JP's Plantengids
Inhoud blog
  • http://plantengids2.blogspot.be/
  • Ixiolirion tataricum
  • Plumeria
  • Phuopsis stylosa
  • Lagerstroemia
  • Hypocyrta
  • Allium aflatunense
  • Cosmos bipinnatus
  • Convallaria majalis
  • Scilla siberica

    Zoeken in blog





    Mijn favorieten
  • bloggen.be
  • opaweetjes
  • fotoalbum
  • wandelroutes
  • fietsroutes
  • GPS-routes
  • koopjesblog

  • Fruit
    Actinidia Deliciosa
    Cydonia oblonga
    Ribes rubrum

    Dropbox

    Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.


    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Archief per jaar
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007

    Vraag & antwoord
    *Het plantenseizoen
    *Luister naar je planten
    *Cissus is zeer gevoelig
    *Cyclamen problemen
    *Uitgebloeide bloembollen
    *Amaryllisbol niet weggooien
    *Blauwe regen met kuren
    * Pioenlegende
    *Roetdauw bij Rozen
    *Planten overwinteren

    JanuariTips
    Januaritips
    Geraniums zaaien

    Februaritips :
    Februaritips

    Maarttips :
    Maarttips

    Apriltips :
    April siertuin

    Meitips :
    Mei-siertuin

    Juni Tips
    Juni Tips

    Tips Juli
    TuinTips Juli

    Augustus Tips
    Tips Augustus

    NovemberTips
    November doe kalender

    DecemberTips
    Tuintips december

    Archief per jaar
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007

    Inhoud blog
  • http://plantengids2.blogspot.be/
  • Ixiolirion tataricum
  • Plumeria
  • Phuopsis stylosa
  • Lagerstroemia
  • Hypocyrta
  • Allium aflatunense
  • Cosmos bipinnatus
  • Convallaria majalis
  • Scilla siberica
  • Crambe
  • Kamerplanten lusten geen leidingwater
  • HET PLANTENSEIZOEN
  • Carissa
  • Symphytum officinale
  • Howeia
  • Exacum
  • Rosa 'Dortmund'
  • Selaginella
  • Acaena magellanica
  • Eupatorium purpureum
  • Paeonia lutea
  • Schizostylis coccinea
  • Chrysanthemum
  • Helianthus salicifolia
  • Planten overwinteren
  • Morus alba
  • Osmanthus burkwoodii
  • Lemna trisulca
  • Harpagophytum procumbens
  • Hippophae rhamnoides
  • Astilbe 'Fanal'
  • ILEX - HULST
  • Hydrangea - Annabelle
  • Cattleya
  • Allium Savitum
  • Crassula
  • Prunella grand. 'Loveliness'
  • Potentilla fruticosa 'Abbotswood'
  • Rosa 'Baron Girod de L'Ain'
  • Helianthemum 'Wisley Pink'
  • Abelia schumannii
  • Centaurea montana
  • Enkianthus campanulatus
  • Ipheion uniflorum
  • Iberis umbellata
  • Sedum acre
  • Tropaeolum majus
  • Viburnum plicatum 'Mariesii'
  • Prunus serrulata
  • Pleione formosana
  • Eucomis autumnalis
  • Hibiscus rosa-sinensis
  • Roetdauw bij Rozen
  • Persicaria amphibia
  • Ctenanthe
  • Cactussen
  • Paprika
  • Abutilon megapotamicum
  • Polystichum
  • Camellia sinensis
  • Gypsophila
  • Fuchsia's
  • Pulsatilla vulgaris
  • Pioenlegende
  • Deutzia gracilis
  • Rosa 'Auslo'
  • Dieffenbáchia
  • Nerium oleander
  • Pilea microphylla
  • Senecio rowleyanus
  • Raphis
  • Callistémon
  • Puschkinia scilloides
  • Graptopetalum
  • Cyclamen problemen
  • Callisia
  • Kalanchoe beharensis
  • Passiflora caerulea
  • Blauweregen met kuren
  • amaryllisbol
  • Solanum Thurino
  • Robinia pseudoacacia 'Frisia'
  • Fittonia
  • Aërides
  • Ligustrum ovalifolium 'Argenteum'
  • Laburnum watererii 'Vossii'
  • Hosta undulata
  • Rosa 'Auslight'
  • Heracleum mantegazzianum
  • Plumbago auriculata
  • Paeonia suffruticosa
  • Rosa 'Auscot'
  • Aeonium arboreum
  • Senecio jacobaea
  • Abies koreana
  • Prunus subhirtella
  • Lobelia erinus
  • Fallopia aubertii
  • Calceolaria Hybride
  • Rosa 'Ausbuff'
  • Sempervivum arachnoideum
  • Sisyrinchium californicum
  • Hydrangea paniculata
  • Buxus-ziekten
  • Dryas octopetala
  • Geranium cinereum 'Ballerina'
  • Fritillaria Bucharica
  • Caesalpina giliesii
  • Cydonia oblonga
  • Malus toringo
  • Rosa 'Ausbord'
  • Lychnis chalcedonica
  • Veronica longifolia
  • Tuintips voor Augustus
  • Liatris spicata
  • Lonicera caprifolium
  • Clerodendrum trichotomum
  • Pterostyrax hispida
  • Laburnocytisus adamii
  • TUINTIPS IN JULI
  • Prunus gondouinii
  • Agrimonia eupatoria
  • Lilium `Mona Lisa'
  • Dorotheanthus
  • Ptelea trifoliata
  • Tuintips in Juni
  • Rosa 'Korliluc'
  • Cornus alba 'Elegantissima'
  • Impatiens balsamina
  • Sandersonia aurantiaca
  • Waldsteinia ternata
  • Prunus lusitanica
  • Oenothera macrocarpa
  • Corokia cotoneaster
  • Clematis 'Madame Baron Veillard'
  • Rhododendron 'Apple Blossom'
  • Platanus acerifolia
  • Kalimeris incisa
  • Mandevilla of Dipladenia
  • Myosotis sylvatica
  • Fritillaria imperialis
  • Rosa 'Swan Lake'
  • Digitalis purpurea
  • Dictamnus albus
  • Pelargonium
  • Ledum groenlandicum
  • Lantana camara
  • Elaeagnus ebbingei
  • Ceanothus
  • Magnolia kobus
  • Taxus baccata
  • Kerria japonica
  • Euonymus alatus
  • Buxus sempervirens
  • Salix integra
  • Pieris japonica
  • Rosa 'Ausblush'
  • Exochorda racemosa
  • Pittosporum tobira
  • Prunus triloba
  • Limonium latifolium
  • Lagurus ovatus
  • Crocus cancellatus
  • Ranunculus ficaria
  • Geranium
  • Maarttips
  • Smilacina racemosa
  • Pernettya mucronata
  • Melilotus alba
  • Malus 'Radiant'
  • Lilium pumilum
  • Rosa 'Frau Astrid '
  • Periploca graeca
  • Pseudofumaria lutea
  • Salix babylonica
  • Kalender Februari
  • Rhipsalidopsis
  • Dracaena
  • Galanthus
  • Begonia sutherlandii
  • luister naar je planten
  • Rosa 'Meitoifar'
  • JANUARI – TIPS
  • Phytolacca
  • Omphalodes verna
  • Eucalyptus niphophila
  • Ranunculus lingua
  • Rosa 'American Pillar'
  • Centranthus ruber
  • Geranium sylvaticum
  • Rosa 'Admired Miranda'
  • Tuintips december
  • Acorus calamus
  • Aeonium arboreum
  • Aristolochia durior
  • Actinidia deliciosa
  • Achillea ptarmica
  • Acer campestre
  • Stapelia hirsuta

    OM HET ZOEKEN IN DEZE PLANTENDATABASE MAKKELIJK TE MAKEN DRUK CTRL-F EN VUL IN HET KADERKE HET GEWENSTE WOORD IN BV."HULST" EN ALLE VERWANTE TEKSTEN MET HET WOORD "HULST" IN VERSCHIJNEN. WEL BLIJVEN KLIKKEN TOT U HET GEWENSTE ARTIKEL GEVONDEN HEBT ------------------------------ HOE MEER REAKTIES ER KOMEN HOE MEER DE SITE WORD UITGEBREID
    15-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rosa 'Frau Astrid '


     Rosa 'Frau Astrid

    Botanische naam  : Rosa 'Frau Astrid Sp„th'
    Nederlandse naam : Trosroos (Floribunda)
    Herkomst         :
    Bijzonderheden   : zuiver karmijnroze
    Grondsoort       : alle, humeus, lichte klei
    Vochtbehoefte    : normaal
    Licht            : zon
    Wind             : weinig gevoelig
    Groep            : trosrozen
    Gebruik          : groepen/vakken, randen/hagen, tuinen
    Hoogte           : 0.50-1.00 m
    Vorm             : opgaand
    Bloeikleur/vorm  : roze

    Middelgrote halfgevulde bloemen met een doorsnee van 5-7 cm.
    Matige groei.
    Blijft laag maar groeit wel breed.
    Compact en dicht vertakt.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    14-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Periploca graeca
     

    Periploca graeca


    Botanische naam  : Periploca graeca
    Nederlandse naam : Melkwingerd
    Herkomst         : Oostelijk Middellands zeegebied
    Bijzonderheden   : bloem 2-kleurig, sap giftig
    Grondsoort       : alle, humeus
    Licht            : zon
    Gebruik          : solitair, tuinen en parken
    Hoogte           : 5.00-10.00 m
    Vorm             : slingerend
    Bloeikleur/vorm  : geurend, geel, paars, onopvallend
    Bloeitijd        : juli, augustus
    Blad             : bladverliezend

    Standplaats:
    Deze bijzondere klimplant stelt geen specifieke eisen aan de grond. Elke grond is goed, mits ze maar vochtig is. Verder verlangt zij een plaats is de zon of halfschaduw en is in Nederland en België voldoende winterhard.

