Ik heb al eens
vermeld dat ik op een appartement woon, en niet in de koten op de campus. De
hoofdreden is dat de koten te lawaaierig zijn, en niet bepaald comfortabel.
Daarnaast vallen de prijzen voor appartementjes hier best mee. De locatie van
mijn appartementje is ideaal: vlakbij de metro en vlakbij de campus. Daarnaast
is naast het metrostation een terrein met enkele restaurantjes en winkeltjes,
genaamd 南区 Nanqu. Masta P had me hier in het begin al mee naartoe genomen, en toen
waren we er in het onder buitenlanders bekendste restaurantje gaan eten:
Garlic. Die naam komt niet uit het niets, want je kan er onder andere frietjes
met knoflooksmaak krijgen. Het eten dat er geserveerd wordt, is westers: je kan
er onder andere spaghetti, hamburger en sandwich krijgen. Maar ik vind het niet
echt lekker en de prijzen zijn hoog voor wat het is. Geef mij maar de 铁板牛肉 (beef on iron plate)
van het Chinese restaurant er vlak naast.
Mijn appartement is klein, aangezien het een eenpersoonsappartementje is, maar
het is ruim genoeg vind ik (veel poetsen moet ik dus al niet, hiep hoy ). Het bestaat uit een slaapkamer (waar
ook mijn bureautje staat), een badkamer en een klein koertje met wasmachine. Het
uitzicht vanuit het grote raam in mijn slaapkamer is subliem: temidden van de
appartementsgebouwen is een groot zwembad. Jammer genoeg zit er nog geen water
in dat zou voor volgend jaar zijn. En toen ik de douche zag, kon ik mijn geluk al helemaal niet op: het is een douche met meerdere spuiters (of hoe heet zoiets) tegen je rug . Wanneer je binnenkomt, is links van je een klein keukentje met een elektrische kookplaat, en ik heb zelfs een afwasmachine en een microgolfoven. En last but not least: recht voor mijn bed staat een reusachtige plasma-televisie met bijhorende dvd-speler! Praise the Lord! De airconditioning werkt perfect, en ik heb altijd warm water. Wat een luxe ! Wat een verschil met de koten! Aanvankelijk
was de prijs van mijn appartement 1400 per maand. De appartementen aan de
straatkant kosten omwille van het lawaai van de bouwwerken minder (1300 per
maand). Toch ben ik erin geslaagd mijn appartement aan 1300 per maand te
krijgen, omdat ik mijn huisbaas in één keer uitbetaal. Ik ben reeds in contact
gekomen met verschillende van mijn buren (zelfs onderburen) via mijn zoektocht
naar internet een heel ander verhaal. Rechts van mij woont een Chinees meisje
dat conservatorium doet. Zij heeft het echter niet getroffen met haar buurman (ik
bedoel de man die links van mij woont): Mister Brandon. Mister Brandon is een zwaarlijvige
Amerikaan van middelbare leeftijd, met een piercing in zijn linkeroor, en één
van de leerkrachten van Robin en Njekwa. Zij zijn vol lof over hem, ik net iets
minder. Toen ik twee weken geleden bij hem aanklopte om te horen of hij
misschien geïnteresseerd was de kosten voor het internet te delen, begon hij
onmiddellijk over het lawaai dat de Chinese zangeres maakte. Ik vermoed dat hij
al enkele dagen erg gefrustreerd moest geweest zijn, want de dag erna begon hij
er weer over, en vertelde dat hij het geluid zelfs had opgenomen zodat hij bewijs
had wanneer hij ging klagen. Zingen zal ik dus al niet veel moeten doen dit
jaar vrees ik . Ik heb
dat meisje trouwens nog maar twee keer horen zingen, en vond het niet zo heel
storend.
