Het Huwelijk
Willem Elsschot
Toen hij bespeurde
hoe de nevel van de tijd
in d ogen van zijn
vrouw de vonken uit kwam doven,
haar wangen had
verweerd, haar voorhoofd had doorkloven,
toen wendde hij zich
af en vrat zich op van spijt.
Hij vloekte en ging
te keer en trok zich bij de baard
en mat haar met de
blik, maar kon niet meer begeren,
hij zag de grootse
zonde in duivelsplicht verkeren
en hoe ze tot hem
opkeek als naar een stervend paard.
Maar sterven deed zij
niet, al zoog zijn helse mond
het merg uit haar
gebeente, dat haar tóch bleef dragen.
Zij dorst niet
spreken meer, niet vragen of niet klagen,
en rilde waar ze
stond, maar leefde en bleef gezond.
Hij dacht: ik sla
haar dood en steek het huis in brand.
Ik moet de schimmel van
mijn stramme voeten wassen
en rennen door het vuur en door het water
plassen
tot bij een ander lief
in enig ander land.
Maar doodslaan deed
hij niet, want tussen droom en daad
staan wetten in de
weg en praktische bezwaren,
en ook weemoedigheid,
die niemand kan verklaren,
en die des avonds
komt, wanneer men slapen gaat.
Zo gingen jaren heen.
De kindren werden groot
en zagen dat de man
die zij hun vader heetten,
bewegingsloos en
zwijgend bij het vuur gezeten,
een godvergeten en
vervaarlijke aanblik bood.
Rotterdam 1910
Het huwelijk, zoals
wij het kennen, is een vinding van de Kerk die uiteindelijk bekrachtigd en
gesteund werd door burgerlijke overheden. De aloude instelling vermemelde in de 20ste eeuw. Andere vormen
van samenleven ontstonden. Het burgerlijk huwelijk al of niet bekwispeld door
de Kerk, blijft evenwel een fundament van de Europese samenleving.
In dit gedicht maakt
Elsschot een röntgen van zijn huwelijk. Hij zat het uit met volharding. Al te
goed besefte hij hoe deze instelling soms met de jaren degenereert tot een
kerker waaruit moeilijk uitgebroken wordt.
Ik leerde dit gedicht
uit het hoofd kort nadat ik huwde. Ik herkende er een grond van waarheid in.
Waarschijnlijk omdat de smaak van de vrijheid toen nog aan mijn lippen kleefde.
Bijlage:
1 W. Elsschot, Het huwelijk: versie 1 (het Letterenhuis, Antwerpen).
2 W. Elsschot, Het huwelijk: versie 2 (voordracht kunstenaar Gerard Vermeersch)
|