    Kenmerken:
    Deze klimplant heeft zeer mooie, glanzend groene, eivormige bladeren. Deze zijn tegenoverstaand en 6 tot 9 cm lang en 3 tot 4.5 cm breed met een spitse top en afgeronde bladvoet. Aan de onderzijde zijn de bladeren lichter groen dan aan de bovenzijde.

    Bloemen :
    Bloeit van juni tot begin augustus met okselstandige- of eindstandige langgesteelde schermen. De bloemen zijn 2 tot 2.5 cm in diameter, geurend, met vlakstaande, zeer smalle kroonbladen die aan de buitenzijde geelgroen zijn. De binnenzijde (de bovenkant die je ziet) is bruinrood. De bloemen zijn tweeslachtig en vijftallig, als een ster. De meeldraden zijn onderling en met de stijl vergroeid. De helmhokjes zitten aan de stempel vastgehecht.

    Na de bloei verschijnen er bruin getinte kokervruchten, deze zijn tot 12 cm lang. Ze bevatten gewoonlijk platte, eironde of langwerpige zaden met lange, zijdeachtige haren.

    Planten :
    Je kunt haar gebruiken voor het klimmen in een paal, een rek of in een boom. Behalve een verdwaalde luis heeft deze plant geen last van ziekten of plagen.

    Eigenschappen:
    Algemeen gemakkelijke klimmers die een pergola of schuttingen snel met hun blad kunnen bedekken. Geen vormsnoei nodig, alleen om jonge scheuten in de goede richting te leiden. Volgroeide planten begin voorjaar snoeien. Alleen snoeien om zwakke groei te verwijderen of plant binnen de perken te houden. Bijknippen met snoeischaar of heggenschaar.

    Vermeerderen :
    In het voorjaar kan de plant gesnoeid worden. De vermeerdering geschiedt door zaad of zomerstek.

    Weetjes :
    Deze rijkbloeiende klimplant behoort tot de zijdeplant familie (Asclepiadaceae) en is dus nauw verwant aan de zijdeplant (Asclepias), wasbloem (Hoya) en de bruidsbloem (Stephanotis). Hoewel de orchideeachtige bloemen niet opvallend groot zijn en niet zo´n sprekende kleur hebben, vallen ze toch wel in het oog. Op de koop toe geurt ze nog ook. Helaas wordt ze niet zoveel aangeboden.

    Het natuurlijk verspreidingsgebied is in het oostelijk deel van het Middellandse Zee gebied en het westen van Azië.

    De geslachtsnaam periploca is een Latijnse transcriptie van het Griekse periplŏkê, van peri (rondom) en plekein (draaien), dus een windende plant. De soortnaam gracaeca is niets meer dan de Latijnse naam voor Griekenland.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (4 Stemmen)
    11-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pseudofumaria lutea
     

    Pseudofumaria lutea


    Botanische naam  : Pseudofumaria lutea
    Nederlandse naam : Gele helmbloem
    Herkomst         : Oorspronkelijk uit het zuiden v/d Alpen
    Bijzonderheden   : ook voor muren, wettelijk beschermd
    Grondsoort       : alle
    Vochtbehoefte    : normaal, vochtig
    Licht            : half schaduw, zon
    Groep            : vast,kruiden
    Gebruik          : pionier
    Hoogte           : 0.10-0.30
    Vorm             : pol
    Bloeikleur/vorm  : geel
    Bloeitijd        : mei, juni, juli, augustus, september
    Vermeerdering    : zaaien
    Concurrentiekra  : matig


    Standplaats:
    De plant heeft voorkeur voor een plek in de halfschaduw op licht zure, humusrijke grond.

    Kenmerken:
    Bloemen goudgeel. Bladstelen van boven vlak, zonder duidelijk afgescheiden vleugelranden. Zaden glanzig, zeer fijn korrelig-rimpelig, met afstaand, getand aanhangsel.

    Bloemen :
    De 15-30 cm hoge plant bloeit van mei tot september, maar bij een gunstig voorjaar kan de bloeiperiode al in april inzetten. De langwerpige bloemen zijn 3 mm breed en 15-20 mm lang. De bloemetjes zijn gegroepeerd in dichte trosjes. De kleine kelk valt aan het begin van de bloei af. Het zaad heeft een mierenbroodje, waardoor het door mieren verspreid wordt.

    Planten :
    Groeiplaatsen: Oude muren (van gebouwen, tuinmuren, kerkhofmuren en langs beken, kasteelgrachten en kaden), in spleten van bestrating, spoorwegterreinen, rotswanden, puinhellingen, stadswallen en aan de voet van stalmuren

    Eigenschappen:
    De gele helmbloem (Pseudofumaria lutea, synoniem: Corydalis lutea) is een vaste plant uit de papaverfamilie (Papaveraceae).
    Uit de bijna massieve knol ontspruiten stengels met tweevoudig tot drievoudig geveerde bladeren.

    De plant wordt in België en Nederland veel in tuinen aangeplant, waar hij geregeld beteugeld moet worden om te voorkomen dat hij zich te sterk uitbreid. In Nederland is de plant in het wild beschermd.

    Onder de oppervlakte heeft de helmbloem een vrijwel geheel massieve knol. In het voorjaar ontspruiten uit deze knol stengels met dubbel tot drievoudig geveerde bladeren.


    Weetjes :

    De Pseudofumaria lutea wordt ook wel Corydalis lutea genoemd en behoort tot de familie Papaveraceae. De Nederlandstalige naam van deze Pseudofumaria is Gele helmbloem. De Pseudofumaria lutea heeft een groen blad en een geel kleurige bloem. Deze vaste plant bloeit in mei, april, juni, juli en augustus en wordt ongeveer 30 cm hoog.

    De Pseudofumaria lutea heeft vochthoudend matig voedselrijk grond nodig. De beste plek voor deze vaste plant is: licht schaduw.

    Onderhoud Pseudofumaria lutea
    Een hele gemakkelijke plant, die zich sterk uitzaait. Het dichte gewas geeft onkruid geen kans. Houd de plant binnen de perken door jong plantjes uit te trekken. De plant kan ook worden gescheurd.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)
    10-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Salix babylonica
     

    Salix babylonica


    Botanische naam  : Salix babylonica 'Tortuosa'
    Nederlandse naam : Kronkelwilg, Slangewilg
    Herkomst         : Frankrijk
    Bijzonderheden   : gekruld blad
    Grondsoort       : alle, humeus
    Vochtbehoefte    : normaal
    Gebruik          : parken, tuinen, solitair
    Hoogte           : 8.00-15.00 m
    Vorm             : bol
    Kroon            : half open
    Bloeikleur/vorm  : onopvallend, katjes
    Bloeitijd        : april
    Blad             : bladverliezend, geel
    Twijg/stam       : gedraaid

    Standplaats:
    lichtbehoefte zon ,groeit graag op een vochtige grond, maar stellen verder weinig eisen. Zowel in volle zon als halfschaduw

    Kenmerken:
    een kleine, maar snelgroeiende boom, met sterk gekrulde takken. Het blad is onderaan blauwgroen gekleurd.
    Een kronkelwilg wordt tot wel twaalf meter hoog. De uiterlijke verschijningsvorm is opgaand breed vaasvormig. De bladen zijn lijnvormig tot lancetvormig en worden vijf tot zes centimeter lang. Ook de bladen vertonen een lichte spiraalvormige draaiing. De bovenzijde van het blad is sappig groen en de onderzijde geelgroen van kleur

    Bloemen :
    Bloemkleur: Geel, Groen
    Bloeimaand: April

    Planten :
    Bij voorkeur planten in de volle zon.
    Door te weinig zon maken ze te slappe twijgen en bladeren.

    Gebruikte delen:
    Wilgenhout wordt net als het hout van populieren gebruikt voor het maken van klompen en papier. De rem, de vang, bij windmolens bestaat uit blokken wilg.
    Eénjarige scheuten worden gebruikt voor vlechtwerk.
    De houtskool van de wilg wordt gebruikt in buskruit; het heeft een veel hogere verbrandingssnelheid dan bijvoorbeeld barbecue-houtskool. 'Pine charcoal' (houtskool van grenenhout) wordt in bepaalde composities voor vuurwerk gebruikt. Gemengd met de juiste stoffen wordt een effect bereikt, dat bestaat uit donkere vonken die lang blijven hangen

    Werkzame bestanddelen:
    het is een inheemse plant, nektar- en stuifmeelproductie.