Wat betreft het
internet, dat is een heel gedoe geweest. Omdat ik van verschillende
buitenlandse studenten gehoord had dat internet in University Town prijzig is,
en dat daarom de meeste mensen in de appartementen internet delen, besloot ik
op zoek te gaan naar een buurman of buurvrouw om de kosten te delen. Die Sängerin
had reeds genoeg vriendjes om mee te delen, en Mister Brandon was geloof ik niet
toegestaan te delen. Hij verwees me door naar ene Billy van Indonesië, één van
mijn onderburen, maar die had zelf nog geen internet en was niet gehaast om het
te installeren. Nog een andere onderbuur had ten slotte geen internet nodig. Ik
was bijna uitgepraat, toen in het appartement schuin tegenover mij plots tekenen
van leven waar te nemen waren. De twee appartementjes schuin tegenover mij
bleken gehuurd te zijn door een bedrijf waarvan werknemers er een nacht konden
slapen wanneer zij voor zaken in University Town moesten zijn. De man die op
dat moment in het appartement was, belde me de volgende dag met het blijde
nieuws dat men de kosten wilde delen. Ik moest een wifi-apparaatje kopen,
waarna er iemand langs zou komen om verbinding te maken. Een paar dagen later
was het zover: ik werd gebeld door een jonge vrouw met een ongelooflijk
irritant stemgeluid. Ze was in het appartementje dat het verst van me
verwijderd was, en zou me helpen met de installatie. Vanaf het eerste moment dat ik haar zag, wist ik
al hoe laat het was: no internet today. De vrouw, ik schat haar iets ouder
dan ik, was een eerder plompe vrouw met een mollig gezicht en veel te schattige
kleren voor haar model. Naast haar op het bed zat een werknemer van hetzelfde
bedrijf gebiologeerd naar het scherm van de televisie te staren. Hij was alvast niet van plan ons te helpen. Al gauw bleek
dat deze vrouw niets van internet en wifi-apparaatjes afwist. Waarom men haar gestuurd heeft, is me tot op heden dan ook een raadsel. Ik gaf haar mijn
wifi-apparaatje, moest haar helpen met het inbrengen van de kabel, waarna ze me
vroeg: En, werkt het? Wat volgde was anderhalf uur geprul (ik dacht echt dat ze
mijn wifi-apparaatje kapot zou maken) en gebel naar China Telecom, waarna ze de
conclusie maakte die ik reeds lang gemaakt had: Het werkt niet zonder code. Op
21 september kwam ze nog eens langs, en toen was Steffi hier (een Duits meisje
waarmee ik in Wuhan goed bevriend geraakt was). Hetzelfde tafereel herhaalde
zich: het was zo belachelijk dat we er de slappe lach van kregen. En ik denk
dat de man van China Telecom aan de andere kant van de lijn er ook stilaan zijn
buik vol van had. Hoewel de Chinese vrouw er zelf plezier in leek te vinden,
was het voor mij genoeg. Na een kleine maand besloot ik uiteindelijk zelf
internet te kopen - geen dag te vroeg - en een dag later was het al gefikst.
Op dinsdag 13
september, de dag na het Mid-Autumn Festival, begonnen de lessen. Ik had echter
nog steeds geen lessenrooster ontvangen. Op het office hadden ze me gezegd dat
ze dat later wel zouden regelen. Met zon termen moet je voorzichtig zijn in
China, wist ik al. Ik ben een speciaal geval: de meeste studenten studeren hier
voor 3 of 4 jaar (en maken dus een heel bachelor- of masterprogramma af). Ik
ben hier maar voor één jaar, en op mijn toelatingsformulier stond ordinary
student aangevinkt. Ik veronderstelde dat, indien men deze optie aanvinkt, men
ook wel zou weten wat die optie net inhoudt, maar daar was ik goed fout. Op het
office wisten ze vanaf dag één geen blijf met me. Aanvankelijk dachten ze dat
ze me bij de Chinese masterstudenten toerisme-management konden plaatsen, maar ik
had een bachelorjaar aangevraagd (omdat ik dacht dat master te moeilijk zou zijn
met mijn achtergrond). Achteraf gezien had ik misschien toch beter een
masterprogramma aangevraagd, omdat ze dan voor een tutor (begeleider) zouden
gezorgd hebben. Op dinsdag 13 september trok ik opnieuw naar het office om te
vragen wat, waar en met wie ik precies zou gaan studeren. Ik werd bij de
studenten derde bachelor toerisme-management geplaatst met Chinees als
buitenlandse taal. Het kwam erop neer dat ik nog wel Chinese les zou krijgen,
maar dat ik daarnaast ook enkele toerisme-vakken in het Chinees zou krijgen.
