Ik heb een
paar zeer rustige dagen achter de rug. De lessen zijn terug begonnen (op
een zaterdag, jawel). Vandaag heb ik nog een dagje vrij, maar vanaf morgen
vliegen we er weer in.
Om jullie
op deze mooie zondag toch iets te lezen te geven, volgt hier een blog met een
aantal volkomen losse weetjes over China en de Chinezen:
Om te
beginnen: als je ooit gehoord hebt over de gewoonte van Chinezen om op straat
te spuwen, dat is helemaal waar. Vooral oudere mannen hoor je regelmatig eens
diep rochelen. Maar het zijn niet alleen de oude ventjes hoor, ook jongeren en vrouwen
spuwen vrolijk in het rond. Vorige week hoorden we iemand echt afschuwelijk
diep rochelen achter onze rug en toen we ons omdraaiden bleek het een fijn, oud
vrouwtje te zijn, zeer vreemd. Ze doen het bovendien niet alleen op straat,
maar bijvoorbeeld ook in de supermarkt of zo. Ik slaap met al mijn ramen open
en ik wordt regelmatig s ochtends wakker door onze overbuur die geluiden
produceert alsof hij erin gaat stikken, aangenaam.
Chinezen
kunnen naar onze normen behoorlijk onbeleefd zijn. Aanschuiven bijvoorbeeld is
op veel plaatsen een ongekend concept. Een tijdje geleden heb ik een half uur
staan wachten bij een openbaar toilet in een poging via een gewoon
aanschuifsysteem bij een toilethokje te geraken. Na dat half uur moest ik zo dringend
dat ik al onze normen overboord heb gegooid en bijna letterlijk een meisje dat
er pas een minuut of 3 stond opzij heb geduwd toen ze een hokje wou binnengaan.
Tja, als het nodig is, moet je je aanpassen he. Bij officiële diensten valt dat
aanschuiven wel goed mee, omdat ze op veel plaatsen met een systeem met
nummertjes werken. Ik heb opgevangen dat ze dat precies om die reden hebben
ingevoerd. Ik probeer me niet druk te maken in die dingen, want dat is nu
eenmaal de cultuur he.
Mijn
leerkracht en een aantal Aziatische medeleerlingen vinden het raar dat ik
tijdens de pauze appels eet. Ik neem bijna elke dag een appel mee naar de les
en na een week vroeg mijn leerkracht grammatica of ze in Europa veel appels
eten. Ik antwoordde dat wij inderdaad vaak appels eten en dat vond ze nogal
raar. Uiteindelijk bleek dat het niet zozeer ging om de appel zelf als wel om
het feit dat ik hem met schil en al opeet. Ze schillen hier al hun fruit, wat
waarschijnlijk niet zon slecht idee is, vanwege de pesticiden die ze erop
spuiten. Ze zei dat als ik nog eens een appel met de schil at ik hem wel eerst
heel goed moest wassen. Ik zal eraan denken =)
Eten alle
Chinezen met stokjes? Ja, alle Chinezen eten met stokjes. Dat schrijf ik als
tip aan iedereen die van plan is mij te bezoeken: als je niet met stokjes kan
eten, neem dan je eigen mes en vork mee. Zelfs in de chique restaurants hebben
ze geen mes en vork ter beschikking, laat staan in de kleine restaurantjes waar
wij meestal eten. Soms krijg je wel zon Chinese diepe lepel bij je soep, maar
het is niet aan te raden daar noedels mee te eten. Ik moet zeggen dat wij
ondertussen behoorlijk handig geworden zijn met stokjes, ik maak elke week
minder vlekken op mijn kleren =)
Chinezen
lopen regelmatig in hun pyjama over straat. Meestal s avonds, maar af en toe
zie je ook overdag iemand in iets wat duidelijk een pyjama is over straat
lopen. Ik heb het dan niet over losse broeken en hemdjes die nog wel voor
gewone kledij kunnen doorgaan, maar echte flanellen pyjamas met beertjes,
hartjes en andere fijne patroontjes. We zijn er ondertussen al min of meer aan
gewend, maar in het begin vonden we dat toch maar vreemd. Eén van mijn
leerkrachten zei: Buitenlanders denken vaak dat er veel mensen in hun pyjama
over straat lopen, maar dat is niet waar, dat zijn gewoon de kleren waarin ze
thuis rondlopen en eten maken. Als ze dan maar voor eventjes naar buiten gaan,
kleden ze zich niet om. Allemaal goed en wel, maar het blijven toch gewoon
pyjamas hoor. Ik heb wel gehoord dat een aantal medesinologen zich ondertussen
ook al in pyjama buiten hebben gewaagd. Helemaal aangepast aan de cultuur,
lijkt me =) Ik denk dat ik voorlopig nog even pas.
Op
restaurant wordt vaak verwacht dat je bij het binnenkomen al meteen weet wat je
wil eten, zelfs als je nog nooit in dat bepaalde restaurant binnen bent geweest.
