 |
|
 |
Een poëtisch geheugenpaleis |
Gedichten, versregels en teksten in diverse talen. Ze horen mij toe, omdat ik ze alle uit het hoofd ken. Ik zette ze blijvend bij in mijn geheugenpaleis. Samen vormen ze een geleend zelfportret.
Deze blog houdt mijn geheugenpaleis in goede conditie.
De vertalingen (geen herdichtingen) zijn van mijn hand en bedoeld als steuntje bij de lectuur van de originelen.
|
 |
20-09-2015 |
Harba lori fa... |
Een smeins morgens vroeg
Hertog jan I van Brabant (1252/54-1294)
(?)
Een smeiens morgens
vroeg
was ik opgestaan,
In en schoon
boomgaardekijn
Zoud ik spelen
gaan.
Daar vond ik drie
jonkvrouwen staan.
DEne zong vore, dander
zong na:
Harba lori fa,
Harba, harba lori fa,
Harba lori fa.
Toen ik verzag dat
schone kruid
in de boomgaardekijn,
End ik verhoorde dat
zoete geluid
van de mageden fijn,
Toen verblijdde dat
herte mijn
Dat ik moeste zingen
na:
Harba lori fa,
Harba, harba lori fa,
Harba lori fa.
Toen groette ik die
allerschoonste
die daar onder stond,
Ik liet mijn armen
al omme gaan
Ter zelfder stond.
Ik woude ze kussen
aan hare mond.
Ze sprak: laat
staan, laat staan !
Harba lori fa,
Harba, harba lori fa,
Harba lori fa.
Hertog Jan I van
Brabant is een van de (niet zo vele) landvorsten
die ik een warm hart toedraag. Landvorst: goed te begrijpen: ik ben een
Brabander, geen Vlaming. Brabant, niet Vlaanderen, is mijn kleine vaderland.
Normaal dus dat ik Jan I van Brabant een landvorst noem. Jan I was een Schöngeist: een minnaar van kunsten
en letteren en een minnedichter. Hij stierf in 1294 ten gevolge van een wonde
die hij opliep tijdens een tornooi.
Dit gedicht wordt aan
hem toegeschreven. Het is een ode aan de muziek en aan het vrouwelijk schoon.
Harba lori fa is
mogelijk een verbastering van lherbe fleurs fait, metafoor voor de lente,
die het leven (inclusief het
liefdesleven) dynamiseert.
Bijlagen:
1 Hetog Jan I van Brabant: ons Brabants
volkslied.
2 Een smeien smorgen vroeg: video, gezongen versie.
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=2w05YNLevfA http://www.youtube.com/watch?v=XLhX11-ATpo
20-09-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
14-09-2015 |
Vuur en cultuur... |
Prometheus
J.W. Goethe (1749-1832)
(
)
Ich kenne nichts
Armeres
Unter der Sonn als
euch, Götter!
Ihr nähret kümmerlich
Von Opfersteuern
und Gebetshauch
Eure Majestät
Und darbtet, wären
Nicht Kinder und
Bettler
Hoffnungsvolle Toren.
(
)
(...)
Geen grotere sukkels ken
ik
Onder de zon, als
jullie goden!
Jullie voeden zorgelijk
Met offergaven
En gebedsgezucht,
Uwe majesteit,
Kalen zouden jullie
Als kinderen en
bedelaars
Geen hoopvolle dwazen waren.
(
)
Goetheanus sum. Ik ben
een Goethe-fan. Op de middelbare school werd deze Duitse Icoon goed verborgen
gehouden. Niet de minste van de geestelijke misdrijven die op middelbare
scholieren gepleegd worden. Maar alla, je moet in het volwassen leven ook nog
iets kunnen ontdekken. Dat deed ik dan, en grondig ook: mijn Goethe-bibliotheek
bestaat uit enkele honderden exemplaren
Dit beroemde en beruchte jeugdgedicht van Goethe ontlokte in
de 18de eeuw in Duitsland de
zogeheten Philosophenstreit. Wie er meer over weten wil leze op mijn
Spinoza-blog het artikel van 18.01.2014(www.bloggen.be/spinoza, categorie 'spinoziana') . Het gedicht behandelt bovendien een Griekse basismythe,
die ons iets leert over onszelf en het ontstaan van de beschaving.
Bijlage
Prometheus, volledige versie, met
passie voorgedragen in het Duits.
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=qAFmidV0hUk
14-09-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:04 Süsse Sprache Deutschlands
|
 |
11-09-2015 |
Studententijd |
Komm, giess mein Glas noch einmal
ein,
Reinhard Mey (1942)
Komm, gieß mein Glas noch einmal
ein
Mit jenem billgen roten Wein,
in dem ist jene Zeit noch wach,
Heut trink ich meinen Freunden nach.
Bei diesem
Glas denk ich zurück
An Euch, mit denen ich ein Stück
Auf meinem Weg gegangen bin;
Mit diesem Glas trink ich im Sinn
Nach Süden, Osten, West und Nord
Und find Euch in Gedanken dort,
Wo immer Ihr Zuhause seid,
Seh die Gesichter nach der Zeit
In meinem Glas vorüberziehn,
Verschwommene Fotografien,
Die sich wirr aneinanderreihn:
Und ein paar Namen falln mir ein.
