JP's Plantengids
Inhoud blog
  • http://plantengids2.blogspot.be/
  • Ixiolirion tataricum
  • Plumeria
  • Phuopsis stylosa
  • Lagerstroemia
  • Hypocyrta
  • Allium aflatunense
  • Cosmos bipinnatus
  • Convallaria majalis
  • Scilla siberica

    Zoeken in blog





    Mijn favorieten
  • bloggen.be
  • opaweetjes
  • fotoalbum
  • wandelroutes
  • fietsroutes
  • GPS-routes
  • koopjesblog

  • Fruit
    Actinidia Deliciosa
    Cydonia oblonga
    Ribes rubrum

    Dropbox

    Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Archief per jaar
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007

    Vraag & antwoord
    *Het plantenseizoen
    *Luister naar je planten
    *Cissus is zeer gevoelig
    *Cyclamen problemen
    *Uitgebloeide bloembollen
    *Amaryllisbol niet weggooien
    *Blauwe regen met kuren
    * Pioenlegende
    *Roetdauw bij Rozen
    *Planten overwinteren

    JanuariTips
    Januaritips
    Geraniums zaaien

    Februaritips :
    Februaritips

    Maarttips :
    Maarttips

    Apriltips :
    April siertuin

    Meitips :
    Mei-siertuin

    Juni Tips
    Juni Tips

    Tips Juli
    TuinTips Juli

    Augustus Tips
    Tips Augustus

    NovemberTips
    November doe kalender

    DecemberTips
    Tuintips december

    Archief per jaar
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007

    Inhoud blog
  • http://plantengids2.blogspot.be/
  • Ixiolirion tataricum
  • Plumeria
  • Phuopsis stylosa
  • Lagerstroemia
  • Hypocyrta
  • Allium aflatunense
  • Cosmos bipinnatus
  • Convallaria majalis
  • Scilla siberica
  • Crambe
  • Kamerplanten lusten geen leidingwater
  • HET PLANTENSEIZOEN
  • Carissa
  • Symphytum officinale
  • Howeia
  • Exacum
  • Rosa 'Dortmund'
  • Selaginella
  • Acaena magellanica
  • Eupatorium purpureum
  • Paeonia lutea
  • Schizostylis coccinea
  • Chrysanthemum
  • Helianthus salicifolia
  • Planten overwinteren
  • Morus alba
  • Osmanthus burkwoodii
  • Lemna trisulca
  • Harpagophytum procumbens
  • Hippophae rhamnoides
  • Astilbe 'Fanal'
  • ILEX - HULST
  • Hydrangea - Annabelle
  • Cattleya
  • Allium Savitum
  • Crassula
  • Prunella grand. 'Loveliness'
  • Potentilla fruticosa 'Abbotswood'
  • Rosa 'Baron Girod de L'Ain'
  • Helianthemum 'Wisley Pink'
  • Abelia schumannii
  • Centaurea montana
  • Enkianthus campanulatus
  • Ipheion uniflorum
  • Iberis umbellata
  • Sedum acre
  • Tropaeolum majus
  • Viburnum plicatum 'Mariesii'
  • Prunus serrulata
  • Pleione formosana
  • Eucomis autumnalis
  • Hibiscus rosa-sinensis
  • Roetdauw bij Rozen
  • Persicaria amphibia
  • Ctenanthe
  • Cactussen
  • Paprika
  • Abutilon megapotamicum
  • Polystichum
  • Camellia sinensis
  • Gypsophila
  • Fuchsia's
  • Pulsatilla vulgaris
  • Pioenlegende
  • Deutzia gracilis
  • Rosa 'Auslo'
  • Dieffenbáchia
  • Nerium oleander
  • Pilea microphylla
  • Senecio rowleyanus
  • Raphis
  • Callistémon
  • Puschkinia scilloides
  • Graptopetalum
  • Cyclamen problemen
  • Callisia
  • Kalanchoe beharensis
  • Passiflora caerulea
  • Blauweregen met kuren
  • amaryllisbol
  • Solanum Thurino
  • Robinia pseudoacacia 'Frisia'
  • Fittonia
  • Aërides
  • Ligustrum ovalifolium 'Argenteum'
  • Laburnum watererii 'Vossii'
  • Hosta undulata
  • Rosa 'Auslight'
  • Heracleum mantegazzianum
  • Plumbago auriculata
  • Paeonia suffruticosa
  • Rosa 'Auscot'
  • Aeonium arboreum
  • Senecio jacobaea
  • Abies koreana
  • Prunus subhirtella
  • Lobelia erinus
  • Fallopia aubertii
  • Calceolaria Hybride
  • Rosa 'Ausbuff'
  • Sempervivum arachnoideum
  • Sisyrinchium californicum
  • Hydrangea paniculata
  • Buxus-ziekten
  • Dryas octopetala
  • Geranium cinereum 'Ballerina'
  • Fritillaria Bucharica
  • Caesalpina giliesii
  • Cydonia oblonga
  • Malus toringo
  • Rosa 'Ausbord'
  • Lychnis chalcedonica
  • Veronica longifolia
  • Tuintips voor Augustus
  • Liatris spicata
  • Lonicera caprifolium
  • Clerodendrum trichotomum
  • Pterostyrax hispida
  • Laburnocytisus adamii
  • TUINTIPS IN JULI
  • Prunus gondouinii
  • Agrimonia eupatoria
  • Lilium `Mona Lisa'
  • Dorotheanthus
  • Ptelea trifoliata
  • Tuintips in Juni
  • Rosa 'Korliluc'
  • Cornus alba 'Elegantissima'
  • Impatiens balsamina
  • Sandersonia aurantiaca
  • Waldsteinia ternata
  • Prunus lusitanica
  • Oenothera macrocarpa
  • Corokia cotoneaster
  • Clematis 'Madame Baron Veillard'
  • Rhododendron 'Apple Blossom'
  • Platanus acerifolia
  • Kalimeris incisa
  • Mandevilla of Dipladenia
  • Myosotis sylvatica
  • Fritillaria imperialis
  • Rosa 'Swan Lake'
  • Digitalis purpurea
  • Dictamnus albus
  • Pelargonium
  • Ledum groenlandicum
  • Lantana camara
  • Elaeagnus ebbingei
  • Ceanothus
  • Magnolia kobus
  • Taxus baccata
  • Kerria japonica
  • Euonymus alatus
  • Buxus sempervirens
  • Salix integra
  • Pieris japonica
  • Rosa 'Ausblush'
  • Exochorda racemosa
  • Pittosporum tobira
  • Prunus triloba
  • Limonium latifolium
  • Lagurus ovatus
  • Crocus cancellatus
  • Ranunculus ficaria
  • Geranium
  • Maarttips
  • Smilacina racemosa
  • Pernettya mucronata
  • Melilotus alba
  • Malus 'Radiant'
  • Lilium pumilum
  • Rosa 'Frau Astrid '
  • Periploca graeca
  • Pseudofumaria lutea
  • Salix babylonica
  • Kalender Februari
  • Rhipsalidopsis
  • Dracaena
  • Galanthus
  • Begonia sutherlandii
  • luister naar je planten
  • Rosa 'Meitoifar'
  • JANUARI – TIPS
  • Phytolacca
  • Omphalodes verna
  • Eucalyptus niphophila
  • Ranunculus lingua
  • Rosa 'American Pillar'
  • Centranthus ruber
  • Geranium sylvaticum
  • Rosa 'Admired Miranda'
  • Tuintips december
  • Acorus calamus
  • Aeonium arboreum
  • Aristolochia durior
  • Actinidia deliciosa
  • Achillea ptarmica
  • Acer campestre
  • Stapelia hirsuta

    OM HET ZOEKEN IN DEZE PLANTENDATABASE MAKKELIJK TE MAKEN DRUK CTRL-F EN VUL IN HET KADERKE HET GEWENSTE WOORD IN BV."HULST" EN ALLE VERWANTE TEKSTEN MET HET WOORD "HULST" IN VERSCHIJNEN. WEL BLIJVEN KLIKKEN TOT U HET GEWENSTE ARTIKEL GEVONDEN HEBT ------------------------------ HOE MEER REAKTIES ER KOMEN HOE MEER DE SITE WORD UITGEBREID
    10-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Andromeda


    Andromeda polifolia

     

    Botanische naam  :  Andromeda polifolia                  

    Nederlandse naam :  Rotsheide                            

    Herkomst         :  Inheems                              

    Bijzonderheden   :  hoogveen, heidevennen, geen kalk!    

     

    Grondsoort       :  veen

    Vochtbehoefte    :  nat

    Licht            :  half schaduw, zon

    Wind             :  weinig gevoelig

    Groep            :  (sier)heesters

    Gebruik          :  bodembedekker, giftig

    Hoogte           :  0.20-0.50 m

    Vorm             :  breed

    Bloeikleur/vorm  :  geurend, wit/crŠme, roze

    Bloeitijd        :  mei, juni, juli

    Blad             :  wintergroen, grijsgroen

    Twijg/stam       :  kleurig

     

    Standplaats:

    Ze verlangen een vochtig humusrijke en goed doorlatende grond.

    Bodem: Zonnige plaatsen op natte, voedselarme, zure grond.

     

    Kenmerken:

    Wortels: Lange uitlopers.

    Stengels: Weinig vertakt, zijtakken boogvormig opstijgend.

    Bladeren: Wintergroen, verspreid, schuin omhoog gericht, leerachtig, langwerpig, wasachtig berijpt, een verdiept liggende middennerf, omgerolde randen, aan de bovenkant donkergroen, van onderen licht blauwachtig.

    Bloemen: Kluwens aan het eind van de stengel, knikkend, helderroze, klokvormig, 5 tot 8 mm, bloemsteel 2 tot 4 keer zo lang als de bloem, 10 meeldraden in de kroon opgesloten, helmknoppen met aan de top 2 hoorntjes.

    Vruchten: Doosvruchten rechtop, grijsachtig.

     

    Bloemen :

    Bloeimaanden: April t/m september.

    Onderkant bladLavendelhei bloeit van april tot juni, soms tot de herfst, met lichtroze, 5-8 mm grote, knikkende bloemen. De roze bloemsteel is twee tot vier keer zo lang als de bloem. Ook de kelk is roze gekleurd. De bloeiwijze is een armbloemige, schermvormige tros. De helmknoppen hebben aan de top twee hoorntjes.

     

     Planten :

    Te combineren met Heide, Pieris, Rhododendron, Gaultheria, varens en azalea en zijn geschikt voor de rotstuinen en potten.

    Groeiplaatsen: Tussen veenmos in levend hoogveen, aan de voet van veendijkjes, greppels in deels ontgonnen hoogveen, dopheivegetaties (langs heidevennen en gedeeltelijk uitgeveende laagten) en veenheide in brakwaterveengebieden.

     

    Eigenschappen:

    Een laagblijvende wintergroen struikje met licht paarsrode klokvormige bloemen.

    Wordt 40cm hoog en even breed

    De plant wordt 10-50 cm hoog en heeft wortelstokken. De 1-5 x 0,2-8 cm grote bladeren zijn lancet- tot lijnvormig en hebben een sterk naar beneden omgerolde rand. De bladeren zijn van onderen iets blauwgroen of wit berijpt.

    De vrucht is een kleine doosvrucht met veel zaden. De plant komt in levend hoogveen tussen het veenmos en in heivennen voor.

     

    Soorten :

    Er bestaan verschillende cultivars, zoals

    Andromeda polifolia 'Alba', Andromeda polifolia 'Blue Ice', Andromeda polifolia 'Compacta', Andromeda polifolia 'Hayachine', Andromeda polifolia 'Nana' en Andromeda polifolia 'Nikko'.



    Weetjes :

     De lavendelhei (Andromeda polifolia) is een dwergstruik, die behoort tot de heifamilie (Ericaceae). De soort staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten als vrij zeldzaam en matig afgenomen. Tevens staat de plant op de Belgische Rode Lijst van planten.

    De plant komt van nature voor op de noordelijke helft van het noordelijk halfrond.

    De plant wordt ook in heidetuinen gebruikt.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (5 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Abelia


    Abelia

     

    Standplaats:

    Abelia 'Conti' heeft graag een zonnige standplaats zijn makkelijke planten, die de vrieskou goed zullen doorstaan. Wel verlangt Abelia een warme, luwe plek en kan daarom het beste tegen een warme, beschutte muur worden geplant. Het liefst in de volle zon of wat lichte schaduw. Bij het laten begroeien van muren is het van belang, dat de takken meteen worden aangebonden, voordat ze gaan hangen. Plant Abelia in goed vruchtbare, goed doorlatende en iets kalkrijke grond.

     

     Kenmerken:

    Abelia's zijn sierheesters die naast hun mooie bloemen ook voor de glanzende bladeren in de tuinen worden geplant. De abelia vindt zijn herkomst in China en Japan alsook in Mexico en er zijn tussen de 24 en de 30 soorten van, met vele hybriden en cultivars.

    De buisvormige bloemen zijn meestal vrij klein maar de bloei kan wel enkele maanden duren.

    Abelia's zijn afhankelijk van de soort wintergroen of bladverliezend. De bladverliezende vinden hun herkomst meestal in koudere gebieden en zijn meer winterhard dan de wintergroene soorten. De bladeren zijn meestal niet langer dan 6 cm.

     

    Planten :

    Als kuipplant op het terras of balkon kun je trouwens goed van de lekker geurende bloemen genieten. De meeste soorten abelia groeien niet zo hoog of breed uit en zijn geschikt voor kleine tuinen en stadstuintjes.

    Abelia-soorten variëren van vorstgevoelig tot goed winterhard. Vooral de winterharde soorten

     

    Gebruik

    Het is een prima plant, die uitstekend kan worden gebruikt als lage haag. En een aantal soorten is bruikbaar als potplant voor op het balkon of op het terras. Behalve zo af en toe wat last van luis is de plant tamelijk ongevoelig voor ziekten en plagen.

     

    Eigenschappen:

    De winterhardheid is ook afhankelijk van de soort. Sommige soorten kunnen met gemak tot -15°C aan terwijl andere met moeite -7°C kunnen verdragen. Deze soorten plant je dan ook best tegen een zonnige muur of in potten zodat je de planten in de winter met de andere kuipplanten naar binnen kan halen.

     

    Vermeerderen :

    De plant is makkelijk te vermeerderen door zomerstekken of halfhoutige stekken aan het einde van de zomer.