We moeten altijd opnieuw zeggen: we zouden graag eerst even op de kaart kijken.
Waarna de dienster meestal naast de tafel blijft staan wachten terwijl wij
proberen iets op te maken uit de menukaart. Er zijn hier redelijk wat
restaurantjes waar je een volledig gerecht naar onze normen kan bestellen, dus:
vlees, groentjes, rijst. Maar op evenveel plaatsen maakt rijst absoluut geen
deel uit van een schotel. Je moet het er apart bijbestellen en je moet ook heel
expliciet duidelijk maken dat je je rijst samen met de rest van de gerechten
wil. Als je dat niet doet, staan vaak al alle schotels op tafel, maar moet je
nog een kwartier wachten tot iemand rijst brengt. Dat komt omdat rijst hier vaak
beschouwd wordt als vulsel, iets dat je eet als je echt niet genoeg hebt met de
rest. Verder mag je hier naar onze normen behoorlijk onbeleefd zijn tegen de
obers. Je hoeft echt niet beleefd je hand op te steken als je iemand wil
roepen, je roept gewoon ober!. Als het erg lang duurt voor iets op tafel
komt, bijvoorbeeld de rijst, zit je dan niet druk te maken tot ze het eindelijk
brengen. Roep gewoon iemand en vraag of het niet wat sneller kan. Je hoeft ook
niet dankuwel te zeggen tegen iemand die je bedient, niet op restaurant of op
eender welke andere dienst. Ik doe dat vaak wel, uit gewoonte, en dat mag
natuurlijk. Maar of ik nu dankuwel zeg of niet, ze worden er niet koud of warm
van, want Chinezen zouden nooit bedanken voor het opdienen van een gerecht. Ik
ben zelf ondertussen al wat minder beleefd geworden dan ik in het begin was en
ik vind het eigenlijk wel gemakkelijk zo. Iemand roepen is toch veel
makkelijker dan met je hand omhoog te zitten wachten tot je de blik van een
ober kan vangen? Bovendien geeft niemand hier ooit fooi, dat wordt ook absoluut
niet verwacht, wat ons studenten natuurlijk heel goed uitkomt.
Daar ga ik
het voorlopig bij houden. Er valt nog veel meer te vertellen over de Chinese
gewoontes, maar dat zal in de loop van het jaar dan wel eens passeren op deze
blog.
Het is mij eindelijk gelukt (met een beetje hulp van Katrien) om een eigen fotopagina aan te maken =) Om de site te bezoeken, moet je gewoon op de link onder 'Foto's', links op mijn blog klikken. Je wordt automatisch herleid. De foto's gaan waarschijnlijk grotendeels hetzelfde zijn als op Katrien en Sara's sites, omdat ik ook al mijn foto's aan hen doorgeef. Ik ga enkel degene die ik zelf getrokken heb op mijn site zetten. Als je nog meer wil zien, kan je dus altijd nog eens op hun blog gaan kijken. Maar ik dacht dat een directe link vanop mijn blog wel handig zou zijn. Vandaag hebben we de toerist uitgehangen in Nanjing en zijn we naar Zijinshan geweest. Dat is een berg met verschillende sites, onder andere het mausoleum van Sun Yatsen en een oude site met Ming tombes. Ik ga geen heel verslag van de dag geven, de foto's spreken voor zich, denk ik.
Dit weekend
zijn we, zoals gezegd, naar Hefei gegaan om Anne-Sophie te bezoeken. We zijn
voor de verandering eens met de bus gegaan. Dat is bijna de helft goedkoper dan
de trein, maar duurt wel langer. Uiteindelijk was het een rit van een dikke 3 uur,
maar het was best wel comfortabel. Het zijn echt van die reisbussen, dus je
hebt veel plaats en er wordt altijd een film gespeeld tijdens de rit (op de
terugrit Jurassic Park gedubd in het Chinees en ontzettend luid, dat had nu ook
weer niet gemoeten). Van alle horrorverhalen over het Chinese openbaar vervoer
die ik voor ik naar hier kwam gehoord had, heb ik hier echt nog niets gemerkt.
Hefei is
beduidend kleiner dan Nanjing en ook wat minder modern. Onze buschauffeur moest
in het heenrijden regelmatig een stukje spookrijden om de putten in de weg te
omzeilen. We gaan er altijd van uit dat die mensen weten wat ze doen, maar als
je vanuit de tegenovergestelde richting nog een bus op je af ziet rijden, hou
je toch wel even je adem in. Anne-Sophie had ons op voorhand verteld dat Hefei
een beetje een boerengat is, maar dat viel ook best mee. Haar campus was in
ieder geval groter en mooier dan die van ons, vond ik. Niet zon mooie gebouwen,
maar wel heel gezellige plekjes met bomen en bankjes om te zitten. Zaterdag
zijn we naar de zoo van Hefei geweest. Ik vreesde dat we daar misschien
schrijnende toestanden gingen zien met dieren die slecht verzorgd worden, maar
ook daar bleek dat we toch nog te veel vooroordelen hebben als het over China
gaat. Mijn grootste bezwaar was dat er nogal wat dieren alleen in een kooi
zaten, maar ze zagen er allemaal prima verzorgd uit. De omgeving was heel
aangenaam, met veel bomen en groen en een aantal dieren hadden beduidend betere
verblijven dan sommige dieren in de zoo van Antwerpen. Het meest exotische dier
dat we gezien hebben is een panda, die hebben ze bij ons niet.