Karl, der
sich nicht zu schade fand,
Der, wenn es mulmig um mich stand,
So manche Lanze für mich brach.
Auf Klaus, der viel von Anstand sprach
Und der mir später in der Tat,
Die beste Pfeife geklaut hat.
Mein Zimmernachbar bei Frau Pohl,
Der nach Genuß von Alkohol
Mein Zimmer unerträglich fand
Und alles kleinschlug kurzerhand.
So übte der sich damals schon
Für seine Weltrevolution.
Dem stets
betrunknen Balthasar,
Der immer, wenn er pleite war,
Seinen Kredit bei mir bekam,
Und wenn ich mich selbst übernahm,
Dann zahlte stets der Franz für mich,
Bis Balthasar die Schuld beglich.
Volker und Georg, die mit mir
Brüderlich teilten Schnaps und Bier,
Die fahrn zu dieser Zeit voll Rum
Auf irgendeinem Pott herum,
Auf irgendeinem Ozean
Und spinnen neues Seemannsgarn.
Verwechsle
ich Euch, vergaß ich Dich,
Läßt mich mein Gedächtnis im Stich?
Vieles ist schon so lange her,
Kenn ich nicht alle Namen mehr,
So kenn ich die Gesichter doch
Und erinnere mich noch.
Und widme Euch nicht wenger Raum,
Geschrieben haben wir uns kaum.
Denn eigentlich ging keiner fort:
In einer Geste, einem Wort,
In irgendeiner Redensart
Lebt Ihr in meiner Gegenwart.
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=Xlc_SIH47yE
11-09-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:04 Süsse Sprache Deutschlands
|
 |
07-09-2015 |
Klein wild |
To
Crazy Christian
Ernest Hemingway (1899-1961)
There was a cat named
Crazy Christian
Who never lived long
enough to screw
He was gay hearted,
young and handsome
And all the secrets
of life he knew
He would always
arrive in time for breakfeast
Scamper on your feet
and chase the ball
He was faster than
any polo pony
He never worried a
minute at all
His tail was a plume
that scampered with him
He was black as night
and as fast as light.
So the bad cats
killed him in the fall.
Finca Vigia, Cuba, 1946
Zotte Christiaan was
een kat
Nooit werd ie oud
genoeg om te neuken
Altijd welgezind was
ie, jong en mooi
Ingewijd in alle geheimen
van het leven
Netjes op tijd kwam hij
voor zijn morgenmaal
Liep je voor de voeten,
ging achter de bal aan
Sneller was ie dan een polo ponny
Geen ogenblik maakte
hij zich zorgen
Zij staart was een
pluim die hem volgde
Zwart was ie als de
nacht en sneller dan licht.
Slechte katten maakten
hem dood in de herfst.
Hemingway, nog altijd
een Amerikaans icoon, joeg in Afrika
graag op groot wild maar hield ook van klein wild, zoals uit deze
poezenpoëzie blijkt. Geen meesterwerk:
een kattebelletje zeg maar, geschreven naar aanleiding, vermoed
ik, van de aanslag op zijn kat.
Bijlagen:
1 Korte biografie van Ernest Hemingway (Engels)
2 Interview t.g.v. de toekenning van de Nobelprijs. Deze oude filmbeelden werden opgenomen in zijn woning, Finca Vigia in Cuba. Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=AFSe4hpxu3M http://www.youtube.com/watch?v=VXdoedQSQuo
07-09-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:05 Engelse dichters
|
 |
06-09-2015 |
De maan en een kano |
Melopee
Paul van Ostaijen (1896-1926)
Onder de maan schuift
de lange rivier
Over de lange rivier
schuift moede de maan
Onder de maan op de
lange rivier schuift de kano naar zee
Langs het hoogriet
langs de laagwei
schuift de kano naar
zee
schuift met de
schuivende maan de kano naar zee
Zo zijn ze gezellen
naar zee de kano de maan en de man
Waarom schuiven de
maan en de man getweeën gedwee naar
de zee
De liefde voor de poëzie
is me meegegeven in de literatuurlessen (die waren er toen nog) op de
middelbare school. De nadruk viel in die lessen op de traditionele dichtkunst.
Modernisten als van Ostaijen kwamen evenwel ook om de hoek kijken.
Toen ik wat meer op
eigen poëziebenen stond, ging ik op trektocht door de modernistische, de avant-gardistische,
de atonale dichtkunst en hoe dat toen ook heette
Er bestond in die dagen een goedkopeboekjesreeks , die Oievaarpockets
heette, met ruim aandacht voor dichters. Ik besteedde mijn zondagscentjes Nieuwe griffels, nieuwe leien een bloemlezing van
moderne dichters, samengesteld door dichter Paul Rodenko, die vele herdrukken kende. Antiquarisch nu nog steeds een gezocht boekje, toen gewoon een pocketje nr. 8.
Twee korte gedichten
van van Ostaijen klikte ik in mijn jongere dagen vast op mijn nu wat sletige harde
schijf. Zijn Melopee is er een van.