    Eigenschappen:
    - de plant heeft mooie herfsttinten
    - geschikt voor een solitaire positie in een beplantingsschema
    - deze plant vraagt of gedijt goed op vochthoudende gronden
    - plant heeft opvallende takken, twijgen of schors

    Vermeerderen :
    - door het nemen van winterstekken
    - takken in water
    Een kronkelwilg kan worden gestekt. Een jonge, korte scheut leent zich daar het beste voor. Plaats de takken in heel vochtig zand. Laat de stek daarin een halfjaar of meer staan. Daarna is het jonge struikje te verplanten

    Weetjes :
    Wilg (Salix) is een geslacht van tweehuizige bomen en struiken uit de wilgenfamilie (Salicaceae). Wilgen zijn bladverliezende bomen met verspreide bladstand. De knop heeft één knopschub. De bloem van de wilg heeft de vorm van een katje en groeit uit de zijknoppen van een éénjarige twijg. De wilgenkatjes zitten of staan, dit in tegenstelling tot populieren die hangende katjes hebben.

    De pluizige zaden worden door de wind verspreid maar zijn slechts korte tijd kiemkrachtig. De meeste soorten zijn te vermenigvuldigen door middel van stekken.

    Wilgen zijn pioniersoorten met een grote lichtbehoefte. Wilgen komen in Nederland en Vlaanderen veel voor langs sloten en plassen. Wilgen houden namelijk over het algemeen van een vochtige bodem en groeien zeer snel.

    Deze Salix babylonica ´Tortuosa´ wordt nog vaak als Salix matsudana ´Tortuosa´ aangeduid. Hij is de laatste jaren vooral bekend geraakt door het gebruikt als decoratieve (en versierde) paastakken. De takken zijn dan ook gemakkelijk en lang op water te houden. Menig tuinliefhebber plantte nietsvermoedend na Pasen zijn paastakken in de tuin. Verwondering alom nadien, want de krulwilg groeit stevig door, en kan tot 10 meter hoog worden. Gelukkig laat de krulwilg zich ook gemakkelijk sterk snoeien.

    Kronkelwilgen houden wel van vocht. Op drogere gronden groeien ze ook, maar laten veel (geel) blad vallen tijdens droogteperiodes. Ook komen dan meer droge takken voor.

    Opvallend zijn de gedraaide, vaalbruine twijgen die lijken op kurketrekkers. De lijn- tot lancetvormige bladeren zijn eveneens gedraaid en 5 tot 10 cm lang. Ze verkleuren in de herfst van helgroen naar geel. Omdat de krulwilg zo'n decoratief karakter heeft wordt hij vaak aangeplant. Ze bloeien in april maar dit stelt weinig voor.

    Krulwilgen zullen na enige tijd veel droge takken bezitten die het uiterlijk ontsieren. Jaarlijks de dode twijgen wegsnoeien lijkt aangewezen. Ze groeien vrij spontaan met meerdere harttakken uit tot een meerstammige boom. Maar het mooist is toch de plant op te kweken met 1 centrale harttak.

    Salix matsudana of krulwilg - ook bekend als Chinese wilg - werd genoemd naar de Japanse botanist Sadahisa Matsudo. De soort staat erom bekend zich zeer gemakkelijk te laten stekken. Het volstaat een tak van 1-3 cm in diameter tussen november en april - wanneer het blad van de boom is - in voldoende water te steken om wortelgroei te verkrijgen. Ook later heeft de boom, die zeer groot en breed uitgroeit, veel water nodig. De takken zijn populair voor het versieren van bloemstukken.

    Volgens het bijgeloof zou de wilg een sterke magische lading hebben. Bij de Germanen was de boom een symbool van de dood. Heksen zouden in de kruinen van de wilgen rusten. Vroeger maakte men daarom fluitjes uit wilgenhout om heksen en duivels te verjagen.

    Een gebruik bij voodoo-praktijken is een knoop leggen in een wilgentak. Daarmee zou men van op afstand iemand anders in het nauw kunnen drijven.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)
    05-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kalender Februari
     

    KALENDER FEBRUARI


    KALENDER FEBRUARI KAMERPLANTEN

    ZAAIEN:
    -Op een lichte warme plaats zaaien van;de grond voldoende vochtig houden.
    --BROWALLIA--GAZANIA--GLOXINIA--MIMOSA--EXACUM--BEGONIA--
    -Voor het balkon vanaf half februari;
    --VLIJTIG LIESJE--SIERTABAK--LOBELIA--PETUNIA--AGERATUM--VUURSALIE--

    PLANTEN:
    -Bij zacht weer op het eind van de maand op een beschutte plaats;
    --PRIMULA'S--VIOOLTJES--VERGEET-MIJ-NIETJES--

    BLOEIENDE PLANTEN:
    -Bloeiende kamerplanten rijkelijk gieten en regelmatig voedsel geven.
    --CINERARIA--AMARYLLIS--CAMELLIA--CLIVIA--COLUMNEA--PRIMULA--CALCEOLARIA- --CYCLAMEN--

    SNOEIEN EN VERPOTTEN:
    -Grote planten die te vol zijn doorgeworteld verpotten en langzaam wat meer water geven.
    -Snoeien:
    FUSCHIA'S--GERANIUMS--STRUIKMARGRIET-- -Verpotten:--KERSTCACTUS--SMITHIANTHIA--EUCOMIS--ACHIMENES--

    VERMEERDEREN:
    -Stengel stek :--DRACAENA'S--DIEFFENBACHIA'S--
    -Kopstek : --FELICIA--SIERNETEL--
    -Wortelknollen delen :--CALADIUM-- -Scheuren :--KAAPS VIOOLTJE-- -Tussenstek :--KLIMOP-- -Marcotteren :--FICUS--
    -Enten :--CACTUSSEN--

    TIPS :
    -Clivia heeft vermoedelijk een bloeistengel gemaakt.De plant komt dan op een lichte plek en krijgt meer water.
    -Een leuke klimmer is SUZANNE MET DE MOOIE OGEN die eind deze maand kan gezaaid worden.


    KALENDER FEBRUARI SIERTUIN

    ZAAIEN:
    -Vanaf midden februari worden verschillende eenjarigen gezaaid,o.a.;
    --SALVIA - -PETUNIA - -ZINNIA - -ANJERS- - PHLOX - - IJZERHARD- -AGERATUM- - IMPATIENS- --COBAOEA - -CANNA --CELOSIA --NEMESIA - - IPOMOEA - - LATHYRUS- -GERANIUMS- - LEEUWEBEKJES--RIDDERSPOOR--TAGETES--ALYSSUM--

    -LATHYRUS kunnen we nu ook inzaaien waarna het begin juli bloeit.

    -IPOMOEA (Pronkwinde):vanaf midden februari in potten van 10 tot 14 cm,per potje neemt men 5 tot 10 zaden die ongeveer een halve cm diep in vochtige zaaigrond gelegd worden.

    -ALYSSUM : febr. -maart binnenshuis bij een temperatuur van 20 fC. De kiemtijd is ongeveer 14 dagen waarna de plantjes in potjes worden verspeend om ze in mei uit te planten.

    -SALVIA :of VUURSALIE (de eenjarige) worden al vroeg in kistjes gezaaid, broesen of vochtig houden tot bij de opkomst is noodzakelijk. Als de plantjes vier echte blaadjes hebben kunnen we gaan verspenen.

    PLANTEN:
    -Nog niet te oude maar op de verkeerde plaats staande struiken en bomen bij vorstvrij weer verplanten.
    -Tijdens vorstvrije periodes kunnen rozen en bladverliezende heesters worden uitgeplant.
    -Sierstruiken en bomen met vallend blad kunnen worden geplant.
    -In een vochtig turfbed vormen volgende knollen en bollen al zijscheuten;
    KNOLBEGONIA - -ACHDfENES- -DHALIA --GLOXINIA - -SININGIA ' S-- -KNOLBEGONIA :

    SNOEIEN:
    -Te groot geworden en overhangende sierstruiken die in de zomer of het late voorjaar bloeien.
    -MEIDOORN- -KARDINAALSMUTS--DEUTZIA ' S--RANONKELSTRUIK - -GANZERIK --HYPERICUM- -LAVENDEL-- VLINDERSTRUIK - -SPIREA --

    Snoeien na de bloei:
    --CHINEES KLOKJE--SPIRAEA ARGUTA--BLOEIENDE JASMIJN--PRlJNlJS TRILOBE-- --TOVERHAZELAAR--RIBES--TAMARISK--CLEMATIS--SERING--BRUIDSLUIER--CALLICARPA TROMPETBLOEMEN

    -Van de tuinhortensia's wordt alleen de PLUIMHORTENSIA-(hydrangea panicu- lata) sterk teruggesneden.
    -Snoeien van besdragende en bladheesters.
    -Februari is de beste periode voor het snijden aan DRUIVELAARS .Als men het vroeger doet ,is er kans dat de ranken(ogen) invriezen en als men later ver- wondt, gaan de planten veel sap verliezen.
    -Van bladhoudende planten en naaldgewassen (koniferen) blijven we zeker nog een maand met de snoeituigen af.
    -Oude PELARGONIUMplanten (Geranium)worden nu tot op een hoogte van 15 tot 20 cm ingekort. Steeds afsnijden juist boven een stengelknoop. Na deze in- greep moeten de planten worden verpot. Daarbij alle aarde van de wortels schudden en vervangen door nieuwe voedzame potgrond. De bloempot zelf zo klein mogelijk kiezen.

    VERMEERDEREN:
    -Als u nu de sterke parkrozen stekt kunt u uw eigen rozen kweken.

    Winterstekken
    kunt u best nu snijden. Nadat de snijwonden opgedroogd zijn ,de busseltjes voor 2/3 ingraven langs de noordzijde van een muur. Goed aanduwen.

