Ik heb het echte centrum van Wuhan, namelijk het meest commerciële district Hankou, tot nu toe nog (altijd) niet verkend. De stad is dan ook zo reusachtig dat ik écht niet weet waar te beginnen. Ed (de Engelsman, remember) is er ondertussen al wél op uitgetrokken. Blijkbaar kan je met een bootje de Changjiang oversteken! Afgelopen weekend was ik te tam om echt veel rond te lopen. Ik was ook absoluut niet in de mood omdat, toen ik donderdagavond met Ed naar The Curious Case of Benjamin Button wilde kijken, mijn harde schijf op de grond gevallen is. Aanvankelijk dacht ik dat er niet veel aan de hand was, maar toen ik zaterdag naar mijn geliefde muziekjes wilde luisteren, bleek dat praktisch niks nog afgespeeld kan worden. :( NOOOOO! Ik ben nog maar een week hier en ik ben mijn muziek al kwijt. Niks aan te doen... ik ga zo snel mogelijk rondkijken naar een nieuwe harde schijf en redden wat er nog te redden valt.
Het wordt dus dringend tijd om zelf eens het heft in handen te nemen en er op mijn eentje op uit te trekken. Dat was dan ook het plan voor gisteren, ware het niet dat ik weer wat administratieve rotzooi in orde moest brengen. Volgende week moet ik trouwens nog eens hetzelfde ondergaan, omdat ik een aantal formulieren nog moet terugkrijgen (als ze ze niet kwijt zijn ten minste, want van een Duits meisje hoorde ik dat ze haar niet bij een klas hadden ingedeeld omdat ze haar Chinese niveautest kwijt waren). Ondanks het feit dat ik al om half 12 gedaan had met de les, was ik pas om 5 uur klaar om te vertrekken. Ik heb dan maar besloten naar de dichtstbijzijnde Carrefour te gaan en me daar nog eens goed uit te leven. Naar een grote supermarkt gaan is hier op zich al een avontuur. Eventjes naar de winkel is nooit eventjes J je bent bijvoorbeeld al gauw een uur onderweg naar de Carrefour. Ik had vrij veel spullen nodig, maar het duurde steeds lang voor ik ze vond. Toen ik dan eindelijk al mijn bullen had, bleek aan de kassa dat ik net niet genoeg cash geld bij had... Vrij beschamend, want ondertussen stond een hele rij Chinezen op mij te wachten. Ik heb het snel opgelost door één ding achter te laten, maar die Chinezen stonden ondertussen wel te lachen met deze laowai ;) (= buitenlander).
Een ander grootwarenhuis dat iets dichter bij de deur is, heeft dan weer een ingewikkeld stempelsysteem. Op mijn kassaticket stonden na afloop welgeteld ... 12 rode stempels. De meeste stempels staan er vantevoren al op, maar om buiten te geraken moet je nog een laatste stempel laten zetten. Wat voor nut die heeft, is me een raadsel. Voorlopig laat ik de grootwarenhuizen even voor wat ze zijn.
Op dit moment is het een beetje minder hectisch dan de eerste dagen, en ik begin zo stilaan te wennen aan mijn nieuwe thuis. Vrijdagavond ben ik met een groepje van 5 (waaronder ook een Amerikaan, Adam, en zijn Spaanse vriendin, Martha) aan het Oostelijke meer (Donghu) gaan eten. De sfeer was er geweldig, maar de rook stoorde me enorm. Het is soms net alsof je een sigaret rookt (ja mama, ik heb ooit eens één sigaretje geprobeerd). Chinezen bakken namelijk heel veel voedsel op een barbecue. Het zijn allemaal kleine hapjes, zoals patat, komkommer, kippenpoten, garnalen, ... Alles is zeer pikant gekruid, dus ik eet het liever in combinatie met een noedel- of rijstgerecht. Het eten in Wuhan staat trouwens bekend om zijn pikantheid, en dus is het altijd oppassen geblazen.
Na ons etentje hebben we nog wat langs het Oostelijke Meer gekuierd, en liepen we langs een open plek met een groot aantal pooltafels. Het weer is hier s avonds zo aangenaam, dat ook wij niet konden weerstaan aan een spelletje pool in openlucht. Ondanks het feit dat buitenlanders hier vaak VIPs zijn, hebben we de meest scheve pooltafel van de ganse hoop gekregen. Hoe we ook probeerden, de ballen rolden steeds terug naar van waar ze kwamen J. Ik kan echter niet zeggen dat we ons niet geamuseerd hebben ;) het was zelfs fijner en vooral onvoorspelbaarder dan een gewoon potje pool.
Zaterdag heb ik overdag samen met Ed een heuveltje op de campus beklommen, en ben ik rond half 6 vertrokken om te gaan... lesgeven ;). Vorige week is er namelijk een Chinees meisje (Julia) aan me komen vragen of ik geïnteresseerd was in zon jobke. Het feit dat ik geen native speaker ben, is blijkbaar geen probleem. Rond half 7 dacht ik in Hankou te zijn, maar dat was buiten het Chinese spitsuur gerekend. Toen ik aan de hoofdpoort van mijn universiteit na 20 minuten nog geen taxi te pakken had, begon ik wanhopig te worden. Het was uiteindelijk 20 na 6 toen ik eindelijk op weg was naar Hankou, en ik zou er pas om iets na 7 arriveren. Julia vond het niet erg, en nam me mee naar een klas met 34 jongens en meisjes van 6 tot 10 jaar oud. Tot mijn grote verbazing zag ik Adam voor de klas staan! J Zowel hij als ik hadden niets voorbereid, want dat was volgens Julia niet nodig. Het enige wat we moesten doen, was een aantal random woorden op het bord schrijven en de kinderen die constant laten herhalen. Dat is trouwens de meest gangbare lesmethode op Chinese scholen: 填鸭式(letterlijk the force feeding duck style). Het komt erop neer dat de leerstof er gewoon bij de kinderen ingedreund wordt door middel van constante herhaling.
Gelukkig kon ik kijken hoe Adam zijn les gaf, en of de kinderen meewerkten. Ik was toch wel zenuwachtig; ik had immers nog nooit lesgegeven, had niks voorbereid en had helemaal niet verwacht dat de kinderen met zoveel zouden zijn. Op de voorste rij zaten natuurlijk de lawaaimakers, terwijl de achterste rijen kinderen bijna niet durfden praten. De Chinese leerkracht hielp Adam met de Chinese vertaling van een aantal woorden, en probeerde de kinderen de nieuwe woorden door middel van handenklap-spelletjes aan te leren. Toen ik nadien aan de beurt was, pakte ik het op ongeveer dezelfde manier aan. Het niveau van de kinderen is extreem laag, dus heb ik hen gewoon de kleuren blue, pink, red enzovoort geleerd. Ik wees naar objecten in de klas, liet hen in hun handen klappen, liet de leerlingen die iets roods droegen rechtop staan, deed mijn zwarte schoenen uit, enzovoort. Het feit dat ik hier en daar wat Chinees kon gebruiken, was natuurlijk ook een hulp, en alles is heel vlot gegaan. Zowel van de leerkracht als van de leerlingen kreeg ik een positieve respons, dus ik ben content J ik wil het zeker nog eens proberen, maar dan toch wel mét voorbereiding. Fotos heb ik er momenteel nog niet van, maar ik ga ze via Julia nog proberen vast te krijgen.
Na het lesgeven zijn Adam en ik met 4 Chinese leerkrachten van die school (ze geven enkel in het weekend de extra Engelse lessen) gaan eten in een supergezellige buurt van Hankou. Jammer genoeg viel aan de rook ook hier weer niet te ontsnappen. Bij dit etentje heb ik een gemengd gevoel, omdat de leerkrachten steeds onder elkaar Wuhanees praatten en bijna niets tegen ons durfden zeggen (zowel in het Engels als in het Chinees). Misschien waren ze beschaamd over hun lage Engelse niveau? De enige die zich wel in het Engels verstaanbaar kon maken, was Julia. Toen er echter geen spontaan gesprek op gang kwam tussen ons, buitenlanders, en de Chinezen, begon Julia een geforceerd gesprek met Adam. Het was allesbehalve interessant, en al gauw was het weer stil. Ik hoorde ze tegen elkaar zeggen dat Adam een native speaker is, en misschien verklaart dat waarom Julia meer tegen Adam sprak dan tegen mij. Langs de ene kant is een native English speaker zijn voordelig, maar langs de andere kant worden ze ook vaak meer bekeken als studieobjecten dan als personen. Dit heeft Ed me verteld, en nu begrijp ik volledig wat hij bedoelt. Ik denk niet dat Julia of de andere leerkrachten echt geïnteresseerd waren in wie we waren; ze wilden ons gewoon even gebruiken nu ze de gelegenheid hadden. Dat was toch hoe Adam en ik het ervaarden. Ergens valt dat natuurlijk te begrijpen, maar van een spontane conversatie was toch geen sprake.
Gisteren ben ik met de lessen gestart. Ik mocht na de test van vorige week in het hoogste level beginnen (lang leve de KuLeuven J), en hoewel ik content was over de grammaticales, vond ik de spreekles beneden alle peil. Dat had ook wel te maken met het feit dat onze groep ná de grammaticales vergezeld werd door een 6-tal pubers van Kazachstan die, na een half jaar in Xian gestudeerd te hebben, zo bleek, enkel de zin Ik weet het niet hadden geleerd. Vandaag hoorde ik dat die ondertussen in de groep van Ed gesukkeld zijn.
