Verboden foto's over te nemen zonder toestemming!
Vivinus, een andere
Belg aan het hoofd van de Minerva stamboom.
Onlangs struikelden
we zowat over een echte oude Belg in de verzameling van een liefhebber van
Belgisch historisch rollend erfgoed, en bij Bonhams werd er eentje onder de
hamer gebracht en verkocht aan 65.000 euro. Reden genoeg om hem hier eens
verder te belichten nu het buiten toch vochtige en donkere zonnestralen miezert.
Vivinus is een klein
Brussels merk, opgericht door ene Alexis met dezelfde achternaam. Van origine
een Fransman geboren in 1860 en in 1888 naar België uitgeweken. In 1896
knutselde hij een kleine stoommotor in, in een fiets, en vanaf toen ging de bal
aan het rollen. In 1899 ontmoet hij
Graaf Jaques de Liedekerke, en samen vormden ze de Society of Workshops
VIVINUS te Schaarbeek.
De eerste VIVINUS die in 1899 in serie werd geproduceerd, was een kleine
tweezitter die werd aangedreven door een eencilinder motor aan de voorzijde en
gekoeld door lucht.
Deze 3.5-pk auto, met een snelheid van 25 km / h, was een onmiddellijk succes
dankzij de manoeuvreerbaarheid en lage prijs.
In 1900 al, werd een 7 HP in productie genomen,
die een topsnelheid van 56 km / h behaalde.
Het was toen een luchtgekoelde tweecilinder bestaande uit twee dwars op elkaar
gemonteerde gekoppelde blokken, versnellingsbak met 2 versnellingen en riemaandrijving.Tussen
1899 en 1901 rolden 152 exemplaren uit de poorten van de fabriek.
Vanaf 1901 begon VIVINUS met de ontwikkeling
van waterkoeling met een 9pk DE DION-motor terwijl de riemoverbrenging plaats maakte voor
een versnellingsbak. Van 1902 tot 1906 werd de viercilinder 15/18 pk, ook La Routière genoemd, geproduceerd.
Van 1907 tot 1912 werden vier verschillende viercilindermodellen aangeboden:
Type A 24/30 pk met 4156 cc cilinderinhoud, Type L 22/28 pk met 3742 cc capaciteit,
Type N 20/24 pk met 3500 cc cilinderinhoud en Type O 12/14 pk met 2799 cc. 1910
was nog steeds het type P 10/12 pk met een verplaatsing van 1944 cc
VIVINUS verwaarloosde de autosport niet, komt
met een 2,8 liter racer, en neemt met enig succes deel aan de Liedekerke Cup
van 1906, 1907 en 1909.
Maar VIVINUS was ook geïnteresseerd in andere vormen van motoren voor de
luchtvaart en de marine, een gebied waar deze motoren zeer werden gewaardeerd.
Werd het bedrijf slachtoffer van te veel diversificatie van zijn activiteiten? De situatie van het bedrijf werd zo
precair dat het in 1911 in liquidatie zou worden gebracht.
De productie van auto's met 2 en 6 cilinders werd al in 1907 stopgezet en toen
VIVINUS in 1912 alle activiteiten stopzette, omvatte het gamma auto's enkel
vier 4-cilindermodellen van 10/12 pk, 16/20 pk en 24/30 pk.
Het was de Belgian Automobile Factory (FAB) die de installaties overnam in
1912, terwijl Alexis VIVINUS, na een korte vertegenwoordiging in België van het
Franse merk CLEMENT-BAYARD, wordt ingehuurd door MINERVA in Antwerpen, waar hij
er de 40 pk ontwikkeld als hoofd
ingenieur. Voila, daarmee zijn we er.
Het merk was erg geliefd in Scandinavië, en
men kan dan ook enkele zelden overgebleven exemplaren vinden in musea in
Denemarken, Zweden en Noorwegen. In België staat er een 7pk in het museum Mahy
the Leuze, en in Frankrijk is er ook nog een exemplaar te bewonderen. In totaal zijn er slechts een dozijn
overlevenden. Mocht je er ooit een ontmoeten met deze wetenschap, weet dan dat
het een unieke gelegenheid is. Voor zo ver wij weten is er geen enkele FAB
bekend.
Leopold II was eigenaar van een 4 zits
Vivinus met gewoven ‘wicker’ carosserie, en Etore Bugatti werd door het autovirus geïnfecteerd toen hij
een ritje mocht maken in een Vivinus.
Wie nog meer weet over dit kleine maar
fijne merk,of fotoÂ’s heeft, wordt vriendelijk uitgenodigt het met ons te delen.
Alvast dank.
Deze 1900 Vivinus welke we niet zo lang geleden ontdekten was aanleiding tot dit artikel.
 Dit exemplaar werd vorige week bij Bonhams geveild aan 65000 euro (afgerond)

Een beeld van de tijd toen deze voertuigen nog nieuw waren
Een Vivinus die dienst deed in Amsterdam bij de familie Wurbain. 3PK voiturette
Wie een zich een Vivinus kon permitteren, was goed gezien bij het vrouwvolk.
Deze Vivinus tukkerde rond in het Brusselse. Gerard Leon aan het stuur.



Deze Vivinus is te bewonderen in een Zweeds Museum.

De heer Lucien Hautvast in 1905 op een Vivinus 'tourisme'
Lucien met zijn mechanicien op de Vivinus 'course' 1906 coupe de Liedekerke.
Een Vivinus 'de dietrich' met investeerder Baron de Dietrich aan het stuur.
Nog een Vivinus 'course' 4 cilinder al in 1902 met Henri Langlois van Ophem aan het stuur.
Geen denderende opname, maar hier zien we niemand minder dan Etore Bugatti terwijl hij het auto virus opneemt aan het stuur van een Vivinus onder licentie van de Dietrich. foto van Bugatti trust UK.
Ook onder licentie werd de 'new Orleans' geproduceert in de UK.
|