Hi people!
It has been a while eh! Ik heb echt ongelooflijk veel te vertellen, dus dat belooft weer . Ik heb zonet genoten van een zalige hete douche... jawel, hier op kot! Eindelijk, want ik had nog niet kunnen douchen sinds ik terug ben van mijn tripje naar Xian, de stad van de T-warriors oftewel het Terracotta-leger, waar ik in 2005 al eens geweest was.
Het weekend voor mijn vertrek was zalig, net zoals afgelopen weekend trouwens. Een wijnavond met Burak, Nitzan, Dani, Mikko..., een dagje Simenkou met Ayrton (Simenkou is een fijne omgeving om te winkelen aan de oever van de Changjiang, waar ik op 1 oktober ook naar het vuurwerk ben gaan kijken), een zalige nacht @ Grammys, een etentje en Starbuckske met dezelfde bende en ten slotte een paar uren skypen met Morgane uit Mol . Grammys is zon beetje mijn vaste stek zaterdagavond. Dat valt altijd honderd procent mee, al vind ik dat ik ook nog eens wat andere clubs zou moeten uitproberen. Buiten het feit dat de muziek er altijd loeihard staat en de vestiaire maar een gesukkel is, heb ik er niks op aan te merken. En ik ken er ondertussen al heel wat volk, wat het natuurlijk alleen maar plezanter maakt. De mensen met wie ik uitga, variëren, maar meestal is ofwel Ayrton ofwel Sam erbij. Daarnaast gaan ook Madi en de Russische meisjes vaak uit, en de Fransen, Pierre en Ania. Verder huppel ik maar wat rond . Grammys was vorig jaar helemaal niet zo populair blijkbaar, in tegenstelling tot een andere club (DF) die op dit moment op de rand van een faillissement staat.
Echter, de koude klaslokalen, het slechte slapen, de koude douches, het uitgaan én de regen van die zondag hebben ervoor gezorgd dat ik voor het eerst ziek ben geworden. De week voor mijn vertrek ben ik dus al niet meer naar de les gegaan, en ik was nog steeds niet helemaal in orde toen ik op reis vertrok. Echter, ik heb wel nog de afscheidsavond van Nitzan meegepikt. Ed had die avond heerlijk gekookt voor ons gevieren en ik voelde me direct een stuk beter. Nitzan is ondertussen met haar fiancé Jonatan verhuisd naar een appartement buiten de campus. Jonatan heb ik ondertussen nog niet int echt gezien, maar dankzij het geskype van Nitzan voelt het alsof ik hem al ken J.
De voorlaatste dag sprokkelde ik al mijn energie samen om de laatste dingen nog snel in orde te krijgen voor mijn vertrek. Ik keek er ongelooflijk naar uit Eddy terug te zien. Eddy is een Xianees (en we vinden steeds meer woorden uit ) die ik, net zoals Gong Yiwei, in Leuven heb leren kennen. Vorig jaar in oktober is hij, na een paar jaar in België geweest te zijn, terug naar China getrokken om werk te zoeken. Het heeft lang geduurd, maar uiteindelijk heeft hij in Xian een job gevonden die hem bevalt. Ik weet nog goed dat hij me beloofde een goede gids voor me te zijn als ik ooit naar Xian zou komen, en die belofte heeft hij meer dan waargemaakt. Ik bof met zulke Chinese vrienden , echt!
We zullen beginnen bij het begin. Ahum.
Donderdagavond, 19 november, ben ik samen met Dani (Duits) en Mikko (Zwitser) op het vliegtuig naar Xian gestapt. Het kostte een dik uur om er te arriveren, en we stonden al direct voor een gesloten deur. Ons jeugdhostel Han Tang Inn was blijkbaar van locatie veranderd, en er was niet direct iemand die ons de weg kon wijzen. Gelukkig stopte er een Chinees met een reusachtige auto die ons aanbood ons voor de deur van het hostel te droppen. Deze weldaad gaf al direct de toon aan voor de rest van mijn verblijf in Xian, maar daarover later meer . De kamer was heaven voor ons, al was het alleen nog maar omdat ze insecten- en rattenvrij was. Ik heb er élke dag gedoucht, wanneer ik maar wou ! Je zou er de tranen van in je ogen krijgen, al die luxe! Vlakbij het hostel aten we barbecue, die heel wat beter was dan de barbecue die ik gewoon was. Een goed begin dus .