Omdat het niveau toch wel laag was en een leerkracht tegen mij en een Koreaanse gezegd had eens bij de bachelorklas te gaan kijken, ben ik ondertussen van klas veranderd. Geen vervelende Kazachen dit keer, wel veel Koreanen, Turken en één Australiër. Vaak kan je uit iemands Chinees afleiden van waar iemand komt, omdat de klanken soms door het Chinees heen blijven klinken. Dat is vaak het geval bij Afrikanen, maar vooral bij Amerikanen vind ik. Bij de Australiër uit mijn klas is het zelfs hilárisch J.
Vandaag heb ik ten slotte mijn boeken gekocht en ben ik langs Ed gegaan om zijn nieuwe gitaar te keuren. We zouden een bandje kunnen opstarten en hier lokale bekendheden kunnen worden ;) het laowai-bandje J... wie weet... want in China is alles mogelijk.
Na uw veelvuldige vragen om foto's, heb ik er eindelijk werk van gemaakt. Picasa werkt hier niet echt goed, dus ik heb een andere site gezocht waarop ik foto's kan posten. Het uploaden duurt vrij lang, maar het is te doen. De rest van de foto's volgt nog :). Rechts van mijn berichten staat de link nog eens (Foto's van Kerlijne). Enjoy! x
Ik moet eerlijk bekennen dat ik nog nooit zoveel heimwee gehad heb als de afgelopen dagen. Echter, het wordt hier elke dag ietsjes aangenamer. Mijn kamer heb ik eergisteren volledig gekuist, en ondertussen hebben Nitsan en Madi de badkamer ook nog eens volledig gedaan. Zoals ik al zei: propere madammen. Nicole lijkt nog altijd een beetje verloren, en heeft nog niet de energie gehad aan haar kamer te beginnen. Ze heeft dan ook de vuilste kamer van iedereen, en ik zou zelf niet eens weten waar te beginnen.
Na het kuisen (dat dus praktisch de ganse dag geduurd heeft) ben ik tegen de avond met Sarah terug naar het centrum getrokken. Voor mij is het centrum voorlopig nog enkel de paar straten rond de campus. Trouwens: gebruik nooit een paar uren aan een stuk Dettol met je blote handen. Net toen ik wou vertrekken, stond Ed voor mijn deur, en beneden wachtte nog een Pakistaanse vriendin van Sarah. Even later voegden nog 2 jongeren zich bij ons, waaronder Sean (blijkbaar is zijn taak hier de studenten van alle activiteiten op de hoogte houden en belangrijke informatie van het bureau verkondigen). Hij heeft me onderweg wat verteld over de omgeving, de sportvelden, de oude bibliotheek enzovoort. Ditmaal zijn we langs de achterpoort van de universiteit gelopen, ook al kan ik me nog steeds niet echt oriënteren. We hebben vrij oke (maar pikant, zoals bijna alles in Wuhan) gegeten met zn allen, en daarnaa zijn Ed, Sarah, de Pakistaanse en ik nog langs een schoenenwinkel geweest (niet mijn idee J). En ja ik heb er wat gekocht :p. Komaan man J voor 8 euro kan je toch niet sukkelen. In dat opzicht is Wuhan heaven.
Mijn kamer is ondertussen redelijk ingericht, maar gisteren ben ik nogmaals naar de winkel geweest. s Ochtends om half 8 (waarom zijn alle Chinezen ochtendmensen?!) was er de openingsceremonie die gelijktijdig met het medische onderzoek voor buitenlandse studenten viel. Stom, maar ik denk niet dat ik veel gemist heb, de ceremonies van de Chinezen kennende... Met een ganse bus vol buitenlanders zijn we naar een gebouw vrij ver in het centrum gereden, om daar 4 uren aan een stuk in de rij te staan. Ik had niet anders verwacht. Één voor één kwamen we bij de dokter, en zelfverzekerd legde ik mijn documenten voor. Raar hoe vaak Chinezen hier vrij direct complimenten geven trouwens: zelfs de dokteres begon onze ontmoeting met te zeggen hoe mooi Europese meisjes wel niet zijn, waarop ik antwoordde dat de Chinese meisjes er toch ook wel mogen zijn. De dokteres zei me dat alles hier draait om slank zijn, en diëten, waarop ik dan weer antwoordde dat ik volgend jaar waarschijnlijk als dikkerdje naar huis wederkeer. Trouwens, nu ik het daar toch over heb, er is naar het schijnt echt geen ontsnappen aan. Ook Madi is vorig jaar serieus bijgekomen, ook al kookt zij vaak zelf. We snappen het niet goed, want we eten praktisch hetzelfde als de Chinezen, en Chinese meisjes zijn zelden dik.
Anyway, ik weet niet of het gebabbel met de dokter én dokteres er goed aan heeft gedaan, maar ik moet geen enkele medische test opnieuw doen.
Momenteel is het hier trouwens 31 graden, en in Kleine-Brogel 9. Omdat er net iemand van China Telecom is langsgekomen om mijn internet te fiksen, had ik nu meer zin even op mijn gemak te computeren dan in de hitte de campus te gaan verkennen (nog steeds zonder fatsoenlijke kaart, want de kaart die ik gevonden heb in een winkeltje vlakbij is echt wel zielig).
Het internet heeft zo lang geduurd omdat we voor alles zelf moeten zorgen. De primaire dingen waren toch wel wat brood en melk (ik ben er nog altijd niet uit of de melk die ik momenteel koop van melkpoeder gemaakt is of niet... ze smaakt beter dan andere melk, maar in China weet je nooit wat je eet of drinkt). Madi zei me net dat de reden waarom Chinezen, en waarschijnlijk ook wij binnenkort, zoveel haar verliezen de kwaliteit van het water is. Waarschijnlijk hebben de kunstmatige stoffen in etenswaren er ook wel mee te maken.
Aan de papiermiserie komt trouwens ook geen einde, en seffens ga ik eens kijken welke formulieren ik nu juist nog heb en waarheen die moeten. Vanochtend hebben we HSK gehad om ons level van Chinees te testen en ons zo in groepen te kunnen delen. Het was moeilijk, maar ik denk wel dat ik in een vrij goede groep terecht ga komen.
Ten slotte heb ik gisteren van s middags tot s avonds met Ed en een Koreaans meisje met de naam Yoo Eun Hee (J) rondgelopen. Af en toe wel lastig, want met haar sprak ik Chinees en met Ed Engels. Mijn Engels gaat er best op vooruit, en ik heb in Ed wel een maatje gevonden. Hij zit in hetzelfde soort gebouw als ik nu zit, maar zijn roommates zijn er nog altijd niet en het kot is tot nu toe toch het smerigste dat ik al gezien heb. Wie weet wat voor koten zijn er hier nog op de campus... Het onderste stuk van de houten badkamerdeur is volledig weg (weggestampt, zo lijkt het) en om de wc door te sjassen moet je eerst het reservoir vullen met de douchespriet :p. Ik ben eergisteren op zijn kamer op internet geweest en we kunnen echt uren met elkaar babbelen. Hij is 23 jaar en over land naar China gekomen (via Istanbul, Georgië, Kazachstan, Urumqi en nog veeeeel veel meer). Hij heeft een jaar in Rusland gewoond en spreekt naast Engels, Frans en Russisch ook een ietsiepietsie Chinees. t Is dus een specialleke J.
Ik heb sinds eergisterenavond ook een gsm-nummer (de gsm-kaart heb ik samen met Sarah buiten de campus gewoon op straat gekocht): 008615827566728
Oh my god I can't believe it, I've never been that far away from home
Maandag 7 september 2009, 23:04
Ik typ nu dit bericht, maar heb nog geen internet, dus ik zal het zo snel mogelijk online zetten (morgen hopelijk...). Over mijn laatste dag in Shanghai ga ik nu niet veel schrijven. Ik heb gisteren eindelijk eens uitgeslapen en dan een hele tijd opgeruimd, alvorens rond de middag met Yiwei en zijn knappe neef (hij heeft namelijk ook een dikke neef) te gaan zoeken naar een gsm. Ik wist al dat Yiwei zijn smaak verschillend is van de mijne, en dat werd nogmaals bevestigd toen ik zijn neef zag. Blijkbaar is knap hier gelijk aan groot, en telt de rest niet ;). Slank was hij wel, en lang, maar ik blijf me storen aan al dat neushaar. Van waar blijft dat in godsnaam komen?! Hij was wel heel vriendelijk en heeft onze lunch betaald. In één van de shopping centers aan het Volksplein (Renmin Guangchang) zijn we in de kelder verschillende kleine winkeltjes afgelopen met allemaal dezelfde gsms. Het was er natuurlijk weer heel druk en Yiwei zei me dat als er brand zou uitbreken, iedereen zou sterven omdat er bijna geen nooduitgangen zijn. Met die gedachte in mijn achterhoofd heb ik op mijn gemak verdergewinkeld. Die neef (Zhao Zhao) van Yiwei weet blijkbaar veel af van gsms en heeft uiteindelijk voor 43 euro eentje voor me gekocht. Ik kan hem nog wel niet gebruiken omdat ik in Wuhan pas een sim-kaart zou kopen (de tarieven zijn anders). Het is een simpel ding, is compact en ziet er toch trendy uit. Net wat ik zocht! ☺ Daarna hebben we de Urban Planning Exhibition bezocht, waar het meest in het oog springende natuurlijk die maquette was én de kleine tentoonstelling van propagandaposters op het hoogste verdiep. Nadien nog een korte voorstelling van trommelaars gezien uit Korea, ook in één van die shopping centers. Zhao Zhao zei dat hij fitnesst op het hoogste verdiep, dus gingen we een kijkje nemen. Het ganse bovenste verdiep staat vol met fietsen, loopbanden etc. niet afgeschermd met glas ofzo. Ik vond dat vreemd ☺, je hebt niet het gevoel dat je in een fitnesszaal zit (dat was namelijk ook niet zo), maar je sport gewoon in de hal van het winkelcentrum. Daarnaast waren daar ook nog zwembaden!