Bijlagen
1 Van Ostaijen,
Melopee, video met voordracht
2 Van Ostaijen, Melopee, fotovideo met tekst en
voordracht
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=ApAQYW8idDw http://www.youtube.com/watch?v=ZATJP61hdOk
06-09-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
31-08-2015 |
God of de natuur (Deus sive Natura) |
Johannes 1, 1-3
Ἐν ἀρχῇ ἧν ὁ λόγος, καἱ
ὁ
λόγος ἧν
πρὸς
τὸν
θέόν, καἱ θεὁς ἦν ὁ
λόγος. 2 οὑτος ἧν
ἐν
ἀρχῇ
πρός τὀν
θεόν. 3 πάντα δὶ αὐτοῦ
ἐγἑνετο,
καἱ
χωρις αὐτοῦ ἐγένετο οὐδέ ἓν ὅ γέγονεν.
1 In wat bestond was Oneindig
Verstand en dat Oneindig Verstand was God
(de Natuur). 2 dat was in wat bestond bij God (de Natuur) 3 door God (de Natuur) ontstond al wat bestaat en
in al wat er bestaat is er niets dat niet in Hem is.
Ik was een puber van
om en bij 16 in volle geloofscrisis. Ik moest dringend een Grieks NT hebben. Om
met mijn schoolkennis van het Grieks na te gaan of er wel stond wat Meneer Pastoor
mij leerde
Ik ging ernaar op zoek in Antwerps antiquariaten. Onder een stapel
boeken viste een bejaarde antiquaar een halflederen editie op,de rug blonk van
het goud
(zie foto). Oei, dat zag er wel erg duur uit
maar de goedhartige man
doorzag mijn hoge geestelijke nood, bevroedde mijn bescheiden middelen en liet
het mij voor een prikje. Achteraf ontdekte ik dat ik eigenaar was geworden van een Grieks
Nieuw Testament, uitgegeven in Leipzig in 1848. Het betrof de tweede,
verbeterde druk van de beroemde editie van Constantinus Tischendorf, gebaseerd
op de door hem ontdekte Codex Sinaïticus!
Mijn vertaling is een
groet aan Benedictus de Spinoza (1632-1677).
31-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:12 The glory that was Greece
|
 |
|
Madama rouwt |
Gekwetst ben ik
Margareta van Oostenrijk (1480 -1530)
Gekwetst ben ik van
binnen,
Deurwond mijn hert zo
zeer,
Van uwer ganser
minnen,
Gekwetst zolank zomeer.
Waar ik mi wend, waar
ik mi keer,
Ik en kan gerusten
dag noch nachte;
Waar ik mi wend, waar
ik mi keer
Gi zijt alleen in
mijn gedachte.
Margaretha van Oostenrijk,bij
leven aangesproken als Madama, was de tante
van onze Keizer Karel, geboren in Gent (1500) en heerser over een imperium dat
in Europa Frankrijk omknelde en zich uitstrekte aan weerskanten van de
Atlantische Oceaan. Hij stelde haar aan
als landvoogdes over de Nederlanden toen hij in 1519 Koning van Spanje werd. Ze
bestuurde vanuit Mechelen. De stad eerde haar met een standbeeld dat (sedert
2006) opgesteld staat voor de Sint-Rombouts kathedraal aldaar.
Ik bewonder Margaretha, een bekwame, zachtmoedige
vorstin, die in woelige tijden ( Hervorming) haar best deed om haar onderdanen
te dienen. Toen haar jonge echtgenoot Philibert II van Savoye onverwacht stierf,
schreef ze haar verdriet van zich af in een aantal mooie Franstalige gedichten. Ze droeg levenslang de weduwenkap...Mogelijk is ook dit Vlaamse gedicht van haar hand.
En ook als het niet van Margaretha
is, denk ik bij het reciteren van deze
verzen toch aan deze Dame met Klasse. Verdiend opgeborgen in mijn geheugenpaleis.
Bijlage:
De video, een gezongen versie, vermeld dat het een 14de eeuws liefdesgedicht is. Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=oZ7aaAEfifs
31-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
29-08-2015 |
Lady Kant |
Het bed (III)
Hubert van Herreweghen (°1920)
In t hout van t
oude bed gedurig klopt een memel
en maant mij als de
stem der vaderen die dit bed,
een eiken ledikant
onder een donkre hemel,
getimmerd zelf en in
elkaar hebben gezet.
Aan mij, de laatste
telg, de onguurste hunner erven,
vermaakte als
relikwie mijn puiteins geslacht
dit mijtrig bed, dat
baren, paren zag en sterven
mijn vaderen en
enkel op mijn sterven wacht.
Ik lig roerloos en
lang en hoor de memel knagen,
ik hoor hem elke
nacht, er is geen toeverlaat,
de memels kloppen
staag, de memels blijven vragen
en manen dat elk hout
en elk geslacht vergaat.
En elke morgen ligt
een hoopje vuilwit poeder
onder de kleine
schacht waarin de made boort.
Gedurig maalt de
platte worm het hout tot voeder,
Gedurig molmt het
hout en molmt het lichaam voort.
Allen die sliepen
hier, slapen thans onder zoden.
-Er tokt een made, er
tokt een houtmade in het hout-,
Welhaast ben ik bij
hen, en hoor de worm der doden;
-Er tokt een made,
er tokt een houtmade in het hout-,
En in de schemer, na
de nacht en t rusteloos woelen,
begerig naar de
slaap, met ogen koud en hard,
roerloos gestrekt,
met duizelende angst te voelen
hoe traag een made
knaagt aan mijn wormstekig hart.
Hubert van
Herreweghen, nu 95, is een Vlaams-Babantse dichter met authentieke stem.
