Rechtspraak
wordt gevoerd via juristen die een persoon of instelling adviseren en
vertegenwoordigen op de rechtbank, doch deze mensen werken niet voor niets en
moeten dus vergoed worden.
Juristen
die zich tegen inmengingen van hogerhand verzetten worden systematisch
gekelderd. Uiteraard zijn er een massa betrouwbare juristen die hieraan niet
mee willen werken, doch dit probleem wordt al even systematisch omzeild door
gewillige leden van het juridische korps in te schakelen als tijdelijk
voorzitter bij een rechtspraak waarin men een persoon of jurist wil wraken.
Vooral
waar de overheid direct of indirect of een regeringsmandataris bij betrokken is,
worden alle middelen en de vereiste tot collegialiteit van iedere
aangesprokenen geëist, om getroffenen te beletten zich te verzetten, en schuwt
men de manipulatie van het parket niet om verzet in de kiem te smoren. Dit
fenomeen was uiteraard ook een van de voornaamst redenen dat de activiteiten van
Dutroux zulk een omvang konden aannemen. Dat deze ontwikkelingen het werk zijn
van hooggeplaatste personen is duidelijk, doch de continuïteit van dergelijk
systeem is verbazingwekkend en vraagt een continuïteit aan de basis, die slechts
verzekerd kan zijn indien zij van buiten de politiek en op hoger niveau werd
opgebouwd om onderbreking van het systeem te voorkomen. Ook het feit dat
slachtoffers langst alle mogelijke pistes werden afgeblokt is hier een
opvallend verschijnsel, (Roze Balletten, Dutroux, Bende van Nijvel enz.) gezwegen
van het feit dat het telkens eenvoudige burgers en hun nabestaande zijn, die
slachtoffer zijn en hun rechten niet kunnen laten gelden.
De
hoge paramilitaire ontwikkeling van de bende operaties te Nijvel
en omgeving, en de frequentie waarmee deze op klaarlichte dag toesloegen, op
plaatsen waar zij uitzonderlijk in het oog liepen en op een optimale hinder
konden rekenen, bewees dat de plaats, tijdstip en omstandigheden hiervoor
uitgekozen waren. Het zinloos doden en afslachten van toevallig aanwezige
vrouwen en kinderen, die hen niet bedreigde of in de weg liepen, kon nauwelijks
anders dan gepland opzet zijn. Het feit dat het niet om buit ging was opvallend
en niet te miskennen. De veronderstelde redenen sloegen nergens op, en gaven
zelfs geen mogelijke verklaring, doch spraken de feiten op het terrein tegen.
De klungelachtige wijze waarop alle onderzoeken werden afgebroken of verhinderd,
geeft duidelijk en terechte voeding aan de veronderstelling van opzet vanuit de
hoogste kringen van het land en het Hof, gezien het de Procureur des Konings
was die alle onderzoeken via het verplaatsen van de dossiers in de war stuurde.
De
Moord op Patrick Haemers die men uitdrukkelijk
omschreef als een feit van zelfdoding, wat echter gezien de omstandigheden
fysiek onmogelijk leek en psychisch nog absurder was.
Fysiek
gezien is het nogal ingewikkeld indien een man van dergelijke gestalte zich
gaat verhangen aan een radiator van maximaal een meter hoogte, en gezien zijn
lichaamsgewicht in liggende toestand, dit de strop rond de nek niet dicht kon
trekken.
Psychisch
gezien is het totaal absurd te veronderstellen dat de opgejaagde en getergde
zondebok van een dergelijk moordcommando en complot, zelfmoord pleegt de dag
voordat hij voor een publiekjury moet verschijnen. Hij had echter de avond voor
de confrontatie met de publiekjury kenbaar gemaakt dat hij tekst en uitleg zou
geven voor deze jury. Onder dergelijke omstandigheden zal een kandidaat
zelfmoordenaar zijn plan tot zelfmoord verschuiven tot na zijn tekst en uitleg
voor deze jury. Het feit dat hij gedurende de nacht voor zijn confrontatie met
de publiekjury zelfmoord zou gepleegd hebben is hierdoor meer dan
onwaarschijnlijk en absoluut ongeloofwaardig. Dat zijn verklaringen voor een
publiekjury de opdrachtgevers de das zouden omgedaan hebben is echter zeker,
terwijl deze al even zeker in de hoogste kringen van het land moeten gezocht
worden.
De
moord op André Cools is en blijft een onopgelost raadsel.
Op 15 maart 2007 werd de moordenaar van Cools, Domenico C., in hoger beroep tot
twintig jaar gevangenisstraf veroordeeld. Tot maart 2006 was hij voortvluchtig
geweest toen hij bij een wegcontrole in Duitsland in hechtenis werd genomen.
Hij werd echter in 2011 vervroegd vrijgelaten. De opdrachtgever of reden werd
nooit met zekerheid aangeduid.
De
moord op wachtmeester Peter De Vleesschauwer is nooit opgelost,
terwijl zijn aandeel in een zwendel met vermeende gestolen kunstwerken,
nauwelijks in aanmerking kunnen komen voor de vernoemde moord, zeker gezien de
slachtoffers van deze zwendel geen particulieren waren. De Vleesschauwer werd
van zijn post weggelokt wat betekend dat zijn belager ofwel een bekende was
ofwel een bevoegde persoon die hij gezien zijn statuut of functie binnen moet
laten. Dat hij ondanks zijn post verliet roept extra vragen op, en
verondersteld dat er dwang werd uitgeoefend, wat nauwelijks kan, tenzij de
indringer gewapend was, wat verondersteld dat deze tot een Rijkswacht- of Politie-eenheid
behoorde. De motivatie voor de moord lijkt een durende vraag te blijven,
terwijl er geen aanwijzingen zijn dat er ooit behoorlijk naar gezocht werd.
De
Moord op vleeskeurder Karel van Noppen. De doorbraak in de strijd tegen de hormonenmaffia kwam er na de moord op
20 februari 1995 op veearts & keurder van
het IVK, Karel van Noppen, die een
netwerk van hormonendealers op het spoor kwam en bij zijn oversten hiervan melding
maakte. De moord werd, naar het onderzoek later uitwees, uitgevoerd in opdracht
van de hormonenmaffia, door een huurmoordenaar. Karel van Noppen
werd naar verluid vermoord kort nadat hij zijn meerderen op de hoogte bracht
van bezwaarlijke resultaten in het onderzoek. Dit laatste zou kunnen wijzen op
corruptie en een lek bij deze overheidsdienst, wat echter nooit degelijk werd
onderzocht.
De
affaire Dutroux is wel het sluitstuk bij uitstek in een reeks
van ophefmakende en verdachte misdaden, terwijl hier een spoor naar de
betrokkenheid van hogere instanties nauwelijks te overzien of te miskennen is.
De
blunders stapelden zich op en alle onderzoeken werden op amateuristische wijze
gedaan, terwijl verwanten van zijn slachtoffers door Politie en Parketten van
het kastje naar de muur werden gestuurd, en geen inzagen of uitleg kregen. De
bal kwam pas aan t rollen wanneer de onderwijzer en vader van een der slachtoffers,
de school waarin hij actief was wist te mobiliseren en zo de zaken ruchtbaar wist
te maken. Het gebrek aan vrijheid van woord en pers kwamen hiermee duidelijk en
ontegensprekelijk tot uiting, net zoals het gebrek aan verantwoord te woord
staan van de diensten voor wet en orde, ten overstaan van burgers en slachtoffers
of nabestaanden. Of het allemaal nog niet genoeg was wordt het publiek nadien
geconfronteerd met de uitzonderlijke ijver waarmee de verantwoordelijke CD&V
minister zich inzet om medewerkers en betrokkenen van Dutroux in vrijheid te
stellen.