    Abelia kan je vermeerderen door in het midden van de zomer (juli - augustus) half verhoute stekken te nemen. Knip hiervoor tot tien cm lange takuiteinden af. De wond onderaan moet gaaf zijn. Strip de onderste blaadjes af en laat enkele de bovenste twee bladparen zitten. Plaats de stekken naast elkaar in een pot gevuld met voedselarme stekgrond. Benevel de stekjes maar zorg ervoor dat de grond ook niet te nat is. De pot met stekken (die elkaar net mogen raken), zet je op lichte standplaats waar de stekken niet in contact komen met rechtstreekse zonnestralen. De eerste winter plaats je de pot op een vorstvrije plek in een kas, serre, garage, tuinhuis of zolder. In de lente als de ergste vorst is geweken kunnen de bewortelde stekken in de tuin worden uitgeplant en getopt om het vertakken te bevorderen.

     
    Snoeien :
    Abelia's die tot augustus en langer bloeien kun je best pas in het voorjaar snoeien.

    In de lente wanneer de kans op strenge vorst is geweken, zie je ineens welke takken de winter niet hebben overleefd of een stuk zijn ingevroren.
    Dode en zwakke takken snoei je volledig weg.
    Bij de gezonde takken, snij je per struik een derde van de oudste takken weg.
    Op die manier zijn alle takken van de abelia nooit ouder dan drie jaar en stimuleer je de vorming van nieuwe scheuten die uit de grond komen opschieten.
    Zo heb je struiken met jonge takken die veel bloemen produceren, want de meeste bloemen verschijnen op de twijgen van het voorafgaande jaar en op de scheuten die vroeg in het voorjaar werden gevormd.
    Regelmatig de uiteinden van de takken toppen is aan te raden om compacte, gesloten struiken te bekomen.
    Groenblijvende soorten kunnen na de bloei licht worden teruggesnoeid. Ook kunnen dan uitgebloeide takken, die de vorm bederven, worden weggenomen.


    Soorten :

    Abelia behoort tot de familie Caprifoliaceae (kamperfoelieachtigen). Het geslacht telt ongeveer 23 soorten, waarvan de meeste in Noordoost-Azië en drie in Mexico te vinden zijn.

     

    Weetjes :

    Dokter Clarke Abel (1780-1826) ontdekte de plant, die wij nu kennen als de soort Abelia chinensis, tijdens een plantenexpeditie in China.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)
    09-02-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Acanthus



    Acanthus


     

    Botanische naam  :  Acanthus mollis                      

    Nederlandse naam :                                        

    Herkomst         :  Dalmatie                             

    Bijzonderheden   :  decoratief, talud, matig winterhard  

     

    Grondsoort       :  alle, humeus

    Vochtbehoefte    :  droog, normaal

    Licht            :  zon

    Wind             :  weinig gevoelig, zeewind bestendig

    Gebruik          :  groepen/vakken, solitair, borders, bladplant, kust/zeewind

                        , bostuinen

    Hoogte           :  0.80-1.20 m

    Bloeikleur/vorm  :  roze, aar

    Bloeitijd        :  juli, augustus

    Blad             :  groen




    Standplaats:

    Acanthus houdt van een zonnige, goed afwaterende en steenachtige standplaats. Verlangt een kalkrijke grond. In de schaduw groeien ze trager en bloeien ze minder. Wel heb je nog wat aan de decoratieve bladeren. Mooie combinaties zijn te maken met Acaena, Alchemilla en Geranium soorten.

     

     Kenmerken:

    De zachte acanthus is heel decoratief. Mooi voor beplantingen op een talud. Zachte acanthus is de meest gebruikte en bekende soort binnen zijn geslacht. De donkergroene, glanzende bladeren zijn onregelmatig geveerd en grof getand. De indrukwekkende bloemen staan aan rechtopstaande stengels en zijn in vierrijige, lange aren gerangschikt, soms zijn ze ook in de oksels van een klein, doornig blad geplaatst. De zaadkapsels bevatten 2 tot 4 zaden. De vlezige acanthuswortels houden de plant stevig vast in de grond.

     

     Bloemen :

    Zowel de bloemen als de opvallende bladeren zijn een decoratie voor de tuin. De bloemen benadrukken heel mooi de verticale lijnen in een kleurenschema en verschijnen van juni tot september op sterke stengels. Na de bloei verschijnen de zaadkapsels met glanzende, bruine en dikke zaden.

     

     Planten :

    Acanthus mollis is matig winterhard (vooral jonge planten) dus is winterbescherming nodig. Plant daarom ook geen nieuwe acanthus aan voor de winter, wacht tot het voorjaar.

     

    Vermeerderen :

    Vermeerderen kan op 3 manieren in het voorjaar:

    - door zaaien

    - door delen

    en door het nemen van wortelstekken

    De forse, bruine zaden kunnen het best in april in een serre worden gezaaid. Om het ontkiemen te versnellen, kun je de zaden eerst 24 uur in lauw-warm water laten voorweken. Daarna worden de gezwollen zaden in een potje met tuingrond of turf gelegd en natuurlijk goed bedekt. De zaden, indien niet te oud, ontkiemen goed maar je moet wel een drietal weken geduld hebben. Je kan de planten ook goed als oranjerieplant houden mits je ze wel regelmatig verpot.

     

    Toepassing :

    Acanthus wordt beschouwd als een architectonische plant, ze benadrukken heel nadrukkelijk de verticale lijnen in een kleurenschema. Het blad kan dienst doen als basisstructuur.

    In hun natuurlijk omgeving, het Middellandse Zeegebied, zijn ze vaak te zien in combinatie met olijfbomen. Prima solitair in een kleine tuin of als borderplant in grote borders.

    Kan ook heel goed gebruikt worden bij een heesterbeplanting, waar ze bijv. kunnen dienst doen als bodembedekking onder bladverliezende heesters.

     

    Mooie combinaties zijn de maken met bijv. Salvia x superba, Lavatera olbia 'Rosea', Malva moschata, Echinaceae purpurea. Plant Acanthus naast Helenium, dat een nogal teleurstellend blad heeft.

     

    In combinatie met Eryngium giganteum 'Miss Wilmott's Ghost', Artemisia 'Powis Castle' en Rosa 'Tynwald', het blad van de Eryngium contrasteert goed met de sterk glanzende acanthus in een 'zilveren' border met wittinten of pastelkleuren.

     

    Caryopteris met de grijsgroene bladeren is erg mooi naast het diepgroene loof van de Acanthus. Acanthus is ook goed toepasbaar in wilde engelse tuinen, vooral de A. spinossus kan je in het oog doen springen tussen de nevelige Engelse kleurtinten.

     

    De geslachtsnaam Acanthus is afgeleid van de oude Griekse plantennaam Akanthos. 'Akantha' betekent doorn of stekel. De naam verwijst naar de doornachtig getande bladeren van sommige Acanthussoorten. Maar in de Griekse mythologie is Acantha ook een nymf, die door Apollo in een stekelige plant veranderd werd. De mooie naam Beeren-klauw of Branca ursina vinden we terug bij Petrus Nijlandt (1682) , wat natuurlijk verwijst naar het mooie stevige blad.

     

    Acanthus ook medicinaal

    De plant is niet echt bekend als geneeskrachtig kruid. Maar in de Oudheid had het sap toch wel een reputatie als stimulerend middel. Het werd ritueel gedronken door soldaten die ten strijde trokken. Zich letterlijk moed indronken! Plinius en Dioscorides adviseerden het sap voor een ander oorlogsprobleem, nl bij verwondingen en tegen diarree. En als ik lang genoeg zoek en alles geloof wat er in het verleden geschreven is, vind ik toch weer een waslijst van medicinale toepassingen: ontstekingswerend bij jicht, voor een verstopte en verharde milt, ‘vermurwende, verzachtende en verterende van krachten’ volgens Nijlandt, Dodonaeus en anderen. Maar laat ik het nu maar voor een keer bij die decoratieve toepassingen houden.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (5 Stemmen)
    30-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Camelia


    Camelia

     

    Standplaats:

    Een camelia groeit op licht zure grond op een plaats in de halfschaduw.

    De grond moet veel humus bevatten en goed water doorlatend zijn.

    lichte schaduw, beschut tegen droge wind, niet in de volle zon  houd niet van grote temperatuurs verschillen

     

    Kenmerken:

    Ovale, dikke, glanzende bladeren afwisselend gerangschikt  3 cm lang met grote opvallende bloemen van ca. 5 cm doorsnee

    Camelia’s vragen dezelfde zorg als rododendrons wat de grond aangaat. Dus zuur en licht. Maar in tegenstelling tot laatstgenoemde hebben ze diepere wortels en kunnen ze dus beter tegen de droogte. Op een paar jaar tijd kan hun penwortel makkelijk een meter diep gaan. Geef ze niet te veel voedsel en wees zeker voorzichtig met stikstof. Gebruik voeding met een hoog gehalte aan fosfor en kalium.

     

    Bloemen :

    Camelia’s bloeien van oktober tot mei, afhankelijk van soort en vorm

     

    Planten :

    goed afwaterende, humusrijke vochtige, zure grond, roestige spijkers onderin tegen ijzertekort (geel blad), houd niet van kalk  overleeft droogte niet, mulchlaag aanbrengen

    weinig bijmesten, liefst met oude stalmest  houd niet van wortelverstoring, dus voorzichtig

    met overpotten (wortelt ondiep) eenmaal in de tuin gezet, liever niet verplaatsen.

     

    Vermeerderen :

    Het stekken van camelia’s is ook voor een liefhebber te doen. Neem de stek wanneer de stengel voldoende rijp is maar nog niet houtig. Bedrijfsmatig gebeurt dit in de winter. Er wordt enkel verwarmd in de ruimte, tot 15 °C. Moederplanten krijgen weinig water en voedsel.

    Dat bevordert de aanworteling van de stek.

    Beworteling heeft tijd nodig: zo’n drie tot zes maanden.

    Een camelia kan worden gestekt, afgelegd of geënt. Stekken kan vanaf het vroege voorjaar tot aan het begin van de herfst. Neem kopstekken en plant die in een voedzame, licht zure potgrond. De beste resultaten worden verkregen in een kas of onverwarmde bak. Najaarsstek wordt gemaakt van tien centimeter lange, verhoute stengels. Plant deze stekken in verwarmde grond in een kas of verwarmde bak. In de zomer kunnen scheuten worden afgelegd.

     

    Soorten :

    Inmiddels zijn er meer dan 300 soorten bekend, waarvan maar enkele een rol in de cultuur spelen. Van de belangrijkste soort Camellia japonica zijn honderden variëteiten en nakomelingen in cultuur.

     

    Weetjes :

    Een camelia mag alleen nà de bloei (voorjaar) in model worden geknipt. 

    Een camelia bloeit uitsluitend met rode, roze of witte bloem

    Het verwijderen van de scheuten mag alleen worden uitgevoerd om de struik te verjongen.

     

    meer bijzonderheden

    Camelia is inheems in Zuidoost Azië, en wordt, ook bij ons, al heel lang als sierplant gekweekt om zijn prachtige bloemen.

    Het is een soort met voorkeur voor warme natte zomers en gemiddeld koude droge winters, maar vanwege z'n enorme aanpassingsvermogen leeft de plant onder uiteenlopende klimatologische omstandigheden.

    De meesten zijn struikvormen maar er zijn ook verschillende boomvormen van de Camellia, en allemaal met hun eigen kenmerken, zoals wel of geen mooie bloemen, een prachtige schors of juist een mooi blad.

    In Japan worden ze bijzonder gewaardeerd vanwege hun vroege bloei. Ze zijn vaak de allereerst bloeiende planten in de tuin na de lange winter. We kennen inmiddels al minstens 2000 kruisingen van Camelia japonica, en er worden in China nog steeds nieuwe ontdekt. De meest gekweekte cultivars zijn sierplanten met dubbele bloemen.

     

    Van Camellia sinensis wordt zwarte en groene thee gemaakt en

    van Camellia oleifera wordt olie gemaakt die in cosmetica wordt gebruikt.

    De basis voor het plantkundig belang van deze soort wordt gevormd door de: Camellia japonica, Camellia reticulata, Camellia sasanqua en een toenemend aantal hybriden.

     

    kenmerken

    Camelia heeft dikke, glanzende bladeren afwisselend gerangschikt ca. 3 cm lang, grote, erg opvallende bloemen van ca. 5 cm doorsnee, van wit tot rood en paars, in allerlei variëteiten, soms zelfs gestreept of gespikkeld. Het is een heel vroege bloeier. In het midden van de bloem bevinden zich een opvallende massa meeldraden. Voorkomende bloemvormen zijn:

    Enkelvoudig, Halfgevuld, Anemoonvormig, Pioenvormig, Roosvormig en Gevuld. Voor elk wat wils dus.

     

    Verzorging

    Zet de plant alleen in de zon als z'n wortels in de schaduw blijven. Bloemknoppen worden nog voor de winter gevormd en moeten koel blijven totdat ze zich in februari kunnen openen. Bij binnen overwinteren is het grootste probleem dat de knoppen door te veel warmte of te grote temperatuursverschillen af vallen. In de herfst geef je de overwinterende camelia matig water en in de winter nog maar 1 x per maand een beetje. In de lente kun je de watergift weer geleidelijk opvoeren.

    Omdat Camelia niet van kalk houd kun je het best altijd vijver- of regenwater geven. Halverwege de zomer kun je wat kalium rondom de plant aanbrengen en dan even sproeien, altijd met regenwater.

    snoei

    Vormsnoei is alleen mogelijk om de plant te verjongen. Lelijke staken midden in de plant neem je zo laag mogelijk weg. dat geldt ook voor alle sports (uitlopers met andere genetische kenmerken).

    vermeerderen

    Snijd in het vroege voorjaar tot aan de herfst van een eenjarige scheut een stukje stengel met 1 blad eraan, en steek het in een pot met stekaarde. Het is zaak om de temperatuur en luchtvochtigheid daarna constant te houden. Dat betekend dat gebruik van een kas de meeste kans van slagen geeft. Najaarsstek maak je van ca. 10 cm lange verhoute stengels die je in een verwarmde bak of verwarmde grond laat wortelen. Het afleggen van scheuten gebeurt in de zomer.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (28 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geraniums zaaien
    Klik op de afbeelding om de link te volgen










    Geraniums zaaien


    WANNEER :

    Eind januari of begin februari

    De meeste mensen zullen over een paar maanden jonge plantjes kopen, maar als je het leuk vindt om je eigen geraniums (Pelargonium) op te kweken, kun je die nu in bakken zaaien. Zaai ze in zaaibakjes onder een doorzichtig deksel of in potten die je met doorzichtige plastic zakken afdekt. Zet ze lekker warm op de vensterbank in de kamer of op een andere warme, lichte plek. De zaaigrond wel vochtig houden natuurlijk. Je moet ze na opkomst een keer verspenen (in aparte potjes overplanten). Na half mei kunnen ze naar buiten. Er is zaad te koop van allerlei mooie sterke F1-hybriden.