Helaas te weinig bekend en ook té weinig in bloemlezingen opgenomen. Dit
gedicht illustreert hoe echte poëzie kan
ontspruiten uit banale aanleidingen, en ons confronteert met (niet altijd
vrolijk makende) aspecten .
Dit gedicht spreekt mij aan omwille van zijn
klankrijkdom, zijn ritmiek, zijn gebalde, krachtige zegging.
Bijlagen:
1 Actrice Janine Schevernels draagt van Herreweghen voor (Het geluk).
2 De dichter, die een sonore stem heeft en
feilloos Nederlands spreekt, leest een van zijn gedichten voor.
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=MLN_aA5ldy8 http://www.youtube.com/watch?v=sZHt6a4uMUs
29-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
24-08-2015 |
Bento |
J.L Borges
Bruma de oro, el Occidente alumbra
la ventana. El asiduo
munuscrito
aguarda, ya cargado de
infinito.
Alguien constrye a Dio en la penumbra.
Un hombre engendra a Dios. Es un judío
de tristes ojos y de piel
cetrina;
lo lleva el tiempo como lleva
el río
una hoja en el agua que declina.
No importa. El hechicero insiste y labra
a Dios con geometría delicada;
desde su enfermedad, desde su
nada,
Sigue erigiendo a Dios con la palabra.
El más pródigo amor le fue otorgado,
el
amor que no espera ser amado.
Gouden nevels, ondergaande zon beschijnt
het raam. Het geduldige manuscript
Wacht, al geladen met oneindigheid.
In het halfduister bouwt iemand aan God.
Een mens broedt op God, het is een jood
met droeve ogen en gelige huid;
de tijd voert hem mee zoals een rivier
een blad meevoert in
stromend water.
Geen belang. De magiër houdt vol en werkt
met ingewikkelde geometrie aan God.
Vanuit zijn ziekte en vanuit zijn niets
Construeert hij verder God met woorden.
Meest genereuze liefde werd zijn deel,
liefde die geen wederliefde
hoeft.
Jorge Louis Borges is een van de belangrijkste schrijvers van
Argentinië. Hij schreef tal van verhalen met filosofische inslag en liet een
omvangrijk poëtisch oeuvre na. Het bevat ook twee Spinoza gedichten. Het eerste gedicht kwam tot stand in 1966. In
1977 werd ook in zijn geboorteland, de 300ste verjaardag van
Spinozas dood herdacht in het Joods Museum aldaar. Borges schreef voor die gelegenheid een
tweede Spinoza gedicht.
Spinoza trad in 1986
in mijn leven. Schrijvers kunnen iemands
leven veranderen (of overhoop halen). Wie interesse heeft, surfe naar
www.bloggen.be/spinoza
Bijlage:
J.L. Borges leest zijn
tweede Spinoza-gedicht voor.
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=hB4sDgiz9CY
24-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:07 Spaanse dichters
|
 |
17-08-2015 |
Natuur versus cultuur |
Emile, ou de l 'Education
Jean-Jacques Rousseau (1712-1778)
Livre premier
Tout est bien sortant
des mains de l' Auteur des choses, tout dégénère entre les mains de l' homme. Il
force une terre à nourrir les productions d' une autre, un arbre à porter les
fruits d un autre; il mêle et confond les climats, les éléments, les saisons;
il mutile son chien, son cheval, son
esclave; il bouleverse tout, il défigure tout, il aime la difformité, les
monstres; il ne veut rien tel que l'a
fait la nature, pas même l homme (
)
Emile, of over de
Opvoeding
Boek I
Goed is al wat uit de
handen komt van de Maker van alle dingen, in de handen van de mens degenereert
alles. Hij dwingt de grond producten van een andere grond voort te brengen, een
boom vruchten te dragen van een andere
boom; hij brengt geen respect op voor klimaten, elementen, seizoenen; hij verminkt zijn hond, zijn
paard, zijn slaaf; hij gooit alles overhoop, misvormt alles, hij houdt van wat wanstaltig is, van
monsters; hij wil niets zoals de natuur het gemaakt heeft, zelfs de mens niet (
)
De 18de
eeuwse Franse J.J. Rousseau, Verlicht Filosoof en jawel ook componist, is de volstrekte tegenpool van
Voltaire, die andere philosophe, die vaak in één adem met hem vernoemd wordt. In
de lessen geschiedenis, (mais oú est le neige d antan?) werd hij uitvoerig belicht.
Jean-Jacques wekte mijn belangstelling op voor de filosofie, of was het die goeie
ouwe leraar geschiedenis
?
In de Paasvakantie van
1960 was ik, en met mij de hele Retorikaklas, in Parijs. Op een vrij moment
kocht ik op vrijdag 15 april Rousseaus Emile, ou de l' Education. In de geelgekafte
editie van de Classiques Garnier. Rousseau
en ik bleven sedertdien goeie maatjes.
Bijlage:
Korte biografie van
J.J. Rousseau (documentaire van Arte)
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=u0lXKbmmn8I
17-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:03 Douce France
|
 |
13-08-2015 |
Vriendschap |
Het Egidiuslied
NN (Jan Moritoen?)
Egidius, waer bestu
bleven?
Mi lanct na di, gheselle
mijn.
Du coors die doot, du
liets mi tleven.
