Het is onze voorlaatste dag in China en ik heb eindelijk tijd om te bloggen over onze reis. Het gaat over dingen die ondertussen een maand geleden gebeurd zijn, dus ik ga moeite moeten doen om het me allemaal juist te herinneren.
Zoals gewoonlijk was ik weer veel te vroeg op het vliegveld om Yannick en Eline op te halen. Ik heb ondertussen wel geleerd me niet zo zenuwachtig te maken en rustig te blijven zitten tot de vlucht als arrived staat aangeduid. Als je dan gaat staan wachten, duurt het ook nog makkelijk drie kwartier voor ze effectief buiten komen. Ik was natuurlijk super blij om mijn broer en nichtje terug te zien. Vreemd genoeg hadden we geen van allen het gevoel dat we elkaar een jaar niet gezien hadden. Het had even goed een week of een maand geleden kunnen zijn. Lang leve het internet, dat ons toelaat om ondanks de afstand toch in contact te blijven tijdens het jaar. Zodra we geïnstalleerd waren in het hotel, besloten we om de buurt al even te gaan verkennen. We zaten in een hotel in de buurt van de Verboden Stad en vlakbij de Wangfujing, de bekendste winkelstraat van Beijing. Stel je gewoon de Meir in het groot voor (of de Bondgenotenlaan, om het niet te Antwerps te maken). Toen we buitenkwamen, begon het lichtjes te druppelen, wat we wel aangenaam vonden als verfrissing. Binnen het kwartier waren die paar druppels echter uitgegroeid tot een volwaardige regenbui, waardoor we ons samen met de rest van de window shoppers genoodzaakt zagen onze toevlucht te zoeken in een winkel. Na een half uur waren we wel uitgekeken op de hoeden die daar verkocht werden, dus besloten we gewoon te rennen naar het dichtstbijzijnde restaurant, voor Yannick en Elines eerste Chinese maaltijd. Dat bleek een veel te dure hotpot te worden, die zij nog best goedkoop vonden. Ik zei toen al dat ze dat na drie weken zeker ook erg duur zouden vinden, waarop onze Yannick: Zeg Tes, gij bent hier ook wel wa te gierig geworden ze, of toch iets in die aard. Ongeveer twee weken daarna wilde ik Japans gaan eten voor 29 yuan per gerecht, maar dat vond hij te duur, zo zie je maar weer. Toen de bui na onze maaltijd nog steeds niet over was, zat er niets anders op dat naar het hotel terug te wandelen, want alle taxi's waren bezet. Alle Chinezen waren natuurlijk goed voorzien met regenjassen en paraplu's en je zag ze denken: "Gekke buitenlanders die daar in hun zomerkleren door de regen hossen". Compeet verzopen kwamen we aan bij ons hotel, een mooi begin van de vakantie.
Op onze tweede dag in Beijing had ik een bezoek aan het Tiananmen plein en de Verboden Stad gepland, maar omdat het weer echt te slecht was, besloten we de Verboden Stad te vervangen door de tempel van de hemel. Het is vreemd, ik had me net drie weken kapot gezweet in China en iedereen thuis laten weten dat ze vooral geen warme kledij mee moesten nemen, en ongeveer twee uur na aankomst van mijn broer en mijn nicht begint het hier te regenen dat het giet. Jammer, want het park rond de tempel van de hemel was bijna volledig verlaten, terwijl daar normaal gezien verschillende koren aan het repeteren zijn. De volgende dag was dan toch de Verbode Stad aan de beurt, waar duidelijk bleek dat de zomer in China toch de drukste toeristische periode is. Toen ik daar met moeke en papa was, waren er niet zoveel bezoekers, maar nu kon je over de koppen lopen. Yannick en Eline waren behoorlijk onder de indruk van het oude paleis en terecht, want ik vond het ook nog steeds de moeite. Ik ga er allemaal wat sneller overheen nu, omdat ik al deze plaatsen al eens eerder bezocht heb. Niet dat ik dat verveldend vond, want het zou maar erg zijn om te zeggen: De Verboden Stad heb ik al eens gezien, daar wil ik niet meer naartoe hoor. Verder hebben we uiteraard het Olympisch dorp nog eens bezocht. Vlakbij ons hotel was s avonds een markt met eetkraampjes, waar je allerlei exotische toestanden kan eten. Yannick was meteen enthousiast om iets te proberen en uiteindelijk hebben we ons laten verleiden tot het proeven van kleine gefrituurde schorpioenen. Die beestjes leven nog terwijl ze op het stokje geprikt zijn, wat zielig zou zijn, mochten we het hier niet over schorpioenen hebben. Ze worden in hun geheel gefrituurd, wat betekent dat je ze met pootjes en angel opeet. Je moet je er even overheen zetten, maar Yannick en ik hebben er toch elk twee gegeten. Ze worden zo stevig gekruid dat je in feite enkel iets knapperigs met een zoute smaak proeft, niet zo erg dus. Er kwamen verschillende buitenlanders langs die ons vroegen hoe het smaake. Een Engelsman was heel stoer aan het doen, maar toen we hem aanboden er ook eentje te proberen, geraakte hij niet verder dan een klein pootje, tsss. Alweer een rariteit die aan mijn lijstje van dingen die ik gegeten heb kan worden toegevoegd.
