Mijn laptop is na reparatie weer terug van weggeweest. Gelukkig kan ik nog een paar dagen zonder zonder helemaal opgefokt te raken. Dankzij weer een uurtje werken per dag, de televisie en de telefoon die het nog wel deden én restanten van 2 weekend kranten kwamen de dagen ook zonder Netflix gevuld weer om. Zondag verblijdde mijn dochter me met Moederdagaandacht. Sinds zij ook moeder is is onze alleen-samen-tijd beperkter dan vroeger. Ik ben trots als ik haar hoor vertellen hoe ze als gezin alle ballen tegelijk in de lucht weten te houden. 2 Thuiswerkende ouders en 2 kleintjes die pas sinds deze week weer naar het KDV gaan. Joy krijgt tanden en slaapt niet de hele nacht door en Saar komt 's nachts ook wel eens vertellen dat ze even is gaan plassen. Ik word al moe als ik het hoor. Het is maar goed dat jonge mensen nog blaken van de energie.
De regeringsparaplu gaat voor mij niet open. Daarom heb ik me gemeld bij de reguliere bijstand. Mij is een telefoontje binnen 5 werkdagen beloofd. Tot eea duidelijk is werk ik een keertje per dag. Genoeg om de boodschappen te doen en de vooruitgeschoven rekeningen te betalen. Ik merk dat ik minder ontspannen naast mijn werktafel sta. De 1,5 meter is er ingeramd. Het blijft moeilijk in mijn hoofd om andere mensen alleen maar te zien als potentiële besmettingsbron. Dat maakt mij opgefokter dan me lief is, opgefokter dan gezond voor me is. Mocht ik in de bijstand mogen komen en mogen blijven
dan houd ik meer dan dankbaar weer op met werken.
|