Dat was gheselscap
goet ende fijn,
Het sceen teen moeste
ghestorven sijn.
Nu bestu in den troon
verheven,
Claerre dan der zonnen
scijn,
Alle vruecht is di ghegheven.
Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di gheselle
mijn:
Du coors die doot, du
liets mi tleven.
Nu bidt vor mi, ik
moet nog sneven
Ende in de weerelt
liden pijn.
Verware mijn stede di
beneven/
Ik moet nog zinghen een
liedekijn.
Nochtan moet emmer ghestorven
sijn.
Egidius, waer bestu
bleven?
Mi lanct na di, gheselle
mijn.
Di coors die doot, du
liets mi tleven.
Egidius, zeg, waar ben
je nu?
Ik verlang naar je,
mijn vriend
Jij koos de dood, jij
liet mij t leven.
Dat was vriendschap oprecht
en fijn
Maar een van ons moest
sterven.s
Nu ben je op de hemeltroon
verheven,
Stralender dan
zonneschijn,
Alle vreugd is nu je
deel.
Egidius, zeg, waar ben
je nu?
Ik verlang naar je,
mijn vriend
Jij koos de dood, jij
liet mij t leven.
Bid voor mij, ik moet nog verder,
En in de wereld verdriet
lijden.
Bewaar een plekje
naast je.
Ik moet nog even
verder zingen,
Maar sterven moet wel iedereen.
Egidius, zeg, waar ben
je nu?
Ik verlang naar je,
mijn vriend
Jij koos de dood, jij
liet mij t leven.
Bijlage: Egidiuslied,
gezongen en voorgedragen
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=B30Xgrrqu78
13-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
12-08-2015 |
Kuipen |
Oratio In L. Catilinam
In Senatu habita
I, 1
Marcus Tullius Cicero
Quo usque tandem
abutere, Catilina, patienta nostra? Quam diu etiam furor iste tuus nos eludet?
quem ad finem sese effrenata iactabit audacia? Nihilne te nocturnum praesidium
Palati, nihil urbis vigiliae, nihil timor populi, nihil concursus bonorum
omnium, nihil hic munitissimus habendi
senatus locus, nihil horum ora voltusque moverunt? Patere tua consilia non
sentis, constrictam iam horum omnium scientia teneri coniurationem tuam non
vides? Quid proxima, quid superiore nocte egeris, ubi fueris, quos
convocaveris, quid consili ceperis quem nostrum ignorare arbitraris. O
tempora, o mores!
(
)
Hoelang nog, Catilina,
ga je ons geduld blijven misbruiken? Hoelang nog gaat je driestheid ons voor de
gek houden? Tot waar zal je vermetelheid reiken? Heb je niet door dat de Palatijn s nachts
bewaakt wordt? Dat het volk angst heeft? Dat alle betrouwbare burgers de rangen
sluiten? Dat de senaat alle nodige beveiligingsmaatregelen nam? Zie de gelaatsuitdrukkingen
van de senatoren niet? Heb je niet in de gaten dat je samenzweringsplannen
bekend zijn? Besef je echt niet dat je samenzwering nu al mislukt is, omdat wij
allen op de hoogte zijn? Denk je nou echt dat niemand van ons weet wat je
vorige nacht en die ervoor uitvrat, waar je was, wie je samenriep op je vergadering,
en wat je daar zoal bedisselde?
In wat voor tijden
leven we toch!
(
)
© W. Schuermans
Griekse en Romeinse
redenaars, helden van de Oude Retorica, bestudeerden we in de Retorica. Dat was
de naam van de hoogste klas in de Grieks-Latijnse afdeling van de Athenea weleer.
Dat zijn nu schaduwscholen, fabriekjes van middelmatigheid en vervlakking.
Cicero, politicus,
redenaaar, filosoof, schreef het mooiste Latijnse proza. De aanhef van zijn
Eerste Catilinarische Rede is nog altijd populair. Verdiend opgenomen in mijn geheugenpaleis.
Bijlage: voordracht van de Latijnse tekst Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=X4Ov-489eNw
12-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:13 The grandeur that was Rome
|
 |
11-08-2015 |
Mei |
Mei, een gedicht
Herman Gorter (1864-1927)
Een nieuwe lente en
een nieuw geluid:
Ik wil dat dit lied
klinkt als het gefluit,
Dat ik vaak hoorde
voor een zomernacht
In een oud stadje,
langs de watergracht-
In huis was t
donker, maar de stille straat
Vergaarde schemer,
aan de lucht blonk laat
nog licht,er viel een
gouden blanke schijn
Over de gevels in
mijn raamkozijn.
Dan blies een jongen
als een orgelpijp,
De klanken schudden
in de lucht zo rijp
Als jonge kersen, wen
een lentewind
In t bosje opgaat en
zijn reis begint.
Hij dwaald over de
bruggen, op de wal
van t water, langzaam gaande overal
Als n jonge vogel
fluitend, onbewust
Van eigen blijheid om de avondrust.
En menig moe man, die
zijn avondmaal
Nam, luisterde als
naar een oud verhaal,
Glimlachend, en een hand
die t venster sloot,
Talmde een poze, wijl
de jongen floot.
Zo wil ik dat dit
lied klinkt, er is één
Die ik wèl wenste,
dat mijn stem bescheen,
Met meer dan lachen
van haar zachte oog
Heil, heil, ik voel hier handen en de weke boog
van hare arm.
