef roepen werd hij heel kwaad en zei : 'Ge moet het maar weten ... als ge wilt tegenwerken ... er zijn meisjes genoeg die op werk zitten te wachten.' Toen deed hij zijn broek open en ik zag zijn mannelijkheid. Hij verplichtte mij er aan te trekken ... plots trok hij mijn benen open en stak zijn mannelijkheid in mij. Hij deed mij veel pijn en ik ben blijven roepen. Hij heeft me dan verkracht ... met geweld. Hij is nog een hele tijd op mij blijven liggen. Het deed mij overal pijn, zo geweldig was hij. Toen hij weer rechtkroop deed hij eerst zijn broek toe, keek mij aan, deed mijn kleren weer in orde en zei dat ik mijn gezicht moest gaan wassen. ... Ik weet niet meer hoe ik daarna thuis geraakt ben. Tegen mijn ouders zei ik dat ik ongesteld was en ik ben zo rap mogelijk naar boven gegaan. Ik heb de ganse nacht liggen wenen in mijn bed, en de volgende morgen was ik te ziek om naar mijn werk te gaan. Ik had koorts. Maar over wat er gebeurd was op de zolder boven het atelier heb ik niets durven zeggen. Ik had veel te veel schrik en dan zou ik zeker en vast ook mijn werk verliezen ... en dat mocht niet gebeuren. ... ****************************************************************************************
|