Rond 6 uur waren we beneden om op Lieselot, Kirsten en Elke te wachten, die een tijdje later pas arriveerden. We hebben een terrasje gedaan, zijn bij een Japanner gaan eten, en toen ben ik op mijn eentje met de metro en taxi terug naar mijn hotel getrokken. Vannacht maar 5 uurtjes geslapen, en toch zit ik hier nog te typen... waarom? Vandaag was gewoon te grellig om zonder noteren mijn bed in te kruipen. Om half 5 opgestaan, en rond half 6 opgepikt door papa Gong en Yiwei, om in het Shanghai Railway Station afgezet te worden en aan mijn 6 uur durende rit naar Hankou te beginnen. In Shanghai kan je met je treinticket trouwens gratis water krijgen. Ik had van de trein niet zoveel verwacht, maar de rit was best aangenaam! Tegen 250 per uur raceten we door het Chinese landschap, dat langzaam heuvelachtig werd. Naast mij zat een 27-jarige Chinees waarmee ik al gauw aan het semmelen was (voor wie semmelen niet kent: zeveren). Ik heb geen zenuwen gehad om naar Wuhan te reizen, en was er vrij gerust in. Had ik toen echter geweten wat me te wachten stond, dan had ik wel zenuwen gehad ;).
Ik ben via Nanjing en Hefei in Hankou aangekomen. Eigenlijk had ik beter naar Wuchang gegaan, maar dit kwam beter uit omdat ik dan op de unief zou aankomen als de diensten open gingen (half 2). Ik geloof dat ik echter pas om kwart voor 3 voet aan mijn unief zette. Maar eerst even over het Hankou-treinstation geraken: jezus man! Ten eerste: de hitte is op de middag bijna ondraaglijk. Ten tweede: ik weet niet van waar al die Chinezen kwamen, maar ik zat opeens in één mensenzee... ik werd mee in een ondergrondse tunnel zonder einde gedwongen waarin je echt zag dat de lucht één en al stof was. Ten derde: de valies woog toch wel wat door op den duur, en pas nadien merkte ik dat er zomaar één van die draagbaren (die je zo kan uitschuiven) foetsjie is. Ik heb precies weer rommel mee op reis gepakt :p. Ten vierde: Ik was maar constant op mijn rugzak aan het letten (je weet maar nooit) en kreeg toen ook nog eens een zak tegen mijn hoofd gezwierd. Toen ik EINDELIJK uit het station gesukkeld was, begón de miserie nog maar. De hele straat liep vol met mensen, en stond vol met geparkeerde autos waarvan de eigenaars iedereen lastigvielen omdat ze voor taxi wilden spelen. Ik ben een heel eind doorgelopen tot ik op een baan met meer verkeer kwam, maar ook dat verkeer zat volledig vast. Ik zag een paar officiële taxis, maar daar zat niemand in, en als je stil staat word je toch direct aangeklampt, dus liep ik weer verder. Uiteindelijk ben ik bij een heel lieve taxibestuurder terechtgekomen, van wie ik het Wuhanees jammer genoeg maar met moeite kon verstaan. Even nadien stapte er nog een Chinese man bij in de auto die de hele rit naar Wuchang met me gebabbeld heeft. Moeilijk, vermoeiend (ik zat vanvoor en moest telkens mijn hoofd draaien om terug te babbelen), maar toch heb ik echt moeite gedaan een interessante conversatie te voeren. Ik was echter blij toen die man de auto uit was. Even later zag ik de poort van Wuhan University, waarvan mijn nonkel in augustus nog een foto had doorgestuurd, en ik werd even euforisch. Omdat ik (en de chauffeur) eenmaal in de campus geen flauw benul hadden van waar we moesten zijn, begon het begin van een zoektocht die nog lang niet ten einde was. Na een tijdje zagen we een Congolees die goed Engels sprak en mij even onder zijn hoede zou nemen. Hij heeft de taxi de weg gewezen en heeft toen met mj de eerste zaken in orde gebracht: een kot. Gebouw 5, kamer 501B. Een oude voze Chinese vent toonde ons de weg, en Olivier (de Congolees) droeg mijn babage naar boven, 5de verdieping. Voor de airco moest ik die vent nog 30 yuan en de waarborg voor mijn kamer is 200 yuan. Eenmaal boven wist ik niet wat me overkwam; ik ben namelijk op een vuil oud krot terechtgekomen. In de gang stonden etensresten (vis) te stinken, en in de lavabo ernaast zag ik een kakkerlak wegvluchten. Het is een soort appartement, al vind ik niet dat je die naam mag gebruiken, met een living (een kast, twee houten stoelen en een tafeltje) en dan twee kamers: één voor mij en één voor mijn Pakistaanse buurvrouw die in Peking werkt en er voorlopig blijkbaar niet is. Ik ga haar naar het schijnt niet veel zien. Mijn kamer zelf bestaat uit een kast, een bureau, een stoel, een plank met een matras op en een rek. Op zich nog wel cava, maar het is er echt VUIL en smerig en oud. Olivier moest dringend weg en heeft met de rapte al zijn gegevens opgeschreven, en daar stond ik dan... en daar stond ik ... en stond ik ... ☺ ik moest even bekomen. Tijd om lang teleurgesteld te zijn had ik niet, en ik herpakte me, maar toen had ik de badkamer nog niet gezien... Ik heb al erger meegemaakt, maar meestal was dat op vakantie en niet op een plaats waar ik een jaar moest blijven. De wc is smerig, de bril ligt er los op en hij spoelt niet goed door. Op de muren hangt schimmel en echt álles is verroest. Uit de spriet komt een armzalig beetje water en er is geen douchegordijn (je doucht gewoon naast de wc, die geen deksel heeft). Na een tijdje voor me uitgestaard te hebben, ben ik gaan kijken wie er in de andere appartementen zitten. Zo heb ik op dezelfde gang weer Afrikanen (ik voel me hier trouwens net in Afrika), en een paar verdiepingen onder me 2 jongens uit Turkmenistan, nl. Murat en Serdar :p. Ze waren allemaal wel vriendelijk, maar niemand bood me aan me verder te helpen en mee te zoeken naar waar ik moest. Ik wist echt van toeten of blazen, en had geen lakens, geen kussens, geen kuisproducten... Beneden zag ik die voze Chinees en zijn vrouw weer, en ik zei tegen haar dat de kamer zang (vuil) was. Daarop kwam ze mee kijken en vroeg ze me, de kamer bestuderend, op welke plaats exact het vuil lag. (????) :@
Even later bevond ik me wanhopig in een straatje en was ik aan random mensen aan het vragen waar ik heen moest. Ik had niet eens een kaart van de campus (nu trouwens nog steeds niet). Ik had het geluk dat er opeens een meisje passeerde dat er best vriendelijk uitzag en me direct hielp. Ze is van St. Petersburg en heeft al verschillende jaren in China gestudeerd. Ze is al vrij lang op deze universiteit en praat heel vlot Chinees. Ook die Congolees van daarstraks praatte vloeiend, ook al studeerde hij net als dit meisje geen Chinees, maar een andere major.
Dinsdag 8 september 2009 2:09
Intussen zijn we weer een dagje verder. Ik typ dit bericht vrij laat, maar morgen is een vrije dag en heb ik niets anders te doen dan kuisen. Er is op één dag veel veranderd (maar een kaart heb ik nog steeds niet want die waren op! AAAAAAARGH :@), maar daar kom ik straks wel toe. We waren dus bij dat Russische meisje. Zij heeft me geholpen met mijn registratie, met haar boodschappen nog in de hand ☺. Ze bleek op hetzelfde gebouw als mij te wonen, met een ander Russisch meisje geloof ik. Ik had zelf noooooit gekund wat zij heeft gedaan, want we moesten van het ene office naar het andere en alles gebeurde in zeer snel Chinees. Niet één keer heen en weer lopen tussen de kantoren, maar wel 5 keer :p telkens voor een andere stempel. Blijkbaar hebben zij hier een verkeerde Chinese naam doorgekregen, iets totaal anders dan de mijne, en ik snap er niks van. Dat op zich zorgde al voor een probleem, want je Chinese naam is hier heel belangrijk. Je kan die dus ook niet van de ene dag op de andere veranderen. Dus moesten we eerst van het ene kantoor naar het andere om het te laten veranderen. De mensen in het andere kantoor zeiden echter dat het eerste kantoor dat moest veranderen, etc.
Toen ik eindelijk aan het einde van de 6 stempels kwam, moest ik nog een formulier invullen en 4 pasfotos afgeven. Ik weet niet goed wat dit formulier was, maar je moest bijvoorbeeld nog eens je thuisadres opgeven, je permanente adres in Wuhan, je telefoonnummer (dat ik momenteel nog niet heb), je email-adres enzovoort. Blijkbaar is er donderdag een medische check-up s ochtendsvroeg. Naar het schijnt moet je een aantal tests opnieuw doen, ook al heb je die tests al gedaan en heb je alle documenten bij. Als je weigert, krijg je geen verblijfsvergunning. We zullen zien, ik ga me alleszins niet laten doen en zoveel mogelijk papieren en stempels voorleggen. Ik ben gezond genoeg om een visum te krijgen en in China binnen te geraken, dan zal ik ook wel gezond genoeg zijn om op een universiteit binnen China te verblijven zeker. Het draait hier allemaal om geld.