     

    De werkwijze :

    Stap 1:

    Vul een zaai- of kweekbakje met een luchtig mengsel van 2/3 goede tuinaarde en 1/3 turfgrond of gebruik een speciaal zaaimengsel.

    Zet het bakje op een warme plaats (op of dicht bij de verwarming) zodat het grondmengsel kan opwarmen.

     

    Stap 2:

    Geraniurnzaad is niet minuscuul klein en u kunt het dus mooi gelijkmatig verdelen over het bakje.
    Druk de zaadjes met een plankje in de aarde (voor een goed contact) en strooi er nog een laagje van 0,5 cm potgrond over.

     

    Stap 3:

    Voor u het kweekbakje afsluit met een deksel of een glazen plaat, vernevelt u er gul water overheen.
    Zet het op een zeer lichte en warme (18 à 20° C)
    plaats.
    Al na enkele dagen breken de zaadjes open en komen de kiemplantjes te voorschijn.

     

    Stap 4:

    Zodra de plantjes 4 à 5 blaadjes hebben gevormd, mogen ze verspeend worden.
    Gebruikt u daarvoor yoghurtbekerljes, maak dan eerst een afvoergaatje in de bodem.
    De temperatuur mag nu iets lager, anders worden de plantjes te spichtig.

     

    Stap 5:

    Na zowat tien weken, mogen de flinke plantjes verplant worden in potjes van 12 cm diameter.
    Gebruik nu een grondmengsel van 2/3 tuinaarde en 1/3 teelaarde.
    Zorg ervoor dat de
    plantjes heel licht en niet overdreven warm staan.

     

    ZET EEN RUILHANDELTJE OP

    Als u tijd en ruimte hebt, kunt u misschien met de buurvrouw samenwerken. U zaait geraniums en zij bijvoorbeeld Tagetes. En dan maar ruilen. Als u verschillende soorten geraniums tegelijk wilt kweken, neemt u het best een kweekplaat (net als de beroepstelers). Volg dan verder de stap- voor-stap cursus op deze pagina.

     

    STEKKEN NEMEN IS ECHT NIET ZO MOEILIJK

    Geraniums kunt u ook vermeerderen uit stek. Maar dan moet u er in de maand augustus op tijd bij zijn. Van een schitterend bloeiende moederplant snijdt u stekjes, die u laat wortel schieten en op een koele, maar vorstvrije plek laat overwinteren. Vindt u het zonde om van een plant in volle bloei

    stekken te snijden of hebt u in huis geen aangepast plekje voor de overwintering, dan is vermeerdering uit zaad een goedkope én gemakkelijke oplossing.

     

    IN EEN JIFFY-POTJE GROEIT UW GERANIUM MOOIDOOR

    U hoeft de zaadjes niet in een kweekbakje uit te zaaien, u kunt ze ook meteen elk afzonderlijk in een Jiffy- potje stoppen. Jiffy-potjes zijn van sphagnum, turfmolm en organisch materiaal gemaakt Doordat de plantjes niet meer verspeend moeten worden, worden de haarfijne worteltjes niet verstoord en kan het plantje rekenen op een ononderbroken groei. Schieten de wortels tenslotte door het turfpotje heen, dan kunt u de plantjes met potje en al naar een grotere pot verhuizen.

    Het turfpotje zal verteren.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (45 Stemmen)
    04-01-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ipomoea Ticolor


    Ipomoea Ticolor

     

    Standplaats:

    zonnig, met voldoende ruimte

    Een zonnige standplaats. Zorg dat de grond niet uitdroogt en bemest af en toe, geef een steuntje in 't begin en Ipomoae doet de rest. Kan gevoelig zijn voor spint, maar regelmatig preventief met water sproeien helpt goed

     

    Kenmerken:

    1 jarige, snelgroeiende klimplant

    Makkelijk op te kweken, snelgroeiende, omhoog slingerende klimplant met grote, hartvormige bladeren en grote, trechtervormige bloemen, die maar een dag bloeien. Vele kleuren en vormen zijn inmiddels gekweekt. Heeft wel wat steun nodig om omhoog te groeien

     

    Bloemen :

    opvallend grote, trompetvormige bloemen,van wit tot rood en van paars tot blauw, na de bloei ontstaan ronde zaadbollen met  daarin klein zwart zaad. om overdadig uitzaaien te voorkomen

    moet je de zaadbollen tijdig wegknippen.

     

    Planten :

    Ipomoea is de botanische naam van een geslacht van planten uit de windefamilie (Convolvulaceae). Wegens de opvallende bloemen worden enkele Ipomoea-soorten toegepast als tuinplant. De bloei kan zeer rijk zijn, vooral wanneer de grond voldoende bemest is met oude koemest en wat kalk bevat. Een aantal soorten zijn warmteminnend, en hebben in ons klimaat een kas nodig om goed tot bloei te komen.

     

    Eigenschappen:

    Convolvulaceae is de familienaam van de Ipomoea, en naast de Violacea zijn er nog meer varianten. zoals: Arborencens, Carnea, Costata, Leptophylia, Meulleri, Murucoides, Purpurea. De bekendst zijn de Ololiuqui uit Mexico en de Violacea (tricolor) die over de hele wereldvoorkomt. Ipomoae, inheems in tropische en subtropische gebieden, meestal  overjarig, groenblijvend, struikvormig, vaste plant of klimplant, maar ook een aantal soorten die ook in ons klimaat als tuin- en terras- of balkon planten gehouden. Ipomoea tricolor wordt het meest toegepast als tuinplant. Maar er zijn ook soorten die als kamerplant gehouden kunnen worden kunnen worden.

     

     

    Vermeerderen :

    Maart-april - vul potjes van 15 cm doorsnee met stek- of zaaigrond, zet ze in het water tot de grond vochtig is.

                    - leg 5 - 6 zaden in een potje, druk ze aan, en dek het potje goed af met plasticfolie

                    - zet het potje op een lichte en warme plaats

                    - Na 1 of 2 dagen is het zaad ontkiemd, en moet je gaatjes in 't plastic prikken om de zaailing langzaam aan

                      de 'buiten' omstandigheden te laten wennen

                    - na 3 dagen mag het plastic eraf, en mag je ze eventueel in een grotere pot zetten

                    - Geef de plantjes een steuntje, een zonnige standplaats en voldoende vocht, en ze zullen je verrassen met een

                      wonderbaarlijk snelle groei en na een week of 6 zelfs al de eerste bloemen.

     

     

    Soorten :

    Met 300 tot 500 soorten is Ipomoea het grootste geslacht in de familie. De meeste soorten hebben bloemen die slechts één dag open zijn; het geslacht wordt in het Nederlands dan ook meestal dagbloem of dagwinde genoemd.

    Enkele soorten in het geslacht Ipomoea zijn:

     

    Ipomoea alba, de Maanbloem.

    Ipomoea arborescens wordt in het Engels tree morning glory genoemd. Ze is inheems noordelijk vanaf de Mexicaanse staat Sonora. De bladeren ontspruiten pas bij regenval laat in het voorjaar. In tuinen wil ze goed groeien en bloeien indien voldoende vochtig gehouden terwijl de temperatuur warm is. De 5 cm grote bloemen zijn crèmekleurig met een donkerrood centrum.

    Ipomoea aquatica, de Waterspinazie.

    Ipomoea batatas staat bekend als de zoete aardappel of bataat.

    Ipomoea cairica, de Kairowinde.

    Ipomoea hederacea is inheems in Midden-Amerika maar komt in Europa ook voor in het Middellandse Zee gebied van Spanje tot Griekenland. De ca. 10 cm grote bloemen groeien in trosjes waarvan er steeds slechts enkele tegelijk bloeien. Gedurende de dag verkleuren ze van diepblauw tot purper-roze.

    Ipomoea imperati heeft witte bloemen en drielobbige bladeren. Ze zijn inheems in het gebied van de Golf van Mexico. In het Engels wordt ze vaak Beach morning glory genoemd. Ze komt op vrijwel alle continenten voor als pionier vegetatie.

    Ipomoea indica heeft bloemen die gedurende de dag verkleuren van diepblauw naar donkerpaars. Ze groeit het best in volle zon.

    Ipomoea leptophylla is inheems in het zuidelijk deel van de Verenigde Staten, waar ze voorkomt in de staten Colorado, Kansas, Montana, Nebraska, New Mexico, Oklahoma, South Dakota, Texas en Wyoming. Bij de eerste nachtvorst sterven de bovengrondse delen van de plant af, maar de eetbare ondergrondse wortel blijft leven en loopt het volgend jaar weer uit. De normale habitat bestaat uit zandige prairies. Deze soort heeft slechts weinig water nodig.

    Ipomoea lobata de Spaanse vlag.

    Ipomoea pes-caprae, de Geitenhoefwinde.

    Ipomoea pauciflora is, afhankelijk van de standplaats, een boom of een knolsucculent met witte bloemen, die in een groot deel van Mexico voorkomt.

    Ipomoea platensis is inheems in Paraguay, Uruguay en Argentinië. Ze verlangt lichte schaduw tot half-zon, en kan tot 3,6 meter lang worden.

    I. purpurea is inheems in het noorden van Zuid-Amerika. De bloemen zijn daar donkerpaars, maar ook wit komt voor. In België en Nederland zijn de bloemen wit, lila of paars. Elke bloem is slechts één dag open, maar de volgende dag heeft de tuinliefhebber weer nieuwe bloemen. De eenjarige, tot 3 meter hoge plant heeft behaarde stengels en is dichtbebladerd met diep ingesneden bladeren.

    Ipomoea quamoclit, de Kardinaalswinde.

    Ipomoea tricolor (meestal klimmende winde genoemd) is inheems in Mexico. In dat gebied is ze overblijvend, in onze streken is ze niet winterhard en de tuinliefhebber heeft er dan ook maar 1 jaar plezier van. In Mexico vindt de bestuiving plaats door vleermuizen, hier nemen insecten die rol over. De grote, hartvormige bladen dekken de bodem goed af en vormen daarmee een vochtvasthoudende laag. Dat heeft de plant ook nodig: humusrijke grond die permanent wat vochtig is. De 6-8 cm grote lila bloemen zijn alleen overdag geopend. Bekende cultivars zijn Ipomoea tricolor 'Heavenly Blue' en Ipomoea tricolor 'Clarke's Himmelblau'.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (12 Stemmen)
    27-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cobaea scandens


    Cobaea scandens                      

     

    Botanische naam  :  Cobaea scandens                      

    Nederlandse naam :  Klokwinde                            

    Herkomst         :  Midden-Amerika                       

    Bijzonderheden   :  vroeg zaaien!                        

    Grondsoort       :  alle

    Vochtbehoefte    :  normaal

    Licht            :  half schaduw, zon

    Wind             :  weinig gevoelig

    Groep            :  1 jarig

    Gebruik          :  klimplant/slingerplant

    Hoogte           :  > 0.90 m

    Bloeikleur/vorm  :  wit/créme, paars

    Bloeitijd        :  september

    Blad             :  groen

     

    Standplaats:

    De klokwinde wordt in België en Nederland vaak als eenjarige plant gehouden. De plant kan niet tegen vorst en kan als kuipplant overwinteren boven de 10 ºC

     

    Kenmerken:

    De klokwinde (Cobaea scandens) is een klimplant uit de vlambloemfamilie (Polemoniaceae). De plant is afkomstig uit tropisch Amerika op hoogtes rond de 2000 m. De soort wordt in België en Nederland veel als tuinplant toegepast.

     

    Het is een grote, kruidachtige klimplant die 20 m lang kan worden. Per jaar kan de plant 3–8 m groeien. De verspreid staande bladeren zijn geveerd samengesteld met aan het einde een vertakte rank. De bladeren bestaan uit twee tot drie paar deelblaadjes. De deelblaadjes zijn toegespitst, 3,5-13 cm lang en 1,3-6 cm breed. Het onderste paar heeft geen steel. De andere paren hebben een tot 2 cm lange steel.

     

    Bloemen :

    De bloemen groeien solitair in de bladoksels. De kelk is 2,5-3,5 cm groot en paars gekleurd. De bloemkroon is 4,5-6,5 cm lang en groenachtig-wit. De stijl en de meeldraden zijn gekromd en steken naar buiten. De bloemen worden in hun oorspronggebied bestoven door vleermuizen. De doosvrucht is langwerpig, 5-9 cm lang en klapt volrijp driekleppig open.

     

    Planten :

    Bemesting Klokwinde

    Klimplanten hebben een snelle en krachtige ontwikkeling, laten we verrijken de bodem, aan het einde van de winter of in de herfst, met mest of langzaam werkende meststof; in het voorjaar, een keer per maand, kunnen we geven een meststof voor groene of bloeiende planten, rijk aan stikstof en kalium aan het irrigatie water.

     

    Eigenschappen:

    Cobaea scandens is een klimplant die zich door middel van bladranken aan draden, takken en ander klimhulpen vasthoudt en zo tot grote hoogten kan klimmen.

    Deze planten zijn struiken.
    Deze plant in de zomer gaat uit van een paarse kleur, het is van gemiddelde grootte en kan een hoogte van 5 meter bereiken .
    Hij houd  zijn bladeren in de winter niet.
    De Klokwinde heeft een klimmersteun nodig.

     

    Vermeerderen :

    De plant kan vanaf februari achter glas worden gezaaid, waarna deze na IJsheiligen buiten kan worden gezet.
    De plant bloeit van juni tot september.

     

    Soorten :

    De cultivar Cobaea scandens 'Alba' heeft volledig witte bloemen.

     

    Weetjes :

     

    Watering Klokwinde

    Deze plant heeft een klimmer ontwikkeling, soms zeer krachtig en daarom is het goed te bedenken dat de meer ontwikkelde planten meer water nodig hebben in vergelijking met de meer beperkte exemplaren. Laten we voorkomen dat het water de Klokwinde overspoelt, altijd de bodem droog houden  ,een paar dagen tussen laten met het geven van water, dus laten we irrigeren de ondergrond diep elke 2-3 weken met 1-2 emmers water.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (6 Stemmen)
    25-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jatropha podagrica

    Jatropha podagrica

     

    Naam: Jatropha podagrica

    Nederlandse naam: flessenplant

    Familie: Euphorbiaceae

     

     

    Standplaats:

    Verlangt veel zonlicht

    In de winter een koelere plaats geven (15°C).