Het leek me wel wat, en het programma zag er goed uit. De Chinese lessen waren:
schrijfles, Chinees op hoog niveau, en ten slotte business-Chinees. De andere
vakken in het Chinees waren: de principes van hotelmanagement (het is eens
iets anders he ), een algemene inleiding tot China (zowel cultuur en
geschiedenis als economisch en politiek zij het dat dit voor mij herhaling is),
en ten slotte toerisme. De eerste les business-Chinees beviel me, ook al was de
grammatica tamelijk simpel en de klas te rumoerig. De woordenschat kan ik
echter goed gebruiken, dus dit vak zag ik wel zitten. Over de rest van de
Chinese lessen was ik echter niet te spreken. De schrijfles was zo rumoerig dat
je de leerkracht vaak zelfs niet hoorde. We waren met veel te veel studenten in
de les en er is een enorm niveauverschil tussen de studenten onderling. De
woordenschat kan er wat betreft moeilijkheid mee door, maar de grammatica is
gewoon herhaling van mijn eerste jaar in Leuven en is met andere woorden
tijdverlies. Ook Chinees op hoog niveau was een ramp. De leerkracht, een
relatief jonge man met volgens mij amper of geen ervaring staat meer tegen
zichzelf te brabbelen dan tegen de klas. Hij geeft les op slakkentempo en
schrijft gewoon op het bord wat in het boek staat. Een hoger niveau is er niet op deze campus ... Het is moeilijk te geloven
dat het de studenten uit deze les zijn die ook samen met Chinese studenten les
volgen. Van hotelmanagement (2,5 uren aan een stuk, jawel) kon ik amper iets
begrijpen, laat staan de studente uit Kirgistan naast me, die al moeite heeft
met de lessen Chinees. De micro echode enorm, en het tempo van de leerkracht
lag hoog, maar ik vermoed dat dat wel went. Het ergste was dat de airconditioning
het had begeven, zodat ik meer bezig was met het afdeppen van mijn zweet dan
met het volgen van de les. Na deze akelige ervaringen besloot ik naar het
office te gaan om een interessanter lessenrooster te fiksen, maar dat bleek allemaal
niet zo simpel te zijn. Ik zei hen dat de lessen Chinees te gemakkelijk waren,
en de lessen in het Chinees niet interessant genoeg. Jammer genoeg worden
vakken zoals human resource management in de noordelijke campus van de SCUT gegeven,
die hier een busrit van een uur vandaan ligt. Daar studeren ook de buitenlanders die enkel Chinees komen studeren. Ik kreeg de lessenroosters van de
Chinese studenten mee naar huis, maar er werd me direct bijverteld dat, indien
ik deze lessen zou volgen, examens afleggen onmogelijk was. Toen ik vroeg
waarom, antwoordde Luo laoshi (leerkracht Luo, die liever op QQ zit dan naar de
studenten luistert QQ is het populairste Chinese chatprogramma, vergelijkbaar
met onze MSN) dat dit administratief gezien niet haalbaar was, en dat de
lijsten met namen van studenten die de lessen volgden reeds vast lagen. Ik was
nog steeds niet tevreden, en vroeg of er niet nog een andere optie was, zodat
ik wel examens kon afleggen. Daarop gaf hij me het rooster van een andere
richting met Chinees als buitenlandse taal: business. Tijdens de lessen Chinees
had ik al een aantal buitenlanders gezien die deze richting volgden, en de vakken
leken me interessant, dus besloot ik vakken uit beide roosters te combineren en
andere vakken te laten vallen. Intussen heb ik een paar business-vakken gevolgd,
zoals een introductie tot de internationale handel en een introductie tot de
economie en de handel van China met het buitenland, en ik heb besloten die
verder te blijven volgen. Op het merendeel van mijn boeken ben ik nog aan het
wachten... Erg vervelend. Tot dusver de stand van zaken wat betreft de lessen.
Ik ben Kerlijne, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Kelan.
Ik ben een vrouw en woon in Mol (België) en mijn beroep is sinologe.
Ik ben geboren op 27/07/1988 en ben nu dus 36 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: karakters pennen en karaoke zingen.
Ik hou van Chinezen, rijst, hotpot en stokjes.