    -WORTELSTEK:
    kan in volle grond of onder glas plaats vinden.De stukjes wor- tel zijn afgesneden op 5 - 8 cm lengte.
    --ARABIA ELATA (hemelboom) --BUDDLEIA ALTERNIFOLIA--CHAEHAMELIS--HIBISCUS- - RHUS TYPHINA ( fluweelboom) - -FRAMBOOS --
    -Chrysanten kunnen we nu stekken en aan de groei brengen op een lichte koele plaats bij 12°C,de stekken hebben een lengte van 8 cm.

    -WATERSTEKKEN:
    stekken in water gevulde potjes of flesjes enz. --BEGONIA--FUSCHIA--IHPATIENS (vlijtig liesje)--

    -BLADSTEK: --BEGONIA--SAINTPAULIA--

    BLOEIENDE PLANTEN:
    - -CINERARIAS - - LACHENALIA ' S - -CROCUS - -NARCIS - -HYACINT- -HAEJfANTHUS - -CAMELIA --
    --HIPPEASTRUM--ABUTILION--JASMINllM--BORONIA--BROWALLIA--BELAPERONE(garnaal- plant) --DAPHNE HEZERIUM(peperboompje) --CORNUS }{AS (kornoelje) --VIBURNUH-- --ERICA CARNEA(heidesoorten)--

    GAZON:
    -Het is nu de tijd om een grondmonster te nemen en te laten onderzoeken. -U kunt nog altijd wat kalk strooien.
    -Als de grond bevroren is het gazon zo weinig mogelijk betreden.

    TIPS:
    -Uiterlijk aan het eind van deze maand de nestkastjes schoonmaken en repareren.De minimale ophanghoogte vanaf de grond is 2 meter. Zorg voor voldoende onderlinge afstand.
    -Bij sneeuwval de coniferen voorzichtig door schudden om ze van de sneeuw- last te bevrijden.
    -In deze maand kunt u al zomerbollen voor de tuin aanschaffen en op een wanne plaats voortrekken.
    -Tegen schimmelziekten de grond nu al met gier van heennoes of boerenwonn- kruid besproeien.
    -Bij mooi weer kan in de bloemperken alvast wat mest ingewerkt worden.
    -In de fruittuin kunnen we bij een zonnige vorstvrije dag gebruik maken om een 6% oplossing van vruchtboomcarbolium te spuiten. Zorg ervoor dat alle delen goed geraakt worden, ook de twijguiteinden.Alleen de perzikbomen ver- dragen deze behandeling niet.

    -FRUITBOMEN-EN STRUIKEN
    1/ Snoeien
    2/ In de eerste helft van de maand besproeien met Carbozil of een ander carbolineum voor fruitbomen (deze behandeling doodt bladluize- eitjes,parasieten,wieren en korstmossen)
    3/ Rondom en tussen de bomen of struiken een dikke laag compost leggen. -BORDERS:Strooi wat kunstmest tussen de planten en spit het voorzichtig zo een 10 cm diep in de grond.

    -Wil u voorkomen dat MUNT straks alles overwoekert dan moet u nu de onder- gronds wortelende uitlopers zo veel mogelijk opgraven en wegsnoeien.

    ZIEKTEN EN PLAGEN:
    -GROENE SPARRELUIS:Zijn bladluizen die de naalden uitzuigen zodat deze dan geel worden en afvallen. Aangeraden Pirimor of Plantschoon.Zie maart.,.'",,-

    WEERSPREUK:
    -Geeft februari klaverblad, Pasen dekt met sneeuw het pad



    KALENDER FEBRUARI MOESTUIN

    ZAAIEN:

    -IN HUIS :--KOLEN--VROEGE PEULVRUCHTEN--SLA--ANDIJVIE--PAPRIKA--TOMAAT- --AUBERGINE--PETERSELIE--SELDERIJ--

    -In de kas of serre:--KROPSLA--PLUKSLA--SNIJSLA--BOSUITJES--RADIJS--PEEN-- --RAAPSTELEN--SPINAZIE--

    -In volle grond:--RAAPSTEELTJES--SPINAZIE--RADIJS--PEEN--SLA--ZOMERPREI-- --KERVEL--ERWTEN--TUINBONEN--BORAGE--SPRUITJES--

    PLANTEN:
    -In bak of serre:--KROPSLA--BLOEMKOOL--
    -In volle grond :--SJALOT--LOOK--PLANTAJUINTJES--

    VERMEERDEREN:
    -Stekken van bessestruiken:Van het lichtgekleurde eenjarige snoeihout van bessen zijn goede stekken te maken.Stukjes tak van 20 cm worden op een be- schutte plaats voor ongeveer de helft in de grond gestoken.In het najaar zijn de takjes beworteld en kunnen ze uitgeplant worden.
    -Tegen het eind van de maand woorden bij de zwarte bessen en de kruisbessen de topjes van de takken verwijderd als preventieve maatregel tegen de Amerikaanse kruisbessenmeeldauw.

    SNOEIEN:
    -Op vorstvrije dagen kunnen nog altijd vrijwel alle fruitsoorten worden gesnoeid.Alleen steenvruchten zoals bv.KERS--PERZIK--PRUIM-kunnen beter in de zomer onmiddellijk na de oogst worden gesnoeid.
    -Niet langer wachten met het snoeien van druiven en kiwi 's,de kans dat de snoeiwonden gaan bloeden wordt steeds groter.

    TIPS :
    -De lijmbanden kunnen worden verwijderd en verbrand.
    -Stammen van bomen beschermen door ze in te smeren met witte boompap.
    -Vroege aardappels worden voorgekiemd op een koele plaats waar volop licht is bij een temperatuur van ca.10'C. -Perzikbomen die buiten staan worden met zwavel behandeld tegen de krulziekte zodra de knoppen beginnen te schuiven.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    03-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rhipsalidopsis
     

    Rhipsalidopsis


    Botanische naam  : Rhipsalidopsis rosea
    Nederlandse naam : paascactus
    Bloeitijd        : april
    Bloemkleur       : rozerood
    Hoogte min-max   : 0.5-0.5
    Bladeren         : kantige twijgen


    Standplaats:
    De bloeitijd is door temperatuur en daglengte te regelen. Belangrijk is de rustperiode: wordt deze niet gegeven dan komen er helemaal geen bloemen. Zet ze op de vensterbank, maar niet te zonnig en 's zomers op het balkon. In de zomer royaal gieten en tot augustus af en toe spaarzaam bemest worden. Na de bloei kan de plant verpot worden en daarna wordt hij vaak op een beschutte, beschaduwde plek in de tuin gezet. In de herfst de planten binnenhalen vóór de eerste vorst naar een koele overwinteringsplaats.

    Kenmerken:
    Rhipsalidopsis rosea groeit meer rechtop met leden van 2 tot 5 cm lang.

    Bloemen :
    Bloemen rozerood, geurend.
    In tegenstelling tot de kerstcactus bloeit deze paascactus in het voorjaar.
    Hij bloeit in de lente gedurende 2 tot 3 weken. Als de bloemknoppen verschijnen de plant niet meer draaien om knopval te vermijden. Geef weer meer water als de bloemen verschijnen

    Planten :
    Rhipsalidopsis verlangen een zwakzurig substraat (pH 5). Kalk dient men beslist te vermijden! De grond moet steeds vochtig blijven. De lucht mag nooit te droog zijn, anders vallen de leden snel af.

    Eigenschappen:
    In de winter moeten ze licht en koel staan bij 10-15°C. Een temperatuurschok kunnen ze niet verdragen. Het beste voelen ze zich als ze een vaste standplaats hebben, waarbij ze niet worden gedraaid. Bij 17-20°C moet de daglengte beslist onder de 12 uur liggen. Spaarzaam gieten net zoveel dat de plantenleden niet schrompelen.

    Vermeerderen :
    Wordt ook meestal geënt omdat de plant dan beter groeit.
    Kan het eenvoudigst door afleggen.
    Kan ook door stekken in mei topjes van de stengel af te snijden. Vervolgens een dag laten drogen en stekken bij 20-25°C.
    Rhipsalidópsis gaértneri kan ook worden gezaaid.
    Als de plant goed aan het groeien is, is het moment gekomen om stekjes te nemen. Neem geen oude leden want die bewortelen niet goed! De stekjes moeten volledig gaaf zijn om te kunnen bewortelen. Kerstcactus en Paascactus worden op dezelfde manier vermeerderd.
    In een flesje water of vochtige grond bewortelen de stekjes na enkele dagen

    Ziekten en plagen
    Knopval ontstaat door het draaien van de pot.
    In de tuin kunnen slakken de planten belagen.
    Spint en wolluis komen een enkele keer voor

    Weetjes :

    Na de bloei mag de paascactus verpot worden in gewone potgrond. Blijven water geven tot oktober. Dan minderen met water geven. De bloei, die mag verwacht worden in de lente, volgt na een droogteprikkel.

    De paascactus doet zo op het eerste gezicht veel aan een lidcactus denken, maar de bloempjes zijn helder rood en deze soort bloeit meer in het voorjaar. Er bestaat grote verwarring omtrent de juiste benaming, soms komt ze ook voor als Epiphyllopsis gaertneri. Ze groeit hoog in de bomen en is dus een soort die de gewone cactusgrond niet kan verdragen. U zult gewone bloemistengrond moeten gebruiken en daardoorheen een beetje turfmolm doen.