    Vermijd felle middagzon.

     

    Kenmerken:

    de flessenplant is afkomstig uit Zuid-Amerika.

    Het is een vrij gemakkelijke en eenvoudige kamerplant.

    Deze vetplant dankt zijn Nederlandse naam aan de stam die de vorm van een fles aanneemt.

    In de vroege zomer kunnen rode bloemen verschijnen die aan lange stengels staan.

    Jatropha heeft mooie, gelobde, schild-vormige bladeren.

     

    Bloemen :

    De plant draagt felrode koraal-achtige bloemen het hele jaar. De plant bevat giftige curcin, waardoor het giftig.

     

    Planten :

    Het is heel gemakkelijk te verzorgen.

    Ze eist niet veel water en een zonnige locatie in een pot of in de grond in vorstvrije gebieden.

    Is beter met ten minste een paar uur zon.

    In de winter zal het zijn grote, gelobde bladeren verliezen maar de koraal rode bloemen zal ze houden.

    verminderen met het water geven in de winter

    Zo zal ook de zaaddozen “ ontploffen”, de lancering van de zaden een aantal meter ver.

     

    Verzorging :

    Water: Tamelijk droog houden. Alleen in de bloeiperiode (zomer) regelmatig wat water geven.

    Laat de potgrond tussen twee gietbeurten in licht opdrogen.

    In de winter minder behoefte aan water en bijna droog houden.

     

    Eigenschappen:

    De steel is gezwollen in botaniseertrommel aan de basis en gevuld met dunne sap.

    Dit is een van de coolste planten die bijna overal kan  groeien.

    Jatropha podragrica wordt geteeld voor haar gezwollen buik. U ziet ook bloemen bijna het hele jaar door, meer in de warmere maanden van het jaar.

     

    Vermeerderen :

    Wanneer de zaaddozen open springen, kan men de zaden  gebruiken om te planten.

    Ze kiemen bij een temperatuur van ongeveer 23-24°.

    Vergeet niet dat ze giftig zijn

     

    Soorten :

    Jatropha bestaat uit ongeveer 175 soorten, de meeste in de tropen en subtropen van Amerika.

     

    Weetjes :

     

    Let op: Alle delen van de plant zijn giftig bij inname

     

    Podagrica Jatropha is een plant bekend door verscheidene Engelse gemeenschappelijke namen, waaronder Boeddha buik planten, jicht plant, purgeren-moer, Guatemala rabarber.

    Het is inheems in de tropische Amerika, maar het is gekweekt als sierplant in vele delen van de wereld.

     

    Jatropha is afgeleid van het Griekse iatros = arts en trophe = voeding, wat resulteert in het geslacht "gemeenschappelijke naam, Physic moer. De term jicht plant, gebruikt voor deze specifieke soort, komt uit onderscheidend opgezwollen stengel van de plant.

     

    Inheems in Midden-Amerika, heeft Jatropha podagrica op grote schaal verspreid in de hele tropische wereld, met name China en India. Niet anders dan andere leden van de familie Euphorbiaceae, is het giftig, met een enkel zaad genoeg om een ernstige vergiftiging te veroorzaken.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (28 Stemmen)
    24-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gloriosa


    Gloriosa

     

    Naam :

    Gloriosa superba ´Rothschildiana´

    Nederlandse naam: prachtlelie, klimmende lelie

     

    Standplaats:

    Bij aankoop als kamerplant zal u meestal een bloeiende plant worden aangeboden. Zet de plant op een plek waar hij zoveel mogelijk licht krijgt, in de zon of halfschaduw en bij een temperatuur van 18-22°C. Tegen zon hoeft u niet te schermen.

    Algemeen de potkluit tijdens de groei- en bloeifase voldoende vochtig houden.

    Giet met lauwwarm regenwater.

    Zorg voor een voldoende hoge luchtvochtigheid in de kamer.

    Van maart tot augustus wekelijks een voedingsoplossing geven aan een concentratie die maar half zo sterk is als op de verpakking staat.

     

    Kenmerken:

    Gloriosa moet geplant en gehouden worden in een goed doorlatende, licht humeuze grond. Leg onder in de pot een flinke hoeveelheid potscherven als drainage. Waar de plant absoluut aan kapot gaat, is gietwater dat te lang blijft staan. Door te lang vasthouden van water verrot de knol. Tijdens het groeiseizoen van de late lente tot het begin van de herfst: geef de plant wekelijks een beetje vloeibare mest met het gietwater mee. Gloriosa stelt geen eisen aan een bepaalde luchtvochtigheid, maar wel aan de temperatuur. Een minimumtemperatuur van 16 °C is nodig om een gezonde plant te houden. Te lage buiten- en grondtemperatuur veroorzaken bladluis.

     

     Bloemen :

    Gloriosa is te koop als snijbloem en als potplant. Het karakter van de bloemen is uniek. De eerste indruk is dat het hier om een plantaardig vurig vlammetje gaat. De bloembladen staan omhoog en zijn sterk gegolfd. De bijzondere combinatie van vorm en kleuren wekt heel sterk de indruk van omhoog likkende vlammen.

     

     Planten :

    In de herfst verkleurt het blad geel en sterven de planten af.

    Geef duidelijk minder water nu.

    Zet de planten op een plekje bij 10-12 ° C

     

    Eigenschappen:

    De Gloriosa als snijbloem is vrijwel enig in zijn soort. Er zijn immers nauwelijks snijbloemen in de vorm van bloeiende ranken. Dat maakt de Gloriosa bijzonder aantrekkelijk voor het ikebana, Een mooie Gloriosa-rank in een Oosters getint vaasje roept meteen het beeld van Aziatische distinctie op. Onwillekeurig doen de krullerige maar toch krachtige vormen daarbij ook aan Jugendstilmotieven denken.

     

    Vermeerderen :

    Door zaaien of delen van de knollen.

    Bij zaaien zullen de planten pas na drie jaar bloeien.

    Gloriosa is te vermeerderen door jonge uitlopers in het voorjaar los te snijden van de knol. Plant de uitloper(s) in een pot van vijftien centimeter doorsnede. Jonge planten hebben een aanlooptijd nodig om uitbundig te kunnen bloeien. Wie erin slaagt zaad te winnen, kan in het voorjaar zaaien bij een temperatuur van constant 24 °C. Beschut jonge planten tegen wind en bindt ze aan bamboestokken. Zet de bamboestokken in de pot in de vorm van een omgekeerde piramide, zodat scheuten de ruimte hebben om goed uit te groeien.

     

    Weetjes :

     

    Gloriosa superba ´Rothschildiana´ is de meest gebruikte cultivar. De plant heeft grotere bloemen dan Gloriosa superba. Ze zijn rozig rood zijn met prachtige geel gerande kroonbladen en golvende randen.

     

    De naam is afkomstig van het Latijnse gloriosus, wat roemvol betekent. De Gloriosa is een heel bijzondere verschijning. Wij noemen hem klimmende lelie. Internationaal spreekt men ook van kruipende lelie. Anderen noemen hem vlammende lelie of glorielelie of erekroon. Hoe verschillend ook, het zijn allemaal namen die bij het zien van de Gloriosa heel toepasselijk lijken.

     

    Aankoop van bollen

    De langwerpige knollen worden tegenwoordig in de handel vlot aangeboden. Plant ze in mei loodrecht in een voldoende grote pot of kuip gepoot, die gevuld is met een grond mengsel van compost, gazonaarde, turf en zand. Geef ze voldoende mest.

     

    Als potplant worden de ranken vanzelfsprekend aan een rekje of andere ondersteuning omhoog geleid.

     

    Naast de toepassing van één rank in een vaas is de Gloriosa ook heel geschikt om in een boeket of in een andere schikking tussen andere bloemen door te slingeren. De exotische uitstraling van de Gloriosa, gecombineerd met donkerrode rozen, geeft het boeket een mystieke Oosterse uitstraling. Door een combinatie van roden is het ook zeer bruikbaar om het kerstfeest een actuele uitstraling te geven.

     

    Ziekten en plagen

     

    - na de herfst duidelijk minder water geven.

    De planten moeten bij 18° C overwinteren.

    Als de planten te koud staan kan er droogrot optreden.

     

    Vraag & Antwoord :

     

    Vraag
    De bladeren van de gloriosa zijn verdord, en nu moeten de knollen overwinteren. Mogen deze in de aarde blijven zitten, of moeten ze eruit gehaald worden? Omdat ze een minimuntemperatuur van 17 graden moeten hebben, blijven ze in de woonkamer staan.

    Antwoord

    In het najaar als de plant afsterft laat ik de pot opdrogen en zet deze vorstvrij in de garage. De knollen blijven dan gewoon goed!!! In maart/april kiep ik die pot om in de tuin, raap de knollen eruit en pot deze op in verse potgrond. Let op ze moeten andersom geplant worden dan dat je ze uit de grond haalt....

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (12 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Achimenes


    Achimenes

     

    Standplaats:

    Hou de plant redelijk warm en zorg ervoor dat de aarde nooit uitdroogt.
    Stop met water geven wanneer de plant is uitgebloeid. 
    Deze plant houdt van veel licht, maar vermijdt direct zonlicht.
    Voorkom ook tocht.

     

    Kenmerken:

    Het is een bossig groeiende plant, met veel onvertakte stengels.  De donker- tot bruingroen gekleurde bladeren zijn ei– tot lancetvormig en zacht behaard.  De moderne variëteiten produceren een massa aan trompetvormige bloemen. Deze bevinden zich in de oksels van de bladeren en komen in verschillende kleuren voor: roze, karmijnroze, rood, blauw, paars, wit...

    De stam van sommige soorten (cascade = waterval) achimenes zijn week, waardoor ze uitermate geschikt zijn als hangplanten.

     

    Bloemen :

    De vijftallige bloemen bestaan uit met elkaar vergroeide bloembladen die in een buis eindigen. De kleuren variëren van wit via roze tot paars, maar er bestaan ook gele soorten. Onder de grond zitten geschubde wortelstokken, die wit, roze of lila getint zijn.

     

    Planten :

    In het voorjaar worden de bolletjes ingelegd onder een laagje teelaarde van ongeveer 1 cm.  Bij kamertemperatuur beginnen de plantjes reeds na één week te groeien.  De planten worden ongeveer 25 tot 30 cm groot en bloeien heel de zomer lang.  Ze zijn een pracht in uw living of veranda.

     

    Eigenschappen:

    Het zijn bladverliezende, overblijvende planten, rechtopgaand en meestal behaard. De groeiwijze is bossig met over het algemeen onvertakte stengels. De bladeren zijn ei- tot lancetvormig, gekarteld en donkergroen.

     

    Vermeerderen :
    In de zomer door scheutstekken,deze bewortelen na 2 à 3 weken
    In april worden tijdens het verpotten de schubjes of rhizomen dan in nieuwe aarde gelegd en weer aan de groei gebracht.
    Het beste in een warme kas.
    De planten verlangen veel licht maar verdragen geen ongetemperde zon.
    De stengels zonodig steun geven.

     

    Soorten :

    Achimenes-soorten en -hybriden worden veel gebruikt als kasplant, kamerplant of (vooral in subtropische regio's) als tuin- of terrasplant. Er zijn een groot aantal hybriden ontwikkeld, vooral van de soorten Achimenes grandiflora en Achimenes longiflora, die grote bloemen hebben. Ook zijn Achimenes-soorten met soorten van andere geslachten (Smithiantha, Eucodonia ) gekruist.

     

    Enkele soorten

    Achimenes admirabilis

    Achimenes antirrhina

    Achimenes cettoana

    Achimenes dulcis

    Achimenes erecta

    Achimenes grandiflora

    Achimenes heterophylla

    Achimenes longiflora

    Achimenes mexicana

    Achimenes patens

    Achimenes pedunculata

     

    Van dit plantje zijn er meer dan 1 200 soorten bekend.

     

    Weetjes :

     

    Deze bloemen komen nog steeds in het wild voor in de tropen en subtropen. Een opmerkelijke concentratie vinden we in Zuid– en Midden-Amerika en in Mexico.

     

    Achimenes is een geslacht van tropische bloeiende planten. De naam is afgeleid van het Griekse acheimenos. A houdt een ontkenning in en cheimon betekent storm of winterkoude. De planten hebben inderdaad een hekel aan koude.

     

    De ca. 50 soorten komen voor in Midden-Amerika, het Caribisch gebied en Zuid-Amerika. Het grootste deel stamt uit Brazilië, Mexico en Guatemala.

     

    Familie Gesneriaceae

    Omschrijving De uit het Grieks afgeleide naam betekent: verdraagt geen koude.

     

    Wanneer ik u daarbij nog vertel dat do plant dol is op vochtige lucht, dan begrijpt u wel dat dit eigenlijk een warme-kasplant is. In de zomer kan hij echter een hele tijd in de kamer bloeien, waarbij vrij veel water en voeding gewenst is.

     

    Onderhoud

    Na de bloei droger houden, tot al het blad afsterft. De Achimenes overwintert namelijk met zijn geschubde wortelstokken, die bij 12-16°C in praktisch droge turfmolm moeten worden bewaard.

     

    Groeien De knolletjes 1 cm diep en luchtige, turfachtige grond steken. Iets vochtig houden, en warm en licht zetten. Pas meer gaan gieten als de planten bovenkomen. 


    Tips Ook hangend te kweken.


    Opmerkingen
    In cultuur zijn vooral de Achimenes-hybriden, variërend in kleur van lichtroze tot paarsblauw.
    Liefhebbers kunnen nog allerlei botanische soorten kweken.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (6 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schefflera

     

    Schefflera

     

    Standplaats:

    Standplaats: Vermijd felle zon.

    Lichte standplaats maar geen direct zonlicht.

    De bontbladige soorten hebben meer licht nodig.

    Hou de temperatuur best op zo'n 16-18°C.

    In de winter de temp. niet onder 12°C laten zakken.

    In de zomer kan de plant naar buiten.

     

    De Schefflera houdt van een temperatuur rond de 20-22 graden Celsius, en komt het best tot zijn recht als hij op een luchtige en lichte plek staat. Belangrijk is dat de plant niet op de tocht komt te staan.

    De luchtvochtigheid dient matig tot hoog te zijn, zodat de plant zich goed thuis voelt.