(
)
Op het einde van de
negentiende eeuw ontstond er in Nederland een literaire beweging die zich De
Tachtigers noemde. Herman Gorter is een van die Tachtigers. Gorter studeerde
klassieke talen, was politiek actief ter linkerzijde en vooral dichter. Zijn
lang episch gedicht Mei geniet nu nog (relatieve) bekendheid. Het eerste vers
van het gedicht Een nieuwe lente, een nieuw geluid, werd een staande uitdrukking in onze taal.
Weinig auteurs brengen dat voor elkaar.
In de tijd dat er op
de secundaire school nog aandacht werd besteed aan literatuurgeschiedenis kregen de Tachtigers ruim aandacht.
Bovenstaande verzen leerde ik vrijwillig uit het hoofd.
Bijlage: Gorter blijkt helemaal niet populair op
youtube. Een teken aan de wand. Enkele nitwitterige amateurs proberen de
beginverzen van Mei voor te dragen. Niet om aan te horen.
11-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
05-08-2015 |
Tempus fugax |
Chanson d Automne
Paul Verlaine (1844-1896)
Les sanglots longs
Des violons
De lautomne
Blessent mon coeur
Dune langueur
Monotone.
Tout suffocant
Et blême, quand
Sonne lheure
Je me souviens
Des jours anciens
Et je pleure.
Et je men vais
Au vent mauvais
Qui memporte
Decà, delà,
Pareil à la
Feuille morte.
Langgerekt gesnik
Van de violen
van de herfst
verwonden mijn hart
met monotone loom.
Beklemd en bleek,
Als de klok klept,
Denk ik aan
De dagen van weleer
En ween.
Ik dwaal in kwade wind,
Die me meevoert,
Nu hierheen, dan
daarheen,
Als een gevallen herfstblad.
Weemoedigheid, die s
avonds komt en niemand kan verklaren, dichtte Elsschot, is een basisgevoel dat
niemand vreemd is. Het kan verschillende gevoelens opwekken. Verlaine geeft in
dit beroemde gedicht op melodieuze wijze uiting aan droefheid die hem overvalt
als hij zich op slag en stond bewust wordt van de vergankelijkheid, in de
poëzie vaak met de Herfst (met hoofdletter) geassocieerd.
Bijlagen
Van dit gedicht
bestaan vele muzikale versies. Ik selecteer de interpretaties van drie Franse top
chansonniers.
1 Léo Ferré
2 Georges Brassens
3 Charles Trenet Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=1sXfEDW-PME http://www.youtube.com/watch?v=urCmYkowUoo http://www.youtube.com/watch?v=Wtx6o7o3-W0
05-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:03 Douce France
|
 |
04-08-2015 |
De Vrome Aeneas |
Aeneis
Boek I, 1-11
Publius Vergilius Maro
Arma virumque cano,
Trojae qui primus ab oris
Italiam fato profugus
Laviniaque venit
Litora, multum ille
et terris jactatus et alto
Vi Superum, saevae
memorem Junonis ob iram;
Multa quoque et bello passus, dum conderet urbem,
Inferretque deos
Latio, genus unde Latinum,
Albanique patres,
atque altae moenia Romae.
Musa mihi causas
memora, quo numine laeso,
Quidve dolens regina
deum tot volvere casus
Insignem pietate virum
tot adire labores
Impulerit. Tantaene animis
caelestibus irae?
(...)
Ik vertel over Aeneas en
zijn wapenfeiten, een held op de vlucht,
Die als eerste in
Italië belandde op de kust van Lavinia,
Nadat hij veel had meegemaakt
te land en ter zee
Onder dwang van de
Goden, omwille van Junos haat.
Veel oorlogsleed ook
overkwam hem, tot hij de stad stichtte
Een thuis gaf aan zijn
Goden in Latium, waaruit de Latijnen sproten
Het Albaanse voorgeslacht
en Romes hoge muren.
Muzen herinner mij de
oorzaken waarom de godin gekwetst werd
Waarom de godin zo vergramd was en zoveel onheil
Beschoor aan een man
die altijd zijn plicht nakwam,
Kan er in de harten
van goden zo veel haat zijn?
(...)
© W. Schuermans
Vergilius schreef de
Aeneis, het nationale epos van de Romeinen. Hij ondersteunde zo de politiek van
zijn beschermheer Princeps Octavianus, die de eretitel 'Augustus' (doorluchtige) verleend werd
en de grondlegger was van het Romeinse keizerschap. De Latijnse taal vindt in
de Aeneis van Vergilius zijn hoogste poëtische uitdrukking.
Er was geen weg naast:
alle leerlingen van de Latijnse afdeling moesten in de poësis deze elf regels
uit het hoofd leren. Een kteima eis aiei (bezit voor altijd) voor wie dat goed
deed.
Bijlage: Aeneis
I,1-11 voordracht met schermtekst
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=W21ptYzFcIY
04-08-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:13 The grandeur that was Rome
|
 |
30-07-2015 |
Het lot |
De tuinman en de dood
P.N. Van Eyck
Een Perzisch Edelman
Van morgen ijlt mijn
tuinman, wit van schrik,
Mijn woning in: Heer,
Heer een ogenblik!
Ginds, in de rooshof,
snoeide ik loot na loot,
Toen keek ik achter
mij. Daar stond de Dood.