Daarna heb ik van het Russische meisje een korte rondleiding gekregen langs 2 eetzalen en een winkel op korte afstand van de koten voor buitenlandse studenten. In de winkel was alles vrij duur, maar ik had geen keuze omdat er geen lakens of kussens voorzien zijn. Nadien las ik wel dat het blijkbaar te verkrijgen valt ergens via de kantoren (beuh?), maar denkende aan de miserie die erachter vragen weer zou meebrengen, besloot ik toch zelf in alles te voorzien. Dan is het ook zeker proper ☺ (het enige dat hier namelijk proper is, is hetgene je zelf koopt). Vanaf toen was ik weer alleen. Tot nu toe werd ik aan mijn lot overgelaten, en das best hard. Je komt hier toe en weet gewoon niks, en je moet zelf bij andere buitenlandse studenten proberen te weten te komen wat de volgende stappen zijn. Het is een complete chaos, en aan de kantoren wordt er niet in rijen aangeschoven (evenals in de eetzaal), maar staan mensen elkaar op een hoopje te verdringen. Éen chaos dus.
Gisterenavond ben ik dan zelf maar gaan zoeken naar een beetje eten in de eetzaal. De ene was al dicht (om half 6 al), maar in de andere zat nog vrij veel volk. Ik stond daar weer te draaien, toen een meisje van Sri Lanka (haar afgekorte naam is Sarah) me plots onder haar hoede nam. Er was een Tsjechisch meisje bij haar, Nicole. Tijdens het avondmaal kwam ik te weten dat Nicole de dag zelf nog gearriveerd was, en zich nog in een grotere staat van shock bevond dan ik ☺. Ze was namelijk rechtstreeks van Shanghai doorgekomen naar Wuhan, was dus doodmoe, teleurgesteld en totaal niet te spreken over haar kamer. Sarah heeft hier al 4 jaar gestudeerd, en haar major is dokter. Ze heeft nog één jaar te gaan, maar wil nog doctoreren. We spraken af vandaag samen wat inkopen te gaan doen in het centrum, waar dat ook mocht zijn (tot dan toe kende ik nog maar 3 straten op de ganse campus, en het zag er zonder kaart niet naar uit dat dat gauw zou veranderen.
Het klinkt een beetje freaky, maar toen ik om iets na 8 op mijn krot kwam, ben ik direct beginnen kuisen. Roeien met de riemen die men heeft: met wat kuismiddel, een klein doekje, een schuurborstel en nen aftrekker die ik in de douche gevonden had, heb ik de ganse kamer gekuist. Mijn nieuwe vuilbakje, waarvan ik enkel het bodempje gebruikte om water in te doen omdat de rest niet dicht was, ging kapot toen de houten plank (die mijn bed is, maar dan met een matras erop ;) ) plots terug op de grond donderde. Ik gaf echter niet op, en was om 11 uur klaar met alles (zelfs de kasten etc). Misschien had ik het niet zo snel hoeven doen, maar het gaf me op dat moment een iets beter gevoel over de situatie waar ik me in bevond.
Vanochtend geraakte ik met moeite mijn bed uit. De vorige dag was zon hel, en ik dacht dat vandaag niet anders ging zijn. Om 12 uur had ik met Nicole afgesproken om samen te eten, een kaart te gaan halen en eens op de campus rond te lopen. Ik heb het kot van Nicole gezien en ik was er wég van: het is een klein appartementje, gezellig ingericht, waar 3 meisjes wonen (Madi uit Kirgizistan, Nitsan uit Israël en dan Nicole uit Tsjechië). Toen ik dat zag, vond ik helemáál dat ik fout zat in mijn weliswaar grote, mar eenzame kamer. Nitsan (ook een nieuwkomer) zei echter dat er in de vierde kamer op het appartement niemand woonde. Ik besloot het samen met Nicole te gaan navragen op het kantoor. Rond 2 uur gaan die pas open, en we waren er te vroeg dus sloeg ik aan de klap met een nieuwkomer (Aziatische) die goed Chinees sprak maar geen Engels, en een Afrikaan uit Zimbabwe wiens Engels dan weer geweldig goed was maar die geen letter Chinees verstaat. Later bleek dat die Zimbabwees op dezelfde gang als ik woont. Op het hoofdkantoor was het weer verschrikkelijk druk, en ik kreeg enkel te horen dat er op de kamer die ik wou al iemand woont. Nicole was er echter zeker van dat dat niet het geval was, dus bleef ik in het kantoor wachten tot ze weer tijd voor mij zouden maken. Dat heeft verdorie lang geduurd, en ondertussen liep er vanalles over de vloer, waaronder ook een Engelsman (na Nicole de tweede Europeaan die ik hier gezien heb). Af en toe hielp één of andere Afrikaan me met de vertaling van wat ik wou, en toen het lokaal leeg was, kreeg ik eindelijk te horen dat ik dan zelf de kamer maar eens moest binnengaan om te gaan kijken. De huisbazin (of hoe moet ik haar noemen) zou me binnenlaten. Tot mijn grote vreugde was de kamer leeg. Er is wel ergens een lek geweest, maar dat is nu zo goed als opgelost (dat zei ze me toch, we zullen zien). Mijn beslissing stond vast, en Nicole en die Afrikaan van mijn verdiep hebben me meegeholpen met de verhuis. Stom, want ik had zo hard gekuist en ik had me pas geïnstalleerd. Ik propte alles dus maar snel in mijn koffer (waardoor ik op dit moment niets nog terug kan vinden), en zette het op mijn nieuwe vuile kamer. Sarah zei me dat ik de juiste beslissing gemaakt heb. Ook al is deze kamer kleiner, ik heb mensen rondom me, en ik zit nu in een veiligere straat. Ik heb echt geluk gehad, want om de één of andere reden zitten bijna alle kamers in dit gebouw al vol (en dat zijn er véééél). Het gebouw aan de overkant, waar Sarah woont, bestaat uit enkele kamers, die best wel groot zijn maar waar je moet koken op het (afgeschermde) balkon. Hier is er ook regelmatig geen warm water om te douchen, en dan zit er niks anders op dan te wachten, maar ik zit er niks mee in. Moest ik het hier toch beugeraken, of zou er toch nog vanalles beginnen tegensteken, dan is vlakbij de campus de mogelijkheid tot het huren van een appartementje met twee personen voor ongeveer 110 euro per maand. Supergoedkoop dus, zoals alles in Wuhan (behalve in de winkels op de campus precies).
De Afrikanen lopen hier echt dik, en houden zich niet in. Ze zwerven rond de koten van buitenlandse studenten en doen niets anders dan op je roepen. Je kan je wel voorstellen hoe ze zich gedroegen toen er twee meisjes een paar keer met rommel tussen gebouw 5 en 3 heen en weer liepen. Na de verhuis zijn Nicole en ik met Sarah naar een grootwarenhuis gegaan (niet zo heeeeel ver) buiten de campus. Mijn eerste indruk van het échte Wuhan rondom de campus is dan weer heel goed. Hier heerst s avonds een ongelooflijk gezellige sfeer: allemaal eetstandjes op straat, kleine restaurantjes en superveel kleine winkeltjes (kleding, prulletjes, alles). Er zijn ook een McDonalds en KFC in de buurt. We liepen die Engelsman (Ed) tegen het lijf en die is nog de ganse avond bij ons gebleven. Toen ik het grootwarenhuis binnenging, wist ik eigenlijk niet wat ik nodig had. Ik werd overrompeld door het grote aanbod en vooral de goedkope prijzen! Ik ben uiteindelijk met vrij veel naar huis gegaan, en omdat ik op hetzelfde flatje als Nicole zit, zijn er verschillende dingen die we samen kunnen kopen. Verder kunnen we kuisproducten lenen van de meisjes die er al zitten. Ik heb echt geluk dat dat zon propere madammen zijn; als mijn kamer nu ook nog gekuist is, denk ik wel dat ik hier goed zit. Ed, Sarah, Nicole en ik zijn ergens in een restaurantje met maar 6 tafels hotpot gaan eten. Best pikant, maar nog te doen, en ik heb er toch goed mee gegeten. Ed is een toffe peer, en ik kan op zijn hulp rekenen voor eender wat (dus als ik morgen kuis, mag hij de meubels komen versleuren). En Sarah is ook een fantastisch persoon, ongelooflijk vriendelijk en vooral rustig en aangenaam. Misschien heeft het feit dat ze boeddhistisch is, daar veel mee te maken. Misschien moet ik ook maar boeddhist worden ;). Vannacht dus nog slapen in een vuile kamer (en daarmee bedoel ik: hier en daar een kakkerlak of een hooimijt, veel stof en vooral veel haar op de grond, net zoals bij Nicole), maar we blijven lachen ☺. Ik denk dat dit flatje de miserie van daarstraks en de verhuis wel waard geweest is.
Vandaag was een hete, maar fantastische dag! Op sommige momenten ging het vandaag toch wel dik over de 30 graden, maar omdat de zon er door de smog meestal niet doorkomt, is de hitte niet zo erg als ik had verwacht.
Normaal zou ik om kwart na 6 opstaan, maar de receptie heeft me niet wakkergebeld... nochtans had ik het hen duidelijk gezegd (2 x zelfs). Gelukkig ben ik om 20 voor 7 uit mezelf wakkergeworden. Om kwart na 7 stond Gong Yiwei al voor de deur om samen met papa Gong naar het examencentrum te rijden. Het bewuste examen is een algemeen examen dat van de staat uitgaat, en er komen zelfs bussen met jongeren uit Zhejiang op af. De straat stond vol met autos en voor de poort verzamelden een hoop mensen, jong en oud, met hun studieboek nog in de hand. Dit alles deed me vermoeden dat het een belangrijke bedoening was, maar Gong Yiwei sprak me daarin tegen.