De
niet te miskennen misdadiger Michel Nihoul, Belgische zakenman en oplichter uit
Brussel, die net zoals de toenmalige Prins Albert vernoemd werd als een
aanwezige bij de Roze Balletten, en die bij deze affaire betrokken was, doch
onmiskenbaar vele goedgeplaatste vrienden ook in de onderwereld en in politieke
rangen had, kwam hiermee als eerste vrij, om grond van vermeende twijfels of
hij wel bij de criminele activiteiten van Dutroux bewust betrokken was. Vervolgen
werd er druk onderhandeld vanuit dezelfde CV&V rangen de gezellin en mede
daadster van Dutroux Míchele Martin in een voorwaardelijke vrijheid te stellen,
onder toezicht van een Fransklooster,
alsof deze nonnen haar zouden kunnen beletten om er van onder te muizen. Om het
allemaal af te ronden lekte een bericht uit als zou Dutroux in zijn
gevangenschap prinselijk bediend worden op al zijn wenken, wat gezien het
voorgaande nauwelijks anders te verwachten was, gezien hij waarschijnlijk
informatie naar opdrachtgevers moet hebben en voor hen dus gevaarlijk kan
genoemd worden.
De ertsmijnen van Oost Kongo in
Katangan, Kivoe en Kasaï vertegenwoordigen een onschatbare waarde aan
non-ferrometalen met als hoofdbrok de vermaarde kopermijnen op der grens tussen
Oost Kongo (Katanga) en Zambia. De mijnontginning en grondstoffen uit Kongo
werden vooral door Leopold II via zijn investeringen en met steun van mede
investeerders uit de rangen van de oude adel gefinancierd, waardoor uitzinnige
winsten ontstonden die vooral ook te danken waren aan de waanzinnig lage
vergoedingen die arbeiders bekwamen.
De
Union Minière du Haut Katanga (UMHK) was een Belgisch mijnbouwbedrijf, ooit
actief in Katanga, in wat nu de Democratische Republiek Kongo (voorheen, Kongo
Vrijstaat, uit 1908, Belgisch Kongo, uit 1972, Zaïre). Het werd opgericht op 28
oktober 1906, als gevolg van een fusie van een vennootschap opgericht door
Leopold II en Tanganyika Concessions Ltd (een Brits bedrijf, opgericht door
Robert Williams, die begon de opsporing van delfstoffen in 1899, en kreeg
mijnconcessies in 1900 ), om de minerale rijke Katanga ontginnen.
In feiten kan men rekenen dat de in 1906 opgerichte Union Minière en vroegere
rubberwinningen in grote mate eigendom was van de koning Leopold II
(staatshoofd van 1865 tot 1909) en enkele rijke vrienden. Ook na de
onafhankelijkheid van Kongo in 1960 bleef België met Union Minière de
voornaamste handelspartner met 80% van de ertshandel uit het gebied, met verbonden
onschatbare winsten voor de aandeelhouders.
Rwanda, een strategisch waardevol
gebied voor de Belgische en Europese industrie der non-ferro en edelmetalen.
Rwanda is een gebied boven aan de meren van Midden Afrika en nabij de rijkste
ertswinning van non-ferro en edelmetalen van het Afrikaanse continent. Rwanda
biedt ondanks zijn ligging op de evenaar doch dank zij de hoogte van 2000 tot
2500 meter een vrij zacht klimaat van gemiddeld rond de 25°C met matige
schommeling tussen dag en nacht, waardoor het land uitzonderlijk geschikt is als
langdurig verblijf voor westerse troepenmachten. Rwanda werd hierdoor als
bewakingspost en uitvalsbasis gereserveerd door de Belgische overheid, die op
deze wijze en met militaire aanwezigheid, de controle over het gebied verzeker
wist.
Het
stamhoofd en aanvoeder, als Mwami der voormalige Toetsi bevolking gekend, had
echter te veel invloed en macht en streefde naar een volledige
onafhankelijkheid van het gebied, waardoor deze als gevaar voor westerse
inmenging werd aanzien.
Mwami
verwijst oorspronkelijk echter niet expliciet naar een koning, wel naar een
leider en militair hoofd van de bevolking. Toetsi en andere Niloten overleefden
als veehoudende nomaden die geen bepaald gebied claimden. Dit gebied werd tot
aan de koloniale bezetting via Hoetoe koning en zijn onderkoningen beheerd,
terwijl de eerste ontdekkingsreizigers het als een uitzonderlijk goed geordend,
veilig en vreedzaam gebied omschreven. De Toetsi bevolking zwier vermoedelijk al
van voor 1500 in het gebied der Hoetoe rijken rond en onderhielt een
uitstekende relatie met de Hoetoe bevolking via wederzijdse dienstverlening en
bescherming, waardoor deze volkeren zich spontaan mengden tot een mengvolk. Door
onderlinge samenwerking der Hoetoes, Toetsis en lokale Twa-Pygmeeën werd dit
gebied uitzonderlijk gevrijwaard van Arabische slavenjagers. De splitsing in
twee etnische volkeren werd in 1957 door de Belgische overzeese regering van
het gebied voltrokken, afgaande op de herkomst van de familienamen, en vermeld
op hun Identiteitskaarten. Terwijl de oorspronkelijke bestuurssystemen, koning
en onderkoningen van het Hoetoe gebied door de westerse overheden werden
genegeerd, werd de Mwami echter omwille van zijn invloed en gezag door de
bezetters als een koning behandel en betiteld. Het land vertoonde geen sporen
van geweld of onenigheden tussen de lokale stammen.
Het eerste rapport wat wij over dit gebied te lezen krijgen is een
verslag van twee Britse ontdekkingsreizigers anno 1858, Sir Richard Francis
Burton en zijn kompaan Mister Speke.
Het middenstuk van de westelijke Riftvallei heeft een bergachtige
samenstelling die moeilijk begaanbaar is. Hierdoor vormden zich, op zichzelf
staande bevolkingsgroepen. Dit geld vooral voor de volkeren in het Kongobekken
en de hoogvlakte van Tanganyïka.
De ontdekkingsreizigers Burton en Speke vonden daar in 1858 hechte
inheemse rijkjes met vreedzame instelling. De oorspronkelijke bewoners van deze
gebieden waren Twa-Pygmeeën, de Hoetoes en de Toetsi. De Pygmeeën waren
jagers, de Hoetoes waren landbouwers en de Toetsi waren veehoudende nomaden
doch gelijktijdig krijgers.
Bij de vorming der maatschappij sprak het beroep van de betreffende
volkeren een belangrijk woord mee. De Toetsi waren hoog in aanzien omdat zij
vee bezaten. Dit volk ook wel Wattusi genaamd, trokken met hun kudden door wat
Roewanda-Boeroendi genoemd wordt.
Ook in het voormalige Tanganyïka vestigden zij zich, ook al was het maar
voor tijdelijk. Zij werden niet gedreven door veroveringszucht, doch wilden
slechts goede weidegrond voor hun vee.
Op hun eindeloze trektochten leefden ze soms enige tijd naast de
plaatselijke bevolking en men ruilden de normale levensbehoefte met elkaar.
Bij de landbouwbevolking was de grond een
gemeenschappelijk bezit.