     

    Kenmerken:

    Schefflera is een geslacht uit de klimopfamilie (Arialiaceae). Schefflera heeft een groot verspreidingsgebied, van de tropen tot in de warme gematigde gebieden van de hele wereld.

    De planten zijn bomen, struiken of lianen. De lengtes kunnen variëren van 1-30 m. De stengels zijn houtig en dragen samengestelde, leerachtige bladeren. Er is geen hechte overeenstemming over de omschrijving van het geslacht: bij de ene auteur kan het veel groter zijn dan bij een andere.

     

     Planten :

    De verzorging van Schefflera is niet bijster moeilijk. Houd de temperatuur bij voorkeur constant op 16 tot 18° C. In de winter is 12° C het minimum, in de zomer 30° C het maximum. De plant kan ´s zomers kan ook naar buiten. Een zonnige plek heeft de voorkeur. Vermijd alleen de felste zomerzon. De potkluit mag nooit helemaal uitdrogen. Maar geef liever te weinig dan teveel water, op kamertemperatuur graag. Geef tijdens de groei eens per maand plantenvoedsel. Schefflera is ook een prima hydroplant. De planten groeien vrij snel. Een keer per jaar verpotten is daarom aan te bevelen. Geef de plant een steun in de vorm van een bamboe- of mosstok.

    Water: De potkluit mag nooit helemaal uitdrogen. Geef liever te weinig dan teveel water. Laat de potgrond tussen twee gietbeurten in licht opdrogen.

    Gebruik water op kamertemperatuur.

     

     Eigenschappen:

    Schefflera is familie van de klimop en groeit van nature in bergbossen met een gematigde temperatuur. In de tropische gebieden van Taiwan, Nieuw-Zeeland en Zuidoost-Azië komen ca. 150 verschillende soorten voor.

    Vooral de bontbladige soorten worden aangeboden.

    Geef de plant een mosstok of bamboestok als steun.

     

    Vermeerderen :

    Oude planten worden onderaan makkelijk kaal. Dit kan je verhelpen door de plant zo'n 50cm boven de grond af te snijden zodat zich nieuwe scheuten vormen.

     

    Soorten :

    Verscheidene soorten worden geteeld in potten als kamerplanten, het vaakst Schefflera actinophylla. Tal van cultivars zijn ontwikkeld, vaak met bont of paars gebladerte.

     

    Weetjes :

    behoort tot de familie van de Arialiaceae. De Schefflera heeft een groot verspreidingsgebied: van de tropen tot in de warme gematigde gebieden van de hele wereld.

     

    De Schefflera Amate is in zijn geboorteland Australië een tot 40 meter hoge groenblijvende boom, maar zal in de huiskamer veel kleiner blijven. De plant heeft langgesteelde langwerpige bladeren die leerachtig aanvoelen.

     

    Het geslacht is genoemd ter ere van Jacob Christian Scheffler, een negentiende-eeuwse Duitse plantkundige.

     

    Schefflera is een natuurlijke luchtzuiveraar.

     

    Tip: Regelmatig benevelen bij een kamertemperatuur van 18°C. Gebruik gedistilleerd water of regenwater.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (22 Stemmen)
    04-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Euphorbia pulcherrima


    Euphorbia pulcherrima

     

    Naam :

    De kerstster of poinsettia (Euphorbia pulcherrima), behoort tot de wolfsmelkfamilie (Euphorbiaceae) en wordt voornamelijk gekocht voor de kerst

    Wordt vaak verkeerdelijk "kerstroos" genoemd. De latijnse naam: Euphorbia pulcherrima of Poinsettia pulcherrima.

     

    Standplaats:

    Om de plant voor de tweede keer in bloei te krijgen heeft de plant een kortedagbehandeling nodig. Hiervoor moet de plant eerst minstens 40 dagen gedurende 14 uur per dag in het absolute donker staan en 10 uur per dag in het licht. Ook moet de plant na de zomer niet meer bemest worden.

    De kerstster is inheems in de vochtige bergstreken van Mexico en Midden-Amerika.

    In onze kille Hollandse winter heeft hij dan ook speciale verzorging nodig. De temperatuur moet minimaal 15 °C zijn. De kerstster houdt van een lichte standplaats, maar verdraagt tijdens de bloei geen direct zonlicht. Zorg voor voldoende vocht. De droge lucht van de centrale verwarming is vaak de oorzaak van voortijdig bladverlies. Geef uw kerstster regelmatig lauwwarm water en één keer per week een beetje kamerplantenvoeding.

     

    Kenmerken:

    In tegenstelling tot de oorspronkelijke plant uit Mexico, zijn de planten die hier in potten gecultiveerd worden weinig giftig. Het sap van de planten is irriterend. Bij contact met de huid of met de ogen kan een locale irritatie of een allergische reactie ontstaan:

     

    Bloemen :

    Er zijn rassen met helderrode, donkerrode, zalmrode, witte en gele schutbladen (bracteeën), die stervormig gerangschikt zijn om de bloemknoppen.

    De eigenlijke bloemen zijn klein en geel van kleur.

     

    Werkzame bestanddelen:

    Het sap van de kerstster zou giftig zijn en op de huid rode vlekken en bij opname door de mond vergiftigingsverschijnselen en spijsverteringsproblemen veroorzaken. Dit wordt tegenwoordig betwijfeld. In experimenteel onderzoek bij ratten is van giftigheid niets gebleken.

    Een kind van 25 kilo zou meer dan een halve kilo van de bladeren moeten eten om doses te bereiken die hoger zijn dan de doses die bij ratten geen effect hadden.

    Ook uit consulten van vergiftigingen-informatiecentra bleek nergens dat de kerstster ooit symptomen had veroorzaakt

     

    Eigenschappen:

    Op de huid: roodheid, uitslag of netelroos (urticaria)

    In de ogen: bindvliesontsteking met roodheid en tranende ogen

    Kinderen worden aangetrokken door de felle rode kleur en hebben de neiging van de blaadjes te proeven. Dit kan aanleiding geven tot irritatie van de mondslijmvliezen met misselijkheid, braken en diarree. Soms treden koorts en reacties ter hoogte van de huid op. Nochtans vertonen de meeste kinderen na inname van blaadjes geen enkel symptoom.

     

    Bij katten en honden geeft het eten van de bladeren van de kerstster vaak meer ernstige symptomen. Dieren hebben de neiging grotere hoeveelheden te eten. Men ziet braken, diarree (soms bloederig), apathie en veralgemeend beven.

     

    Na contact van plantensap met de huid of de ogen, moet u overvloedig spoelen. Als de irritatie van de huid of de ogen blijft duren, raadpleeg dan een arts.

     

    Na inname van plantenmateriaal verwijdert u de resten uit de mond, eventueel met een nat washandje, en geeft u water te drinken. Na inname van grote hoeveelheden neemt u best contact op met het Antigifcentrum.

     

    Vermeerderen :

    De kerstster is een zgn. kortedagplant. Hij krijgt méér gekleurde bladeren en bloemknopjes naarmate de dagen korter worden. Uiteindelijk zullen de schutbladeren groen kleuren of afvallen. Als dat gebeurt, kunt u de scheuten tot de helft terugsnoeien en de plant iets koeler zetten 12 - 15 °C). In de zomer kan hij naar buiten, maar haalt u hem half september weer binnen. Om hem weer in bloei te krijgen, mag hij nu twee maanden lang maar 10 uur licht per dag hebben. De overige 14 uur moet de plant volkomen in het donker staan.

     

    Soorten :

    De bloemen van de kerstster zijn vrij onopvallend. Zijn populariteit dankt hij aan zijn gekleurde schutbladeren. Naast de bekende rode en witte variëteiten zijn er tegenwoordig ook kerststerren met geel, crème en roze schutblad. Ook qua vorm heeft u de keuze. Zo vindt u bij uw tuincentrum kerststerren op stam en mini-kerststerretjes, die u bijvoorbeeld in kerststukjes kunt verwerken.

     

    Weetjes :

    De soortaanduiding pulcherrima betekent in het Nederlands 'de schoonste'.

    De Duitse plantkundige Willdenow heeft de botanische naam aan de plant gegeven vanwege de mooie kleur. De naam poinsettia is vernoemd naar de Amerikaanse ambassadeur Joel Poinsett in Mexico, die de plant in het begin van de 19e eeuw in de Verenigde Staten invoerde.

     

    De schutbladen trekken insecten aan.

     

    De echte bloempjes van de kerstster In het wild in Mexico en Midden-Amerika vormt de plant een struik die tot 4 m hoog kan worden. De plant bloeit daar van november tot januari/februari. In de zomer is de struik kaal.

     

    De kerstster werd door de Azteken "Cuitla-xochitl" genoemd. Het was de lievelingsplant van Motecuhzoma II. In 1804 bracht natuuronderzoeker Alexander von Humboldt de plant voor het eerst naar Europa.

    In de 14e, 15e en 16e eeuw werd het sap tegen de koorts gebruikt en werd van de schutbladen rode verf gemaakt.

     

    Legende

    Een Mexicaanse legende verklaart de verbintenis van de kerstster met Kerstmis.

    Het arme kind Pepita, dat geen cadeau kon kopen om op kerstnacht aan Christus te geven plukte enkele onkruiden in de wegberm en maakte er een klein boeket van. Het kind was verteld dat een nederige, maar liefdevol gegeven gift aanvaardbaar was in de ogen van God. In de kerk begon het boeket te bloeien met rode en groene bloemen en de kerkelijke gemeente beschouwde dit als een kerstwonder. Vanaf dat moment werd de kerstster in Mexico 'Flores de Noche Buena' genoemd.

     

    Algemeen

    De populaire kerstster behoort tot de wolfsmelkachtigen en is verre familie van de cactus. De officiële naam (Euphórbia pulchérrima) is volgens de overlevering afkomstig van Euphorbos, de lijfarts van koning Juba II van Numidië. Die ontdekte de geneeskrachtige werking van planten uit het wolfsmelkgeslacht.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (9 Stemmen)
    02-12-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Cissus is zeer gevoelig

    Cissus is zeer gevoelig

    Cissus is zeer gevoelig

    'Vraag: De Cissus in mijn woonkamer kreeg lichtgroene bijna witte bladeren die na korte tijd bovendien bruin werden en afvielen. Ik nam de plant mee naar mijn kantoor en daar groeit hij prachtig. Kunt u voor dit verschijnsel een verklaring geven?

    Cissus geldt als uiterst gevoelig met betrekking tot allerlei chemicaliën. De verschijnselen zoals u beschrijft kunnen zeer goed veroorzaakt worden door dampen die afgegeven worden door verf of iets dergelijks. Probeer eens na te gaan of dit in uw huiskamer inderdaad het geval is.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (10 Stemmen)
    22-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vriesea Astrid


    Vriesea Astrid

     

     

    Standplaats:

    De wortelkluit moet tijdens de groei (april tot oktober) goed vochtig worden gehouden. In de winter moet de watergift worden gehalveerd. Zet Vriesea in een goed gedraineerde pot. In de koker moet een beetje water staan, behalve in de winter, tenzij de plant in een warme ruimte staat. Gebruik bij voorkeur lauw en kalkvrij water.

    Kenmerken:

    Vriesea is zeer gevoelig voor droge lucht. Houd daarom steeds een luchtvochtigheid aan van meer dan 60 procent.

    de plant vormt een rozet van drie tot zes scheuten met evenveel bloemen. Dat is bij Vriesea nog niet eerder vertoond. De plant oogt daardoor lekker losjes. Minder stijf, zou je ook kunnen zeggen. De bladeren krullen sierlijk om. De pijlvormige bloemen zijn zacht rood van kleur. Andere kleuren zijn nog in ontwikkeling. De houdbaarheid is prima: zeker vier maanden.

     

    Bloemen :

    Bloeiende planten gedijen ook in meer schaduwrijke omstandigheden.

     

    Planten :

    De plant wordt aangevoerd in een 12 cm pot met minimaal drie bloemen. De hoogte bedraagt 30 tot 35 cm. Vriesea 'Astrid' is vrijwel jaarrond verkrijgbaar.

    In de handel is speciale Bromelia-pot-grond verkrijgbaar. Men kan ook een mengsel van naaldbosgrond, bladaarde en turfmolm gebruiken.    

    Geef de plant tijdens de groei om de veertien dagen een beetje voeding via het gietwater. Voeg ook aan het kokerwater een beetje voeding toe.

    Eigenschappen:

    Vriesea is niet winterhard. Men dient de plant warm te houden bij een temperatuur die 's nachts niet onder de 18 tot 20 graden Celsius daalt.

     

    Weetjes :
    Verklaring van de naam
    Is genoemd naar W.H. de Vriesea (1807-1862). Een Amsterdamse bioloog.
    In Nederland wordt Vriesea ook wel 'zwaardbromelia' genoemd. Deze naam dankt de plant aan haar helderrode, zwaardvormige bloem. Deze naam is echter voornamelijk van toepassing op de cultivars 'Favoriet' en de 'Splenriet'.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (8 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Anigozanthos


    Anigozanthos

      

     

    Naam                            : Anigozanthos

    Nederlandse naam       : Kangoeroepoot

    Familie                          : Haemodoraceae

    Herkomst                     : Australië -(Zuidwesten)

     

     

     

    Standplaats:

    Lichte, zandige goed doorlatende grond

     

    Kenmerken:

    De kangoeroepoot groeit ondergronds met lange weinig vertakte vlezige wortels die op zoek gaan naar vocht (grondwater).In droge tijden neemt de kangoeroepoot vocht op uit het wortelgestel.

    De bloem van de kangoeroepoot bestaat uit een vruchtbeginsel (ovarium) aan de basis met daarop een bloembuis.

    Bij het vruchtbeginsel bevindt zich ook de honingklier,waar de vogels op afkomen.

    Aan het einde van de bloembuis staan de meeldraden omgekruld naar achteren.

    Uit de buis steekt een betrekkelijk lange stijl met stamper

     

    Bloemen :

    Zeer lange bloei met bloemen in diverse kleuren: rood, geel, oranje,roze,...

    De bloemen zijn rijk aan honing en trekken veel bijen en insecten aan. In Australië ook specifieke

    vogels.

    In het thuisland bloeien soorten kangoeroepoot voornamelijk in de maanden oktober tot en met

    december. Sommige soorten bloeien tot wel zeven maanden lang.

     

    Planten :

    Planten in potten regelmatig water geven (vooral tijdens de bloeiperiode) maar zorgen dat overtollig

    water steeds goed kan afvloeien.