Een andere manier waarop je kan merken dat er in de zomer veel gereisd wordt, is de beschikbaarheid van treintickets. Ik heb daar tijdens het jaar bijna nooit problemen mee gehad, zelfs niet tijdens de vakantie rond Chinees Nieuwjaar. De voorbije maand hebben we echter herhaaldelijk onze reisplannen moeten aanpassen omdat we geen treintickets vonden voor de dag waarop we graag wilden vertrekken. De eerste keer was al meteen voor onze treinrit van Beijing naar Datong. Oorspronkelijk wilden we s ochtends vertrekken en tegen de middag aankomen, maar we konden enkel nog s avonds vertrekken, waardoor we een dag verloren. Die dag hebben we ingevuld door nog een bezoekje te brengen aan de lamatempel, een tempel die ik zelf nog niet bezocht had. Blijkbaar stond daar het grootste boeddhabeeld ter wereld dat uit één stuk hout gesneden is, zeer indrukwekkend. Na dat tempelbezoek moesten we ons terughaasten naar het hotel, want ik wou zeker niet te laat in het station zijn. Aan die eerste treinrit hangt nog een heel verhaal vast, maar dat vertel ik morgen wel.
Nu ga ik verder genieten van de rust op het binnenplein van ons hostel. Eline zit tegenover mij te studeren (dat wil ik maar even melden aan mijn nonkel en tante) en onze Yannick, die zich al heel wat beter voelt, doet een middagdutje. Werkelijk een hectische vakantie hier in Beijing.
Ik zit momenteel met Yannick en Eline op de luchthaven in Peking. Het is donderdag 29 juli, half tien s ochtends. Wij hadden negen uur geleden op een vliegtuig richting België moeten zitten.