Ik ga vanaf nu gewoon Yiwei zeggen, omdat dat zijn voornaam is. Chinese namen beginnen steeds met de achternaam en dan komt pas de voornaam. Er zijn wel 1000 Gongs (veel meer zelfs), en daarom is het eigenlijk niet correct en zelfs een beetje onbeleefd hem Gong (uitspraak: goeng met de g van het Franse garçon) te noemen. Het is hetzelfde als bijvoorbeeld mij telkens met Stessens aanspreken. Als je beleefd wil zijn kan je wel Meneer Gong zeggen. Mijn Chinese naam is Ke Lan, waarvan Ke de achternaam is en Lan de voornaam (die trouwens orchidee betekent). Of je nu als goede vrienden enkel de voornaam of de volledige naam gebruikt, daar is niet echt een vaste regel voor, maar ik vermoed dat het te maken heeft met het aantal lettergrepen. Zo zullen ze mij altijd Ke Lan noemen omdat Lan alleen toch wel raar in de oren klinkt. Twee lettergrepen liggen beter in de mond. Ook als je beleefd wil zijn, plak je iets bij de achternaam zoals meneer ... of oude ... (bijvoorbeeld oude Wang). Echter, bij een drielettergrepige naam zoals Qiu Yiming of Wang Yamin zullen ze bij informele omgang sneller enkel de voornaam gebruiken omdat die in deze gevallen tweelettergrepig is. Dit is toch het systeem dat ik erin kan ontdekken ;). Tot zover een initiatie in het gebruik van Chinese namen. J
Ik ben weer aan het uitweiden: terug naar het examen. Yiwei heeft de hele rit geklaagd over het feit dat dit examen nutteloos is. Het had specifiek betrekking op future companies, wat dat ook moge zijn. Zo zijn er verschillende examens, waaraan je allemaal, elk jaar opnieuw, mag deelnemen. Er slaagt telkens maar zon 15 procent. Zulke examens worden georganiseerd omdat op dit moment alle scholen van hoger onderwijs zich in China nogal snel universiteit noemen. Sommige scholen hebben een veel lager niveau dan de echte universiteiten, maar op de studenten hun diploma staat toch: afgestudeerd aan de ... universiteit. Daarom is de vereiste voor het vinden van een deftige job vaak dat je moet geslaagd zijn voor een specifiek, door de overheid georganiseerd examen. Yiwei komt van één van de twee échte universiteiten van Shanghai, en bekritiseert het feit dat universiteiten op deze manier eigenlijk geen nut meer hebben omdat je, nadat je bent afgestudeerd, toch nog examens moet afleggen. Ik denk dat Yiwei echter nog altijd een streepje voorheeft op anderen als hij vermeldt aan welke universiteit hij gestudeerd heeft.
Terwijl Yiwei aan het zwoegen was, zijn papa Gong en ik naar hun tweede appartement iets buiten het centrum gaan kijken. Des te verder het centrum uit, des te goedkoper en des te groter de appartementen. Daarna zijn we doorgereden naar een park in Shanghai (waarvan ik de naam vergeten ben). Superveel Chinezen en geen enkele buitenlander te zien. Omdat het nog vroeg was, kon ik genieten van de talloze Chinese oudjes die zich aan het uitleven waren op muziek. In elk park in China weerklinkt s ochtends muziek waarop niet enkel wordt gedanst, maar ook aan lichaamsbeweging wordt gedaan. Een andere man bespeelde een typisch Chinees snaarinstrument met een zeer scherp geluid.
Centraal in het park waren kalligrafen met water aan het oefenen op de stenen, werd gebadmintond, en werkten kleikunstenaars aan kleine poppetjes op stokjes voor de talloze kinderen die van hut naar haar liepen. De allerkleinsten hebben een broek met een gat aan, om zo anywhere en anytime onmiddellijk hun behoefte te kunnen doen. Schattig toch ;).
Ik heb hier (nog) geen foto van, omdat ik toch moeilijk aan de ouders kon vragen of ik de poep van hunne kleine eens mocht fotograferen. Er zullen nog wel gelegenheden genoeg komen, vermoed ik J.
Na een wandeling tot aan de Gele Rivier, die achter het park stroomde, reden we terug naar het centrum waar we geld gewisseld hebben. Daarna pikten we Yiwei op, die zoals gewoonlijk een goed gevoel had bij het examen. Papa Gong dropte ons bij de meest dure en Westerse wijk van Shanghai (Xintiandi) waar Wang Yamin ons al stond op te wachten. Wang Yamin heb ik 2 jaar geleden in Leuven leren kennen en is een goede vriend van Yiwei. Hij is ook naar mijn optreden in het Getouw komen kijken, maar is jammergenoeg een jaar vroeger dan de rest terug naar China vertrokken. Ik was zo blij hem terug te zien! :D Even later kwam ook Qiu Yiming aangewandeld, helemaal in kostuum omdat hij van een job-interview kwam. Hij is ook één van mijn beste Chinese vrienden en een echt party animal in België. Jammer genoeg kan hij zich niet zo uitleven in China: Westerse feestjes hebben ze hier niet, en alle vormen van ontspanning voor jongeren kosten vrij veel geld. Sinds hij terug in China is, is hij nog geen enkele keer uitgeweest.
Yamin trakteerde ons op Westers eten in het resto Kabb. Het zat er propvol buitenlanders en het eten was er pokkeduur in vergelijking met Chinese restaurantjes. Ik heb echter wel lekker gegeten. Ik kon op dat moment weinig meepraten omdat mijn mannelijke vrienden het enkel over financiële zaken hadden en ze nogal vurig en snel Chinees praatten. Geld, geld en nog eens geld. J Het levensmotto van de Chinese jeugd is hiermee duidelijk: Zo snel mogelijk stinkend rijk worden.
Na wat kuieren door de straatjes, is Yiwei vertrokken om te gaan studeren. Yamin, Yiming en ik hebben de metro genomen naar het thuisfront van Yamin: Songjiang (helemaal in de buitenwijken van Shanghai). We hebben meer dan 40 minuten in de metro rechtgestaan; echt niet te geloven dat die metro zo ver rijdt. De afstanden in Shanghai zijn immens, je zit al gauw een uur in de auto of metro. Deze metro reed door de rijstvelden tot in de middle of nowhere. Ten minste, zo leek het toch, want in de hoofdstraat van Songjiang loopt het ook stampvol met Chinezen. De wegen die naar de buitenwijken lopen, waar ook vaak delen van campussen van universiteiten gesitueerd zijn, lijken trouwens allemaal op elkaar: breed, veel verkeer, vaak bomen en grasvelden langs de weg die voor een open sfeer zorgen. Daarnaast zijn er ook de drukkere banen met meer mensen langs de weg. Ten slotte kan ik me ook nog de 3 drukke ringen rond Shanghai herinneren. Ik had tot vandaag nog nooit een auto-ongeval gezien, maar nu dus wel. Dat kon ook bijna niet anders, aangezien ze hier als zotten rijden. Yiming vertelde me trouwens over de grote campussen buiten het centrum dat hij daar vroeger vaak een maand verbleef, zonder eruit te komen. Die campussen hebben dan ook álles: winkels, kappers, sportterreinen en eetzalen 10 keer zo groot als de grootste Alma in Leuven.
Papa Wang stond ons op te wachten met de auto en heeft ons meegenomen naar een park waar Yamin als klein manneke regelmatig ging spelen. Met ons drietjes hebben we op het meer een boottochtje gemaakt en het was zálig J. Daarna heeft Yamin ons zijn middelbare school getoond, die vlakbij was. Papa Wang pikte ons daar terug op om even door de hoofdstraat van de buitenwijk en langs een aantal shopping-centra te rijden en daar ergens op restaurant te gaan. We hebben gegeten in een sjieke zaak, die best wel goedkoop was (maar nog steeds vrij duur vind ik persoonlijk), en waar het vol Chinezen zat. We hebben elk een eigen hotpotje gekregen en bestelden een hoop vlees en groenten om erin te smijten. Zon hotpot is vergelijkbaar met onze fondue. Naast kwarteleieren, octopus, bamboe, rundsvlees, kikker en vis, waren er nog een aantal groenten die ik van mijn leven nog nooit had gezien. Hotpot met stokjes eten is wanhopig in heet water zitten vissen in de hoop dat er uiteindelijk één van de glibberige etenswaren tussen uw stokjes bijft zitten én het dan niet opeens tussen uw stokjes uitfloept met brandwonden (of zoals bij mij weer het geval was: plekken op uw jeansbroek) tot gevolg. Het was echter wel ellendig lekker J.
Wat ik zeker nog wou vermelden (zoals je ziet kan ik blijven vertellen), is de reclame voor de Shanghai Expo die hier in het voorjaar zal plaatsvinden. Die hangt echt óveral, en in de buitenwijken heb ik zelfs slogans op de muur gezien, waaronder: Een geciviliseerde stad, een aangenaam leven. Met andere woorden: Chinezen moeten goede (= Westerse) manieren aankweken, met name met betrekking tot hygiëne. Ook al staat op op de grond spuwen een boete, ik moet af en toe (als ik het zie ten minste) toch uitwijken voor een fluim op de grond :p.
Daarnaast heb ik ook een uitspraak van Mao Zedong gezien aan de ingang van de middelbare school: Volg het voorbeeld van kameraad Lei Feng. Lei Feng was een verzonnen figuur die zogezegd het ideale voorbeeld was: Trouw aan de partij en dienaar van het volk, en daarnaast ook een goede student.