    Voor planten in potten moet je steeds gebruik maken van een kwalitatieve potgrond die goed doorlatend is, maar daarenboven toch voldoende het water kan vasthouden.

     

    Gebruik :

    De Anigozanthos die geschikt is voor gebruik in potten op het terras of in volle grond worden

      

    Eigenschappen:

    In Australië groeit de plant op uiteenlopende bodems die wel allemaal de eigenschap van goed doorlatend te zijn hebben.

    De planten zijn niet winterhard maar verdragen wel lage temperaturen (+2°C). De Bloemkleur wordt dan intenser.

    Licht is erg belangrijk voor een goede groei en bloei.

    Anigozanthos verdraagt goed regen en wind.

     

    Vermeerderen :

    U kan de plant vermeerderen door ze te delen in het voorjaar of door zaaien.

    Afgesneden stengels met bloemen kunnen een aantal weken op water worden gehouden.

     

    Weetjes :

    Anigozanthos is van oorsprong uit Australië.

    De naam is afgeleid van de Griekse woorden 'anises', wat ongelijk betekent en 'anthos' wat bloem betekent.

    De specifieke bloemen vertonen een zekere gelijkenis  met de voet van een kangoeroe, vandaar ook de

    Vooral in de snijbloementeelt was deze plant voorheen bekend.

    Het blad kan wel aangetast worden door slakken!

    Verzorging :Voorkom vooral teveel water.

    Verzorging winter :Overwinteren op een lichte, koele plaats (+2°C).

     

    Aangezien Anigozanthos van een stabiele vochtigheid in de gehele potkluit houdt, is een goed

    potgrond mengsel van essentieel belang. Het moet voldoende doorlatend zijn, maar tegelijkertijd ook

    wel wat water vast kunnen houden. Een goed voorbeeld mengsel is:

    15 % Perlite nr. 3

    30 % Baltisch Veenmosveen Fijn

    30 % Brokken Fractie 1

    25 % Ierse Coarse.

    3,5 Kg dolokal per m3

    0,5 Kg Pg mix 12-14-24

    20 Kg Poederklei per m3

     

    Ziekten en plagen

    Specifieke ziekten en plagen in Anigozanthos:

    · Zwarte vlekken ziekte; Het is een kenmerk van Anigozanthos dat celsterfte resulteert in zwarte

    vlekken op het blad. Er zijn daarom diverse factoren die deze symptomen kunnen veroorzaken:

    vorst, hoge luchtvochtigheid, droogte, overmaat water, voedingsproblemen, mechanische schade

    of schimmels (vooral Pucinia haemodori = roest en Alternaria).

    · Roest: Werk hygienisch en zorg voor goede preventieve bestrijding.

    · Luis: In het begin van de teelt preventief spuiten, zorg voor afwisseling in de middelen vanwege

    eventuele resistentie.

    · Alternaria: Zorg voor goede ventilatie en voorkom dat planten te lang nat zijn.

    · Hart- en wortelrot: Wordt veroorzaakt door diverse schimmels zoals Pythium, Phytophthora &

    Rhizoctonia. Voorkomen middels handhaven goed klimaat en geen overmatige watergift.

    · Botrytis: Vooral oude bloemen zijn gevoelig tijdens natte omstandigheden.

    Anigozanthos is weinig gevoelig voor trips en spint.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (5 Stemmen)
    14-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aeschynanthus

    File:Aeschynanthus radicans.jpg
    Aeschynanthus

     

    SCHAAMROOD EN /OF LIPSTICKPLANT

     

     

    Standplaats:

    Aeschynanthus verlangt een nogal zure grond,vermoedelijk geeft u kraantjeswater waardoor de ph waarde van de potgrond gestegen is, een tweede reden kan zijn dat door het regelmatig bemesten het zoutgehalte gestegen is aan de oppervlakte van uw potgrond waardoor wortelverbranding ontstaat, of een kombinatie van beide, deze geven aanleiding tot verkleuren en afvallen van de bladeren.

     

    Kenmerken:

    Aeschynanthus kan in vochtige, tropische en subtropische klimaten probleemloos buiten groeien en prefereert een plek in de halfschaduw. De beste plaats is een hangmand. In koudere gebieden zijn het mooie kamerplanten die zich goed aan de omstandigheden binnenshuis aanpassen, al hebben ze veel licht nodig. Tijdens de groeiperiode royaal water geven.

     

    Bloemen :

    mei-augustus De rode bloemen zijn lang en tubulaire, en groeien in clusters.

     

    Planten :

    Normaal worden planten in het voorjaar verpot maar als de bladverkleuring ernstig is kan je misschien best nu reeds verpotten, dit gebeurt normaal in bromeliapotgrond, indien niet ter beschikking gebruik dan universele potgrond waar je extra turf aan toevoegt.
    Een ander tijdelijk hulpmiddel is uw potgrond flink doorspoelen met regenwater om de zoutkoncentratie weg te werken.Tijdens de winterperiode de potgrond bijna droog houden en geen plantenvoeding meer geven,plant in vochtige omgeving zetten.

     

    Eigenschappen:

    Aeschynanthus lobbianus is een kruipende soort, een epifyt uit het Indonesische regenwoud met vrij breed blad en felrode bloemen van bijna 10 cm lang in paren, die in de bladoksels verschijnen en waarvan de basis is omsloten door een lange, dofpaarse kelkbuis. Wordt vooral gekweekt om de fraai gevormde, rode bloemen. Deze staan in groepjes aan het eind van de stengel of in de bladoksels. Het meest aangeboden in bloemenwinkels.

     

    Vermeerderen :

    Topjes nemen van een 7 cm, alle bladeren verwijderen,enkel de blaadjes aan de top aanlaten,stekjes in potje met stekgrond planten, mogen er meerder in een pot zijn, licht bevochtigen, folie zakje erover, licht wegzetten op warme plaats.

    Stekken is makkelijker, neem niet-verhoute delen van krachtige stengels en zet ze in een vochtige maar niet te natte omgeving in luchtige grond. Als je wilt kun je stekpoeder gebruiken maar het is niet echt nodig. Het kan even duren voor ze zichzelf redden want ze krijgen geen krachtige wortels. Controleer wel regelmatig op schimmelvorming.

     

    Soorten :

    Enkele soorten

    Aeschynanthus hildebrandii

    Aeschynanthus lobbianus

    Aeschynanthus micranthus

    Aeschynanthus radicans

    Aeschynanthus speciosus

     

    Weetjes :

     

    Aeschynanthus is een geslacht van kruidachtige planten uit de familie Gesneriaceae. De naam komt van het Griekse aischyne, wat schaamte of schande betekent, en van anthos, dat voor bloem staat. Het geslacht wordt in het Nederlands ook wel schaamrood genoemd.

     

    De soorten lijken veel op die van het verwante geslacht Columnea.

     

    Deze epifyten, waarvan circa 185 soorten bekend zijn, komen van nature voor in de vochtige bossen van Azië, van de Himalaya tot Indonesië. Ze kunnen zeer rijk bloeien met scharlakenrode, oranje, gele of groenige bloemen, die eind- of okselstandig zijn. De kelk is ingekort, vijfdelig. De kroonbuis is verlengd, buikig of van boven uitlopend, vaak naar binnen gekromd. De kroonzoom is tweelippg en vaak scheef. De bovenlip heeft twee slippen en staat overeind of is naar achteren gekromd. De onderlip heeft drie slippen die uitstaan of waarvan de middelste teruggebogen is. De vier meeldraden steken bijna altijd naar buiten. De bladeren zijn tegenoverstaand, vlezig of leerachtig, groen of gemarmerd.

     

    Sommige soorten worden gebruikt als kamerplant, waaronder

    Aeschynanthus hildebrandii,

    Aeschynanthus lobbianus en

    Aeschynanthus radicans.

     

    Aeschynanthus radicans moet veel licht, maar niet direct zonlicht.

    Ze bloeien in de zomer warmte en temperaturen in de winter mag niet dalen onder de 60 graden. De compost moet bestaan uit 2 delen veenmos tot 1 deel zand.

    Water en bevruchten de plant vaak tijdens het groeiseizoen en mist het regelmatig.

    Het kan lichte droogte tolereren in tussen WATERINGS.

    Water spaarzaam in de winter rusttijd

     

    In de natuur worden deze bloemen bestoven door vogels, wil je zaden krijgen dan zul je het stuifmeel zelf van bloem op bloem moeten overbrengen, dat kan eventueel bij dezelfde plant. Eerst verschijnen de meeldraden buiten de bloem, na enkele dagen buigen ze weg en komt de stamper tevoorschijn. De meeste Aeschynanthus-soorten vormen voldoende stuifmeel maar er zijn ook soorten die maar weinig stuifmeel produceren, die zijn moeilijker te bevruchten. Let er bij het bevruchten op dat het stuifmeel op de onderkant van de stempel komt want daar is zij plakkerig. Ik gebruik zelf altijd mijn nagel om het stuifmeel over te brengen. Na enige tijd vormen zich lange, zeer smalle vruchten die vervolgens openbarsten, er komt dan heel pluizig zaad uit. De zaadjes zelf zijn heel klein en vaak nauwelijks met het blote oog te zien maar door de lange haren vallen ze toch op. In de natuur worden de zaden door de wind verspreid en kiemen ze hoog in de bomen op de takken. Je kunt dan ook het best een zaaimethode voor bromelia's (zoals Vriesea's of Tillandsia's) volgen. Zaai wel gelijk zodra de zaden vrijkomen want de kiemkracht loopt snel terug.

    Indien het oudere bladeren zijn die verkleuren en de verse bladeren mooi groen blijven is dat normaal.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (33 Stemmen)
    07-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bergenia cordifolia


    Bergenia cordifolia

    Botanische naam  :  Bergenia cordifolia                  

    Nederlandse naam :  Schoenlappersplant                   

    Herkomst         :                                       

    Bijzonderheden   :  drachtplant                          

    Grondsoort       :  alle, humeus, veen

    Vochtbehoefte    :  normaal

    Licht            :  schaduw, half schaduw, zon

    Wind             :  gevoelig

    Gebruik          :  groepen/vakken, randen, bodembedekker, borders, insecten

                        , rotstuinen, bostuinen, waterkant

    Hoogte           :  0.20-0.40 m

    Bloeikleur/vorm  :  roze, tros

    Bloeitijd        :  maart, april, mei

    Blad             :  wintergroen, groen

    Standplaats:

    Hoge eisen aan grond en standplaats heeft hij niet alhoewel hij halfschaduw en vochtige grond het meest verkiest

    De planten houden niet van extreme hitte of droogte.

     

    Kenmerken:

    De soorten komen van nature voor in Centraal-Azië, van Afghanistan tot China. De planten hebben een spiraalvormig geplaatst bladrozet met bladen van 6-35 cm lang en 4-15 cm breed. De roze bloemen groeien in een gevorkt bijscherm.

    Het is een groenblijvende plant met een groot glanzend, groen blad. Een heel geschikte plant om in een flinke groep zowel in zon als halfschaduw een deel van de border te vullen.

     

    Bloemen :

    In de lente de lelijke bladeren uittrekken.

    Bloei in de lente maar af en toe geef hij in de zomer nog eens een bloem.

    De bloemen van de cordifolia zijn rozerood en bloeien al vanaf maart tot mei

     

    Gebruik:

    bodembedekking,groep,grote groep,kleine groep,middelgrote groep,

    oeverbeplanting,onderbeplanting

     

    Eigenschappen:

    Het leerachtig blad verkleurt naar rood van zodra de nachten kouder worden, en blijft dan de hele winter aan de plant. Na de bloei sterven de meeste oude bladeren af. Deze lelijke bladeren mag je van de stengel aftrekken. Deze bovengrondse stengels zijn in feite dikke wortelstokken die jaar na jaar hoger boven de grond komen uit te steken

     

    Vermeerderen :

    Vermeerderen door het afsplitsen van wortelstokken en deze elders te planten.

    Het best haal je de planten dan ook na ongeveer vijf jaar uit de grond om ze via scheuren te verjongen. Als de planten uit de grond gehaald zijn kun je deze omspitten en verrijken met compost of ander goed verteerd organisch materiaal. De gedeelde stukken plant je zodat ze met de bladeren terug net boven de grond uitsteken. De kale stukken wortelstok kun je eventueel ook nog in de grond steken. Aangezien het wortelstokken zijn zullen er nieuwe scheuten op verschijnen.

     

    Soorten :

    Bergenia stracheyi 'Alba' wit

    Bergenia cordifolia 'Eroica' 40 cm roze; bronskleurige bladeren in de winter

    Bergenia 'Eden's Dark Margin' 50 cm, roze met donker blad

    Bergenia 'Eden's Magic Giant' 45 cm, roze met zwartpaars blad

    Bergenia cordifolia 'Purpurea' donkerviolet

    Bergenia 'Abendglut' 25 cm, lilaroze

    Bergenia 'Baby Doll' 30 cm, zachtroze

    Bergenia 'Bressing Ruby' 30 cm, donker purper

    Bergenia 'Bressing White' 30 cm, wit

    Bergenia 'Herbstblüte' 40 cm, roze en bloeit nogmaals in oktober

    Bergenia 'Morgenrote' 30 cm, helderroze

    Bergenia 'Rosy Klose' 40 cm, paarslila

    Bergenia 'Silberlicht' 30 cm, wit roze

    Bergenia 'Wintermärchen' 30 cm, rood en smal blad

     

    Weetjes :

    Bergenia heeft fors groen blijvend blad

    Bergenia, een Saxifragaceae, groeit op alle gronden, hoewel een humusrijke grond de mooiste planten oplevert. Het opvallendst aan deze plant is toch zeker het forse blad dat de hele zomer mooi glanst. De vele bladeren zorgen ervoor dat onkruiden verstikken. In principe is Bergenia een groenblijvende bodembedekker. 

    Bergenia cordifolia 'Purpurea', een beste bloeier

    Het oude blad sterft pas af als de plant in bloei komt. Zelfs in de winter blijft het blad groen. Met zware vorst krult het blad zich om een teveel aan verdamping tegen te gaan.

    De bladeren zitten aan wortelstokken die naarmate de plant ouder wordt zich meer van de bodem verheffen. Voor een goed resultaat en de vorming van een gesloten dek met bladeren moet Bergenia lang op dezelfde plaats in de border blijven staan.

     

    Mooi te combineren bij Vinca, Liriope, Deschampsia, Symphytum.