De volgende dag trokken we naar het toeristenbureau voor een kaartje, en daarna naar de moslimbuurt. Die ligt pal in het centrum en is op zich heel gezellig, maar de mensen waren chagrijnig en onvriendelijk. Misschien zijn ze te gewoon aan het toerisme? In tegenstelling tot de lokale Xianezen, vond ik hen absoluut niet behulpzaam. Je moest daarnaast nog maar je camera bovenhalen of ze wilden er geld voor. Echter, de (deels openlucht-)moskee, pal in de moslimwijk, was prachtig! Door de serene sfeer, het Korangeprevel op de achtergrond, de oude moslimchinezen en spelende kinderen waande ik me plots ergens heel anders dan in het chaotische China.
Na het bezoek aan de moskee proefden we een typisch moslimgerecht, Yangrou Paomo. Het duurde een tijdje voor we doorhadden hoe het macheerde. Je krijgt elk een stuk brood, dat je in kleine stukjes moet scheuren. Je hebt er wat geduld voor nodig, dus geen aanrader als je razende honger hebt . Na dit werk geef je je kom met stukjes brood terug aan de keuken, en zij voegen er dan noedels, specerijen en lamsvlees aan toe. Niet slecht! In de straatjes rond de moskee kan je massas zoetigheden vinden, waaronder allerlei soorten gedroogd fruit en een soort gebak met shizi (persimmon, kaki-vrucht).
Hierna trokken we naar het Stelae Museum, dat ik niet zo heel subliem vond. Ik passeerde een straatje dat ik me nog herinnerde uit 2005, waar ik toen een prachtige foto genomen heb van 3 Chinese kinderen. Het was koud en we namen onze toevlucht tot één van de vele Starbucksen in de buurt van de Bell Tower, waar ik Eddy na een jaar terug ontmoette! Hij nam me mee naar... Pizzahut :p (niet mijn idee). De Pizzahut in China valt echter niet te vergelijken met onze Pizzahut. De Chinese heeft een zéér groot aanbod, en het zijn stuk voor stuk lekkere en deftige gerechten. De avond was echter nog niet voorbij, en Eddy nam me mee naar een massageplaats. De belangrijkste massage die er gegeven werd, was de voetenmassage, maar Eddy en ik namen een all-in . Zo tam als een zak zijn we daarna in een gezellig café in Defuxiang gaan bijpraten, en het was geweldig.
Eddy zou me tijdens het weekend meenemen op tweedaagse uitstap naar Hancheng (meer bepaald Dangjiacun). Dit is een goed bewaard dorpje uit de Ming-dynastie, op 4 uurtjes van Xian. Een hele trip, en daarom schakelde Eddy de chauffeur van zijn moeder in. De bus was ook een optie, maar zoals Chinezen zijn, willen ze je het zo comfortabel mogelijk maken. Na een ontbijt in de moslimbuurt, zijn de shushu (nonkel, zoals Eddy hem noemt), Eddy en ik aan onze roadtrip naar Hancheng begonnen. Onderweg kon ik genieten van prachtige landschappen, allemaal terrasbouw, ook al is de grond er vrij schraal. In Dangjiacun besloten we een Chinese gids te nemen. Moeilijk, aangezien haar woordenschat vrij gespecialiseerd was, maar natuurlijk een goede luisteroefening voor mij . Het dorpje was klein, maar ik ben content dat ik het gezien heb. In de zomer kan je er zelfs overnachten. Hancheng leek ons eerder saai, en daarom besloten we dezelfde avond nog terug naar Xian te rijden. Het plan was om de bus te nemen, omdat de chauffeur bij zijn ouders op het platteland zou blijven eten alvorens naar Xian terug te gaan, maar hij nodigde ons uit hem te vergezellen. Voor ik het goed en wel besefte zat ik op de boerenbuiten, en reed de auto over modderige wegen die eigenlijk