Bij de herder was het bezit van vee gebonden aan de
persoon. Hij kon zijn bezit dus vermeerderen. Het bezit van vee was niet alleen
een teken van rijkdom maar ook van maatschappelijk aanzien.
De Hoetoes die ook vee wenste te hebben, boden de Toetsi hun bescherming
aan, in ruil voor deze bescherming kreeg een Hoetoe een of meerdere geiten in
bruikleen. Op deze wijze schiepen deze volkeren een soort klantenkring in de
trant van, de ene dienst is de andere waard.
Door honderden jaren van wederzijdse bescherming van belangen was een
krachtige weerstand en coöperatie ontstaan. Neger Arabieren, slaven jagers, die
diverse malen trachtte het gebied binnen te dringen, werden telkens met
vereende krachten afgeslagen.
Mwami
Mutara III Rudahigwa was van 1931 tot juni 1959 Mwami van het toenmalige
Belgische mandaatgebied Rwanda. Mutara III behoorde tot
de leidende Nyiginya-clan, de voornaamste Toetsi-familie. Mutara III overleed
in juni 1959 onder verdachte omstandigheden. Volgens Boze tongen werd hij door
extremisten omgebracht, doch slechts de Belgische en Europese mogendheden
hadden enig belang bij zijn uitschakeling. Zijn opvolger, Kigeri V, werd in
januari 1961 afgezet tijdens een Hoetoe-revolte. Het merkwaardige was het de
oorspronkelijke bevolking die belang hadden aan de aanwezigheid van de Mwami
die hen ook gedurende de koloniale bezetting had verdedigd en beschermd tegen
willekeur en uitbuiting door kolonisten. Dat dergelijk geweld door Belgische
aandeelhouders of de Europese non-ferro metaalindustrie werd opgezet is gezien
hun belangen in de regio zeker niet uit te sluiten. Revoltes van extremisten
die als Hoetoes werden aangeduid, werden duidelijk tegen de belangen van de bevolking
en van buiten uit in het leven geroepen, en druisten in tegen de belangen van de
autochtone bevolking. Pogingen om de macht en invloed van de Mwami te
vernietigen hadden slecht voordelen voor de westerse industrie en vooral
Belgische aandeelhouders, terwijl het slechts in het nadeel van de bevolking
was. De escalatie van 1994 werd slechts in Europa voor het eerst door
Premier Jean-Luc Dehaene als een Hoetoe opstand en genocide tegen de vermeende
Toetsi minderheid omschreven, terwijl in de Amerikaanse pers het voorval
als een slachting door Extremisten op Hutis werd genoemd. (Huti stond
hier voor de vermenging van Hoetoe en Toetsi). De belangrijkste en
invloedrijkste partij die hier belangen had was deze der Europese
aandeelhouders en mijn exploitanten, met mogelijk het Belgische koningshuis op
kop. In nasleep van de in België opgezette revolte in midden Afrika, Oost Kongo,
Rwanda en Burundi werden de laatste decennia alleen al meer dan 2 miljoen
mannen, vrouwen en kinderen op beestige wijze omgebracht.
De
achterbakse macht van koning Albert II van België, die
verwacht wordt neutraal te blijven om zodoende de democratie een normale
ontplooiing te gunnen. Doch democratie en monarchie zijn tegengestelde belangen
en staan dus haaks opeen. De macht van het geld is uiteraard een element dat
men niet kan ontlopen, en uiteindelijk overal de werkelijke machten vormen. Kongo
werd door een Europese overeenkomst eigendom van de Belgische Vorst Leopold II.
Dat de Belgische monarchie onder Leopold II, fortuinen kon uitgeven om Brussel
te verfraaien, was te danken aan de plundering door de vermeende eigenaar en
monarch, Leopold II van de toenmalige privé kolonie van de Vorst, het latere
Belgisch Kongo. Wanneer bekend werd dat de autochtone bevolking van het gebied
op een barbaarse wijze werd mishandeld, en als slaven behandeld om voor de
koning te werken, terwijl weigeraars uiterst wreed werden gestraft, werd het
gebied onder druk van de Europese gemeenschappen aan de Belgische staat
overgedragen, en dus voortaan staats eigendom. Dat de industrie en investeringen
in handen bleven van de investeerders is wel begrijpelijk en logisch, wat maakt
dat de middelen die het Belgische Vorstenhuis achter de hand heeft niet te
schatten zijn. De invloed en macht die achter het Koninklijk vermogen
schuilgaan zijn niet te onderschatten, waardoor het verloop van zowel de
politiek als de continuïteit tegen de democratie en wil van de massa in,
verklaard kan worden.
Gezien
vele meldingen door getuigen van de aanwezigheid van de toenmalige Prins Albert
bij de activiteiten der Roze Balletten, betrokkenheid van de huidige koning,
Albert II in ongure zaken lijkt niet alleen mogelijk doch, gezien de rol van de
Procureurs des Konings in de bende onderzoeken, zelfs waarschijnlijk, temeer
daar er vanuit deze hoek nooit duidelijke reacties waren op de houding van
betrokken Procureurs. Hierbij aansluitend staat de duidelijke doch vooral
asociale en antidemocratische houding van de Vorst, in de
regeringsonderhandelingen na de verkiezingen van zondag 13 juni 2010, en zijn
deel in de uitsluiten van de grootste politieke partij van het land.
Onvoorwaardelijke
collegialiteit,criminaliteit en slagkracht der
Belgische regering, wordt door onze regeringen misbruikt om wandaden, criminele
en illegale acties der leden toe te dekken en de daders te beschermen, waarbij
verantwoordelijke niet terugschrikken om zelfs de rechtspraak hiervoor in te
schakelen en te manipuleren. Wie dacht dat staatssecretaris De Block een
humanere en socialere wind zou laten waaien in de diensten voor
vreemdelingenzaken en asiel komt bedrogen uit. De wantoestanden uit het
verleden worden niet rechtgezet en zij sluit zich daarmee aan bij de ideologie
van de regerende partijen, door onvoorwaardelijk en collegiaal de blunders en
criminele acties uit het verleden, met gewelddadig effect op een weesmeisje,
stilzwijgend te onderschrijven en ongemoeid te laten. Men zou van een sociale
vrouw anders verwachten, doch geld en positie gaan blijkbaar voor op het recht
en belang van de kiezer of een weerloos weeskind.
De
hele heisa rond de commentaren van Ingrid Lieten en de Uplace affaire geven
toch het wansmakelijke beeld van regeringen die absolute en blinde onderlinge collegialiteit
verkiezen, boven dit van het volkbelang.
Het
feit dat in de betwisting over het Uplace project, in een regering de absolute
samenhorigheid primeert en politici in onderlinge overeenkomst, elkaar indekken
en beslissingen niet willen of mogen aanvechten, heeft tot gevolg dat geen
enkele van de deelnemende partijen in een regering in België voor het publiek
nog betrouwbaar is, en de belangen van de bevolking dus niet onvoorwaardelijk
voorop kan stellen.
Het
aanvechten van de beslissing van Joke Schauvliege (DC&V) door Ingrid Lieten
en Bruno Tobback (sp.a) en de verzet dat zij nu moeten incasseren aangaande het
Uplace project, toon dat men binnen de regeringen in België van de leden een
absolute samenhorigheid eist tegenover een goedgekeurde beslissing, zelfs
indien achteraf blijkt dat het belang ervan twijfelachtig is, mag men de
collega die de beslissing nam noch zijn beslissing in vraag stellen. Dergelijke
praktijken maken noodzakelijke herzieningen in het belang van de bevolking
echter onmogelijk, en horen thuis in een maffiaorganisatie, niet in een
democratie. Niet het volksbelang, maar de faam van een collega minister
primeert voor de heren ministers.