Ik schrok, en haastte
mij langs de andere kant,
Maar zag nog juist de
dreiging van zijn hand.
Meester, uw paard, en
laat mij spoorslags gaan,
Voor de avond nog
bereik ik Ispahan! -
Van middag (lang
reeds was hij heengespoed)
Heb ik in t cederpark
de Dood ontmoet.
Waarom, zo vraag
ik, want hij wacht en zwijgt,
Hebt gij van morgen
vroeg mijn knecht gedreigd?
Glimlachend antwoordt
hij: Geen dreiging was t,
Waarvoor uw tuinman vloot.
Ik was verrast,
Toen k s morgens hier
nog stil aan t werk zag staan,
Die k s avonds
halen moest in Ispahan.
Een van de bekendste
gedichten uit onze literatuur. De dichter vertelt een oud verhaal: niemand kan
zijn lot ontlopen, niemand kan de dans van Magere Hein ontspringen.
Ik was een eerstejaarsbroekje in de 'grote', secundaire, school. De Tuinman en de Dood is een van de
eerste gedichten die ik in de lessen Nederlands van de heer van Genechten, die
wij om evidente redenen Lambiek noemden, als huistaak uit het hoofd moest leren.
Het is er, met dank aan deze opvoeder, sedertdien niet meer uitgeraakt.
Bijlage: De tuinman en de dood, voordracht met schermtekst.
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=33ssIyEVRvQ
30-07-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
27-07-2015 |
Kiezen |
In Trutina Mentis
NN
In trutina mentis
dubia
Fluctuant contraria
Lascivus amor et
pudicitia.
Sed eligo quod video
Collum iugo prebeo
Ad iugum tamen suave
transeo.
In de weegschaal van
mijn ziel
Vechten tegenstrijdige
gevoelens
Liefdeslust en schroom.
Maar ik kies wat ik
zie
Het juk mag op mijn nek
Kiezen zal ik voor het
zachte juk.
© W. Schuermans
In de poësis van mijn
Atheneum, maakte ik kennis met de Carmina Buranana van Carl Orff. De titel van
dit meesterwerk verwijst naar het klooster van Benediktbeuern (Beieren), waar in het begin van de 19de eeuw een tweehonderdtal middeleeuwse vagantenliederen uit de 12de en de 13de eeuw teruggevonden werd. Carl Orff verwerkte een aantal
van deze liederen in zijn compositie. In trutina behoort tot het derde deel
(Cour dAmours) van de compositie en is een korte solo voor sopraanstem.
Het spreekt dat een
mediëvist die teksten van de Carmina Burana én de gelijknamige compositie van Orff niet uit de weg kan gaan. In
trutina kleeft aan mijn oor in de interpretatie van Gundula Janovitz. Maar ik beluister
ook graag andere uitvoeringen.
Bijlage:
In trutina mentis (Carmina Burana) door sopraan
Lucia Popp (fragment uit de verfilming van de Carmina Burana, door Ponelle, ook
op Youtube te bekijken) .
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=3REXw7ZH5jg http://www.youtube.com/watch?v=pc0qGKkn-I0
27-07-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:13 The grandeur that was Rome
|
 |
25-07-2015 |
De lange tijd |
Sonnet
P.C. Hooft (1581-1647)
Gezwinde grijsaard,
die op wakkre wieken staag
De dunne lucht
doorsnijdt, en zonder zeil te strijken
Altijd vaart voor de
wind, en ieder na laat kijken,
Doodvijand van rust,
die woelt bij nacht bij daag.
Onachterhaalbre
Tijd, wiens hete honger graag
Verslokt, verslindt,
verteert al wat er sterk mag lijken
En keert, en wendt,
en stort staten en koninkrijken,
Voor iedereen te snel
hoe valt gij mij zo traag?
Mijn lief, sinds ik u
mis, verdrijf ik met mishagen
De schoorvoetige
tijd, en tob de lange dagen
Met arbeid avondwaarts.
Uw afzijn valt te bang.
En mijn verlangen kan
de Tijdgod niet bewegen;
Maar t schijnt, verlangen
daar zijn naam van heeft gekregen
Dat ik de tijd, die
ik verkorten wil, verlang.
Bijlage:
P.C. Hooft is op Youtube niet erg populair. Dan maar de
video van het Letterkundig Museum (Amsterdam).
De Hollander, die op
het einde van de video Hoofts sonnet afkraakt kon ik, helaas, niet wissen.
De Nederlandse taal is
wonderzoet, als de keelzieke Hollander haar geen geweld aandoet
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=5r9oExVAHGk
25-07-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
24-07-2015 |
Weg van Willem (3): trouwen is houwen |
Het Huwelijk
Willem Elsschot
Toen hij bespeurde
hoe de nevel van de tijd
in d ogen van zijn
vrouw de vonken uit kwam doven,
haar wangen had
verweerd, haar voorhoofd had doorkloven,
toen wendde hij zich
af en vrat zich op van spijt.
Hij vloekte en ging
te keer en trok zich bij de baard
en mat haar met de
blik, maar kon niet meer begeren,
hij zag de grootse
zonde in duivelsplicht verkeren
en hoe ze tot hem
opkeek als naar een stervend paard.
Maar sterven deed zij
niet, al zoog zijn helse mond
het merg uit haar
gebeente, dat haar tóch bleef dragen.