s Avonds
zijn we gaan eten met een paar vrienden van Anne-Sophie, best toffe mensen. In
Hefei zitten veel minder buitenlanders dan bij ons, iedereen kent daar
iedereen. Net zoals wij heeft zij nog geen echte Chinese vrienden (of toch één
jongen, geloof ik). Ik zou heel graag Chinese vrienden maken, maar dat is niet
makkelijk. Elke Chinees die je leert kennen, wil uiteindelijk toch iets van je.
En ik heb altijd het gevoel dat het niet om mij of mijn persoonlijkheid gaat,
maar gewoon om het feit dat ik buitenlander ben. Je denkt trouwens best 2 keer
na voor je je nr. aan een Chinees geeft. Sara wordt al een dikke week gestalkt
met telefoontjes en berichtjes door een Chinese jongen die ze heeft leren
kennen op straat. 3 keer per dag: Sara, how are you? plus een paar
telefoontjes, je wordt het snel beu hoor.
Maar verder
met mijn verhaal. Na het eten wilden we eigenlijk ergens iets gaan drinken,
maar ze hebben daar geen cafés, dus moesten we iets anders verzinnen. Het was
zaterdag maanfestival en uiteindelijk hebben we dat nog op een vrij
traditionele manier gevierd: we zijn iets te eten en te drinken gaan halen en
hebben ons buiten op een bankje gezet in het donker. Je moet dan nog naar de
maan kijken en eigenlijk moet je maankoekjes eten, maar dat vind ik niet
lekker. Ze zijn heel zwaar en meestal zitten er bonen of een ei of zoiets in. Als
je geluk hebt is het geconfijt fruit, die zijn nog wel te eten. Maar op de
koekjes na zaten we er toch vrij dicht bij in de buurt en het was heel
gezellig.
Gisterenmiddag zijn we naar een klein restaurantje geweest op de campus van Anhui
University en daar hebben we het lekkerst gegeten tot nu toe. Anne-Sophie is er
vaste klant en ik snap waarom. Iemand heeft die mensen ooit uitgelegd hoe je
frietjes maakt en nu hebben ze daar iets dat op flinterdunne frietjes lijkt, zo
goed! Verder nog kip in zoetzure saus en het allerbeste: bananen in een soort
deeg en dan gecarameliseerd met suiker. Een caloriebom, maar lekker! Na het
eten zijn we naar een meer geweest. Volgens Anne-Sophie hebben we daarmee
meteen alle bezienswaardigheden van Hefei gezien. Het is hier nog altijd
ongelooflijk warm. Het was zeker 30 graden gisteren en dan overdrijf ik niet. We
zijn in de schaduw gaan zitten met onze voeten in het water.
Zondagavond
zouden we alweer vertrekken, maar voor we doorgingen, zijn we nóg eens frietjes
en bananen gaan eten. 2 keer op een dag, die mensen zullen gelachen hebben.
Maar het zal wel weer even duren voor we terug naar Hefei gaan, dus we moesten
ervan profiteren he. Anne-Sophie had nog geen concrete plannen voor de volgende
dagen en dus heeft ze maar besloten om met ons mee terug naar Nanjing te komen.
Het is vakantie, dus dat kan allemaal. We hadden nog geen tickets gekocht voor
de terugreis en de taxichauffeur die ons naar de bushalte bracht, zei dat het
ongelooflijk druk ging zijn en dat we al tickets hadden moeten bestellen. Maar
daar aangekomen hadden we zonder problemen binnen het uur een bus. Veel
handiger dan de trein, want daar moet je zeker op voorhand tickets voor kopen.
Vandaag
hadden we eigenlijk een rustig dagje ingepland, maar gisterenavond belde een
Thais meisje uit Katrien haar klas of we vandaag nog eens mee wilden naar het
regenbloementerras met een paar vrienden van haar. We hadden dat nog niet
volledig gezien, dus zijn we toch maar mee gegaan. Zo hebben we ineens wat
mensen uit Thailand leren kennen waar we Chinees mee kunnen praten. Het viel op
dat we met Aziatische vrienden erbij veel minder worden aangestaard. Er werden
ook minder fotos getrokken, buiten door die Thai zelf natuurlijk (het blijven
Aziaten he =)
De rustige
dag is dus verplaatst naar morgen en daarmee ben ik weer aan het einde van mijn
blog.