niet eens wegen waren. We stopten voor een betonnen gebouw met een grote poort, en al gauw werden we verwelkomd door de ouders van onze chauffeur. Ik vond het zo interessant eens een boerenwoning te zien. Vanbuiten lijkt het gewoon een blok, maar eenmaal binnen de poort zie je dat alles is opgebouwd rond een koertje. De kamers zijn zelden met elkaar verbonden, en de deuren komen allemaal uit op de binnenplaats. Zo is er een living, een keuken, een werkplaats, en één of meer slaapkamers. Achterin vond ik een paar varkens en een zeug met pasgeboren varkentjes, een paar geiten, een hond en het toilet . Geweldig, tussen de varkens in den donkere je broek laten zakken bij -3 graden . In de living aten we verse, heerlijke jiaozi. Na ons avondmaal toonde de oude Chinees me zijn maismachine (mais is in dit deel van China het meest verbouwde gewas) en nam Eddy een foto van ons samen. Het mooie daaraan was dat de vader per sé zijn vest wou uitdoen omdat hij er iets netter wilde uitzien op de foto, waarna ook de moeder zijn kleren een beetje meehielp afstoffen. Zulke momenten raken me toch wel.
Even langs de Big Goose Pagoda, naast de T-warriors het symbool van Xian, en daarna door naar een gezellig jeugdhostel waar ik met Eddy nog iets ben gaan drinken.
De volgende ochtend stevig ontbijt met een grote kom sojamelk. Ik hou van warme sojamelk met suiker! Eddy wist me een verhaal te vertellen over een mooi meisje van het platteland dat zoetigheden verkoopt tegenover een universiteit in Xian en op korte tijd bekend geworden is, dus zijn we het er gaan proeven en kon ik het mooie meisje met het lekkere snoep met eigen ogen aanschouwen . Gesuikerd fruit op stokjes (zoals wij het op de kermis nogal eens zien) is in China heel populair.
Oorspronkelijk was ons plan het Tang Style Park te bezoeken, maar Eddy kon het geregeld krijgen dat een vriend van hem (Li Wei, oftewel Tiger) ons na ons bezoek aan de Big Goose Pagoda oppikte. Het was een eerder coole, gespierde Chinees, met een vrij agressieve rijstijl, en net zoals Eddy een stevige roker. Het was al vrij laat, dus vlogen we tegen sneltempo, op muziek van Apologize en de Black Eyed Peas (in het Chinees trouwens Hei Yan Dou Dou 黑眼豆豆 oftewel de Zwarte Ogen Erwten), naar Hanyangling de tombe van Keizer Jingdi, waar mijn Lonely Planet razend enthousiast over was. Op je eentje kan je er amper geraken, dus meestal wordt deze tombe in groep bezocht. Het was inderdaad de moeite. Een beetje in de trend van het terracotta-leger maar toch anders. In plaats van met levensechte standbeelden, is deze keizer met minibeeldjes van zowel eunuchen, concubines, soldaten als honden, paarden, varkens en geiten begraven. Het is allemaal ongelooflijk mooi bewaard gebleven. We probeerden tevergeefs uit het raampje van de auto de uitrit te vragen aan een bewaker, die al antwoordend gewoon voorbijliep, zodat we geen flauw idee hadden van wat hij allemaal mompelde .
Op de terugweg zijn we blijkbaar een taxi tegengekomen waarin welgeteld 7 personen zaten maar die heb ik gemist. In Wuhan mogen er per taxi absoluut niet meer dan 4 passagiers zijn. Er is echter nog geen rookverbod, en dat heb je in Xian wel (hoewel het eigenlijk nog steeds zo is dat de taxichauffeur dat zelf bepaalt, en als de passagier wil roken dan kan hij dat nog steeds doen. In het merendeel van de taxis hangt echter wel een waarschuwing).