Zij dorst niet
spreken meer, niet vragen of niet klagen,
en rilde waar ze
stond, maar leefde en bleef gezond.
Hij dacht: ik sla
haar dood en steek het huis in brand.
Ik moet de schimmel van
mijn stramme voeten wassen
en rennen door het vuur en door het water
plassen
tot bij een ander lief
in enig ander land.
Maar doodslaan deed
hij niet, want tussen droom en daad
staan wetten in de
weg en praktische bezwaren,
en ook weemoedigheid,
die niemand kan verklaren,
en die des avonds
komt, wanneer men slapen gaat.
Zo gingen jaren heen.
De kindren werden groot
en zagen dat de man
die zij hun vader heetten,
bewegingsloos en
zwijgend bij het vuur gezeten,
een godvergeten en
vervaarlijke aanblik bood.
Rotterdam 1910
Het huwelijk, zoals
wij het kennen, is een vinding van de Kerk die uiteindelijk bekrachtigd en
gesteund werd door burgerlijke overheden. De aloude instelling vermemelde in de 20ste eeuw. Andere vormen
van samenleven ontstonden. Het burgerlijk huwelijk al of niet bekwispeld door
de Kerk, blijft evenwel een fundament van de Europese samenleving.
In dit gedicht maakt
Elsschot een röntgen van zijn huwelijk. Hij zat het uit met volharding. Al te
goed besefte hij hoe deze instelling soms met de jaren degenereert tot een
kerker waaruit moeilijk uitgebroken wordt.
Ik leerde dit gedicht
uit het hoofd kort nadat ik huwde. Ik herkende er een grond van waarheid in.
Waarschijnlijk omdat de smaak van de vrijheid toen nog aan mijn lippen kleefde.
Bijlage:
1 W. Elsschot, Het huwelijk: versie 1 (het Letterenhuis, Antwerpen).
2 W. Elsschot, Het huwelijk: versie 2 (voordracht kunstenaar Gerard Vermeersch) Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=G7Dmvv0XFi8 http://www.youtube.com/watch?v=kNFz6ClJFb8
24-07-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:01 O schone moedertaal
|
 |
20-07-2015 |
Dante (2): voor de Hellepoort |
Divina commedia
Inferno, canto terzo, v. 1-18
Dante (1265-1321)
Per me si va nella
città dolente,
per me si va nell
eterno dolore,
per me si va tra la
perduta gente.
Giustizia mosse il
mio alto fattore:
fecemi la divina
potestate,
la somma sapienza e
il primo amore.
Dinanzi a me non fur
cose create
se non eterne, ed io eterno
duro:
lasciate ogni
speranza, voi chentrate.
Queste parole di
colore oscuro
vidio scritte al
sommo duna porta;
per chio: Maestro,
il senso lor m e duro;
Ed egli a me come
persona accorta:
Qui si convien
lasciare ogni sospetto;
ogni viltà convien
che qui sia morta.
Noi siam venuti al
luogo ovio tho detto
che tu vedrai le
genti dolorose
channo perduto il
ben de l'intelletto.
(...)
Hel, III, v. 1-18
Door mij kom je in de tranenstad,
door mij kom je in land van eeuwige pijn,
door mij kom je bij het verdoemde volk.
Recht bewoog mijn machtige maker,
Gods almacht bracht mij tot stand,
voordien was geen enkel ding geschapen,
alleen het eeuwige was, en ook ik blijf duren:
laat alle hoop varen gij die binnentreedt.
Deze woorden aangebracht
in donkere tint
zag ik geschreven staan
boven een poort.
ik zei: Meester, de betekenis
is mij duister.
en hij antwoordde mij zelfverzekerd:
Hier past het dat je elke
vrees bant,
laat hier en nu ook
elke lafheid varen,
we zijn in het oord waarover
ik vertelde,
dat je massas miserabele
zielen zal zien,
die het gebruik van
hun verstand verloren.
(
)
© W. Schuermans
Mijn belangstelling
voor Dante was al op de middelbare school gewekt (zie Dante 1). Van mijn
lievelingstante kreeg ik op een keer een stapeltje Franse boeken. Enkele waren gebonden in halfleer en dateerden uit het
einde van de 19de eeuw. Le Dante was er een van. Mijn Frans was al
stevig genoeg en mijn interesse des te steviger om mij aan de lectuur te wagen.
Allighieri gooide in mijn geest zijn anker uit. Een ruime Dante bibliotheek en
een handvol Dante-objecten (bustes in marmer en brons, klein-beeldhouwwerk, medailles)
werden mijn deel.
Bijlagen:
1 Inferno, canto- III : volledig en met
Italiaanse tekst.
2 Inferno, canto III: voorgedragen door de beroemde Italiaanse acteur Vittorio Gassman
3 Inferno, canto III: geslaagde animatiefilm met
Engelse ondertitels. Deel twee volgt, na aanklikken.
Bijlagen: http://www.youtube.com/watch?v=cdNGHXs27mQ http://www.youtube.com/watch?v=gwj3KmG4Cdg http://www.youtube.com/watch?v=VsOPa4q6CIo
20-07-2015, 00:00 geschreven door Willy Schuermans 
|
|
Categorie:06 In het land van Dante
|
 |
|
 |
E-mail mij |
Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.
|
|
|
 |