    De plant wordt ook dikwijls geënt, wat u op de onderstam van de Pereskia of de echte bladcactus kunt doen.

    De plant dient u in het najaar en in de winter aan de groei te houden, pas half februari mag ze een beetje rust hebben. dan minder water geven en niet meer bemesten.

    Zodra de rode bloemknopjes tevoorschijn komen, zult u meer water mogen geven en is ook dagelijks besproeien heel nuttig. De plant, als ze eenmaal bloemknoppen heeft, zo min mogelijk verplaatsen en ook niet draaien ten opzichte van het zonlicht en tegen de felle zon beschermen.

    Ze zou 's zomers ook met pot en al op een licht schaduwplekje in de tuin kunnen worden ingegraven.

    Tegen begin oktober moet ze weer naar binnen, in een matig verwarmde kamer.

    Als ze verpot moet worden, kan dat best direct na de bloei.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (13 Stemmen)
    01-02-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dracaena
     

    Dracaena


    Botanische naam  : Dracaena draco
    Nederlandse naam : Drakenbloedboom
    Herkomst         : Canarische Eilanden
    Bijzonderheden   :
    Vochtbehoefte    : licht vochtig houden
    Licht            : half schaduw, zon
    Blad             : wintergroen
    Hoogte           : tot 3 m
    Bloeitijd        : vroeg i/d zomer,zelden in de kamer
    Vermeerdering    : stekken, zaaien
    Voedingsbehoeft  : om de week
    Overwintering    : temperatuur 4- 8 ø, temperatuur 8-12 ø, licht


    Standplaats:
    lichtbehoefte: zon, halfschaduw. Beschutten voor direkte zon

    Kenmerken:
    De tot 12 m hoge plant wordt gekarakteriseerd door een of meerdere stammen met een dichte, parapluvormige kroon met dikke bladeren. Het is een langzaam groeiende plant, die er tien jaar over doet om een hoogte van 1 m te bereiken. Omdat de plant een eenzaadlobbige is, heeft deze geen jaarringen. De leeftijd van de plant kan alleen geschat worden aan de hand van het aantal vertakkingen. Van de planten wordt aangenomen, dat ze duizenden jaren oud kunnen worden. Het oudste, bekende exemplaar groeit in Icod de los Vinos op het noordwesten van Tenerife.

    Planten :
    •Matig plantenvoeding geven.
    •Kan buiten als kuipplant in de zomer.
    •Kan eeuwen oud worden.
    •Besproeien mag, maar is niet noodzakelijk.

    Gebruikte delen:
    Uit de hars van de bast wordt een rood plantensap gewonnen, dat onder de naam ´drakebloed´ in de cosmetica wordt verwerkt. In het verleden werd hieruit ook een rode verfstof bereid die door vele meesters van de oud Vlaamse schilderschool in doeken werd verwerkt.

    Werkzame bestanddelen:
    Drakenbloed werd nog recentelijk gebruikt voor medicinale en cosmetische doeleinden, en verder als kleur- of verfstof. Italiaanse vioolbouwers, bijvoorbeeld, voegden het toe aan de lak van door hen gebouwde instrumenten.

    Eigenschappen:
    deze plant is vorstgevoelig
    deze plant is wintergroen (groenblijvend)
    geschikt voor een solitaire positie in een beplantingsschema

    Vermeerderen :
    Zaaien,stekken,marcotteren of stamstekken

    Soorten :
    -Dracaena fragrans
    -Dracaena draco
    -Dracaena deremensis
    -Dracaena marginata
    -Dracaena sanderiana
    -Dracaena succulosa

    Weetjes :

    De drakenbloedboom (Dracaena draco) is een plant die van nature voorkomt op de Canarische Eilanden, Kaapverdië en Madeira.

    Momenteel is de plant vrijwel niet meer in wilde staat te vinden.

    Als de bast wordt ingesneden of de bladeren worden gekneusd, scheidt de plant een roodachtig hars uit, dat bekend staat als drakenbloed. Dit werd gebruikt door de Romeinen en Middeleeuwse alchemisten. De mensen geloofden dat het bloed was van Europese draken.

    Op de Canarische eilanden speelde de drakenbloedboom een belangrijke rol in het religieuze leven van de oorspronkelijke bewoners, de Guanches. Daarnaast gebruikten zij het sap van de boom als helend smeersel en om hun doden te balsemen. In de Middeleeuwen bracht men het sap in verband met hekserij omdat het, aan de lucht blootgesteld, oranjerood kleurt. Vandaar de naam drakenbloed.

    Mythologie
    De drakenbloedboom (dracaena draco) is ontstaan uit het bloed van de honderdkoppige draak, Landon, die door Hercules (of Herakles) werd gedood. Landon bewaakte drie gouden appels in de tuin van de Hesperiden, dit waren huwelijkskado's van Gaia aan Hera.

    Uit een van Hera's echtgenoot Zeus' buitenechtelijke relaties werd Hercules geboren.

    Nadat Hercules was getrouwd, maakte Hera hem gek, waarop hij zijn eigen vrouw en kinderen doodde. Hercules vond dat hij hiervoor moest boeten en raadpleegde het orakel van Delfi, dat hem beveelde twaalf jaar in dienst van zijn neef koning Eurystheus te treden. Gedurende deze periode gaf Eurystheus hem twaalf taken: de 'werken van Hercules'. Het elfde werk van Herakles was het veroveren van de gouden appels. Hera plaatste de draak na zijn dood als sterrenbeeld aan de hemel.

    Geschiedenis
    Oeroud, nu van nature nog op de Canarische eilanden. De oorspronkelijke bevolking van de Canarische eilanden, de Guanches, gebruikte het drakenbloed voor huid versieringen, wondheling en als middel tegen ernstige buikloop. De Spanjaarden namen graag drakenbloed mee naar Europa, waar het o.a. gebruikt werd als houtafwerking. Stradivarius lakte er zijn violen mee.

    Verzorging
    --De drakenbloedboom is een boompje, waar je levenslang plezier van hebt.
    --Geef haar geregeld water, aarde niet uit laten drogen.
    --Zij houdt van zon, maar verdraagt schaduw.
    --Om de 1 a 2 jaar verpotten in gewone onbemeste potgrond.
    --Gebruik een iets grotere pot met een gat, zodat de wortels niet in water komen te staan.

    Dracaena draco groeit in de natuur in een droge omgeving.

    Wetenschap
    In 2004 zijn er stoffen geisoleerd uit de Dracaena draco, die werken als cytostatica bij een type leukemie. Met name icogenine werkt celdodend bij myeloide leukemie. Ook andere stoffen uit de dracaena draco worden onderzocht op hun mogelijke gunstige werking tegen kanker.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (9 Stemmen)
    27-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Galanthus
     

    Galanthus
    Sneeuwklokjes

    Sneeuwklokjes, de aankondigers van de lente. Als ze verschijnen, weten we dat de vogeltjes binnenkort weer beginnen fluiten en dat de zon langer zal. schijnen. En dan duurt het niet zo heel lang meer vooraleer we onze rokjes en picknickmanden weer uit de kast mogen halen. Bloei vanaf tien graden

    WANNEER
    Afhankelijk van de plaats en de temperatuur kunnen sneeuwklokjes bloeien in de periode tussen januari en maart. Hoe kouder het is, hoe langer de bloei.

    HOE
    Sneeuwklokjes hebben meestal maar één bloemstengel en twee (of soms drie) bladeren. Elke bloem telt zes bloembladen, waarvan de binnenste drie een groene vlek hebben. De bloemen openen zich pas als het tien graden is.

    VERSPREIDING
    Na de bloei verschijnt een bes waarin het zaad zit. De bes wordt steeds zwaarder en op het moment dat ze rijp is, raakt ze de grond en springt ze open. Mieren kunnen dan met de zaden gaan lopen en zorgen zo voor de verspreiding.

    Mooi in groepjes
    Het mooiste effect krijg je door sneeuwklokjes in groepjes aan te planten. Je kan ze echter ook combineren met: Cyclamen ; coum, .winterakonieten helleborus, Primula ,viooltjes' ,Pulmonaria, Krokus, scilla, chionodoxa, vroegbloeIende narcissen, enzovoort.

    Opgepast giftig
    In de bollen van sneeuwklokjes zitten alkaloïden. Dat zijn organische verbindingen die giftig tot zeer giftig zijn. Tot de alkaloïden behoren onder meer cocaïne, morfine, strychnine en kinine. Let op met het water waarin een boeketje sneeuwklokjes heeft gestaan. Als een kind er toch van zou drinken, kunnen er vergiftigingsverschijnselen optreden.


    Melkwitte voorjaarsbloeier

    FAMILIE
    Sneeuwklokjes behoren tot de familie van de Amaryllidaceae. Het is een bolgewas.

    SOORTEN
    De beste en meest toegepaste soorten voor de tuin zijn
    -Galanthus nivalis, die zo'n twaalf centimeter hoog wordt, en
    -Galanthus elwesii. Die laatste is het Turkse sneeuwklokje: de soort wordt iets hoger, heeft een breder blad en bloeit vroeger. De bloempjes verschijnen al in december.
    Galanthus nivolis is de beste soort om te laten verwilderen. Galanthus nivalis 'Flore Pleno' is een soort met mooie dubbele bloemen.