De rechtspraak ten dienste van de
criminaliteit. Nee, wij hebben geen gebrek aan integere rechters, doch zij
bepalen niet altijd wat mag en kan, terwijl wie tegenwerkt door de overheid
eventueel terzijde wordt gezet. Men kan niet van onder de indruk dat de
Belgische rechtspraak de criminaliteit en de criminelen beter beschermd dan hun
slachtoffers. Doch wat verwacht men van een overheid die de criminaliteit in
eigen rangen systematisch verbergt onder mom van onvoorwaardelijke
collegialiteit, en de rangen sluit zelfs indien er terechte aanwijzingen zijn
dat een genomen beslissing op corruptie werd geschoeid. Dat deze overheid
uiteindelijk verplicht is om met alle middelen de rechtspraak van haar dak te
houden kan nauwelijks anders. Dergelijke toestanden leiden uiteraard tot
willekeur waarbij hoog geplaatsten en financieel sterkere partijen hier munt
uit slaan, terwijl zo de rechten van de burger maar al te veel op de helling
komen.
De
uitbuiting van de arbeider en graaicultuur der high society hebben
in nasleep en teloorgang van de kolonies een langzame en nauwelijks merkbare
aftakeling van de westerse overvloed en bijhorende welstand van de werkende
klasse teweeggebracht. Vooral de graaicultuur van de High Society ging ten
koste van de arbeiders en bedienden op de werkvloer, terwijl zij na de
kolonisaties door regeringen geviseerd werden om de ontstane tekorten in te
vullen. De uitbuiting van de arbeider dwong in vele westerse landen de vrouw
tot het nemen van een betrekking als tweede verdiener om in de moderne noden te
kunnen voorzien. Hiertegenover staat dat we in deze moderne tijden van super
snelle en ongecensureerde nieuwsverspreiding steeds meer met de graaicultuur
van onze overheden geconfronteerd worden. De markten worden gelijktijdig door
opkomende industrielanden en Oost Azië systematisch ingepalmd, een evolutie
waar onze verspilzucht en zowel wanordelijke als sociaal inefficiënte
maatschappij niet tegenop kan. Hier is de ondergang gelijklopend met de
toenemende graad van criminaliteit, die door wanbestuur van onze maatschappij
gevoed wordt.
De
Psychopathische geldgier, de meest moorddadige
waanzin van de menselijke ontwikkeling, is als een kanker die een wereldwijd
spoor trekt als product van de Arische ontwikkeling. De moderne mens en zijn
vooral westerse beschaving is een niet te stuiten monster dat het begrip
beschaving en ontwikkeling schrijft met bloed en geweld tegen weerlozen en
onderworpenen, zonder noodzaak doch slecht uit zinloze gemakzucht,
machtswellust en zelfverheerlijking.
Deze waanzin was basis voor de ontwikkeling van Goden en geloof die het
eigenbelangen en bijhorend geweld zouden rechtvaardigen en zegenen, om tot slot
deze waanzinnigen te belonen met een eeuwige zelfverheerlijking als heiligen
naast hun God.
Het is opvallend dat hun goden die zij creëren net zoals zijzelf
verslaaft zijn aan geld, weelde en macht. Zij worden dan ook in westerse
tradities, gekoesterd, aanbeden en omgeven van pracht en praal in prachtige en
rijkelijk uitgedoste tempels. Hieruit ontstaan legendes die uiteindelijk
fantasierijk in heilige boeken worden opgetekend als zijnde door de goden zelf
geschreven of geïnspireerd. Deze heilige schriften weerspiegelen echter Goden
die verslaafd zijn aan het stoffelijke en de menselijke macht en praal die
onder hun aanvoering verworven wordt met het zwaard, en zodoende deze
psychopathische geldgier verheerlijkt.
Uiteindelijk zal de Ariër zich in zijn waanzin zelf verheerlijken en
tronen naast God als uitverkorenen en edelen, gemachtigd om de medemens tot
slaaf te maken, te gebruiken, onwillige te straffen en te doden, zoals bij
Gorillas de patriarch jongen dood om de moeder aan zijn lusten en driften te
onderwerpen.
De hele moderne westerse wereld draait rond geld en macht, en de
idealist die zich sociaal opstelt wordt als gek verklaard en aan de kant gezet.
Deze vermeent beschaafde wereld bestaat uit plunderaars en dieven naast dwazen
die zich voor meerderen te pletter werken, terwijl fysisch- en psychisch geweld
de scepter zwaaien. Het onderscheid tussen recht en onrecht is flinterdun en
bepaald door de macht en positie van de dader, terwijl de heersende klasse een
leeuwendeel voor zich reserveert moet de ondergeschikte zwoegen voor een
aalmoes.
Is de beschaving nog ver weg? .
Verdomd er is in België nog niets in zicht!
Law is conducted through lawyers that a person
or institution advice and represent in court, but these people do not work for
nothing and should be reimbursed. Lawyers who oppose interference from above
resist are systematically antagonized. Obviously there are a multitude of
reliable lawyers and judges that do not want to cooperate, but this problem is
equally systematically circumvented by willing members of jurisdiction the
legal profession to turn as temporary chairman at a proceeding in which they a
person or lawyer would exclude.
Especially where the government directly or indirectly, or a mandatary is
involved, be all the resources and
the requirement to collegiality of each member required, to victims to prevent
to object, and don't scare to the manipulation of the public prosecutor to
protest in the bud smother. This phenomenon was obviously one of the primary reasons
that the activities of Dutroux could assume such a girth. That these developments are the work of senior
people is clear, but the continuity of such a system is amazing and requires
continuity at the base, which only can be assured if it outside of politics and
higher-level was built to break of the system to be avoided. The fact that victims of all possible way's
were blocked here is a striking phenomenon, (Pink Ballets, Dutroux, Gang of
Nivelles, etc.) not spoken the fact that only simple citizens and their
relatives are victims and not on their rights rely.
The
high paramilitary development of gang operations in Nivelles and
surroundings, and the frequency with which this broad daylight struck, where
they strike exceptional the eye and optimal nuisance could count, proved that
the place, time and conditions for this chosen were. The senseless killing and
massacring women and children accidentally present, who have not threatened or
hinder them, could hardly be otherwise than planned action. The senseless killing and massacring women and
children accidentally present, who forms no threatened or hinder for them,
could hardly be otherwise than be planned. The fact that it was not for loot was striking and
undeniable. The presumed reasons beat anywhere, and even gave no explanation,
but spoke against the facts on the place. The clumsy manners way were all research were
aborted or prevented, clearly justified and nutrition to the presumption of
intent from the highest circles of the country and the Court, given the "
public prosecutor" it was that all investigations by moving the files sent
into a mess.
The
Assassination on Patrick Haemers that was explicitly described as a fact of
suicide, which, given the circumstances seemed physically impossible and
psychologically was even more absurd.
Physically it is quite complicated if a man of
such tallness is going to hang a radiator of only one meter in height, and seen
the body weight in a recumbent position, this the noose around the neck could
not tighten.
Psychologically speaking, it is totally absurd
to suppose that the hunted and tormented scapegoat of such a death squad and
conspiracy, committed suicide the day before he was to appear before an
audience jury. Especially considering he the night before the confrontation
with the public jury had made known that he would give
a full explanation for this jury. Under such circumstances, would a suicidal
candidate his plan to move after his explanation for this jury. The fact that
during the night for his confrontation with the public jury would have
committed suicide is absolutely improbable and implausible. That his statements before an audience jury
settle clients hash would have been certain, however, while their clients
equally certainly in the highest circles of the country should be sought.