Na de tombe weer maar eens naar dezelfde jeugdherberg voor een poolke. Het centrum van Xian is ongelooflijk gezellig, het lijkt er precies altijd Kerstmis ;) met veel rode lampionnen en de Bell Tower in het midden.
Omdat ik me zo goed amuseerde, besloot ik al gauw tot vrijdag te blijven. Mikko en Dani waren zondag al terug naar huis vertrokken. Mikko wilde geen lessen missen, Dani wilde na het weekend even terug naar Wuhan om dan weer naar Xiamen te vertrekken. Het was dus me, myself and I, aangezien Eddy moest werken. Op het programma stond het Shaanxi Museum. In mijn gids stond dat ik aan de Belltower bus 610 kon vinden, maar die bestond precies niet. Ik was mijn tijd zodanig aan het verspillen dat ik het aan random Chinezen ben gaan vragen, en zo heb ik Liu Liu leren kennen, een universiteitsstudente. Na een heel gesukkel en gestap zijn we uiteindelijk aan het Shaanxi Museum aangekomen... dat gesloten bleek. Dat detail had ik over het hoofd gezien . Dan maar naar het Xian Museum, en ik nodigde Liu Liu uit me te vergezellen. Met haar ben ik s avonds heerlijk Koreaans gaan eten.
Er lag trouwens nog wat sneeuw in Xian (in Wuhan was alles al weg) en vooral in de moskee en op de Drum- en Bell Tower was dat prachtig! Ohja, nog een weetje, de Backstreet Boys zijn in het Chinees 后街男孩, de Achterstraat jongens .
Dinsdag ondernam ik een nieuwe poging voor het museum. Ik arriveerde rond 12 uur, maar de tickets waren op. Een beetje achterlijk aangezien het museum gratis is... Gratis betekende echter niet dat het ticket-vrij was, en het aantal tickets was dus beperkt. Om 1 uur moest ik maar terugkomen, dus daar ging mijn planning weer. Na een uurtje niksen in de buurt, vond ik lange rijen mensen aan het loket. Ik schoof aan in de niet-locale-mensen-rij, die natuurlijk veel langer was, en ben pas tegen 2 uur goed en wel binnengeraakt. Het museum was oke, maar zo onder de indruk was ik toch ook niet. Veel tamtam om binnen te geraken ja... zoals altijd. Het is echter wel interessant om eens een chronologisch overzicht te hebben van de evolutie van de regio. Heerlijke hotpot gegeten met Eddy en daarna naar de Fonteinshow aan de Big Goose Pagoda (ja... weeral), maar we waren te laat (dankzij mijn lonely planet). Eerst alles navragen is toch wel de boodschap. Gelukkig was er een plan B: fly the kite! Ik had namelijk een vlieger gekocht in de buurt van de Bell Tower, en daar zijn we toch een tijdje zoet mee geweest (vooral omdat hij al na één minuut volledig in de war was). Er was niet echt héél veel wind, dus hebben we vooral rondjes gelopen rond het standbeeld op het plein .