Ten slotte nog een tafereel uit China voor Beginners. Ik herinner me dat Daan in Shenzhen zo verbaasd was over het feit dat de kappers ginder aan het begin van de dag allemaal driloefeningen doen op straat, al roepend: Wij zijn de beste kappers van de stad! We gaan vandaag weer ons best doen en onze reputatie hoog houden!. Vandaag zag ik in een ondergrondse parking het personeel van deze parking op twee rijen stokstijf luisteren naar de samenvatting van die dag. Chinezen zijn op dat vlak heel gedisciplineerd. Daarnaast zag ik vandaag ook een aantal jongeren met een basketbal op straat dribbelen: zij zijn bij het leger. Legerdienst is hier niet verplicht, maar een militaire training voor beperkte tijd wel (ik geloof een half jaar?). Ook meisjes moeten dit, maar absoluut niet lang. Legerdienst wordt niet goed betaald, maar men vindt genoeg jongeren die ertoe bereid zijn.
Vanaf nu gaan mijn blogberichten korter worden ;) mijn dagen gaan ook niet meer zo gevuld zijn als ik in Wuhan ben, en gaan waarschijnlijk eentoniger zijn eenmaal de lessen begonnen zijn. Morgen is al mijn laatste dag in Shanghai, hier gaat het leven snel.
... nooit zag ik in heel mijn leven, zo veel Sinezen...
Dames en heren, hier volgt mijn tweede bericht al. Ik ben namelijk bekaf en heb maar tegen Gong Yiwei gezegd dat ik vanavond niet samen met hen zou eten, maar gewoon in de supermarkt hier recht tegenover een beetje brood en een karton melk zou kopen. Tijd genoeg om nog iets te posten dus, nu ik er nog voldoende tijd voor heb. Ik had wel verwacht dat brood moeilijk te vinden zou zijn: sponsbrood is het enige dat in de buurt komt. Dankzij de reep pure chocolade met vanillevulling die ik uit mijn koffer viste, hoor je mij echter niet klagen.
Vanochtend ben ik al om 7 uur opgestaan (toen jullie nog lekker lagen te knorren) om zeker op tijd te zijn voor het ontbijt. Ik had een rijkelijk buffet verwacht, maar het enige dat er te zien was, was een ronde tafel met een 7-tal schotels. Buiten de hardgekookte eieren, was al wat er lag vreemd voor mij. Proeven maar! Hetgeen ik het lekkerst vond, is volgens mij ook het ongezondste van de hele tafel: een soort van koude oliebol. Daarnaast lagen er baozi (wit deeg in de vorm van een bolletje) met daarin groene groenten, die wel oke waren. Het hardgekookte ei daar kon natuurlijk niet veel mis mee zijn, en het gele gebak met kokossmaak ging ook wel, al vond ik het vrij zwaar. Er lag nog meer, maar vaak was er worst (sossis :p) in verwerkt en daar heb ik me niet aan gewaagd, evenals de noedelsoep die iets verderop stond. Aangezien het merendeel van de Chinezen lactose-intolerant is, verbaasde het me dat er warme melk met suiker gedronken werd. Al bij al heb ik toch redelijk wat naar binnen gespeeld, al mis ik een gewoon stuk brood met Nutella.
Vandaag heb ik niet met stokjes gegeten, omdat het s ochtends niet nodig was en omdat Gong Yiwei en ik vanmiddag bij KFC gaan eten zijn. Gong Yiwei is fan van fastfood J meer van de Westerse fastfood dan van de Chinese. Ik ben er iets minder enthousiast over, maar ik was toch wel blij met een frietje. Gisteren heb ik echter wel 2 keer met stokjes gegeten, en dat is voorlopig best nog een hachelijke onderneming. Zo valt er regelmatig wat op mijn broek en kan ik me dus s avonds al bezighouden met het verwijderen van olievlekken. Gisteren viel mijn dumpling terug in mijn hete soep en bespetterde ik niet enkel mezelf, maar ook mijn beste Chinese vriend :p. Toen er daarna ook nog eens een stukje tofu uit mijn mond vloog, voelde ik me net een echte Chinees J. Tofu met stokjes eten is trouwens echt niet te doen. Nochtans ben ik er vrij vlot mee, zei papa Gong. Het gaat me inderdaad best goed af.
Toen ik vanochtend om iets voor 8 terug naar mijn kamer liep, passeerde ik een aantal kamertjes waar Chinezen aan het biljarten waren. Daarnaast zijn er ook mini-pokerkamertjes en een karaokezaaltje. Vanochtend was daar niemand, maar daarnet waren er een paar oudere mannen alles aan het geven. Naast dit geluid, weerklinkt hier ook regelmatig gerochel. Altijd leuk als je door de gang loopt J ik ben hier zeker niet alleen.
Vanochtend ben ik even gaan wandelen op de universiteitscampus naast mijn hotel. Zo kwam ik uiteindelijk terecht bij de afdeling muziek waar ik op het geluid afging. Ik passeerde een aula waar een schrille vrouwenstem door de micro de les aframmelde, en daarna piepkleine lokaaltjes op het gelijkvloers waarin telkens een ander instrument stond. De ramen stonden open, en soms zelfs de deur, en zo zag ik onder andere een aantal pianistes, een fluitiste en een klassiek geschoolde zangeres repeteren. In het laatste lokaaltje deed een guzheng zijn best om boven de luidere klanken van de piano in het lokaal ernaast uit te komen. Ik bleef aan het raam luisteren, maar kon niet zien wie aan het spelen was. Na een tijdje schraapte ik de moed bij elkaar om op de deur te kloppen en te vragen of ik even mocht luisteren. Het meisje (de meeste muziekstudenten in China zijn meisjes) heeft even voor me gespeeld en bood daarna aan me een initiatie in de guzheng te geven. De guzheng is een traditioneel Chinees snaarinstrument dat bespeeld wordt met valse nagels die je rond je vingers bindt. Je leest niet van notenbalken, maar het systeem lijkt er wel op. Er zijn maar 5 noten (do, re, mi, sol en la geloof ik) die met getallen worden aangegeven op de partituren. Je tokkelt met twee handen op de snaren en kan op de linkerkant van de guzheng met je linkerhand de tonen buigen. Vergelijk het met het tekenfilmgeluid van een van links naar rechts opgespannen elastiek die je loslaat (als je je daar iets bij kan voorstellen). Het instrument heeft een goede indruk op mij gemaakt. Het meisje is 23 jaar en studeert nu haar laatste jaar muziek (4 jaar bachelor en 3 jaar master!). Ze is van de stad Nanchang en ziet haar ouders zon 3 keer per jaar. We hebben over vanalles en nog wat gebabbeld, aan één stuk door van half 11 tot kwart na 12. In het Chinees welteverstaan, aangezien ze geen woord Engels spreekt. Ik heb er echt van genoten.
Rond half 1 stond Gong Yiwei mij al op te wachten om samen te gaan eten en dan naar het Shanghai Museum te trekken. Dat museum is best de moeite, maar een museum blijft een museum... met andere woorden: interessant voor even J. Daarna zijn we even in het ondergrondse shopping-center (eigenlijk gewoon een hoop goedkope kraampjes, voedselstandjes, bars en kappers) gaan kijken en schoot er jammer genoeg geen tijd meer over om nog in de Chinese Urban Planning Exibition te gaan kijken. Ik was echter toch te moe om nog veel te stappen.
Papa Gong heeft ons opgepikt en is nog even met me door wat straten gereden met een Frans uitzicht (een wannabe Franse romantische boulevard met bomen langs de kant van de weg). Door het drukke verkeer is er van enige romantiek volgens mij echter geen sprake, al vond Gong Yiwei de straat in zijn opzet geslaagd. Het verkeer is hier één chaos. Je kan beter een taxi nemen dan met je eigen auto rondtoeren omdat het vinden van een parkeerplaats vrijwel onmogelijk is. Een taxi is trouwens ook goedkoper. Als je als voetganger je voorrang neemt, maaien ze je zo van de weg J.
Het is nu half 9 en omdat ik morgenvroeg Gong Yiwei naar zijn examen vergezel, moet ik vroeg uit de veren. Nog even douchen en dan lekker slapen. Slaapwel!
Heeeeeeee Mol en de rest van het ieniewienietieniewienie kleine België!
Ik kan niet geloven dat ik in Shanghai ben! Ik ben met een supergrote smile de luchthaven buitengekomen en... ik begon onmiddellijk te hoesten. Die lucht is hier ongelooflijk smerig, het voelt net aan alsof ik ziek ben en mijn luchtpijp versmald is. Verder echter alles picobello. De vlucht was vrij aangenaam, maar had nog aangenamer kunnen zijn als ik had geweten dat het lapje stof dat ik gevonden had geen handdoekje was, maar een paar sokken. En ik die maar niet begreep waarom het Franse meisje naast mij met haar sandaaltjes geen last had van koude voeten J. Eenmaal aangekomen, werd ik al gauw opgepikt door Gong Yiwei en papa Gong. Ze doen erg hun best ook tegen elkaar putonghua (= het standaard-Chinees) te praten in plaats van het Shanghainees, waar ik geen bal van versta. Het was ongeveer een uurtje rijden naar het centrum, maar het leek helemaal niet zo lang aangezien er steeds meer wolkenkrabbers uit de lucht oprezen en er dus steeds meer te zien was. Sommige wolkenkrabbers meende ik nog te herkennen van toen ik hier in 2005 in een bus vol Hollanders Shanghai binnenreed. Papa Gong trakteerde me op wat sightseeiing en al gauw rees ook de Pearl Tower (het symbool van Pu Dong, het economische centrum van Shanghai) uit de grond op.
Ik logeer momenteel in het Shanghai Shifan Daxue Jiedai Fuwu Zhongxin (Shanghai international center of Educational exchange). De naam klinkt misschien niet als een hotel, maar het is het wel J, en het behoort tot de campus van de Shanghai Shifan Universiteit. Ik heb trouwens zicht op Chinese koten (die niet veel voorstellen) en kan ook binnenkijken in een lesgebouw. In koten of huizen binnenkijken heb ik altijd al interessant gevonden J vooral rond dit uur (het is nu 9 uur s avonds) kan de gluurder in mij op dit plekje wel aan zijn trekken komen. Eerst zat ik in de kamer hiertegenover, maar daar hing een geurtje (we dachten van één of ander Chinees restaurant vlakbij) en het uitzicht was slecht, dus heeft papa Gong gereklameerd. Gong Yiwei vindt het hotel maar zus en zo, maar ik ben tevree.