The assassination of Andre Cools is and remains an unsolved mystery. On 15
March 2007 was the murderer of Cools, Domenico C., convicted to twenty years
imprisonment. Until March 2006 he was a fugitive when he was at the roadside in
Germany was taken into custody. However, he was released early in 2011. The
principal reason or was never identified with certainty.
The murder of Sergeant Peter De Vleesschauwer is never resolved, while his part in a scam
allegedly stolen artworks, barely qualify for the mentioned murder, especially
since the victims of this scam were not private individuals. De Vleesschauwer
was lured from his post which means that his assailant was either a friend or a
competent person he seen his status or position within had to let. That he left
his post despite all, calls for additional questions, and suppose that coercion
was exercised, which is hardly possible, unless the intruder was armed, which
is assumed to be a gendarmerie or police unit belonged. The motivation for the
murder appears to be a question to remain, while there is no evidence that
there ever was properly searched.
The Assassination of meat inspector Karel van
Noppen. The breakthrough in the
fight against the hormone mafia came after the assassination on 20 February
1995 of veterinary and inspector of the IEV, Karel Van Noppen, who on the track
of a network of hormones dealers came and mentioning his superiors to this fact. The
murder was as later revealed by the research, commissioned by the hormones
mafia, by an assassin. Karel Van Noppen was allegedly murdered shortly after he
informed his superiors brought
objectionable results in the study. The latter might indicate a leak and
corruption in this administration, which was never properly investigated.
The Dutroux affair is the tail end of choice in a series of
sensational crimes and suspicious, while here the trace of involvement of
higher authorities can hardly be spared or is undeniable. The gaffes piled up
and all studies were done on amateurish way, while relatives of his victims by
police and public prosecutors of the cabinet to the wall were sent, and no
sight or explanations were given. The ball came to roll when the teacher and father of
one of the victims, the school where he was active and able to mobilize the
case and so made noised. The lack of freedom of speech and press were by this
thus clearly and undeniably, as the lack of responsible to explain and
communicate of the services for law and order, in front of citizens and victims
or survivors. Whether all this was not enough, the audience then confronted
with the extraordinary zeal with which the responsible minister CD & V's
commitment to employees of Dutroux in liberty to bring.
The undeniable criminal Michel Nihoul,
Belgian businessman and con man from Brussels, which, like the then Prince
Albert was named as an attendee at the Rose Ballets, and in this affair was
involved, but clearly many well-placed friends in the underworld and in
political ranks had came as the first free, to the grounds of alleged doubts
whether he was in the criminal activities of Dutroux or not, or knowingly
involved.
Thereupon pressure was negotiated from the
same CV & V ranks about Michéle Matin the companion and collaborator
of Dutroux in a conditional release and put under the supervision of a French
convent. As were the nuns be able to prevent her from escape. To finalize it
all leaked out as a message as would Dutroux in his princely operated in
captivity all his whishes, which given the above hardly other than to be
expected, given he probably should have information about his senior clients
and therefore dangerous for them can be called.
The
ore mines of Eastern Congo in Katangan, Kivu and Kasai represents an
invaluable asset to non-ferrous metals with the main piece of the famous copper
mines of the eastern border between Congo (Katanga) and Zambia. The mining and
raw materials from Congo by Leopold II was mainly through its investment and
support of fellow investors from the ranks of the old nobility financed, making
outrageous profits that arose were especially due to the insanely low fees that
workers receives.
The Union Minière du Haut Katanga (UMHK) was a
Belgian mining company, once operating in Katanga, in what is now the Democratic
Republic of the Congo (formerly, Congo Free State, from 1908, Belgian Congo,
from 1972, Zaire). It was created on October 28, 1906, as a result of a merger
of a company created by Léopold II and Tanganyika Concessions Ltd (a British
company created by Robert Williams, which started prospecting for minerals in
1899, and was granted mining concessions in 1900), in order to exploit the
mineral wealth of Katanga.
In fact, one can calculate that in 1906
established the "Union Minière and former rubber extraction and largely
owned by the King Leopold II (head of state from 1865 to 1909) and some wealthy
friends. Even after the independence of the Congo in 1960, with Union Minière
belongs Belgium as main trading partner with 80% of the ore trade from the
area, with related invaluable profits for shareholders.
Rwanda,
a strategically valuable area, for Belgian and European industries of
nonferrous and precious metals. Rwanda is a region above the lakes of Central
Africa and near the richest ore of nonferrous and precious metals from the
African continent. Rwanda offers despite its location on the equator but thanks
to the altitude of 2000 to 2500 meters in a relatively mild climate averaging
around 25 ° C with moderate fluctuation between day and night, making the
country extremely suitable as a long stay for western army units. Rwanda was
thus as security post and sortie base reserved by the Belgian government, which
in this way and with military presence, assure control over the area knew. The
chief and captain, as Mwami of the former Tutsi population known, however, had
too much influence and power and sought a complete independence of the area,
making him as a threat to Western interference was considered.
Mwami originally not explicitly refer to a
king but to a military leader or head of the population. Tutsi and other
Niloten survived as cattle-breeding nomads who claimed no particular area. This
area was to the colonial occupation through Hutu king and his viceroys managed,
while the first explorers as an exceptionally well organized, safe and peaceful
area defined. The population Tutsi wandering already probably before 1500 in
the area of Hutu empires around and had maintained an excellent relationship
with the Hutu population through mutual service and protection, making these
people spontaneously mixed to a mixed population. Through mutual cooperation of
Hutu's, Tutsi and local Twa pygmies, this area was exceptionally free from Arab
slave hunters. The split between ethnic groups was by the Belgian overseas
government of the area in 1957 carried out and based on the origin of surnames,
being a Bantu or Hamitic origin, and this noted on their ID cards. While the
original operating systems, king and viceroys of the Hutu area were ignored by
the western governments, the Mwami however, because of his influence and
authority by the occupiers treated like a king and titled. The country however
showed no traces of violence or disputes between the local tribes.
The first report that we get to read about
this area is a report of two British explorers in the year 1858, Sir Richard
Francis Burton and his companion Mr. Speke.
The central part of
the west Reef-valley of Central-East Africa, has a mountain likely contraction
that is difficulty passable. This is reason for the forming of different
independent groups of people, especial in the neighborhood of East-Kivu (Congo)
and the nearest Tanganyika plain.
The explorers Sir
Burton and Mr. Speke find in this area many little clan states under very
peaceful circumstances. The Twa-Pygmy, the Hutu people and the Tutsis made the
original population of this area. These Pygmies survive as hunters, the Hutus
survive by agriculture and the Tutsis survive as cattle-breeding nomads and are
also warriors.
The profession of
each of that population was an important element in their community.
The Tutsi gets
benefit by the riches of their cattle, a real eminence.
These people, also
named as Watutsis, move with their cattle in the area of the actual Rwanda,
Burundi and sometimes up to the lake Tanganyika. Their target and movements
belong not to the need or options to conquer some land, but belong only to the
temporary need for grassland for their cattle.
They dont shy to live and share in their
endless hiking tours with the local people, stay with them and share the means
of live and supplies.
The Hutu farmers get
common land around their villages, while the shepherds bound their ownership of
cattle to the individual, which means that this cattle present riches and
social status, a status which was for the Indo population of Tutsis, with
their individual instinct, vision and need, very important as well.