Ik had op dit moment graag thuis gezeten en geblogd over hoe leuk de voorbije drie weken waren, want dat waren ze, maar het heeft niet mogen zijn. Na onze laatste dag in China, waarop we de Chinese muur nog bezocht hebben, kwamen we terug in ons hotel, waar we nog even douchten op de kamer van een Duits meisje dat we op de bus hadden leren kennen. Daarna gingen we iets eten en vertrokken op ons gemak naar de luchthaven. We dachten dat onze vlucht om één uur s nachts vertrok (waarom weet ik niet, ik had de tickets niet, iemand had dat gezegd en dat was blijven hangen, we hebben voor het eten de tickets zelfs nog nagekeken). Iets voor elf uur kwamen we op de luchthaven aan, waar we op het bord zagen dat onze vlucht al om half een vertrok. We waren even in de war, maar maakten ons geen zorgen, we waren immers nog steeds anderhalf uur op voorhand daar. Toen ik ons echter wilde inchecken bij de balie van Egypt Air zei de steward heel droog: Er zijn geen stoelen meer. Ik heel verbaasd: Dat is niet mogelijk, want wij hebben gereserveerd. Hij antwoordde: We hebben jullie stoelen aan andere mensen verkocht. Wij zeiden dat dat niet zomaar mocht en dat ze dan maar een oplossing moesten zoeken om ons alsnog op de vlucht te krijgen, aangezien daar nog voldoende tijd voor was. De steward zei dat we ons daarvoor tot de manager moesten richten en bleef zon beetje voor zich uit staan kijken. Ik zei dat hij dan de manager maar moest roepen, waarop we het antwoord kregen: Die is al vertrokken. Eline was ondertussen al in tranen en ik moest mezelf serieus inhouden om niet ook te beginnen wenen. Tegen die mensen roepen hielp niet, ze negeerden ons straal en begonnen wat papieren te ordenen. We zijn dan naar de algemene infobalie gegaan, waar gelukkig een heel vriendelijk meisje zat dat ons helemaal gelijk gaf en meteen begon te bellen. Zij zei dat we opnieuw naar Egypt Air moesten gaan en gaf ons ook een aantal telefoonnummers waartoe we ons konden richten. Jammer genoeg kon ze verder niets doen, aangezien ze niet voor die maatschappij werkt. Ik ben terug naar de balie van Egypt Air gegaan, ondertussen een uur voor mijn vlucht zou opstijgen en ben van mijn oren beginnen maken. Ik heb geroepen, getierd, gesmeekt om ons te helpen. Het enige wat die man gedaan heeft is een telefoonnummer geven waartoe we ons vanaf negen uur deze morgen konden richten. Verder zei hij telkens: Wacht even, waarop hij wat op de computer ging tokkelen of papieren bij elkaar raapte. Ik ben nog nooit in mijn leven zo kwaad geweest, ik heb alles gedaan wat ik kon en het ergste is dat die man daar volledig stoïcijns onder bleef, zelf een sorry kon er niet af. Toen hij wilde weglopen ben ik letterlijk voor hem gaan staan, heb hem de weg versperd en gezegd dat hij het recht niet had ons zo achter te laten. Hij heeft mij zo ongeveer aan de kant geduwd en is gewoon doorgelopen. Wij bleven wat verweesd achter, zonder vlucht, zonder hotel en eventjes niet wetend wat we moesten doen. Yannick heeft dan naar moeke gebeld om alles uit te leggen en die zei meteen dat de ze de volgende dag zouden proberen een oplossing te zoeken. We zijn dan maar naar de tourist information balie gegaan, waar ze voor ons een (veel te duur) luchthavenhotel geboekt hebben.
Vandaag zijn we om zes uur opgestaan om zeker op tijd terug op de luchthaven te zijn. Helaas is er niemand van Egypt Air aanwezig, ze hebben enkel vluchten op maandag, woensdag en vrijdag, dus op donderdag is hun kantoor gesloten. We zijn vanaf negen uur naar de infolijn beginnen bellen, maar er neemt voorlopig niemand op.
Ondertussen is het zaterdag en zitten we in een gezellig hostel in Beijing. Maandagavond pas hebben we een vlucht terug naar België.
