Donderdag 14 was ik op school en
vertelde ik mijn verhaal aan de leerlingen van het 3de en laatste
jaar verpleegkunde. Ze hadden al vele vragen op voorhand doorgegeven en ik kon
ze niet allemaal beantwoorden. Ik ga de vragen niet 1 na 1 oplossen maar aan de
hand van de vragen
maak ik een aansluitend verhaal dat vele vragen zal
beantwoorden.
Waar heb ik nog nood aan als
zorgvrager? Waar moeten je als zorgverlener aan denken tijdens de verzorging?
Hebben mijn kerels begeleiding gekregen tijdens mijn herstelproces?...
Als hulpvrager heb ik zeker noden
en dat zijn niet alleen de praktische dingen zoals wassen, in bad gaan,
boodschappen, onderhoud
deze dingen staan gewoon steeds op de agenda maar er zijn
zeker extras die gedaan worden. Bv. af en toe vraag ik raad i.v.m. verzorging
als ik iets voor heb, het zelf leren zetten van spuitjes of als ik andere
zorgen heb bv. stomweg een wonde, loemp verbrand of als 1 van de jongens
gevallen is en de wonde ziet er vies uit... Dan vraag ik wel eens advies. Ook
vind ik het fijn om even te babbelen of van alles (over mijn jongens,
televisie, gekke gevoelige bokkensprongetjes,
) Ook geven ze me een
boodschappenlijst door van wat ik moet hebben handschoenen, spoelspuiten,
Dingen die ze nodig hebben bij de verzorging. Medicatie bekijk ik zelf maar
soms schuiven ze me door wat ik moet bestellen bij de apotheker voor de stoma. Maar
ook voor de verzorgenden of poetshulp. Ze kunnen eens iets extras opnemen
zoals bij mooi weer= vensters poetsen?
Maar wat ik zelf belangrijk vind dat
laat me de dingen nog doen die ik zelf kan. Bv. mezelf wassen van wat ik nog
zelf kan. Ik kan mijn gezicht, armen en buik perfect zelf wassen en heb hier
geen hulp nodig. Maar ze moeten wel nog even onder mijn oksels afdrogen want
dat lukt me niet zo goed. Als de gezinshulp komt dan gaan we naar de winkel en
op zich vind ik dit wel fijn. Er worden veel lekkere dingen gekocht maar het is
aan mij om het gezonde eruit te pikken. Ik maak een boodschappenlijst en dan
gaan we samen naar de winkel. Fruit, een koekje, kaas, beleg, groenten en vers vlees brengt oma mee, water,
broodjes,
Ik kijk rond en neem de dingen die ik kan nemen en soms is dit met
wat gevloek maar als het me lukt TOP. Zo kan ik steeds mijn grenzen verleggen
door dingen te proberen en door te proberen geraak ik verder, maar als het echt
niet gaat dan vraag ik wel hulp. Maar dan weet ik ook voor mezelf Inge je hebt
het geprobeerd. Ik kan ook zeggen gewoon doe maar je mag dit oprapen of je kan
dat doen maar daar word ik gewoon lui van en dat is zeker niet de bedoeling.
Tijdens mijn revalidatieproces
heb mijn jongens de tijd gekregen om zich aan te passen en ze werden ook
betrokken bij mijn revalidatie. Zo gingen ze soms mee naar Pellenberg als ik
naar de kinesist moest en konden ze op van alles klimmen en klauteren terwijl
ik mijn ding deed. Mijn ambulante thuisbegeleider heeft soms een babbeltje met
de jongens en terwijl ik in Pellenberg lag en 1 van de jongens had zich pijn
gedaan bij het vallen dan keek de verpleging even en verzorgden ze het even.
Volker vroeg
ooit eens mama ik zou graag eens blijven slapen. De verpleging kwam binnen en
ik heb dit dan ook gevraagd en Christophe zei dit kunnen we wel even regelen.
Volker zei toen kei verlegen mama dat vraag je nu toch niet. Maar als Volker
dit echt wou dan konden we dit zeker regelen.
Het belangrijke is dat mijn
jongens altijd welkom waren en als ze vragen hadden werden die zeker
beantwoord. Toen ik op revalidatie lag heb ik nu het gevoel dat heel veel
gehuild heb en dat ik vooral mijn jongens rond mij wou hebben. Eens ik thuis
was begon het pas echt en ook al was ik al 10 stappen vooruit gegaan ik werd
direct 100 stappen achteruit gekatapulteerd. Ik werd totaal ontredderd in een
huis gezet dat ik kende bij mensen dat ik kende en graag zag maar het was zo
een vreemde plaats en ik kon niet meer terug waar het veilig was. Nu ben ik 8
jaar verder en ik ben blij dat het allemaal achter de rug is en mijn thuis is
mijn thuis met mijn 2 jongens. Al ben ik niet trots op mezelf van hoe en wie ik
was in de eerste 24 maanden van ziek zijn.
Ik sta vooral anders in het
leven. Ik ben vooral met gevoelens bezig en het welbevinden van iedereen in
mijn omgeving maar ook van mezelf. Ben ik vrienden verloren ja maar ik heb ook
heel wat vrienden gewonnen en ik ben er zeker van dat het vrienden voor het
leven zijn. Mensen die ik kende van school en die ik dag zei als ik ze tegen
kwam maar meer ook niet. Die het gehoord hadden dat ik in het ziekenhuis lag
en zijn beginnen komen en blijven komen. Al moet ik zeggen dat ik als persoon harder
ben geworden. Zo kan ik snel iemand gewoon zeggen sorry voor u doe ik echt geen
moeite. En anderzijds als mensen geen euforke kunnen doen dan zeg ik ook wel hang
er maar aan. Ach ja, ik heb vrienden en hele goede vrienden en van sommigen
had ik het zeker niet verwacht.
Het belangrijkste is dat ik mijn
leven terug in eigen handen heb genomen en gevochten heb voor wie ik nu ben.
|