Hutu farmers, who
like to get some cattle, present their service to these shepherds in return for
such cattle. Reciprocal service and protection was reason for a large and
stable relationship and stability in this area. Black Arabians which try to
conquer the area, to rob the people for slavery, get al this time no chance
against the cooperation of this people.
Also the Twa-Pygmy
chare in this bound of relationship against Arabian slave driver, and with that
in their own welfare and security by their good relation with the other
populations of this area.
Mwami Mutara III Rudahigwa was from 1931 to June 1959 Mwami of the
then Belgian mandated territory Rwanda. Mutara III was among the leading
Nyiginya clan, the main Tutsi family. Mutara III died in June 1959 under
suspicious circumstances. According Evil tongues, he was killed by extremists,
but only the Belgian shareholders and European Non-Ferro industries had any
interest in its elimination. His successor, Kigeri V, was deposed in January
1961 during a Hutu revolt.
The remarkable thing was that the original
population who had an interest in the presence of the Mwami, who them even
during the colonial occupation had defended and protected against arbitrariness
and exploitation by colonists. That such violence by means of Belgian
shareholders or the European non-ferrous metal industry was established in view
of their interests in the region are certainly not excluded. Revolts of
extremists who were identified as Hutu's were clearly against the interests of
the people and from the outside created and go against the interests of the
indigenous population. Attempts to power and influence to destroy the Mwami had
only benefits for the western industry and especially Belgian shareholders, while
it only to the detriment of the population was. The escalation of violence in
1994 only in Europe for the first time by Prime Minister Jean-Luc Dehaene as a Hutu
rebellion and genocide against the alleged Tutsi minority described, while the
incident in the American press as a massacre by extremists on Huti's was
called. (Huti stand for the mixing of Hutu and Tutsi). The main and most
influential party who had interests that were of European shareholders and mine
operators, with the Belgian royal family possible comes first. In the aftermath
of the revolt and interference set up in Belgium in mid-Africa, Eastern Congo,
Rwanda and Burundi were the last decade alone, more than two million men, women
and children killed on beastly way.
The deceitful power of King Albert II of Belgium, which is expected to remain politic neutral
in order democracy a normal development to give. But democracy and monarchy are
conflicting interests and are thus be at right angles to each other. The power
of money is obviously an element that one cant escape, and eventually all the
real powers are. Congo was by a European agreement property of
the Belgian king Leopold II. That the Belgian monarchy under King Leopold II
was able to spend fortunes to embellish Brussels, was due to the looting by the
alleged owner and monarch, Leopold II of the then private colony of the king,
the later Belgian Congo. When it became known that the indigenous
population of the area in a barbaric manner was abused and treated as slaves
for the king, whereas refusers extremely cruelly were punished, the area was
under pressure from the European communities to the Belgian state transferred
and therefore now state property. That the industry and investments remained in
the hands of the investors is understandable and logical, which makes the
resources that the Belgian royal family at hand has not can be estimated. The influence and power that lie behind the royal power can't be
underestimated; reducing tenor of both the political and the continuity against
democracy and will of the masses can be explained. Given numerous reports by witnesses of the presence of the then Prince
Albert in the activities of the Pink Ballets, involvement of the present King
Albert II in unsavory affairs seems not only possible but, given the role of
public prosecutors in the gang investigations, even likely, especially since
there is never clear from this angle response was to the attitude of public
prosecutors involved. Hereby linking stands the unmistakable but
especially antisocial and anti-democratic attitude of the Monarch in
governmental negotiations after the elections of Sunday, June 13, 2010, and his
part in excluding the largest political party in the country.
Unconditional
collegiality, the crime rate and strength of the Belgian Government by our
governments abused misused, criminal and illegal actions of its members to
cover and protect the perpetrators, whereas mandataries not scare to even the
law misusing and manipulate. Whoever thought that governmental secretary
"Maggie De Block" a more humane and social wind would let blowing in
the services for immigration and asylum will be disappointed. The abuses of the
past are not put right, and she agrees well with the ideology of the ruling
parties, by unconditional and collegiality blunders and criminal actions of the
past, with violent effect on an orphan girl, tacitly endorsing and left
unchanged. One would otherwise expect from a social woman, but
apparently money and position will take priority to the right and interest of
the voter or a defenseless orphan girl.
The whole brouhaha around the comments of
Ingrid Lieten and the Uplace affair still give the disgusting image of a
governments that absolute and blind mutual collegiality prefer above the public
interest. The fact that the dispute over the Uplace project,
in a government the absolute togetherness prevails and politicians by mutual
agreement, each other screen and decisions not to challenge will may have the
effect that none of the parties participating in a government in Belgium for
the public is reliable, and the interests of the population can not
unconditionally set ahead. The contravene against the decision of Joke
Schauvliege (DC & V) of Bruno Tobback and Ingrid Lieten (both SP.A) and the
opposition that they must now receive about their comment on the Uplace
project, show that within the governments of Belgium it of its members requires
an absolute solidarity for an approved decision, even if it subsequently
appears that the interest is doubtful, it may the colleague that took the
decision nor his decision not impeach. Such practices make necessary revisions
in the interest of the people is impossible, and belong in a Mafia
organization, not in a democracy. Not the public interest, but the reputation
of a fellow minister prevails for the lords ministers.
The law at service of crime. No, we have no lack of honest judges, but
they do not always determine what can and may, whilst those who oppose the
government may be put aside. One can't ignore the impression that the Belgian
law, the crime and the criminals are better protected than their victims. But what should a government that crime in their own ranks systematically
hiding under guise of unconditional collegiality, and acts together even if
there is legitimate evidence that a decision on corruption was shod. That this government is eventually obliged to use every means the law
must keep away from them can hardly be otherwise. Such conditions lead
naturally to arbitrarily where high positioned and financially stronger parties
take advantage, while as the rights of citizens too much be jeopardized.
The exploitation of workers and culture of greed of
the "high society" in aftermath and destruction of the colonies has a
slow and imperceptible decline of Western affluence of the working class
brought about. Especially the culture of greed of the High
Society goes at the expense of the workers and employees in the workplace,
while the employees after colonization were planned by governments to the
resulting deficit to fill. The exploitation of the worker in many Western
countries forced the woman to take a position as a second earner in the modern
needs to provide. In contrast stand that we in this modern age
of super fast and uncensored news distribution increasingly with the culture of
greed of our governments are facing. The markets simultaneously by emerging
countries and East Asia systematically invaded, an evolution whereas wasting
and both disordered as socially inefficient we this upcoming societies can't
match. Here is the decline in parallel with the increasing rate of crime, and by
mismanagement of our society be fed.
The Psychopathic greed, the most murderous
madness of human development, is a cancer that attracts a worldwide track as a
product of the Aryan development. Modern man and
especially Western civilization is an unstoppable monster that the concept of
civilization and development writes with blood and violence against
defenseless, serfs and slaves, without the need but bad for senseless laziness,
lust for power and self-glorification.
This madness was the
basis for the development of Gods and faith that their own interests and
associated violence would justify and bless these madmen to finally reward with
an eternal self-glorification as saints in addition to their God.
It is striking that
the gods they create themselves as addicted to money, wealth and power. They
are therefore in Western traditions, cherished, adored, surrounded by splendor
in beautiful and richly adorned temples. These lead
ultimately to imaginative legends which in holy books are recorded as being
written or inspired by the gods themselves.
These
sacred writings reflect, however Gods who are addicted to the physical and
human power and splendor under their leadership is acquired with the sword, and
thus these psychopathic money vulture glamorize.