    NAAM
    De naam 'Galanthus' verwijst naar de melkwitte bloemen. Gala is Grieks voor melk en anthos bètekent bloem. Nivalis betekent sneeuw.

    Planten in halfschaduw

    WANNEER?
    Plant de bloembollen in september of oktober in volle grond op een diepte van zes tot acht centi- : meter. Plant de bloembollen zo snel mogelijk nadat je ze gekocht hebt, want ze zijn gevoelig voor uitdroging. Als je geen bloembollen geplant hebt, kun je in tuincentra in pot geteelde plantjes kopen.

    WAAR?
    Sneeuwklokjes verkiezen een vruchtbare, vochtige maar goed doorlatende, grond van zand, klei of veen. De bodem mag vooral in de zomer niet uitdrogen
    Lichte zandgrond moet je verbeteren met compost, bladaarde of bodemstructuurverbeterende middelen.
    Zware kleigrond of te vochtige grond kun je bijvoorbeeld met Japans split mengen.
    De plantjes staan liefst in schaduw of halfschaduw. Je kunt sneeuwklokjes ook in het gazon aanplanten op voorwaarde dat je het gras niet maait voor het loof is afgestorven.

    VERMEERDEREN
    Flinke bollen kun je na drie jaar op graven, splitsen en verder uit elkaar planten.
    Sneeuwklokjes vermeerder je best als zij nog in blad staan. Graaf ze tegen het einde of na de bloei. Op en verdeel ze in klompjes van een vijftal bolletjes en plant ze opnieuw uit

    IN POT
    Sneeuwklokjes laten zich ook goed opkweken". in potten. Hiervoor kun je in augustus of september enkele bolletjes in potjes planten , de bollen bedekken met een laagje grond van twee tot drie centimeter en ze op een koelplek (tussen de twee en zes graden) zetten.


    Zuiderse oorsprong

    ZUID-EUROPEES
    De oorspronkelijke groeiplaats van sneeuwklokjes zijn de bosachtige streken in Zuid- Europa en Turkije.

    BIJ ONS In onze streken werden ze vooral in kloostertuinen en op kerkhoven aangeplant. Nonnen zagen ze als symbool van zuiverheid en gebruikten ze om de kerk te versieren op Maria-Lichtmis.

    STINZENPLANT
    Sneeuwklokjes worden als 'stinzenplanten' beschouwd. Dat zijn goed inge- burgerde, maar niet inheemse planten. Een 'stins' is een stenen huis van een adellijke persoon of iemand anders van aanzien, dat na 1400 in Friesland werd gebouwd als een soort vluchttoren. Na 1600 raakten de stinzen hun verdedigende functie kwijt. Vanuit de tuinen van die huizen hebben de stinzenplanten zich dan verder verspreid.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    21-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Begonia sutherlandii
     

    Begonia sutherlandii

    Botanische naam  : Begonia sutherlandii
    Nederlandse naam : Afrikaanse knolbegonia
    Herkomst         :
    Bijzonderheden   : diverse kleuren
    Grondsoort       : alle,doorlatend
    Vochtbehoefte    : normaal
    Licht            : half schaduw
    Wind             : gevoelig
    Groep            : knol
    Gebruik          : borders, kuipen/potten, vakken
    Hoogte           : 0.15-0.30 m
    Bloeikleur/vorm  : oranje
    Bloeitijd        : juni, juli, augustus, september
    Plantdiepte      : 0.05-0.10 m



    Kenmerken:
    In de tuin best onder een struik of boom plaatsen, of uit de wind en de regen.
    De plantjes zijn zeer tenger en breken snel af, daarom opletten bij het uitplanten !
    Planten vanaf februari - maart (met risico). Na de ijsheiligen van 15 mei is het meeste vorstgevaar geweken.
    Zet de planten onderling 30 cm uitéén, om een goede groei te bewerkstelligen. Voorzie ook een goeie portie kompost, deze houdt goed het water vast.

    Bloemen :
    Door het kleine, lichtgroene blad en de vele kleine oranje bloemen, is deze hangbegonia minder opzichtig dan zijn soortgenoten met de grote, felgekleurde bloemen

    Planten :
    De knollen worden in februari - maart in huis of in de serre in potten geplant. Vanaf half mei, als alle vorstgevaar geweken is, kunnen de planten in de tuin of in bloembakken worden geplant op een beschutte en schaduwrijke plaats. Voeg regelmatig een beetje mest toe aan het gietwater of gebruik traag werkende organische meststoffen.

    Eigenschappen:
    Verwijder regelmatig de verwelkte bloemen; dit bevordert de bloei. De knolbegonia bestaat in veel soorten en kleuren.

    Vermeerderen :
    Knolbegonia's worden door zaad vermeerderd. Dit wordt door telers gedaan die deze planten het eerste jaar verzorgen. Dit zaad is zeer klein. Bij bepaalde soorten kan dit makkelijk oplopen tot 20 000 zaadjes en meer in één gram.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (11 Stemmen)
    17-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.luister naar je planten
     

    LUISTER NAAR JE PLANTEN

    Ook planten kunnen spreken. De kunst is echter ze te verstaan. Hun taal is de onze niet, het IS een gebarentaal waarmee ze de aandachtige liefhebber meedelen of ze het goed of slecht hebben. Net

    zoals je mensen hebt die aanleg hebben voor vreemde spreektalen zijn er die aanleg hebben om deze gebarentaal te verstaan.

    Maar je kunt het ook Ieren, neen, niet met een Assimil-methode, gewoonweg : door observeren: kijken en luisteren.

    Een voorbeeld, als het ware uit de eerste les:

    planten laten hun bladeren en twijgen hangen wanneer ze een groot tekort aan water hebben.

    De planten laten een zeer duidelijk teken zien. Toch wil dat nu ook weer niet zeggen dat elke plant met treurende bladeren onmiddellijk water nodig heeft.

    Het kan ook zijn dat ze water teveel heeft en gewoon aan het rotten gaat.

    Het spreekt voor zichzelf dat men eerst nagaat of de grond niet te nat is alvorens bijgegoten wordt. Ook in onze spreektaal kan hetzelfde woord meerdere betekenissen hebben, het hangt ervan af in welke context het staat.

    Water

    Laat ons eens de cursus plantentaal openslaan.

    -Een plant vertoont slapte, donker kleurende, uiteindelijk rottende twijgen., geen verdroogde maar wel afvallende bladeren. Wat bedoelt de plant hiermee?

    ---Er staat teveel water in mijn pot, ik heb koude voeten!

    Wat moet er nu gedaan worden? , De plant moet onmiddellijk verpot worden in nieuwe grond en je moet er goed voor zorgen dat zoveel mogelijk oude grond van de wortels verwijderd wordt.

    Tijdens het verpotten worden eventueel de twijgen gesnoeid, vooral deze die geen blad meer hebben zodat er vele nieuwe jonge twijgjes kunnen gevormd worden.

    Doe je dat niet dan zullen de oude twijgen verder groeien en op het nieuwe gedeelte bladeren krijgen , echter niet meer op het oude vlak zodat de plant onderaan kaal zal blijven.


    Een andere zin:

    de plant maakt kleinere blaadjes, ook groeiende twijgen; de bladpluimen zijn bruin...

    De plant heeft water tekort. Je zult vaker moeten gieten.


    Meststof !

    --Andermaal te kleine blaadjes en te zwakke groei maar geen bruine bladpunten: De groei stopt zelfs helemaal.

    Dit duidt op een meststofgebrek. Geen regelmatig meststof, vloeibaar of korrels.

    Is uiteraard enkel aIs de plant in haar groeiperiode verkeert, anders niet.

    In rusttijd mag ze niet groeien en moet er juist een groeistilstand zijn


    --Er worden overvloedige twijgen gevormd met veel blad, teveel van het goede.

    De plant gaat volop haar gang maar... bloeit niet.

    Dit betekent teveel meststof. Stop een poosje met voedsel geven en doe het nadien rustiger aan.


    Standplaats

    Een ander hoofdstuk is de standplaats.

    --De plant legt lange twijgen aan, echter met weinig blad, klein en bleek van kleur, met grote tussenruimten tussen de bladeren.

    Wat is er gaande? Juist. De plant staat te donker. Ze moet meer licht krijgen

    De bladeren vertonen scherp afgelijnde vlekken, de bladeren rollen op... de plant staat te warm, het rechtstreeks zonnelicht doet de bladeren verbranden (ze vertonen brandvlekken) of ze staat te dicht bij de centrale verwarming. Ze moet verzet worden. 's Zomers beslist het zuidvenster vermijden, ofwel schennen tegen het felle zonlicht.


    --De bladeren vergelen, de groei valt plat, er is bladluisaantasting.

    Dit duidt ook op een te warme standplaats en een te droge lucht. De plant wenst een koelere stand- plaats en meer vocht in de lucht.


    --Plotseling vallen de twijgen om en rotten.

    De plant kreeg een 'koude schok, Dit gebeurt nogal eens in de winter wanneer een buitendeur te lang heeft opengestaan of wanneer een plant een koude nacht tussen venster en gordijn heeft doorgebracht.

    Het beschadigde deel moe' onmiddellijk worden weggenomen. De plant moet tegen de koude wor- den beschermd.


    --Witte of grauwkleurige vlekken op de bladeren

    wijzen op het feit dat het gietwater dat in drup- pels op de bladeren terecht is gekomen te koud is of teveel kalk bevat.