Woensdag stond de Famensi op het programma. Om 8 uur was ik paraat aan het station, maar rarara :p ... ik vond de bus weer niet. Men zei me dat ik de bus naar Fufeng moest nemen en van daaruit naar de Famensi moest. Mij goed... maar toen ik na 3 uren in een rammelbus nog steeds niet op locatie was, werd me duidelijk dat er een andere optie moest zijn geweest . Dat neemt niet weg dat de weg over het platteland zeer interessant was, en na 3,5 uur werd ik met een telefoonnummer in the middle of nowhere gedropt, meer bepaald een stofferig kruispunt waar niet bijster veel autos passeerden. Ik zag niet eens een straatnaam, en wachtte er een tijdje op een taxi. De taxi dropte me aan de Famensi, een grote boeddhistische tempel. Die rees zomaar uit het niets op, en het deed me direct aan de Shaolinsi in Luoyang denken. Er was geen kat, en ik stond op het reusachtige plein voor de inkom te luisteren naar de rustgevende muziek en een diepe stem die me een cheerful visit toewenste. 2 vrouwen naderden me en zeiden me dat ze me voor 60 kuai langs een zijdeur konden binnenloodsen (de toegangsprijs was 120 kuai). Dat was echter buiten de bewaker gerekend, die de dames blijkbaar al kende . Dan maar de volle pot betaald. Ik heb er echter wel een gratis rondleiding gekregen, al heb ik er niet echt van genoten omdat ik dacht dat het niet gratis kón zijn en ik ervan overtuigd was dat de vrouw me uiteindelijk toch wou pluimen . Ik ben de dag doorgekomen met een banaan en 2 koekjes, en ging bijna van mijn sus toen ik terug in Xian aankwam. Thank God dat ik de laatste high speed-bus naar Xian wél te pakken gekregen heb en niet nogmaals door de boerenbuiten moest. s Avonds genoten Eddy en ik van de prachtige fonteinshow, die ik iedereen aanraad , waarna we onder andere met Tiger naar een ander jeugdhostel trokken voor een pint.
Donderdag ben ik Kirsten (klasgenote uit Leuven) gaan bezoeken aan de Xibei Daxue. De campus is zoooo mini , maar het heeft wel iets heel gezelligs. Een dagje shoppen in de omgeving, een Starbuckske (wie had ooit gedacht dat ik daar fan van zou worden ) en s avonds naar een Thanksgiving Dinner met een hoopje Europeanen in een gezellig Westers restaurant. Ook hier weer een supergezellige avond gehad! Daarna naar een bekende club in Xian (de Salsa 沙沙) met Eddy en Tiger. Het was er veel te warm, ik zweette zelfs als ik gewoon op mijn barkruk zat. De club zelf was wel heel mooi, met tussendoor regelmatig dansshows.
Vrijdag zat de Temple of the Eight Immortals er niet meer in (ik vond de bus weer niet :p) dus ben ik gewoon met een Chinees meisje dat ik op straat was tegengekomen over straat gekuierd. Natuurlijk ben ik weer te laat vertrokken voor de bus naar de luchthaven, en dus stond ik een kwartier voor tijd paniekerig op een taxi te wachten. Het is hier de wet van de sterkste, dus liep ik op de eerste de beste taxi af die stopte, tezamen met een andere Chinees. Ik moet een vliegtuig halen! riep ik en ik dacht dat hij de taxi aan mij afstond, maar toen bleek dat ook hij instapte. Ik dacht dat hij me aan de busstop wou afzetten, maar toen bleek dat hij ook naar de luchthaven moest en me gratis wou meenemen. En dat niet alleen, op de luchthaven sleurde hij ook nog eens een heel eind mijn bagage voor me :p. Ik hou van Xianezen!
Je kan je wel voorstellen dat ik na die fantastische 8 dagen in Xian een beetje depressed was toen ik hier in Wuhan aankwam. Alles lijkt hier opeens een stuk minder natuurlijk... Toen ik met moeite een busticket voor de aerobus wilde bemachtigen en een Wuhanees serieus van zijn tak zag maken over de houding van de loketbediende, kon ik het niet verhelpen te denken dat ik weer bij de boerekes van Wuhan terechtgekomen was. Een Xianees bood me dan weer aan de taxi naar mijn universiteit voor niets te delen
Ik heb net van Dani gehoord dat het in Xiamen het paradijs is en ze het tweede semester absoluut niet in Wuhan wil blijven, en ik heb zin hetzelfde te doen. Misschien ken ik Wuhan nog niet door en door, maar die 8 dagen in Xian compenseerden alle moeilijke momenten in Wuhan... De laatste week was gewoon fantastisch! Ik heb zoveel contacten gelegd, zoveel Chinees gepraat (het Xian-dialect is makkelijker te verstaan dan het Wuhan-dialect), zo goed gegeten en me zo geweldig geamuseerd... In Xian ga ik vast en zeker nog komen!
30-11-2009 om 00:00
geschreven door Kelan 
|