We zijn donderdag de hele dag naar Egypt Air blijven bellen, waar we van het kastje naar de muur gestuurd werden. Na een aantal telefoontje die tot niets geleid hadden (een paar keer werd de verbinding gewoon verbroken), werd ons verteld dat we ons tot de manager moesten richten. Die was echter niet aanwezig op kantoor en niemand had een idee wanneer hij zou toekomen. Zo kan ik ook een bedrijf runnen. Ik gok dat die man wel de hele dag op kantoor aanwezig was (achteruitgezakt in zijn stoel met zijn benen op zijn bureau, zo stel ik me voor), maar gewoon geen zin had ons telefoontje aan te nemen. In België kwam er gelukkig wel schot in de zaak. Mijn vader, die blijkbaar toch iets meer autoriteit uitstraalt dan ik, was erin geslaagd iemand aan de lijn te krijgen die bruikbare informatie kon verschaffen. Het probleem bleek te zijn dat onze vliegtickets betaald waren met de visakaarten van papa en nonkel Mark, en de houder van de kaart aanwezig moet zijn bij het inchecken. Als dat niet het geval is, moet je kopies van hun paspoorten bij hebben. Dat schijnt vermeld te staan op de site, in kleine lettertjes onderaan de pagina. Kleine lettertjes??? Zo iets moet in koeien van letters vermeld staan! Blijkt dus dat ik de steward op de luchthaven verkeerd begrepen heb. We hebben jullie tickets verkocht aan andere mensen, betekent: deze tickets zijn niet aan jullie persoonlijk verkocht, maar wel aan de houders van de visa kaart. De grote schande is dat niemand mij dat heeft duidelijk gemaakt. Ze hebben ons genegeerd en niet verteld waar het probleem juist lag. Ik spreek Chinees, dus moeilijk zou dat niet geweest zijn. Als ik dat geweten had, had ik nog naar huis kunnen bellen en hadden we in de anderhalf uur tijd die we nog hadden misschien iets kunnen regelen. In de namiddag heeft papa naar het Belgisch consulaat in Beijing gebeld. Daar bleek dat de consul zelf zo vriendelijk was om voor ons met de manager van Egypt Air te willen gaan praten. Dat was geweldig nieuws, want Chinezen zijn heel gevoelig voor autoriteitsfiguren. Toen dat bekend was, was er geen reden voor ons om nog langer op de luchthaven te bijven rondhangen, aangezien er donderdag toch geen vluchten waren. Ik heb dan gezocht naar een hostel en we zitten momenteel in het enige hostel in Beijing waar nog kamer beschikbaar waren. Gelukkig is het hier heel gezellig en ligt het in een leuke buurt.
In de taxi op weg naar Beijing kreeg ik telefoon van de consul. Ze had kunnen regelen dat we drie stoelen kregen op het vliegtuig van maandagavond, mits bijbetaling. Persoonlijk vind ik het schandalig dat we moeten bijbetalen, maar daar is niets aan te doen, aangezien wij legaal in fout waren. Gisterenochtend moesten we om half tien op het kantoor van Egypt Air zijn, waar we met de manager moesten praten en onze nieuwe tickets zouden krijgen. Yannick was s nachts ziek geworden (alweer een tegenvaller), dus Eline en ik gingen er met twee naartoe. We waren er om kwart voor negen, kwestie van zeker op tijd te zijn. De kantoren moesten om negen uur opengaan, maar pas om kwart na negen kwam er een meisje de deur openen, waarna de kantoren nog gepoetst moesten worden. Ondertussen hoorden we de telefoon onafgebroken rinkelen. Dat verklaarde in ieder geval waarom wijzelf voor tien uur niemand aan de lijn hadden gekregen. Een per een kwamen de secretaresses binnengesijpeld, maar natuurlijk was de manager om half tien nog nergens te bekennen. We hadden op voorhand afgesproken dat we heel rustig en vriendelijk zouden blijven, dus we hebben geduldig gewacht. Rond kwart na tien kreeg een meisje blijkbaar telefoon dat zij ons maar moest helpen, waarna we eindelijk onze nieuwe tickets kregen. Ik zal het bedrag dat we moesten bijbetalen niet vermelden, maar laat ons het erop houden dat het niet min was. Tel daar de kosten bij van vijf dagen hostel, eten en evt. nog een uitstapje en onze reis is opeens een pak minder low budget geworden.
Ondertussen zijn de gemoederen wat bedaard en hebben we besloten er gewoon het beste van te maken. We zijn niet van plan om nog veel de toerist uit te hangen, maar we gaan ons op ons gemak bezig houden. Ook al berust ik in wat er gebeurd is, de frustratie over de manier waarop we behandeld zijn, blijft wel. We kunnen er niets aan doen, maar via mijn blog kan ik het verhaal toch de wereld in sturen. Ik hoop dat als iemand ergens ter wereld Egypt Air googelt, deze pagina verschijnt en die persoon twee keer zal nadenken voor hij bij die maatschappij boekt. Ik heb de volgende dagen normaal gezien wel tijd om nog wat te bloggen, dan kan ik leukere verhalen vertellen over onze reis.
Ik kijk er al naar uit om iedereen in België terug te zien, volgende week dinsdag ben ik er weer, tot dan!