    Het gietwater moet onthard worden en op kamertemperatuur worden gebracht alvorens te gebruiken.


    ***

    Tot zover deze taalcursus.. Wie de les goed kent kan met de meeste kamerplanten omgaan. Je zult ze verstaan. Uiteraard spreekt elke plantensoort haar eigen dialect. Luister goed, de plant vertelt het je wel wanneer je iets verkeerds

    ***

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (10 Stemmen)
    11-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rosa 'Meitoifar'
     

    Rosa 'Meitoifar'


    Botanische naam  : Rosa 'Meitoifar' ('Auguste Renoir')
    Nederlandse naam : Fleur romantica roos
    Herkomst         :
    Bijzonderheden   :
    Grondsoort       : alle, humeus, lichte klei
    Vochtbehoefte    : normaal
    Licht            : zon
    Wind             : weinig gevoelig
    Groep            : fleur romantica rozen
    Gebruik          : groepen/vakken, tuinen
    Hoogte           : 0.50-1.00 m
    Vorm             : opgaand
    Bloeikleur/vorm  : geurend, roze
    Bloeitijd        : juni, juli, augustus, september
    Blad             : bladverliezend
    Twijg/stam       : doorns/stekels


    Roos met grote bloemen, Auguste Renoir ® 'Meitoifar.

    Sterke geur voor een zeer grote bloem van een bengaals op vaste dichte gebladerte. 

    Pierre-Auguste Renoir (1841-1919)
    Franse kunstschilder en beeldhouwerDe Franse kunstschilder en beeldhouwer Pierre-Auguste Renoir werd in 1841 geboren in Limoges. Hij groeide op in een arm gezin. Rond 1845 verhuisde de familie Renoir naar Parijs. Als kind toonde Pierre aanleg voor muziek. Hij zong in het koor van Saint-Eustache. Renoir kreeg les van de beroemde componist Charles Gounod. Om in zijn levensonderhoud te voorzien beschilderde Renoir porselein, waaiers en gordijnen

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.JANUARI – TIPS

     JANUARI – TIPS

    -Het is nu de ideale periode om rustig allerlei zaadcatalogi door te kijken en een lijstje te maken van allerlei soorten die je wilt kopen om over enkele maanden te zaaien.
    -Mocht je grootse plannen voor de tuin hebben, dan kun je deze wijzigingen nu op je gemak op papier uitwerken.
    -Reinigen grasmaaier en andere machines.

    VERMEERDERING:

    Stekken kunnen we nemen van de volgende planten.
    Op een vorstvrije plek in scherp zand zetten en in maart in de grond steken. Alleen als het niet vriest en met een scherp maar zuiver mes. Snij van het eenjarige hout van de moederstruik rechte twijgjes af.Verwijder de top en het onderste deel (de top is doorgaans te week en het uiteinde vaak te houterig),zodat u stekjes van 10 15 cm overhoudt.
    Inkuilen in een koude bak.
    In maart kunnen de stekjes dan de volle grond in

    --BUXUS--DEUTZIA--SERING--FORSYTHIA--KORNOELJE--HORTENSIA--LIGUSTER-- --POPULIER--WILG--PALMBOOMPJE--PHILADELPHUS(BOERENJASMIJN)--RIBES-- --WEIGELIA--BUDDLEIA(VLINDERSTRUIK)--TAMARIX--SAMBUCUS(VLIER)--SPIREA-- --BOTTELROOS--VIBURNUM(SNEEUWBAL)--HYDRANGEA--KERRIA(RANONKELSTRUIK)—

    -STEKKEN VAN CHRYSANTEN:
    Een gesneden kop stek van ca.5 cm hoog,de een tegen de ander in een grote pot,de helft gevuld met een grondmengsel van 2 delen turf + 1 deel zand.
    Zet de pot zo kort mogelijk tegen het glas bij een temperatuur van 20'.
    Zet de stekken 2 cm diep in de pot of plantkist die we afdekken met kaasdoek om de lucht vochtig te houden.
    We verpotten binnenshuis 3 maal,in 7 cm , in 12-15 cm , in 20-22 cm.

    -WORTELSTEK nemen van--PHLOX--ANCHUSSA--GAILLARDA--VERBASCUM-- -


    VERMEERDEREN-:
    -Door tegen het eind van de maand stekken te nemen van;
    -Bladstek :--GERANIUMS--BEGONIA REX--
    -Kopstek :--FICUS--
    -Stengelstek :--DRACAENA--DIEFFENBACHIA--
    -Zijscheut :--GUZMANIA--

    SNOEIEN:
    -Zodra het niet meer vriest kunt u snoeien.
    -De meest bekende en meest voorkomende boomsoorten die u boven het hoofd dreigen te groeien,kunt u deze maand in model brengen.
    Snoeien moet niet maar kan deze maand,bij volgende gewassen komt de sapstroom vroeg op gang en bij te late snoei zullen ze veel te veel sappen verliezen,het zogenaamde bloeden.

    --WILDE WINGERD--DRUIF--BERK--ESDOORN--VLEUGELNOOT--GLYCINE(blauwe regen)--BLAUWE REGEN:

    Snoei heeft als voordeel dat de plant ruim in volume zal toenemen.Alle jonge hout dat tijdens het voorbije jaar werdt gevormd,en dat niet onontbeerlijk is voor de goede vorm van de plant, wordt op zowat 7 cm weggesnoeid.

    -De nieuwe scheuten van appel- en perebomen mag u kordaat bijsnoeien.
    -Het oude hout van bladverliezende BERBERIS kunt u tot op de grond wegknippen.
    -FORSYTHIA of TOVERHAZELAAR snoeien is gemakkelijk: u knipt gewoon oordeelkundig wat takken weg voor in de vaas!!
    -Als u een grote tak weghaalt van een boom,zaagt u de tak eerst een eindje van de stam af.Daarna pas zaagt u de overblijvende stomp af (eerst onderaan,dan bovenaan), zo voorkomt u dat de bast van de boom lelijk inscheurt.
    -De zogenaamde waterloten bij de APPELBOOM snoeien we onmiddelijk weg, ook scheurende takken worden verwijderd.
    -FUSCHIA zowel op stam als onder struikvorm kunnen nu een snoeibeurt hebben. De struiken worden flink ingesnoeid terwijl alle zijscheuten op de stam worden ingekort tot op 2 of 3 ogen.
    -KLIMPLANTEN worden best wat ingekort.Op deze wijze voorkomt u dat harde wind ravages in het gewas zou aanrichten.Wat op dergelijke wijze afwaait en meestal gebroken wordt is verder toch waardeloos en dient achteraf te worden weggehaalt terwijl de win d geen enkele keuze maakt tussen wat het uiterlijke schendt en wat weg zou kunnen.
    -Worteluitlopers wegsnoeien van kultuurvarieteiten die veredeld zijn op een wilde onderstam,o.a.
    -SERING—ROZEN--RANONKELSTRUIK

    Bloembollen en -knollen:
    --Controleer de vorstgevoelige bollen, knollen in de winterberging regelmatig op ziekten. Haal aangetaste en beschimmelde of rottende bollen weg.
    --Hyacinten, krokusjes, narcissen en tulpen kunt u in bloei trekken door ze op te potten en koel weg te zetten. Zet ze pas warmer als de bloemknoppen zichtbaar zijn.

    Moestuin:
    --Als je een groentetuin hebt, kun je nu ook mooi de indeling voor het komende groeiseizoen uitdokteren.
    --Controleer de kiemkracht van uw resterende zaden. Doe wat zaad op een vochtig doekje, doe er een plastiek over (serre nabootsen) en plaats dit op de vensterbank. Als de helft van de zaden kiemen, is het zaad nog bruikbaar.
    --Zet de composthoop nog een keer om zodat deze in het voorjaar goed verteerd is.

    Kuipplanten:
    --Kijk de opgeslagen kuipplanten regelmatig na. Vooral de bladhoudende soorten mogen niet uitdrogen. Geef geregeld een weinig water en zorg voor voldoende bescherming tegen de vorst.
    --Lucht de kuipplanten in de winterberging regelmatig, door bij vorstvrij weer het raam open te zetten.
    --Geraniums (Pelargonium) kunnen nu gestekt worden. Neem stekjes van ca. 5 cm en zet ze in aparte potjes met stekgrond. Zorg dat ze niet uitdrogen.

    Kamerplanten:
    --Besproei kamerplanten ook in de winter regelmatig met de plantenspuit. Planten met grote bladeren kan u met een vochtige doek afnemen.
    --Winterbloeiende kamerplanten op een lichte, koele plek uit het directe zonlicht plaatsen.

    Vijver:
    --Zolang de watertemperatuur lager is dan 10°C mag je beslist de vissen niet voeren.
    Bij aanhoudende hevige vorst kan de ijslaag zo dik worden dat er geen uitwisseling meer is van zuurstof waardoor vissen en ander vijverleven in gevaar komt. Daarenboven zorgt het uitzetten van het ijs voor scheuren en barsten in de vijverwand. Met een ijsvrijhouder of een bussel lange twijgen voorkom je dat de vijver dicht kan vriezen en voorkom je bovenstaande problemen


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    05-01-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Phytolacca
     

    Phytolacca


    Botanische naam  : Phytolacca americana
    Nederlandse naam : Karmozijnbes
    Herkomst         : Noordoost-Amerika
    Bijzonderheden   : rose verbloeiend, bes giftig,zaait uit
    Grondsoort       : alle, humeus
    Vochtbehoefte    : normaal
    Licht            : half schaduw, zon
    Gebruik          : solitair, borders, giftig, waterkant
    Hoogte           : > 1.20 m
    Bloeikleur/vorm  : wit/créme, aar
    Bloeitijd        : juni, juli, augustus, september
    Blad             : groen
    Vrucht           : zwart, rood/bruin


    Standplaats:
    Het is een plant voor voedselrijke, vochtige grond.