     

    Bergenia is genoemd naar de Duitse fysicus Karl von Bergen (1704 - 1760)

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (10 Stemmen)
    04-11-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aucuba japonica


    Aucuba japonica                      

     

     

    Botanische naam  :  Aucuba japonica                      

    Nederlandse naam :  Broodboom                                     

    Herkomst         :  Japan                                

    Bijzonderheden   :  goed tegen stadsklimaat              

     

    Grondsoort       :  kalkarm

    Vochtbehoefte    :  normaal

    Licht            :  schaduw, half schaduw

    Wind             :  gevoelig

    Groep            :  (sier)heesters

    Gebruik          :  groepen/vakken, randen/hagen, solitair, onderbeplanting

    Hoogte           :  2.00-3.00 m

    Vorm             :  opgaand

    Bloeikleur/vorm  :  geurend, wit/créme

    Bloeitijd        :  maart, april

    Blad             :  wintergroen

    Vrucht           :  rood/bruin

    Twijg/stam       :  kleurig

     

     

    Standplaats:

    zonnig- halfschaduw

    Op een zonnige plaats moet de bodem voldoende vochthoudend zijn.

    Wintervocht en stagnerend vocht vermijden.

     

    Kenmerken:

    Een wintergroene, laagblijvende heester met groen blad.

    Aucuba is een sterke heester die zelden last heeft van ziektes. Ze laten zich ook makkelijk snoeien.

    Lange tijd vond men deze planten ouderwets maar deze soort is toch 'specialer' met zijn effen groen blad dat zich makkelijker laat combineren met andere planten.

    Kan ook als solitair en als lage haag gebruikt worden.

    Ook geschikt voor toepassing in potten en bakken.

     

    Bloemen :

    Purper, in trossen. Tweeslachtig (elke plant vormt dus bloemen),Helderrode bessen

     

    Planten :

    De struik is goed te gebruiken op plaatsen waar zelfs gras niet meer wil groeien. Onder linde, kastanje en beuk is de groei zelfs goed. Plant Aucuba bij voorkeur op een humusrijke of lichte kleigrond. In feite groeit de struik op alle gronden.

     

    Eigenschappen:

    Bij vorst gaan de bladeren hangen en krullen naar buiten om. Zelden bevriest Aucuba, zodat je gerust mag stellen dat de struik volkomen winterhard is.

    Aucuba is tweehuizig: je moet een manlijke en vrouwelijke struik planten om vruchten te krijgen

    De bessen zijn rood, wit of geel en verschijnen al in december.

     

    Vermeerderen :

    Vermeerderen door het nemen van stekken.

     

    Soorten :

    Van de japonica zijn veel variëteiten gekweekt:

    Aucuba japonica 'Crotonifolia' kenmerkt zich door grotere bladeren dan de andere variëteiten, terwijl deze leerachtige bladeren ook nadrukkelijker getand zijn.

    Aucuba japonica 'Dentata' heeft een donkergroen glanzend blad; de bladeren zijn aan het buiteneinde getand, de bessen zijn rood.

    Aucuba japonica 'Fukurin' valt op door een gele (later witte) rand.

    Aucuba japonica 'Grandis' heeft geheel groene, grote bladeren.

    Aucuba japonica 'Hillieri' is gekweekt door de Engelse kweker Hillier te Winchester. Kenmerken zijn een glanzend groen blad en karmijnrode bessen.

    Aucuba japonica 'Longifolia' heeft lange, smalle bladeren, de bessen zijn rood.

    Aucuba japonica 'Picturata' heeft een grote gele vlek in het midden van het blad.

    Aucuba japonica' Rozannie' is de enige tweeslachtige variëteit in het geslacht; van jongsaf aan draagt ze veel rode vruchten.

    Aucuba japonica 'Variëgata' is de variëteit die wij het meest in Noordwest Europa aantreffen. De bladeren zijn fraai geel gevlekt. De soort groeit op vrijwel alle gronden en onder alle schaduwsituaties. Hoewel de plant vaak als kamer- of kuipplant gekweekt en aangeboden wordt, kan ze heel goed in heggen en tuinen gekweekt en overgehouden worden.

     

     

     

     

    Weetjes :

    Aucuba japonica is afkomstig uit Japan, en de enige soort die veel in West-Europa wordt aangeplant. De soort werd in 1856 door Philipp Franz von Siebold in Europa ingevoerd. Hoewel waarschijnlijk John Graeffer in 1783 de eerste struik invoerde, werd hij pas na von Siebolds actie populair. De bloeitijd is voor sommige variëteiten maart-april, voor andere variëteiten juli-augustus. Bij de vrouwelijke plant ontwikkelen zich uit de kleine purperen bloemetjes rode besjes. Een voorwaarde hiervoor is wel, dat er zich ten minste één mannelijke plant op korte afstand van het vrouwelijke exemplaar geplant staat. De hoogte kan iets meer dan twee meter zijn, hoewel de plant onder minder optimale omstandigheden gemakkelijk op 1 meter hoogte blijft steken. In het Belgisch-Nederlandse klimaat kan de plant als goed winterhard worden beschouwd.

     

    In de tuin kan de Aucuba uitstekend gebruikt worden op schaduwrijke plaatsen, waar weinig anders wil groeien.

    Humusrijke of lichte kleigrond is uitstekend, al groeit de plant ook op armere gronden: ze is absoluut niet kieskeurig.

    Op schaduwrijke plaatsen is de bessenproductie zelfs beter dan in volle zon.

    Door het mooie contrast tussen de groene, geelgevlekte bladeren en de rode besjes vormt de plant een welkome opvulling voor de schaduwplaatsen in elke tuin.

     

    De plant zal niet gemakkelijk door vruchtvorming vermeerderen, meestal wordt ze gestekt. Het voorjaar is hiervoor de beste periode.

     

    In de pot kan ze 's winters beter binnen worden gehaald. Bespuit haar af en toe om verdroging van de bladeren te voorkomen, en zet haar binnen op een koele maar bij voorkeur vorstvrije plaats. Tijdens de koele periode komt de plant met zeer weinig water toe; de grond mag echter niet helemaal droog zijn. Ga in maart weer meer water en ook mest geven. Knip dan ook alle verdroogd, zwak en ziek materiaal weg om aantasting van de plant te voorkomen.

    Aucubaceae - Aucuba japonica

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (11 Stemmen)
    30-10-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hamamelis Mollis


    Ham
    amelis Mollis

     

     

    Botanische naam  :  Hamamelis mollis                     

    Nederlandse naam :  Toverhazelaar                        

    Herkomst         :  Centraal-China                       

    Bijzonderheden   :  zeer rijkbloeiend                    

     

    Grondsoort       :  alle, humeus, kalkarm

    Vochtbehoefte    :  normaal

    Licht            :  half schaduw, zon

    Wind             :  gevoelig

    Groep            :  (sier)heesters

    Gebruik          :  groepen/vakken, solitair, tuinen

    Hoogte           :  2.00-3.00 m

    Vorm             :  breed

    Bloeikleur/vorm  :  geel

    Bloeitijd        :  januari, februari, maart

    Blad             :  bladverliezend

     

     

    Standplaats:

    Een zonnige of licht beschaduwde plek op een humusrijke maar goed doorlatende grond.

    Neutraal tot zuur. Liefst op een beschutte plaats.

     

    Kenmerken:

    Een winterbloeiende, bladverliezende heester.

    De twijgen en knoppen zijn viltig behaard.

    Deze breed uitgroeiende heester wordt best als solitair aangeplant.

    Traaggroeiend. Kies de locatie met zorg want hij houdt niet van verplanten.

    Harig blad, eirond. Aan de onderzijde grijs behaard.

    Mooie herfstkleur.

     

    Bloemen :

    De bloemen bestaan uit vier lijnvormige, gele kroonblaadjes en verschijnen in de winter aan de kale takken. Niet gekruld, geurende bloemen.

    Bloeitijd :December- februari

     

    Planten :

    De grondsoort moet het liefste neutraal tot zuur zijn. Ze verdragen ook kalk als er maar genoeg humus in de grond zit.

    Hamamelis heeft het op kleigrond gewoon niet naar zijn zin. En staat ook het liefste op een plaats in de zon, eventueel met lichte schaduw.

    Dus beschikt u niet over voldoende ruimte en bestaat de grond van uw tuin uit vette klei, dan moet u gewoon niet aan de toverhazelaar beginnen

     

    Gebruikte delen:

    Van oudsher werden schors en bladeren onder vorm van een pleister toegepast bij pijnlijke kneuzingen en zwellingen.

     

    Werkzame bestanddelen:

    Net zoals andere looistofrijke kruiden kan de thee gebruikt worden als een ondersteunend middel bij bijvoorbeeld diarree, maar ook als gorgeldrankje bij ontstekingen van mond of keelholte. Een zalf op basis van een extract van de schors kan worden toegepast bij bloedende aambeien.

    Bij alle problemen van de aderen, spataderen, aambeien, aderontsteking, couperose, bloeddoorlopen ogen, open benen, in - en uitwendige bloedingen. Sterk wondhelend, bloedstelpend, vaatvernauwend en desinfecterend.

    Eigenschappen:

    In feite is de struik het geschiktst om als solitair te worden geplant.

    Er moet permanent veel ruimte rond de struik vrij zijn, wil de karakteristieke vorm zichtbaar worden.

    Een toverhazelaar groeit breed vaasvormig met veel, bijna horizontaal groeiende takken.

     

    Vermeerderen :

    Stekken nemen.

    Hamamelis wordt vooral vermeerderd door te enten op een onderstam van H. virginiana.

     

    Soorten :

    Enkele cultivars:

    H.mollis 'Boskoop'

    H.mollis 'Brevipetala'

    H.mollis 'Coombe Wood'

    H.mollis 'Goldcrest'

    H.mollis 'James Wels'

    H.mollis 'Pallida'

    H.mollis 'Princeton Clone'

    H.mollis 'Superba'

     

    Snoeien :

    De snoei moet beperkt blijven tot een minimum.

    Snoeien na de bloei in maart.

    Rechtopgroeiende takken vanuit de onderstam mogen altijd worden weggenomen.

    Om een mooie compacte Hamamelis te vormen knip je de toppen van eenjarig hout af in de winter of na de bloei.De typische vertakkingen van de Hamamelis zijn Y-vormig, vandaar de vaasvormige groei, en de bijnaam Whitch Hazel die volgens sommigen verband houdt met de wichelroede-vorm van de vertakking!! Houdt er rekening mee dat toverhazelaars relatief traag groeien, en dus ook moeilijker en trager herstellen van zware snoei.

     

    Weetjes :

    Dit is een vrij zeldzame plant in de natuur.

    Hij werd in het westen geïntroduceerd door Charles Maries in opdracht van de Veitch- kwekerij.

    H.mollis is beter bestand tegen kalk dan H. japonica.

    Door H. mollis en H. japonica te kruisen is de H. x intermedia ontstaan, waaruit een groot aantal cultivars werden ontwikkeld.

     

    TIP:

    Elk jaar kan u in het Arboretum van Kalmthout een schitterende en unieke collectie Hamamelis bewonderen tijdens de Hamamelis-feesten

     

    Bloeien zonder blad

    De naam 'toverhazelaar' (in het Engels witch hazel) is eigenlijk heel goed gekozen. Hamamelis schijnt namelijk in Japan, waar de toverhazelaar vandaan komt, gewoon in het voorjaar te bloeien; zelfs nadat het blad is verschenen. Buiten Japan en China echter bloeien H. japonica, mollis en H. intermedia al in de winter, zonder dat er een spoor te bekennen is van blad. En juist dat laatste aspect, bloemen die verschijnen, terwijl er op dat moment nog vrijwel niets te zien is, zorgt ervoor, dat deze heester populair is. Waarom dit zo gebeurt? Niemand weet het. En zo is Hamamelis ook een van de onopgeloste geheimen van de natuur.

     

    Toverhazelaar wordt al lang gebruikt als wichelroede. De bast en de twijgen werden ook gebruikt als bescherming tegen kwade invloeden. Gedragen helpt het ook bij een gebroken hart en om de passie wat af te koelen.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (10 Stemmen)
    18-10-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rosa rugosa


    Rosa rugosa                          

     

    Botanische naam  :  Rosa rugosa                          

    Nederlandse naam :  Japanse bottelroos,rimpelroos                   

    Herkomst         :  Japan, Oost-Azie                     

    Bijzonderheden   :  opslag, borstels, herfstkleur geel   

    Grondsoort       :  alle, humeus, lichte klei

    Vochtbehoefte    :  normaal

    Licht            :  zon

    Wind             :  ongevoelig, zeewind bestendig

    Groep            :  heesterrozen

    Gebruik          :  groepen/vakken, randen/hagen, kust/zeewind, tuinen

    Hoogte           :  1.00-2.00 m

    Vorm             :  breed

    Bloeikleur/vorm  :  geurend, rood/bruin

    Bloeitijd        :  juni, juli, augustus

    Blad             :  bladverliezend, herftskleur

    Vrucht           :  rood/bruin, eetbaar

    Twijg/stam       :  doorns/stekels

     

     

    Standplaats:

    Een plaatsje in de vol zon is aan te raden, maar ze doen het ook nog goed in de halfschaduw. Vraagt een ruime standplaats daar de stuiken veel ondergrondse uitlopers vormen

     

    Kenmerken:

    De rimpelroos (Rosa rugosa) is een roos die van oorsprong afkomstig is uit Noordoost-China, Japan, Korea en Zuidoost-Siberië, waar de soort langs de kusten groeit, veelal in de duinen. Ook in België en Nederland komt deze roos in de duinen voor. Ook elders komt hij verwilderd door aanplant voor.

    Rosa rugosa is te herkennen aan de zeer stekelige stengels en de diepliggende nerven in het blad en wel zodanig dat het blad gerimpeld lijkt (rugosa betekent 'gerimpeld'). De hoogte van Rosa rugosa bedraagt circa 2.0 meter. De roze bloemen verschijnen medio mei en ruiken aangenaam. Na de bloei, maar vaak ook tijdens de bloei, verschijnen de helderrode bottels. De roos wordt in Nederland vooral gebruikt als vakbeplanting in bijvoorbeeld gemeentelijke plantstroken. De roos kan goed tegen zeewind en wordt om deze reden ook vaak aan kust gebruikt.

     

    Bloemen :

    Ideaal voor een heg, het zijn dichte, doornige struiken met geurende enkele of dubbele bloemen die de ganse zomer bloeien tot eind augustus en nadien krijg je de glanzende rode bottels die eerder op kleine appeltjes lijken .

