Lage verwachtingen eindigen vaak in hoge appreciaties. Bij 'Een nieuw requiem' was het niet anders. Muziektheater, zo luidde de perstekst. Wat zet je in zo'n tekst? Met klinkende namen, natuurlijk: Wolfgang Amadeus Mozart bijvoorbeeld, Josse De Pauw ook, en Jeroen Brouwers.
Maar hey, een requiem? Het mag dan wel december zijn, een avond lang debiteren over de dood is niet meteen topvijf van mijn 'favourite pastimes'...
Ik had thuis kunnen blijven, het Rondo Alla Turca uit mijn Mozartverzamelbox persen en een glas rood opentrekken. In plaats daarvan werd ik opgezogen door Brouwers' meesterlijke metafoor van de dood als verachtelijk oud wijf dat niemand nog moet hebben, liet ik me opstoten door de sopraan die volgens mijn buurvrouw (een ex-diva, vermoed ik) wat tekort schoot en warmde me aan de houten klanken van het blaasensemble XL. I solisti del Vento waren ook beschikbaar als gratis staal (en ook in die vorm zeer te genieten).
Was het dat vreemde, doorschijnende projectiescherm dat ik herkende van 'Onder de vulkaan' of de Brouwersperformer die ik in datzelfde stuk al had meegemaakt, dat ik toch volledig meestapte in Mozarts meest mysterieuze meesterwerk? Was het door het tegenwerk dat de tekst bood? Het bevragen van het allesneutraliserende leven-na-de-dood? Het sarcastisch, zelfs cynisch neermaaien van alle zoeken naar zingeving aan dit leven?
Roger Raveel heeft mooiere dingen gemaakt, maar afgezien van zijn tekeningen was 'Een nieuw requiem' een aangename verrassing.