Een "Natureingang" is een idyllische beschrijving van een natuurtafereel, waarop in veel middeleeuwse verhalen een liefdesscène volgde. Een boeiend begrip is dat dus sowieso al, maar... Wat doe je wanneer je niet meer weet wat dat woord betekent en er wordt toch wel iets over gevraagd op het examen Nederlands, zeker?
Dan ga je zelf maar iets bedenken. Met een dikke duim en veel wishful thinking levert dat soms hilarische verklaringen op: "Dit is eigenlijk het vrouwelijk geslachtsdeel. Bij het bedrijven van de liefde is dit de ingang tot het nieuwe leven."
Wie graag weet hoe crimineel hij is, kan zijn misdaadprofiel laten becijferen bij "den Humo". De test is grappig, de uitleg bij de profielen te genieten, maar bij de boekentips gaat het mis. Waarom anders is de helft van de boeken voor het "softie" profiel hetzelfde als het "hardboiled" profiel? Dit vraagt nader onderzoek.
Bij een examen esthetica hoort muziek. In de omgebouwde kapel staat daar tegenwoordig voldoende apparatuur voor. Eén stuk klassiek en één stuk hedendaagse: genoeg om heel wat wenkbrauwen te doen fronsen... Het was niet aan hen besteed. Welgeteld één iemand kon een goed antwoord verzinnen voor het klassieke en één iemand (anders) voor het hedendaagse. Pfff...
Het was anders goed uitkijken: ik heb minstens tien spiekpogingen bemerkt, dus hoeveel zouden er in totaal geweest zijn? Bovendien regende het vragen. "Meneer, wat betekent dit?" "Meneer, wat bedoelt u met dat?" Allemaal met een glimlach tot achter de oren en om het vriendelijkst. Grrr...
Het resultaat? Een perfecte Gauss-curve, vermoed ik. Het is trouwens uitkijken naar de eerstvolgende optredens van Bart Moeyaert: hij is blijkbaar een beroemd componist, een Vlaams polyfonist nog wel!
"kmo": het blijft een mysterieus begrip, of wat dacht u van volgende omschrijvingen? - kleine multionderneming - kleine en matige overeenkomsten - korte en middelmatige ondernemingen - katholiek maatschappelijke onderneming
Volgens mij zijn dat allemaal KunstMatige Oplossingen.
verbeteren op de tonen van Wolfgang Amadeus Mozart
Op de fiets mag het rocken en electronica spuien dat het een lieve lust is, maar om te verbeteren heb ik graag wat klassieke muziek. Wolfgang Amadeus Mozart bijvoorbeeld. Enkele hoornconcerti begeleiden de examens van de vierde graad. Bijzonder boeiende examens zijn dat meestal. Wist u dat een "kmo" een "kleine middelmatige onderneming is"? Ik vermoed dat een "kzo" staat voor een "kleine, zwakke" en een "kgo" voor een "keigoeie onderneming". 'k Zal 't eens aan de student in kwestie moeten vragen.
Ik heb al veel vreemde dingen gehoord over de orthodoxe joden in Antwerpen, maar dat ze in reïncarnatie zouden geloven? Dat was nochtans wat één van mijn studenten kwam beweren. Met een uitgestreken gezicht. Nu heb ik reïncarnatie altijd een boeiend iets gevonden, niet om in te geloven, maar puur als denkoefening. Waarin kun je niet allemaal reïncarneren? En hoe zou dat zijn? Te leven als een bedelares, een schipper, een woelrat, een hennaplant?
Even een kwartiertje examentoezicht overnemen is als in een andere wereld binnenstappen, de klassfeer opsnuiven, denken: "Hier wil ik nog wel lesgeven." Alles ziet er vredig en kalm uit in de examenperiode, wanneer iedereen racet tegen de tijd om zijn examen wiskunde klaar te hebben.
