Elk jaar is er één maand waarin ik een stevige hap uit mijn budget aan boeken besteed. Dat is wanneer het Bouwcentrum vol boeken wordt gelegd. Niet in november, maar in het voorjaar.
Op dat Boekenfestijn vond ik de voorbije jaren de helft van onze collectie peuter- en kleuterboeken, een zeer groot deel van mijn adolescentenromans (voor mijn lessen Nederlands in het vierde jaar die ik dit jaar niet meer heb) en meer en meer volwassenenromans. "Tirza" kocht ik er, Lieve Joris haar boeken en veel meer. Ik had mezelf er al op voorbereid diep in mijn beurs te zullen tasten.
Was het omdat ik vorig jaar zoveel heb gekocht? Omdat ik geen adolescentenromans op de lijst voor de vijfdes heb? Omdat Lize te oud wordt voor babyboekjes? Natuurlijk vond ik wel een paar interessante titels, maar het was al bij al een bescheiden stapeltje. Misschien is de kans groter dat ik ze uitgelezen heb tegen volgend jaar? En dat ik de ongelezen boeken van de vorige jaren kan beginnen?
Vreemd hoe ontspannen leerlingen kunnen worden wanneer ze in een museum zijn. Ik herinner me taferelen in het Louvre vorig jaar waar de vijfdes toen loom in de zetels gingen hangen en ongeïnteresseerd wachtten tot het tijd was om weer ergens anders heen te gaan.
Dan liever het Museum voor Schone Kunsten vandaag met de vijfdes van dit jaar. Iedereen kreeg één schilderij toegewezen om uitgebreid te bestuderen. Sommigen gingen erbij zitten of bijna liggen, alsof ze thuis op de sofa lagen tv te kijken. Geboeid zelfs! Het zal wel geholpen hebben dat er punten te verdienen waren, maar toch! Ze hadden zich er ook van af kunnen maken, snelsnel iets op papier zetten en daarmee is de kous af. Het tegendeel bleek waar. Meer nog. Toen het tien voor vier was, moesten sommigen bijna "buiten geschopt" worden, zelfs al hadden ze al een kwartier ingediend.
Nu was het ook aangenaam rustig in het museum. Hier en daar waren er enkele toeristen en een enkele andere klas. Het was vrij warm op de eerste verdieping, maar op de gelijkvloerse was het aangenaam. En uiteraard waren er de schilderijen zelf: de twintigste-eeuwse vernieuwers beneden, de iets oudere boven. Verrassend vaak, herkenbaar soms, intrigerend bijna altijd.
Was dit de groep die ik vorige week collectief wou verbannen na een zeer moeizame les over ballet? Vandaag waren het schatten (zelfs tijdens de les over ballet vanmorgen vielen ze mee).