Vanmiddag heb ik mij gewaagd aan mijn eerste Chinese maaltijd, die mij erg beviel. Gong Yiwei kent mijn smaak en weet dat ik niet direct met de zwaarste dingen mag/kan beginnen. Ik had ook tegen hem gezegd dat ik niet veel moest hebben, maar dat horen ze hier in China niet. De tafel stond met andere woorden goed vol en ik heb meer gegeten dan ik oorspronkelijk van plan was. Ik moet echt uitkijken dat ik niet als klein dikkerdje naar België wederkeer.
Ik word dus goed gesoigneerd door Gong Yiwei en papa Gong. Daarnet, na het avondmaal, zijn we een treinticket gaan kopen. Eigenlijk was ik van plan naar Wuchang te rijden, maar door omstandigheden hebben we toch geopteerd voor een trein naar een ander deel van Wuhan: Hankou. De taxi daar is immers niet duur, en morgen gaat papa Gong zelfs toch nog proberen te regelen dat iemand van de universiteit mij daar komt ophalen. Eigenlijk moet dat een week op voorhand gereserveerd worden, maar met papa Gong zijn overtuigings-skills en guanxi weet je natuurlijk nooit.
Chinezen zijn echt wel direct en dat valt me steeds opnieuw weer op. Als iets niet naar hun zin is, zijn ze niet verlegen daar onmiddellijk de ondergeschikte op te wijzen. De ondergeschikte, zij het in een restaurant of in een hotel, is op zijn beurt heel beleefd. Gong Yiwei had het me in België al gezegd: Commandeer hen gerust, je moet niet eens beleefd zijn of hen een beetje helpen, want ze zijn er om u te dienen.
Het avondmaal hebben we hier in het hotel genomen, en ook dat was lekker, maar ik miste de rijst. Het is niet de gewoonte van in het begin rijst bij je eten te nemen: rijst dient gewoon om de eventuele honger ná de maaltijd nog te stillen. Omdat de gerechten allemaal gedrenkt zijn in olie, is dat voor mij wel wennen. Misschien hebben ze in Wuhan wel de gewoonte de rijst bij hun eten te nemen, we zullen zien. Ik heb daarnaast nog cocosmelk uit een blikje gedronken bij mijn avondmaal, en dat beviel me wel, al verkies ik toch nog steeds plat water. ALS er koud plat water is ten minste, anders moet ik het doen met thee of gewoon heet water.
Er hebben zoveel gerechten op tafel gestaan, en ik weet bijgod niet wat het allemaal was, maar dit zijn enkele dingen die mij opgevallen zijn: tofu natuurlijk, duif (vrij kleine duifjes, weinig vlees dus, maar toch wel lekker), Japanse tofu (vond ik heerlijk!), grote garnalen met daarrond allemaal kleine zoete gele draadjes, Hong Kong meat (vrij Westers van smaak). Gong Yiwei vertelde me dat hij vroeger wel eens de hersenen van een duifje at omdat hij gelooft dat hij zo slimmer zou worden. Ik betwijfel of het effect gehad heeft J. Hij heeft zaterdag en zondag examens voor het bedrijf waarvoor hij nu stage doet, en moet dus tussendoor nog blokken. De timing is dus slecht, maar we trekken onze plan wel.
Ten slotte zit ik hier niet echt in een buurt met veel buitenlanders, en ik verschiet ervan hoeveel ik word aangegaapt. De meeste mensen doen net alsof zij mij wel kunnen zien, maar ik hen niet J. In Wuhan gaat dat waarschijnlijk nog veel erger zijn. Toen ik vanmiddag het restaurant binnenliep, konden we horen dat de diensters tegen elkaar zeiden dat ik witte tanden heb. Een waiguoren (buitenlander) blijft toch iets speciaals... zelfs in Shanghai.
Waaaw, ik ben wel mijn best aan het doen momenteel: dit is al mijn derde post en ik ben nog niet eens vertrokken! Dat belooft, haha :D Ochja, momenteel heb ik toch niet veel te doen. Dinsdagavond ben ik naar de receptie voor alle studenten die naar China vertrekken geweest (in het Sodahotel in Brussel, sjieke bedoening daar). Er waren ook studenten van Gent en een aantal werkende mensen aanwezig, maar de meerderheid van het gepeupel kwam toch van Leuven. Naast nog eens fijn babbelen met elkaar en ons tegoed doen aan hapjes en schuimwijn, wat op zich ook al wel de moeite was, hebben we daar eigenlijk niet veel gedaan. Het enige waarvoor we moesten verzamelen, was een speech van de Chinese ambassadeur.
Het was lang geleden dat ik nog Chinees had gepraat na drie maanden was het weer een ware vuurdoop. Ondanks het feit dat mijn Chinees ver weg zit, heb ik al wel 2 guanxi (relaties of contacten) kunnen leggen, en daar ben ik best trots op . Als je op zon meeting even met een Chinees babbelt en daarna vraagt met wie je te doen hebt, krijg je gegarandeerd zijn businesscard. Die moet je dan met beide handen aannemen en geïnteresseerd bekijken alvorens hem veilig op te bergen. In de veronderstelling dat er nog massas kaartjes zullen volgen, omdat guanxi in de Chinese samenleving van onschatbaar belang zijn én omdat ik als sloddervos de kaartjes zeker en vast zou kwijtspelen, ben ik van plan een speciaal visitekaartjesboekje aan te maken
Intussen is er al wat meer duidelijkheid over hoe ik de eerste dagen in China zal doorbrengen. Ik word om te beginnen al aan de luchthaven opgepikt door mijne goeie maat Gong Yiwei of zijn vader. Daarna kan ik (hopelijk met korting via de guanxi van papa Gong) op een hotel vlakbij hun appartement terecht. Daar blijf ik dan tot 7 september, de dag waarop ik in het South Station, vlakbij het hotel, de trein neem naar Wuhan. De familie van Gong Yiwei stond er echt op mij de eerste dagen te helpen, en het hotel te boeken. Ze hebben zelfs niet één, maar twee hotels geboekt, voor het geval het eerste me niet zou bevallen... :p
Gong Yiwei is een apart verhaal. Hij heeft de afgelopen 3 jaren in Leuven gestudeerd en is in juli terug naar Shanghai gevlogen. Ik heb hem ongeveer 2 jaar geleden leren kennen toen we voor de Chinese spreekles een film moesten maken, en we via internet Chinese figuranten zochten. Nadien is hij mijn beste Chinese vriend geworden. Hij is onder andere naar mijn optreden in het Cultureel Centrum van Mol komen kijken vorig jaar, heeft Nieuwjaar bij mij thuis gevierd en we zijn ten slotte dit jaar samen een paar dagen naar Barcelona geweest. Ik kijk er ongelooflijk naar uit zijn familie te ontmoeten :).
Volgende week vertrekken er al een hele hoop sinologen, en je merkt dat de spanning stilaan opborrelt... De tijd gaat echt belachelijk snel.
Het is verdorie al wat geweest :). Omdat wij hier thuis eigenlijk van in het begin van toeten of blazen wisten wat betreft papierwerk en andere documenten, besloot ik hier in het kort samen te vatten wat tot nu toe de stappen zijn geweest. Kan nog handig zijn voor de sinologen van de toekomst ;).
Eigenlijk ben ik al sinds december bezig met mijn China-reis. In de Oost-Aziatische bibliotheek liggen dikke beurzenmappen met korte verslagen van studenten die in het verleden naar China geweest zijn. Daar kan je eens in gaan loeren en zo kan je stilaan bepalen waar je voorkeur ligt qua stad en universiteit. Ook Taiwan is een optie, maar ik wist al gauw dat ik naar mainland China wilde. Tegen eind januari moet je 3 universiteiten hebben gekozen die je bevallen. In mijn geval waren dat:
- Wuhan University (Wuhan) - Central China Normal University (Wuhan) -Nanjing University (Nanjing)
Eenmaal de aanvraagformulieren voor de beurzen voor de Volksrepubliek China binnen zijn (groene papieren), gaat alles sneller. Vanaf het tweede semester moet je dan ook Toledo goed int oog houden. Pas op voor alle DEADLINES! Je zal Els Ameloot moeten mailen om een Engelstalige versie van je studieresultaten van de afgelopen jaren te krijgen. Daarnaast moet je ook een blad indienen waarop je in het kort schrijft hoe je resultaten van de afgelopen jaren waren, wat je motivatie is, wat je voorkeuren zijn, wat je financiële situatie is etc. Op basis van dit blad zullen professor Zhao en professor Defoort elk een aanbevelingsbrief voor jou schrijven.
Je vult jouw groene aanvraagformulier in en doet er een voorblad bij (op Toledo te vinden). Wie moeilijkheden heeft met het invullen van het groene formulier kan bij mij terecht, want ik heb dat document toen ingescand. Hierbij worden dan nog de Engelstalige versie van je studieresultaten gevoegd en de aanbevelingsbrieven (die je jammer genoeg zelf niet kan lezen omdat ze in een gesloten enveloppe zitten :p). Uitgebreidere informatie komt ook op Toledo. Dit ganse pakketje moet dan ingediend worden op het International Policy Unit, Vicky Wandels (Naamsestraat 63). Bij mij was de deadline hiervoor 1 maart.