Het lag bij de aanwinsten in de bibliotheek, maar blijkbaar zijn de verhalen zelf al flink opgeschoten pubers. Bakvissen, zullen we maar zeggen. Twee oude vrouwtjes zien elkaar ontzettend graag. Toch telkens één, twee of drie pagina's lang. Soms sterven ze heel romantisch net niet samen; soms komt er op hun gezegende leeftijd toch nog een kink in de kabel. Niets menselijks is hen vreemd, wou ik zeggen, maar dat klinkt net teveel als sluikreclame voor een psychologisch magazine. Of het mooie verhalen zijn? Soms wel, soms niet. Soms is het teveel een spel: "Welke situaties kan ik nog verzinnen met mijn basisgegeven?" Soms ook is het er recht op en ontroert Tellegen met zijn oude dametjes. Het geheel is wat teveel en misschien ben ik ook nog te weinig dame en te weinig oud om er écht van te genieten, maar omdat de verhaaltjes zo kort en af en toe ook zeer verrassend zijn, is het best vol te houden. Een aanrader vind ik het echter niet. Daarvoor heb ik te graag pakweg "De genezing van de krekel" van dezelfde T.T. gelezen.
"Ten zuiden van de grens" is een boek zoals ik het zelf graag had geschreven, maar dan duizend keer beter. Net als in "Norwegian wood" gaat het over een onmogelijke liefde en alle consequenties die daarbij horen, net als in "Norwegian wood" is "Ten zuiden van de grens" zéér romantisch, in de interessantste betekenis van het woord. Toch valt het tegelijk ook tegen. De boeiendste verhaallijn wordt net niét verteld, maar moet de lezer zelf invullen: hoe het leven van Hajime's aanbeden jeugdvriendin eruit ziet. Dat zorgt ervoor dat je je nog meer gaat inleven in zijn personage, maar dat een fascinerend verhaal ook bij fantasie blijft. Misschien is dat net een voordeel: dat je het zelf kunt bepalen. Misschien is dat net interactief. Misschien krijg ik daardoor net zin om dat verhaal zelf te schrijven. Maar dan moeten mijn schrijfkunsten wel nog duizend keer beter worden, natuurlijk.
Discussie voeren over holebirechten kan boeiend zijn, maar als je ook nog eens weet dat de pro's en contra's eerder andersom liggen en je ook nog eens weet dat er een koppel tegen elkaar debatteert over zaken als huwelijken en liefde, dan is het lachen geblazen. De twee waren zich er ook nog eens zeer van bewust en speelden het spel intens mee. Heerlijk!
Eerlijk? Ik had het al verwacht. Maar ze hadden niet "nee" gezegd. Tot vanmiddag dus. Het was druk aan de deur van de leraarskamer. Meneer Buytaert? Meneer Van Dyck? Meneer van Vooren? Of het erg was dat ze niet kwamen voor het creatief schrijven? Wat kan ik zeggen? Natuurlijk niet. Het is studeertijd. Dat ze maar goede punten halen voor Nederlands. En wiskunde. En nog een dozijn andere vakken. Het is leuk geweest. Een twintigtal maandagmiddagen in totaal, schat ik. Soms vooral praten en enkele lijnen op papier zetten. Soms was het een race: wie krijgt een blad vol in dat halfuurtje? Altijd was het gezellig. Even dacht ik aan tracteren... maar dat leek me er ook weer over. Studeren werd het dus vandaag. Of verbeteren, voor mij.
Het was vorige week al, hoor. Op woensdag moet het geweest zijn. Dinsdag had ik geen les en alleen op dinsdag en woensdag sta ik op de vierde graad. Woensdag, de evaluatiedag, weet je nog? Enfin, ik had dus eerst twee uur les. Leerlingen van verpleegkundige basiszorg die hun project gezondheidspromotie presenteerden. Dat komt erop neer dat ze zowat anderhalf uur lang uitleg hebben gegeven over dementie in het algemeen en Alzheimer in het bijzonder. Voor mij met mijn geheugenhectaren geen slechte zaak. Nu, ik kom fluitend bij de buitendeur van de gelijkvloerse verdieping, de verdieping waar de kindercrèche is. Fluitend, omdat ik zonet begrepen heb dat ik toch nog geen Alzheimer heb, of misschien de eerste syptomen van iets wat nog dertig jaar kan duren. In elk geval: ik zie dat een papa zijn zoontje de code van de buitendeur laat intikken en zegt: "... en dan ..." waarop ik spontaan aanvul: "... en dan gaat de deur vanzelf open." Op dat moment sta ik al buiten. Ik zie het kind wat verbaasd kijken. Wat de papa zegt, ontgaat me al helemaal, maar het was vriendelijk inpikken op wat ik zei. "Meneer, dat was wel Stany Cretz, hé!" vertelden de studenten die buiten hun sigaretje rookten. O ja? Daar had ik dus niet op gelet. Maar wat dan nog? Hij mag toch ook zijn kind naar de opvang brengen, hé! In een opwelling zei ik: "Dan heb ik zonet met hem gepraat!" En met zijn zoontje. Op naar de evaluatiedag...
Meestal is het andersom, maar gister waren mijn 'pupillen' al lang aan het schrijven voor ik maar een idee had waar ik het over wou hebben. Ze zijn in elk geval al heel wat geëvolueerd dit jaar en is dat niet wat je als leerkracht hoopt te bereiken? Liesbeth schreef trouwens een pracht van een tekst!
Mijn fragment was bijgevolg vrij kort, maar ik vind het wel nog geslaagd. Niet?
Was het daarnet niet warmer? Lag het aan die wolken? Hoe heetten die ook weer: kumulus of tumulus of frummulus? Neen, daar ging het niet over. Het was iets anders wat me dwars zat. Iets wat ze gezegd had, daarnet, in het restaurant. Het schoot me maar niet te binnen. Iets over kinderen? Was het dat? Ik moest minder drinken, vertelde ik mezelf. Ze had me iets gevraagd en wachtte op een antwoord. Ik met mijn gepieker ook. Mooie vriend was ik: niet eens luisteren naar wat ze me vertelde en me het vorige niet kunnen herinneren...
Als er nog een volgende les komt dit schooljaar, neem ik dit zeker mee om er een vervolg aan te pennen.
Op de boekenlijst voor het vijfde jaar staan enkele titels van boeken die ik zelf nog wil lezen. Als iemand dan zo'n titel kiest, dan ben ik verplicht om er eindelijk eens in te beginnen. Zo was het ook met "Verkeerd verbonden" van Samira Atari, vorig jaar gekocht op het boekenfestijn voor een kleine acht euro. De prijs kleefde er nog op. Ik had er gerust achttien voor betaald. Wat een heerlijk boek is dat!
Samira Atari schrijft over haar eigen leven. Daar lijkt het toch sterk op. De verteller in het boek heet gewoon Samira Atari en ze is 'manager van de managers' van een telefoonbedrijf. Samira is een vrouw die van aanpakken weet. Geen flauwe zever bij haar. Recht naar de top moet je, en om daar te geraken moet je vooral hard werken. Alleen heeft ze haar moeder een belofte gedaan: dat ze haar een kleinkind zal schenken. Erg veel tijd lijkt er ook niet meer voor te zijn, want haar moeder is terminaal ziek. Met dit soort verhaal kun je probleemloos het moeras induiken en nooit meer boven komen drijven. Niet Atari. Zij gaat er met de botte bijl door en maait alle poespas en overtollige zever zo van de baan. Ze gaat haar verhaal te lijf zoals ze de mannen aanpakt: met het hakmes. Dat levert een bijzonder fris taalgebruik op, met de nodige krachttermen weliswaar, maar die passen perfect in het verhaal. Bovendien, en dat is een pluspunt, hakt de schrijfster alle vooroordelen en clichés die je je kunt voorstellen finaal aan splinters.