Eventually
the Arian in his madness itself glorify and thrones next to God as elect and
nobles, empowered to other people to enslave, use, refusers to punish and kill,
like the patriarch of gorillas, the mother her children kills to his appetites
and passions to give free reign.
The whole modern
Western world revolves around money and power, and the idealist who prepares
social will as declared insane and be put aside.
This
deems civilized world consists of looters and thieves alongside fools who serve
superiors to death, whereas physical and psychological violence hold sway. The distinction between right and wrong is thin and
determined by the power and position of the perpetrator, while the ruling class
a majority must reserve for itself the subordinate toil for a pittance.
Civilization is still far away? .... Damn there is
nothing in sight in Belgium!
Het
voorval van geweld tegen politieagenten in Molenbeek is geen uitzonderlijk
geval, doch een gevolg van de samenloop van twee belangrijke elementen.Enerzijds
is er het godsdienstfanatisme van extremistische Islamieten en anderzijds is er
de hetze vanuit bepaalde autochtone middens tegen de islam.
Men
kan stellen dat onverdraagzaamheid van beide kanten voeding geven en conflicten
aanwakkeren.
Er is echter meer aan de
hand.
Zowel
het westerse christendom als de Islam steunen op de Joodse Bijbel, een
geschrift dat in elke ontwikkeling en ideologie een eigen en aangepaste
interpretatie krijgt en fundamenteel uiteenloopt naar de waarde van de
interpretator en zijn gemeenschap.
De
waarde en ideologieën van mensen worden bepaald door het gebied, de
omstandigheden en het collectieve ontwikkelingsniveau der massa, waardoor
inzicht en de leefomstandigheden, culturele, maatschappelijke en filosofische
waarden creëren. Neem gewoon de zedige kleding omschreven in de Koran, die een
voortvloeisel waren van leefomstandigheden en noden ter overleving, in gebieden
die door gebrek aan wouden en begroeiing onvoldoende bescherming bieden voor de
verzengende zon.
De
kleding van religieuzen in christelijke gemeenschappen was tot voor enkele
decennia afgeleid van gewoonte en kledingdracht uit het middenoosten, wat ons westerlingen
echter nooit heeft gestoord.
Dat
westerse agressie tegen de derdewereld en niet westerse landen, onze economie
tot vandaag voorziet van geroofde goederen uit die derdewereld, terwijl de ene
oorlog na de andere wordt uitgevochten in gebieden die onze westerse industrie
en rijkdom moeten onderhouden, willen we niet weten of zien.
Criminaliteit woekert
verder.
Collectieve
en onvoorwaardelijke collegialiteit onder de regerende patijen en hun
mandatarissen moeten interne strubbelingen en tweedracht voorkomen, doch
verhinderen ook gerecht verzet van leden van de regering tegen onverantwoorde
beslissingen of acties van andere leden, en zet daarbij de deur open naar
onverantwoord streven en activiteiten van regeringsmandatarissen of partijen. Dat
persoonlijke belangen der mandatarissen hierdoor voorrang en onbeperkte
bescherming krijgen is duidelijk, terwijl de belangen van het publiek hiermee
in vraag komen.
Vooral
de bemoeiingen door een monarch in het landelijke bestuur van een (vermeende) democratie
zoals in België het geval is, creëert een chaos in de regering van het land,
gezien deze zowel met de monarch als de bevolking rekening moet houden. Terwijl
beide partijen veelal tegengestelde eisen en belangen vooropstellen, wordt
hierdoor elke mogelijkheid tot gezond bestuur vooruit keldert.
Bestrijding
van de criminaliteit wordt echter gestuit door de financiële belangen van de
leidende en gezagdragende partijen, die zelf hiervoor de criminele middelen
niet schuwen, zich gedekt wetende door de onvoorwaardelijke collegialiteit en
solidariteit van alle leden van de regering.
Westerse
regeringen die geweld vanuit hun rangen uit collegialiteit verdoezelen, zijn
echter een opendeur voor verdere ontwikkeling van criminaliteit waar ze zelf in
verwikkeld zijn.
Groeiende
criminaliteit betekend echter dat overheden van het betrokken gebied dit niet
kunnen of willen stoppen, omdat men eigen belangen in gevaar brengt, eigen
illegale bronnen blokkeert of de persoonlijke betrokkenheid en wandaden
hierdoor aan het daglicht kunnen komen.
Toenemende
criminaliteit zal echter in onze technologisch geavanceerde maatschappij op
snel toenemend verzet van de mondig en wel geïnformeerde massa stuiten, net
zoals de regeringen die deze criminaliteit niet in weten te dijken. De opkomst
van nationale en regionale politieke fracties, die door hun kleinschaligheid en
lokale gerichtheid meer betrokkenheid aan de bevolking bieden, is dan ook
vanzelfsprekend, net zoals de ontkoppeling van de onvoorwaardelijke binding en
onderworpenheid aan Europa.
Europa
kan zich nauwelijks tot een geheel ontwikkelen, gezien de verschillen tussen
noord en zuid net zoals tussen oost en west te groot zijn. De extreme
verschillen zijn zonder voorafgaandelijk en intense gelijkschakeling zeker niet
te overbruggen. De multiculturele maatschappij is daarmee een bedreiging voor
de verdere ontplooiing van de Europese Unie en de verbonden landen, hun
economie en hun welstand.
De
overheidscriminaliteit in een land als België wordt met de dag duidelijke, net
zoals de omvang van het geheel en de impact op de gehele maatschappij, economie
en welstand van de bevolking.
Politieke
benoemingen garanderen de onvoorwaardelijke steun van de benoemden, waardoor de
mogelijkheden tot onverantwoord en ondemocratisch handelen en het streven naar
eigen belangen en gewin van de leden van een regering uitzinnig toenemen.
Het
Uplace incident bewees de bevolking dat de regeringspartijen, uitgezonderd de
sp.a via Bruno Tobback en Ingrid Lieten zich onvoorwaardelijk aaneensloten in
onvoorwaardelijke collegialiteit, waardoor elke discussieuitgesloten werd, wat ernstige vragen opwerpt
betreffende onze vermeende democratie en rechten van de burger.
De leugens der
statistieken.
De
ontwikkelingen op het vlak van vreemdelingenbeleid en de dienst vreemdelingenzaken
moeten via statistieken aantonen dat er een terugloop van de stroom van
asielzoekers werd geregistreerd. Men verzwijgt echter dat de aantrekkelijkheid
van Europa als toevluchtsoord enorm is afgenomen door de hoge economische
terugval en crisis terwijl de werkloosheid een ongekende hoogte bereikt, en het
einde nog niet in zicht is. Het nieuws van dergelijk evolutie bereikt alle
hoeken van onze planeet, waardoor meer mensen zich zullen bedenken vooraleer
een trip naar het voormalige paradijs te wagen.
De
werkeloosheid stijgt nauwelijks zegt men, en we doen het nog redelijk goed,
volgens de statistieken althans, doch dergelijke cijfer geven niet weer hoeveel
er per kop in uren per dag gemiddeld gepresteerd worden. Dergelijke cijfers zijn
dus waardeloos en niet relevant voor een zicht op de graad van tewerkstelling
of werkloosheid en zeker niet voor de graad van commercieel
productiviteitsgemiddelde per inwoner.
Het wanbestuur volgt
zichzelf op.
We
worden sinds decennia geconfronteerd met wanbeheer en de neerwaartse evolutie
van de Europese economie, terwijl de monetaire crisis de hele wereld economie
op de rand van de ondergang brengt. Doch de enorme val van de westerse economie
roept om maatregelen, waarbij blijkt dat de teloorgang van onze economie
gelijkloopt met een onvoorstelbare uitkering van lonen aan toplui in overheidsdiensten,
private instellingen en bedrijven, waardoor deze met het honderdvoudige van een
arbeidsloon aan de haal gaan. Om de concurrentie het hoofd te bieden moeten bedrijven
steeds verder moderniseren en automatiseren. Zodoende werd de tewerkstelling van
personeel afgeslankt en ging het totale inkomen van de bevolking dalen, met
daarmee ook de koopkracht van de potentiële eindafnemer. Dit was echter een vicieuze
cirkel en een deel van de start voor een economische crisis.
De
problemen werden echter steeds groter door wanbeheer der overheden en het
systeem waarbij slechts willoze meelopers werden toegelaten via politieke
benoemingen, terwijl mislukkelingen beloond en herbenoemd werden omwille van
hun goedwil en devotie aan het corrupte systeem. De drijfveer ligt bij de
beleggers die slechts op persoonlijke winsten uit zijn, en de adel die slecht
eigen gewin en positie wil vrijwaren. Vermeende democratie zoals we in landen
als België kunnen waarnemen, camoufleert het geheel en geeft het een schijn van
democratie met vermeende inspraak der massa, die zwoegend nauwelijks het hoofd
boven water kan houden en een tweede inkomen nodig heeft om aan de minimale moderne
trend deel te kunnen nemen.
Het gemiddelde inkomen per
inwoner.
Het
is het gemiddelde commerciële productiviteit per inwoner die de welstand van
een land moet verzekeren. Doch ook met dit gemiddelde zijn we nog niet aan een
betrouwbaar overzicht, gezien dit in westerse landen veelal gepaard gaat met
een keizerlijk leeuwendeel voor een minderheid van industriëlen, graaiende
mandatarissen en hoog geplaatste ambtenaren, om van de nutteloze adel en
monarchieën nog te zwijgen, terwijl de hard werkende massa nauwelijks kan
overleven van een vol minimumloon.
The incident of violence against police
officers in Molenbeek-Brussel is not an exceptional case, but a consequence of
the confluence of two major elements. There is the religious fanaticism of extremist Islamists
and secondly there is the smear campaign from certain native circles against
Islam.
One might say that intolerance from both sides
gives food and fueling to conflicts.
However, there is more going on.
Both Western Christianity and Islam based on
the Jewish Bible, a writing that any development ideology and a custom wall
interpretation and basic changed, to get the value of the interpreter and his
community.
The values and ideologies of people are defined by the
area, the circumstances and the collective level of development of the masses,
making understanding and living conditions, the cultural, social and
philosophical values creates. Just take the modest clothing described in the
Koran, which were an outgrowth of living conditions and needs for survival, in
areas affected by lack of forests and vegetation provide adequate protection
for the scorching sun.
The clothing of religious in Christian
communities was until a few decades derived from habit and dress clothing from
the Middle East, what we Westerners have never disturbed.
That Western aggression against the Third
World and non-Western countries, our economy today provides of stolen goods
from these third world, while one war after another will be fought in areas
that our western industry and wealth to be maintained, we do not know or see.
Crime proliferates further.
Collective and unconditional fellowship among
the ruling parties and their representatives have internal squabbles and
discord to occur, but also preventlegitimate resistance of members of the government against irresponsible
decisions or actions of other members, and open the door to irresponsible
efforts and activities of governmental mandataries or parties. That personal interest of mandataries thus get precedence and unlimited protection
is obvious, while the interests of the public in this come into question.
Especially the efforts by a monarch in the
national board of a (supposed) democracy as is the case in Belgium, creates
chaos in the government of the country, given that the government has to care
for both, the monarch and the people. While both parties often conflicting requirements
and interests to ask, means this any possibility of sound management plunging
ahead.
Fighting crime is however interrupted by the
financial interests of the leading and authoritative parties, who refer to the mandataries
who are not afraid to use crime, but who are covered by knowledge of the
unconditional collegiality and solidarity of all members of the government.
Western governments that violence from their
ranks by collegiality conceals, however, create an open door for further
development of crime where they themselves are involved.
Growing crime, however, means that governments
of the area concerned is not able or willing to stop, because it endangers
their own interests, their own illegal sources to blocks or their personal
involvement and misdeeds thus may come to light.
However increasing crime in our
technologically advanced society rapidly increasing resistance of the
articulate and well-informed masses encounter, like the governments that this
crime does not know how to curtail. The emergence of national and regional political
groups, by their small scale and local focus with more commitment to the local
public is only natural, as the decoupling of binding and unconditional
submission to Europe.
Europe is very hard to develop unity, given
the differences between north and south as east and west are too big. The extreme differences are intense and
without prior alignment certainly can't span. The multicultural society is thus
a threat to the further development of the European Union and associated
countries, their economies and their wealth.
The crime of government in a country like
Belgium is clearer by the day, just as the girth andimpact on the entire society, economy and
welfare of the population.
Political appointments has to guarantee the unconditional
support of the nominees, so the potential for irresponsible and undemocratic
act and the pursuit of personal interests and benefit of the members of a
government will frenzied increase.
The Uplace incident prove the population
that the government parties, except sp.a through Bruno Tobback and Ingrid
Lieten, joined together in unconditional collegiality, which was ruled out any
discussion, which raises serious questions about our alleged democracy and
rights of citizens.
The lies of statistics.
The developments in the field of immigration
policy and the service immigration affairs through statistics show that a
decline in the flow of asylum seekers was registered. It conceals, however,
that the attractiveness of Europe as a refuge greatly decreased by the high
economic decline and crisis, while unemployment reached unprecedented levels
and no end is in sight. The news of such an evolution reaches all areas of our
planet, so that more people will turn over in one's mind before a trip to the
former paradise to make.
Unemployment rises hardly they say, and we are
doing reasonably well, at least according to the statistics, but such
calculations don't show how many per person in hours a day on average to be
performed where we can count to.
Such calculations are so worthless and
irrelevant to an overview of the level of employment or unemployment and
certainly not to the degree of commercial average productivity per capita.
Mismanagement follows himself up.
We are faced with mismanagement for decades
and the downward trend of the European economy, while the monetary crisis the
world economy on the brink of destruction brings. But the tremendous fall of
the western economy calls for action, which shows that the decline of our
economy is close with an unimaginable payment of wages to top administrator for
public, private institutions and companies, and make that they with a hundred
times the labors wages receive. To cope with competition, companies must
continually modernize and automate. Consequently, the employment of staff was
downsized and the total income of the population decrease, with it the purchasing
power of potential end customer. However, this was a vicious circle, and a part of
the start of a crisis.
The problems were, however, increasing by
governments and mismanagement of the system, where only submissive followers
were admitted through political appointments, while losers were reappointed and
rewarded for their good will and devotion to the corrupt system. The motivation lies with the investors who have
only interested in personal gains, and the nobility who badly wants to position
and protecting their own gain. Alleged democracy as we can observe in countries
like Belgium camouflages the whole and gives it a semblance of democracy to
alleged participation of the masses that toiling barely head above water can
hold and a second income needed to meet minimum modern trend part can take.
The average income per capita.
It is the average productivity per capita that
the commercial prosperity of a country must ensure.
But even with this mean we are not a reliable
survey, given that in Western countries is often accompanied by an imperial
share for a minority of industrialists, greedy politicians and senior
officials, and the useless nobility and monarchies not to mention, while the
hard working people can barely survive of a full minimum wage.