Op 16 maart kreeg ik van Vicky een mailtje waarin stond dat ik een volle beurs had, whoehoew partieeee! :D
Er zijn nog andere soorten beurzen (die voor mij dus niet van toepassing waren) zoals EU-beurzen en ik geloof ook nog beurzen voor een half jaar (Xian) van de Vlaamse Gemeenschap. Je kan echter beter eerst wachten op nieuws over de eerste beurzen.
Op 8 april volgde een mail voor de afhaling van een Physical Examination Form op het International Policy Unit. Omdat dit formulier op 28 april al moest binnengebracht worden, moest het onderzoek bij de dokter snel gaan. Ik heb mijn onderzoek door een studentenarts op het Van Dalecollege (Naamsestraat 80) laten doen. Wat een geklungel bij het maken van een hartfilmpje trouwens! Met een soort van gel werden er een hoop zuignapjes op en rond mijn borst gehangen. De gel mocht echter niet baten, want bij de minste beweging (zelfs zonder beweging eigenlijk) sprongen de zuignapjes er weer af. Nadat de eerste poging mislukte, is mijn dokteres een collega gaan halen om mee te helpen. Des te meer handen om de zuignapjes tegen te houden, des te beter. Toen de volgende 2 pogingen ook mislukten, kreeg ik de slappe lach, wat de zuignapjes natuurlijk al helemáál niet ten goede kwam. Er zijn volgens mijn dokter wel modernere methodes om hartfilmpjes te maken, maar die zijn in Leuven blijkbaar nog niet beschikbaar.
De dag erop ben ik nog langs het ziekenhuis geweest voor longfotos, en de week daarop nogmaals naar de dokter voor de uitslagen van het bloedonderzoek. Alles in orde bij mij, what did you expect?
Op dat formulier moet ook een pasfoto trouwens. Als je pasfotos laat maken, laat er dan in één keer maar een stuk of 10 maken, want je hebt er redelijk wat nodig (visumaanvraag, medische formulier, aanvraagformulieren beurs... en ik neem er ook nog een aantal mee naar China).
Op 25 juni is er in Leuven nog een informatiesessie geweest in verband met het visum, de herinschrijving aan de KuLeuven, kinderbijslag, verzekeringen etc. Die heeft maar een halfuur geduurd, wat eigenlijk op zich niet de moeite was, maar je kreeg alle informatie wel op papier en kon na de sessie nog vragen stellen.
Dan is het wachten op de mail van het International Office, die ik pas 3 augustus ontvangen heb. Ik heb mijn eerste voorkeur gekregen en heb de documenten die ik nodig heb voor mijn visum-aanvraag laten opsturen naar mijn thuisadres. Deze documenten moet je allemaal kopiëren en meenemen naar de ambassade, samen met een ingevuld document dat je kan downloaden op de site van de ambassade (Formulaire de demande de visa de la République populaire de Chine). Het is normaal dat je nog niet alles kan invullen. Bereid je er maar op voor dat alles niet van een leien dakje zal lopen (bij mij toch niet). Ik snap het nog altijd niet goed, maar op een gegeven moment moet je bij 2.2 op dat document invullen of je een multiple-entry visum voor 12 maanden wil, of iets anders. Ik dacht dat ik dit soort visum nodig had, maar een gebrekkig Engels sprekende Chinees probeerde me met hakken en stoten duidelijk te maken dat dit niet correct was. We hebben het doorkribbeld en vervangen door Une entrée valable pendant 3 mois. Ik meen begrepen te hebben dat ik daar in China zelf nog iets aan moet doen. Volgende week weet ik of het juist was of niet, spannend :p
Aanvankelijk wou de Chinese achter de toonbank mijn visum-aanvraag weigeren omdat op een bepaald document nog mijn oude paspoortnummer stond. We hadden echter vantevoren (na een telefoontje van een zekere Mr. X, wiens Engels evenzeer onverstaanbaar was) het nieuwe paspoortnummer doorgefaxt. Daarnaast had de studentenarts op het medische forulier nog een kolom opengelaten waarin allerlei vreemde ziektes opgesomd waren, en er dus niet telkens No achtergeschreven. Omdat de rest van de documenten echter allemaal picobello waren, heeft ze het pakketje toch aanvaard. OEF
En anders was het toch de schuld van mister X geweest.
Nu ik toch bezig ben, zal ik en passant ook maar neerschrijven waar verder misschien nog aan gedacht moet worden:
-een bezoekje aan de tandarts
-een bezoekje aan de oogarts
-wie lenzen draagt, bestelt best lenzen voor een volledig jaar (en een paar reserve)
-wie zijn definitieve rijbewijs nog niet is gaan afhalen, doet dat ook nog best voor hij of zij naar China vertrekt (ik heb het mijne vandaag pas gehaald ...)
-een bezoekje aan de oorarts misschien? :p
-inentingen bij de dokter: Ik laat mijn inentingen bij mijn huisarts zetten. In juli heb ik er al 2 gehad, en eind augustus ga ik nog eens terug voor een laatste spuit.
Dit zijn de inentingen:
- buiktyfus
- hepatitis A en hepatitis B
- je moet ook in orde zijn met volgende inentingen: difterie, tetanus
-ik heb ook een visa-kaart en bankkaart met Maestro-functie in orde gemaakt
Volgende week dinsdag is er ergens in een hotel in Brussel een receptie die uitgaat van de Education Section of Embassy of China. Daar krijgen we nog meer informatie, I will keep you posted ;).
hiermee begin ik aan mijn allernieuwste blog die ik (hopelijk) een jaar lang up-to-date zal houden in het verre China. Voor degenen die mij niet kennen en zich afvragen wat ik in godsnaam in China te zoeken heb, zal ik kort en bondig formuleren wat precies mijn missie is. Ik, Kerlijne (aka Kelan in het Chinees), ga gedurende één jaar ons Belgenlandje achter me laten om Chinees te studeren aan de Wuhan University in de Chinese provincie Hubei. - "Een volledig jaar?" * "Jup." - "Amai da's lang..." Een half jaar China vind ik persoonlijk te kort. We zullen snel te weten komen of ik mijn mening moet herzien of niet. Het grootste deel van de sinologen aan de KuLeuven gaat trouwens een volledig jaar. De meesten, zij het niet iedereen, vertrekken op 26 augustus al. Ik heb besloten op mijn eentje achterna te komen. We zitten bijna allemaal verspreid, en ik hoop dat ik de kans krijg om bij een paar vriendjes binnen te springen ;). Tussen 1 en 10 september moet ik me aanmelden op mijn universiteit in Wuhan. Ik hoop op een éénpersoonskamer, maar we zullen zien. Op zich vind ik een kamer delen met een andere buitenlandse studente niet echt een probleem, maar een heel jaar lijkt me toch lang, tenzij ik zo luid snurk dat zij eerst vertrekt :).
Ik behoud de gele lay-out van deze blog tot het echt pijn begint te doen aan de oogjes :). Deze post is eigenlijk nog maar een experiment, want veel groot nieuws heb ik natuurlijk nog niet. Ikzelf maak me nog niet echt veel zorgen over China, mijn ouders daarentegen wel. Er moet dan ook een ganse bureaucratische rompslomp in orde gebracht worden waarvoor we van hot naar haar moeten rijden. Ik heb vandaag in één keer 16 pasfoto's laten maken in de hoop daar eventjes mee toe te komen. Gisteren heb ik een bezoekje aan de oog- en tandarts gebracht en ondertussen passeer ik ook nog een paar keer langs de dokter voor inentingen. In juli heb ik in beide bovenarmen al een spuit gehad. Van mijn nobele doelstelling mijn cursussen eens te ordenen is die avond niets meer in huis gekomen, aangezien mijn rechterarm niet meer meewerkte. Al die vreemde ziektes ginder ook... SARS, Mexicaanse Griep, hondsdolheid, Aids :). We hebben in samenspraak met dokter Bart besloten de spuit tegen hondsdolheid te laten voor wat het is. Die inenting kost niet enkel stukken van mensen, je moet er ook nog eens helemaal voor naar het Pasteurinstituut rijden. Ochja, zo lang er geen hond in mijn been bijt, is er niets aan de hand. Nu nog het visum, een visa-kaart, de verzekering, en een grote voorraad lenzen. Vanaf vrijdag heb ik ook een brilletje :), aangezien ik dat nooit gehad heb sinds ik lenzen draag.
Als er dan toch íets is waar ik me momenteel zorgen over maak, dan is het over wat ik meeneem naar China en vooral over wat ik moet thuislaten. Gezien het feit dat ik voor 11 dagen Turkije al aan iets meer dan 20 kilo zat, is een koffer voor een jaar China klaarmaken voor mij een hele uitdaging. Mijn sinologie-trui gaat mee, maar daarbuiten is alles nog onzeker. Geen 6 paar schoenen dit keer :) en enkel de meest comfortabele kleren. Ten slotte reserveer ik ook een groot deel van mijn valies voor pure chocolade met vanillevulling. Gesmolten of niet, chocolade blijft chocolade.
Jaja, zoals iedereen zegt "begint het stilaan af te korten" eh. Ik heb geen grote "goodbye party" gepland, al was daar onder de sinologen eerst wel sprake van, dus het zal een afscheid in intieme kring worden peins ik :). Echter, men mag nog niet dramatiseren: Het is nog maar begin augustus! Genoeg gaatjes dus om nog wat van het Belgenlandje te genieten, waar het nu voor een keer eens niét regent.
Ik ben Kerlijne, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Kelan.
Ik ben een vrouw en woon in Mol (België) en mijn beroep is sinologe.
Ik ben geboren op 27/07/1988 en ben nu dus 37 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: karakters pennen en karaoke zingen.
Ik hou van Chinezen, rijst, hotpot en stokjes.