Hoe het afloopt ga ik lekker niet verklappen, maar onthou alvast deze keywords: beugel, balletleraar en karaokebar!
...maar er tegelijk een bloedhekel aan heb. De meest wonderlijke uitspraken en stellingen krijg ik te verteren. Meestal volstaat een rode streep erdoor (of een groene? Opletten met die kleuren, tegenwoordig!), maar vaak is er het verhaal van de klok en de klepel en wat doe je dan? (Komen we morgen vast te weten).
In ieder geval: hier enkele m.i. hilarische uitspraken, opgepikt uit de recentste toets Nederlands in 5:
- Cherubijntje: de man die boven in de hemel zit - (Het gedicht) Kinder-lyck sluit het dichtst aan bij de barok. Er komen veel stromen van de rooms-katholieke kerk in uit en de pracht en praal van de dood wordt hier ook duidelijk weergegeven. Dit is typerend voor de barok. - Het woord 'lieveling' is het belangrijkste. Daarmee toont hij aan dat hij van haar houdt. (de vraag was tot welke categorie we het gedicht moeten rekenen )
Een dansfilm bekijken... Ik vermoed dat sommigen al gruwelden bij het idee alleen. "Blush" is echter niet zomaar een dansfilm. Alleen al de locatie, Corsica, is subliem! Met een kikkerkoning als rode draad, overgangsrituelen, prehistorische dansbewegingen en zwemmen tussen de dolfijnen waren de meesten uiteindelijk toch over de streep getrokken. Iemand vroeg zelfs naar de groep die de soundtrack speelde en inzong. Niemand minder dan David Eugene Edwards' Woven Hand, de opvolger van het wat beter bekende Sixteen Horsepower. Mysterieus, beklemmend en beklijvend, en dan bedoel ik muziek, film en dit soort leservaringen.
Hieronder een paar foto's van de Europese dag met de Finse school. Leerlingen uit Naantali, een kustplaatsje in het zuiden van Finland, kwamen op 8 mei een namiddag in de campus Sint-Jan discussiëren over de Europese Unie met leerlingen van 5 en 6 aso. Een korte, maar heel boeiende ontmoeting.
Hij is al jaren een gedoodverfde kandidaat voor de Nobelprijs Literatuur, maar zo ken ik er nog wel een paar. Murakami is echter een schrijver die het volgens mij meer dan wie ook verdient.
Vorige week las ik "Norwegian Wood". De plot is in twee zinnen samen te vatten: Watanabe's beste vriend Kizuki pleegt zelfmoord; hij probeert te overleven. Vrienden en vriendinnen helpen hem daarbij of moeten zelf geholpen worden: Naoko, Kizuki's vriendin; Nagasawa, een bijzonder ambitieze medeleerling; Midori, een vrijgevochten studente; Reiko, een vriendin van Naoko...
Hoe vertel ik hoe graag ik het boek gelezen heb? Geef ik toe dat ik het op een avond pas rond halftwee met tegenzin op mijn nachtkastje legde? Dat ik ervan droomde? Dat het veel herinneringen losmaakt, gelukkig niet aan zelfmoorden? Dat ik me even een Japanner waande? Of hou ik het op de meeslepende schrijfstijl?
In mijn boekenkast staan nog twee Murakami's klaar, maar eerst moet ik door een ander boek heen als voorbereiding voor de boekentoetsen van eind mei. En daarna...
Toegegeven, het is een moeilijk woord. Daarom vraag ik ernaar op een toets. Toch heb ik de gekste dingen gelezen als antwoord op de vraag hoe we dat noemen wanneer bijvoorbeeld een gedicht op meerdere manieren kan worden begrepen: ploypermentiliteit, polypermabiliteit, understatement, tabula rasa, multicommentatief (!), simultaangedicht... Heel merkwaardig trouwens dat een neologisme als "multicommentatief" meteen twee keer wordt gebruikt. Dat verzekert een blitzcarrière voor dat woord (en twee nullen voor de buren die dat van mekaar hebben overgeschreven).