     

    Planten :

    Botanische rozen worden gebruikt in parken en tuinen, vooral in windkeringen of voor versteviging van taluds en steile wanden. Het zijn uitstekende uitwijkplaatsen voor vogels, die er in de herfst een rijke voedingsbron (rozenbottels) aantreffen.

    Ideaal voor aan de kust of taludbeplanting, ze verdragen veel wind

     

    Gebruikte delen:

    De zoet ruikende bloemen worden in Japan en China als potpourri gebruikt. De roos wordt in deze landen al duizenden jaren gekweekt.

    De rozenbottel is de vlezige vrucht van een roos. Botanisch gezien is de bottel niet alleen opgebouwd uit het endocarp, het exocarp en het mesocarp, maar vormt de opgezwollen bloembodem, net zoals bij de appel, het vruchtvlees.

    Afhankelijk van de soort en variëteit van de roos kan de kleur rood, oranje, purper of zwart zijn. De vorm varieert van rond of langwerpig tot flesvormig. Een rozenbottel bevat veel geelwitte, harde zaden.

     

    Werkzame bestanddelen:

    Van rozenbottels wordt onder andere jam bereid. Deze is rijk aan vitamine C en is onder meer afkomstig van de vrucht van de hondsroos (Rosa canina). Verder bevat een rozenbottel ook vitamine A, B1 en B2.

     

    Eigenschappen:

    Bottelroos is al lange tijd in zwang vanwege de heerlijke en gezonde jam of siroop, die ervan kan worden gemaakt.

    Wat ook goed meegenomen is, ze hebben geen verzorging nodig

    De rimpelroos wordt wereldwijd als sierplant gebruikt.

     

    Vermeerderen :

    Uit zaad of door het nemen van worteluitlopers

     

    Soorten :

    Rosa rugosa is een botanische roos. De meer dan honderdvijftig bekende soorten rozen bevolken al meer dan vijfendertig miljoen jaar de aardkorst. Al meer dan zevenentwintighonderd jaar zijn rozen in cultuur. Aanvankelijk voornamelijk als aanvulling op het menu, later meer voor de sier.

    Variëteiten

    Rosa rugosa 'Alba', bloeit wit, kroonbladen hebben een roze blos.

    Rosa rugosa 'Blanc Double de Coubert', dubbele witte bloemen. Weinig bottels.

    Rosa rugosa 'Dagmar Hastrup', met helderroze bloemen en dieproze bottels.

    Rosa rugosa 'Roseraie de l'Hay', met karmijnroze bloemen, geurt geweldig. Oranjerode bottels.

     

     

    Onderhoud

    Een bottelroos heeft weinig onderhoud nodig.

    Snoei in het najaar oude en zwak gegroeide scheuten weg. Eventueel lange uitschieters innemen. Soms komt zwarte luis in de struik voor. Dit is te bestrijden met Spruzit van ECOstyle of Decis van Bayer. Wees er tijdig bij.

    Wie te lang wacht, zal zien dat struik en vruchten anders overdekt raken met eerst een kleverige stof (honingdauw), later gevolgd door een zwarte, roetachtige stof.

     

    De rimpelroos laat zich vrij gemakkelijk met andere rozen kruisen. Kwekers waarderen deze soort vanwege haar goede weerstand tegen schimmels als sterroetsdauw.

     

    Wilt u de planten in een groep toepassen dan kunt u als plantdichtheid circa 3 planten per m2 als richtlijn gebruiken.

     

    Snoei- en onderhoudsadvies:

    Rosa rugosa wordt, in openbare beplantingen, vaak machinaal gemaaid. De roos kan het beste in de periode februari-medio april gesnoeid worden. Ieder jaar de oude takken wegnemen is de beste garantie op een herhaalde bloei op het 1-jarige en nieuwe hout.

     

    Voor dieren is de rozenbottel een goede vrucht om de winter mee door te komen. Zo zijn in de Maasheggen, rozenbottels het voornaamste voedsel voor vogels, zoals de koperwiek en de kramsvogel in de maanden december, januari en februari.

     

    Rozenbottelsiroop

    Je eigen bottelstebeste rozenbottelsiroop of -jam maken heeft niets dan voordelen.

    Was de bottels en hak ze in een sterke mixer die dit zware werk aankan. Je kan de bottels ook stuksnijden, maar dat is niet van de poes. Vooral de kleine bottels zijn soms hard. De pitjes mogen bij het vruchtvlees blijven.

    Overgiet alles met water tot de bottels vijf centimeter onder zitten.

    Laat even tot aan het kookpunt komen.

    Laat de bottels een nachtje staan.

    Doe alles door een neteldoek.

    Neem 1 liter vocht en doe er 0,5 kg suiker bij.

    Laat alles nog even opkoken en giet je gespoelde glazen bokaaltjes dan boordevol met dit vocht. Een geut van deze siroop is reuze lekker bij een glas droge witte wijn.

     

    Rozenbotteljam

    Je kan ook gelei maken van het rozenbottelvocht. Doe daarvoor 1/ kg speciale geleisuiker bij een liter rozenbottel aftreksel (zie hierboven). Volg de instructies op de verpakking.

    Je kan gedroogde rozenbottels in een natuurwinkel of apotheek kopen. Maar neem dan liefst bottels met pitten. Die zijn goedkoper en je jam wordt vlugger dik. Hoewel, je jam blijft aan de platte kant. Je kan er je lepel niet in rechtzetten. Maar dat hoeft ook niet. Deze jam is heerlijk in yoghurt, op ijs, pudding, in fruitsla, glühwein, vinaigrettes....

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (17 Stemmen)

    Vaste planten
    Acaena magellanica
    Aconitum 
    Acanthus
    Achillea Millefolium
    Adonis amurensis  
    Ajuga Reptans 
    Alchemilla Mollis
    Anaphalis triplnervis
    Anemone Hupehensis
    Arum italicum
    Aster Alpinus
    Astilbe Arendsii
    Astilbe "Fanal"
    Ballota
    Baptisia
    Bergenia Cordifolia
    Calluna
    Campanula Persicifolia
    Centaurea montana
    Cerastium tomentosum
    Convallaria majalis
    Chrysanthemum
    Crambe
    Dictamnus albus
    Doronicum
    Echinacea
    Echinops Banaticus
    Eupatorium purureum
    Euphorbia Characias
    Fargesia
    Gaillardia
    Geranium
    Geranium Sylvaticum
    Gypsophila
    Helleboris niger
    Helianthus salicifolius
    Hemerocallis
    Hepatica transsylvanica
    Heuchera 
    Hosta undulata
    Hypericum
    Iberis sempervivum
    Inula magnifica
    Iris Ambassadeur
    Iris Sibirica
    Kalimeris incisa
    Lamium Maculatum
    Lavandula A.Hidcote
    Lavandula Stoechas
    Liriope muscari  
    Lychnis chalcedonica
    Lysimachia Punctata
    Oenothera macrocarpa
    Omphalodes Verna
    Onoclea sensibilis
    Pachysandra 
    Persicaria
    Phlox Subulata
    Phuopsis stylosa
    Physostegia virginiana
    Phytolacca
    Potentilla Atrosanguinea
    Primula 
    Prunella grand "Loveliness"
    Pulmonaria
    Pulsatilla vulgaris
    Rudbeckia
    Ranunculus ficaria
    Salvia Nemorosa
    Saxifraga 
    Scabiosa
    Sedum Str.& Cr
    Smilacina racemosa
    Solidago GD
    Stokesia 
    Tarella Cordifolia
    Veronica longifolia
    Vinca minor en major  
    Waldsteinia ternata
    Yucca Filamentosa


    Heesters
    Abelia schmannii
    Aucuba
    Andromeda
    Aralia elata
    Berberis
    Buxus sempervirens
    Buxus-ziekten
    Callicarpa
    Camelia

    Caryopteris C.HB
    Ceanothus
    Chaenomeles
    Choisya
    Clerodendrum trichotomum
    Clethra alnifolia
    Cornus alba "elegantissima'
    Corokia Cotoneaster
    Cotoneaster
    Daphne pontica
    Deutzia gracilis
    Exochorda racemosa
    Elaeagnus ebbingei
    Enkianthus campanulatus
    Euonymus alatus
    Euonymus fortunei
    Forsythia Intermedia
    Hamamelis Mollis
    Hebe "Autumn Glory"
    Hebe buxifolia
    Hydrangea annabelle
    Hydrangea Arborescens "Grandiflora"
    Hydrangea paniculata
    Hippophae rhamnoides
    Ilex aquifolium
    Jasminum Nudiflorum
    Kalmia
    Kerria japonica
    Lagerstroemia
    Lavatera Rosea
    Ledum groenlandicum
    Ligustrum ovalifolium 'Argenteum'
    Lonicera Nitida
    Mahonia aquifolium
    Osmanthus burkwoodii
    Paeonia lutea
    Paeonia suffruticosa
    Pernettya mucronata
    Philadelphus
    Pieris japonica
    Polygala
    Potentilla fruticosa A 
    Pyracantha
    Prunus Lusitanica
    Prunus triloba
    Rhododendron "Apple Blossom"
    Rhododendron
    'chr.ch'
    Sarcococca
    Skimmia Japonica
    Spiraea Japonica
    Syringa Vulgaris
    Viburnum Davidii
    Viburnum Opulus
    Viburnum plicatum "mariesii"
    Weigela

    Grassen
    Calamagrostis
    Carex Elata
    Cortaderia selloana
    Deschampsia
    Imperata Red Baron
    Lampepoetser
    Miscanthus Sinensis
    Molinia caerulea

    Bolgewassen :
    Allium Giganteum
    Begonia x T
    Begonia sutherlandii
    Blauw druifje
    Camassia
    Colchicum autumnale
    Colchicum speciosum
    Crocus cancellatus
    Crocosmia
    Dahlia
    Eucomis autumnalis
    Fritillaria bucharica
    Fritillaria imperialis
    Galanthus
    Ixiolirion tataricum
    Ipheion uniflorum
    Lilium "Mona Lisa"
    Lilium Pumilum
    Montbretia-Crocosmia
    Puschkinia  
    Sandersonia aurantiaca
    Schizostylis
    Scilla siberica
    Sierui 

    Een en tweejarigen 
    Adonis aestivalis 
    Ageratum Houstonianum  
    Alcea Rosea
    Cobaea scandens
    Cosmos bipinnatus
    Digitalis purpurea
    Dorotheantus
    Heracleum mantegazzianum
    Iberis umbellata
    Impatiens balsamina
    Ipomoea Tricolor
    Jasione
    Lagurus ovatus
    Limonium latifolium
    Myosotis sylvatica
    Nicotiana alata 
    Pelargonium
    Platycodon
    Portulaca
    Salpiglossis
    Tropaeolum malus


    Kamerplanten  
    Abutilon
    Achimenes
    Aërides
    Aeschynanthus
    Anigozanthos

    Bougainvillea
    Browallia
    Cactussen
    Calceolaria hybr
    Callicia
    Calistémon
    Cattleya
    Crassula
    Croton
    Ctenanthe
    Dieffenbachia
    Dipteracanthus
    Episcia
    Euphorbia Pulcherrima
    Exacum
    Fittonia
    Gloriosa
    Graptopetalum
    Hypocyrta
    Howeia
    Jatropha
    Kalanchoe beharensis
    Kalanchoe blossfeldiana
    Mandevilla of Dipladenia
    Pilea microphylla
    Plumeria
    Polystichum
    Raphis
    Rhipsalidopsis
    Sanseveria
    Schefflera
    Selaginella
    Senecio Kleinia  
    Senecio rowleyanus
    Stapelia hirsuta
    Vriesea Astrid
    Zantedeschia of Calla lily

    Bomen :  
    Acer Campestre
    Laburnocytisus adamii 
    Laburnum watererii 'Vossii'
    Magnolia kobus
    Malus "Radiant"
    Malus "Toringo"
    Morus alba
    Platanus acerifolia
    Ptelea trifoliata
    Pterostyrax hispida
    Prunus cerasifera'nigra'
    Prunus gondouinii
    Prunus serrulata
    Prunus subhirtella
    Robinia pseudoacacia 'Frisia'
    Salix Babylonica
    Salix integra
    Taxus baccata

    Kruiden :
    Achillea ptarmica
    Agrimonia eupatoria
    Allium savitum
    Artemisia
    Harpagophytum procumbens
    Lysimachia vulgaris
    Melilotus Alba
    Pseudofumaria lutea
    Senecio jacoaea
    Symphytum officinale

    Klimplanten : 
    Aristolochia durior
    Clematis Armandii
    Clematis "Madame Baron V"
    Clematis vitalba  
    Fallopia aubertii
    Gelsemium
    Hedera helix
    Lonicera caprifolium
    Passiflora caerulea
    Periploca graeca
    Wisteria

    Kuipplanten
    Abelia
    Aeonium arboreum 
    Agapanthus
    Brugmansia
    Caesalpinia
    Camellia sinensis
    Carissa
    Dracaena
    Erythina
    Eucalyptus niphophila 
    Fuchsia's
    Hedychium gardnerianum
    Hibiscus rosa-sinensis
    Lantana camara
    Lapageria rosea
    Laurus Nobilis
    Nerium oleander
    Pittosporum tobira
    Pleione formosana
    Plumbago auriculata
    Punica granatum
    Solanum Thurino

    Waterplanten
    Acorus calamus
    Aponogeton
    Lemna trisulca
    Nymphaea 'Alba'  
    Persicaria amphibium
    Pontederia Cordata
    Ranunculus Lingua

    Rozen :
    Rosa "Anneke Doorenbos"  
    Rosa "Alain"
    Rosa "Albertine"
    Rosa "Allgold" 
    Rosa "Allotria"
    Rosa "Altissimo"
    Rosa 'Admired Miranda'
    Rosa "Ausblush"
    Rosa "Ausbord"
    Rosa "Ausbuff"
    Rosa 'Auscot'
    Rosa 'Auslight'
    Rosa 'Auslo'
    Rosa 'Baron Girod de L'ain'
    Rosa 'Dortmund'
    Rosa "Frau Astrid"
    Rosa "Korliluc"
    Rosa 'Meitoifar'
    Rosa regusa   
    Rosa "Swan Lake"

    Rotsplanten
    Geranium cinereum 'Ballerina'
    Dryas octopetala
    Helianthemum "wisley pink"
    Sedum acre
    Sempervivum arachnoideum
    Sisyrinchium californium


    Groenten :

    Paprika


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs