Sommige mensen vatten het leven redelijk simpel op, en wie kan het hen kwalijk nemen? Aldus ook "Jojo", een tamelijk bizar verschijnsel in de gedaante van een olijke vrouw, dansend en zingend op de trappen naar Sacré-Coeur. Roze topje, roze lipstick, zilveren schoenen. Bloemen op de jurk en in het haar. De jaren van het leven op haar gezicht, maar ook slechts daar: diep binnenin was Jojo jonger dan wie dan ook...
Ik zat neer, mijn jonge benen reeds vermoeid van de helft van de klim, maar zij fladderde onaangedaan langs toeristen en venters, trappen op, trappen af, links en rechts, overal. Ik besloot haar te fotograferen, haar levenslust voor de eeuwigheid te bewaren, en vroeg of ik haar op de plaat mocht zetten. Met een glimlach stemde ze toe. Eens de foto getrokken, begon ze te praten. Over het leven. Over de liefde. Over de sterren, en over de maan. Ze sprak lang, op haar eentje, en ook snel. Ik kon niet alles begrijpen, maar wie begrijpt nu niet dergelijke boodschap, met zo'n lach en liefde gebracht, gelardeerd met danspasjes, vreugdekreten en korte liedjes, kortstondig afgewisseld met knepen in mijn en Dieters kaak, en afgesloten met de woorden:
"L'amour et la santé sont les deux mamelles de la vie..."
Mocht de foto niet volstaan, dan doen deze woorden het wel. Jojo, nous ne t'oublierons jamais...
Echte Gentenaars, zo men zegt, klagen weleens over "die studenten". Ze zijn vuil, ze zijn lawaaierig, ze vechten, ze drinken, ze vrijen, en vooral, ze denken dat de wereld rond hun navel draait... Men kan ze het in feite niet kwalijk nemen, die echte Gentenaars, want tegen alle aangehaalde argumenten valt er helaas weinig in te brengen. Om die reden zal ik, speciaal voor de echte Gentenaars, mijn medestudenten dan ook even een kleine heropvoeding geven, en dan vooral wat betreft het laatste punt. Nee, mijn confraters in Gent, de wereld draait niet rond jullie navel. De wereld draait rond de navel van Parijse studenten...
Dat is althans toch de indruk die het Cité Universitaire wil uitstralen. Reeds aan de hoofdingang bestookt men je hoofd met Versaillaanse symmetrieassen, statige gevels, historische standbeelden en gemillimeterde buxussen, als ware je Louis Quatorze himself... Zo gaat het door tot aan de "accueill", die zich ergens tussen Salon nr. 2, Salon nr. 87, het restaurant, de gymzaal, de cinema en het zwembad bevindt. De reis gaat verder, langs de enorme "Maisons", onder andere gerealiseerd door Mr. Corbusier, u kent hem wel, dat ADHD'ertje van de architectuurgeschiedenis... Mijn entrée eindigde aan het "Fondation Biermans-Lapôtre" oftewel "Maisons des Belges", universum van koperen deurklinken (dagelijks opgeblonken!) en statieportretten van de fondateurs. Men toonde me meteen de bibliotheek, de danszaal en de andere bibliotheek, en prompt werd ik uitgenodigd voor het volgende kamerconcert, met aansluitende receptie in de galerij, "ter bevordering van de socialiteit". Ik vroeg even naar mijn kamer, en ook die wou men mij tonen, maar niet voordat ik even op audiëntie bij Mr. Le Directeur was geweest...
Mr. Le Directeur weet hoe hij zijn audiënties moet aanpakken! De Louis-de-zoveelste-stoeltjes stonden reeds klaar, tussen zijn loodzware tafel en zijn loodzware bureau, aan het raam met uitzicht op de ingang. Mr. Le Directeur nam, uit beleefdheid, het woord, en hield het ook, twintig minuten lang. Het "gesprek" ging uiteraard over helemaal niets, maar daar gaat het natuurlijk ook niet om. Op de Fondation Biermans-Lapôtre gaat het hem om de geste...
Hoe zag de kamer er dan uit, vraagt u zich vast af? Wel, helaas eindigde de grandeur ergens ter hoogte van de lift, en mijn kamer kan men dus best beschrijven als "een vleugje Belgische nuchterheid temidden de Franse grandeur". Maar goed, het is proper, er is een raam en een douche, en ik ben tevreden. Het heeft zelfs een adres, en dat is:
Cité Internationale Universitaire de Paris Maison des Belges, Sebastiaan Leenknegt, 501 9A Boulevard Jourdan 75014 Paris La France
In de hoop vele briefjes te ontvangen, uit dankbaarheid voor de didactische insteek voor de confraters, wens ik jullie nog een goed weekend!
Tot februari, zeg je dan, niet zonder enige bevreemding. Tot februari... Tot maandag, tot straks, tot morgen, tot volgende week, dat lukt nog, maar tot februari? Het is alsof je de helft van je kalender afscheurt, opplooit en in een enveloppe in je kast verstopt. Nee, tot februari, dat kan ik voorlopig nog niet vatten...
Niet dat je mij hoort klagen, uiteraard. Nieuwe ervaringen zijn mij beloofd geworden, en bij deze ben ik dan ook aangenaam verrast door de originaliteit waarmee ze zich aandienen. Het moet echt wel van mijn hart: mijn beste UGent-personeelsleden, toen u sprak over "diepe indrukken en onvergetelijke herinneringen" had ik nooit durven vermoeden dat ze zelfs in de simpele alledaagsheden zoals een afscheidswoord vervat zouden zitten. Bij deze hebben ook jullie mij dus aangenaam verrast, met jullie stiekem gevoel voor ironie en humor, zo mooi verborgen achter droge bureau's, stapels formulieren en gele logo's...
Maar tot februari dus, aan allen die deze blog lezen. Op het moment dat jullie dit prachtig stukje website mogen aanschouwen, zit ik reeds buiten bereik, op een pittoresk Parijs terrasje... Tot februari, uitgesproken zonder enig sentiment. Geen spijt, en voorlopig nog geen gemis. Voel u gekwetst als u wil, het scheelt mij niet. Voorlopig geen gemis, want "den dezen" is hier om zich te amuseren. Niet meer, en zeker niet minder.
De groetjes!
PS: Astrid Lauwereys en Julie Janssens, aan jullie komt de eer en de honneurs toe de prijs van "Beste Erasmustip voor Sebastiaan" te ontvangen, voor respectievelijk "Koop handjeshygiënegel, want de metro is echt vies" en "bakkerij Mauduy (of zoiets) bij Gare du Nord, lekkere briochen!" (laatste tip afgeleverd op een wel zeer maf medium, wat bonuspunten heeft opgeleverd...). De prijs omhelst een eervolle vermelding, en drie dikke kussen bij terugkomst/eerste bezoek...