    Kenmerken:
    De karmozijnbes is een vrij grote plant die al vrij snel tot anderhalve meter hoog kan worden. In juli en augustus verschijnen dan de opvallende witte bloemen en na de bloei verschijnen er decoratieve, zwarte vruchten die tot in de herfst aan de planten blijven zitten. Bij de Phytolacca americana gaan de twijgen met de bessen na verloop van tijd doorhangen.

    Bloemen :
    De westerse karmozijnbes bloeit van juli tot september met witachtige bloemen. De vruchtdragende trossen gaan later overhangen, in tegenstelling tot die bij de oosterse karmozijnbes (Phytolacca esculenta). De tien vruchtbeginsels zijn met elkaar vergroeid, ook dit in tegenstelling tot die van de oosterse karmozijnbes.

    Planten :
    Karmozijnbes is een solitair. Het is een gezond ogende plant die nauwelijks wordt aangevreten. Een plekje op de hoek van een border of voor een rand met heesters is het meest geëigende gebruik van deze plant. Halfschaduw en schaduw worden op prijs gesteld. Op een voedselrijke bodem (humus of klei) kan de plant één tot drie meter hoog worden met een breedte van één tot anderhalve meter. Op wat minder vochthoudende gronden wordt de hoogte niet meer dan een meter.

    Gebruikte delen:
    Karmozijnbesproducten zijn extracten van alle onderdelen van de plant: bladeren, wortel en bessen.
    Karmozijnbes bevat chemische stoffen die bekende toxinen zijn, maar verschillende van zijn andere bestanddelen vertoonden een biologische werkzaamheid in laboratoriumproeven.

    Werkzame bestanddelen:
    De karmozijnbes is een meerjarige plant met dikke hoofdwortel. De stengels die ieder jaar afsterven zijn rood met om-en-om groeiende lancetvormige bladeren. De bloemen groeien in enkelvoudige trossen en hebben witte vijflobbige bloemdekken. De wortel, in de winter gerooid en bij een temperatuur van 40 graden gedroogd, is het deel van de plant dat het meest wordt gebruikt.

    De drogerij bevat saponinen, zetmeel, gom en hemicellulose.

    Van oudsher wordt Karmozijnbes gebruikt ter bestrijding van reuma, astma, dysenterie of aambeien. De bessen zouden stoffen bevatten die van invloed zijn op het celdelingsproces. Ze zouden zelfs chromosomen beschadigen en daarmee het ontstaan van kanker kunnen bevorderen.

    Eigenschappen:
    De karmozijnbes heeft zeer dikke penwortels met enorme reserves die aan bieten doen denken. Als je ze uittrekt en je hebt maar een stukje van de wortel mee, dan zullen het volgende jaar meerdere stengels uit de resterende wortel opschieten. Wil je de planten definitief verwijderen uit de tuin, dan kun je ze het best met de spade volledig uitgraven zodat er geen stuk wortel achter blijft.

    Bij de eerste vorst zullen de planten bovengronds volledig afsterven en in het voorjaar lopen ze net als alle andere vaste planten terug netjes uit.

    De wortels en de zaden zijn zeer giftig voor mens en vee.

    Vermeerderen :
    Door scheuren en zaaien
    Zaaien in maart onder glas. Uitplanten eind april in de volle grond.


    Soorten :
    P.Acinosa – wit,juli-sept 1,50
    P.Americana – wit,juli-sept 1,20

    Weetjes :

    De vruchten van de karmozijnbes worden zeer graag door de vogels gegeten. De giftige zaden ervan worden niet verteerd in de maag en zodoende worden ze in de ruime omgeving van de moederplant via de vogelontlasting in vele Nederlandse en Belgische tuinen uitgezaaid waar het vaste gasten worden.

    Ze verspreiden zich zoals de Amerikaanse vogelpest en de vlierstruik.

    De naam is afgeleid van het Griekse 'phyto', of plant en anderzijds het Latijnse 'lacca' wat je kan vertalen naar lak of verf. Dat verwijst naar het een donkerrood pigment dat de Indianen vroeger uit het sap van de rijpe bessen haalden om er hun wol (kledij), sierraden, gebruiksvoorwerpen mee te kleuren. De kleurstof werd later ook gebruikt als rode inkt en evenzeer om er vale rode wijn en port mee bij te kleuren zodat deze donkerder van kleur werd. Dit heeft echter negatieve neveneffecten op de spijsvertering van de wijndrinkers. In Frankrijk werd het gebruik ervan dan ook verboden en wie toch betrapt werd kreeg toendertijd de doodstraf.

    De benaming van 'karmozijnbes' verwijst trouwens eveneens naar de kleurstof die men uit het bessensap kon winnen.

    Karmozijnbes wordt al eeuwenlang gebruikt vanwege de kleureigenschap. Musea in de Verenigde Staten liggen vol met documenten die de eerste Europese immigranten beschreven hebben met Karmozijnbes-inkt. Indianen waren van oudsher gewoon om gebruiksvoorwerpen, kleding én hun eigen huid te beschilderen met deze rode verfstof.

    Bij deze uitgesproken kleurrijke eigenschappen is het lastig om een associatie met zeep en wassen te krijgen. De grijswitte penwortel blijkt echter een uitstekend wasmiddel te zijn! De wortels zitten namelijk vol met saponinen, zeepstoffen. Fijngesneden wortelstukjes meekoken in het vuile waswater en u krijgt een helderwitte schone was als eindresultaat.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (9 Stemmen)
    22-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Omphalodes verna
     

    Omphalodes verna


    Botanische naam  : Omphalodes verna
    Nederlandse naam : Amerikaans vergeet-mij-nietje
    Herkomst         : Centraal-Europa
    Bijzonderheden   : woekert
    Grondsoort       : alle, humeus, veen
    Vochtbehoefte    : normaal
    Licht            : schaduw, half schaduw
    Gebruik          : bodembedekker, verwildering, bostuinen
    Hoogte           : 0.10-0.20 m
    Bloeikleur/vorm  : blauw
    Bloeitijd        : april, mei
    Blad             : groen


    Standplaats:
    Op voedselrijke ,Humusrijke ,goed gedraineerde grond op een Halfschaduw tot Schaduwrijke plaats

    Kenmerken:
    Omphalodes is een vaste plant voor in de half schaduw tot schaduw. Met zijn kleine blauwe of witte bloemetjes die erg veel lijken op de bekende ‘Vergeet-mij-nietje’ is hij een schitterende bodembedekker voor onder heesters en bomen. Ook als verwilderingsplant kan hij goed toegepast worden. De hoogte bedraagt 15 cm en in april/mei bloeit deze mooie voorjaarsbloeier. Als onderbeplanting is hij mooi te combineren met diverse voorjaarsbloembollen. Grote groepen aanplanten is aanbevolen om de mooie effecn nog groter te maken.

    Bloemen :
    Deze 15 cm hoge Omphalodes verna bloeit blauw met een wit oogje van april-mei.

    Planten :
    te gebruiken in :
    Vaste planten border,Vakbeplanting,Rotstuin,Onderbeplanting,Heester border ,Bostuin,Bodembedekker

    Gebruik :
    Wanneer Omphalodes verna als een bodembedekker wordt gebruikt dan kunt u hier allerlei bollen zoals hyacinthen, tulpen en narcissen tussen planten. Het resultaat is een prachtig en kleurrijk

    Eigenschappen:
    Plant met kruipende, in bladrozetten en bloeistengels eindigende uitlopers. Rozetbladen lang gesteeld, eirond met spitse top en afgeronde of hartvormige voet; stengelbladen meestal veel kleiner, kort gesteeld of zittend, eirond tot elliptisch. Bloeiwijzen armbloemig. Bloemkroon 8-15 mm in doorsnede, hemelsblauw.

    Vermeerderen :
    Omphalodes verna vraagt weinig onderhoud. Kale plekken in de bodembedekking kunnen opgevuld worden door de planten op te nemen, te scheuren en opnieuw te verdelen. De planten kunnen het beste tegen strenge vorst beschermd worden door afdekking met een laag bladafval of sparrentakken.

    Soorten :
    Van het Vroeg vergeet-mij-nietje bestaan ook verschillende cultivars zoals een witbloeiende en een blauwwit bloeiende.

    Weetjes :

    De lichtblauwe bloempjes met witte rand zijn in een groepje van een 10-tal plantjes per m² van begin april tot een stuk in mei een verademing in de schaduw. In feite is het een rotsplantje m.a.w. het voelt zich prima in steenrijke ondergrond, in muurspleetjes, in een alpien tuintje met zonloze koele grond.

    De uitgebloeide bloemen en het verdorde blad worden beste verwijderd.

    Als naam zet het plantje ons wat op het verkeerde been want het is inheems in Georgië en Noordoost Turkije, westelijk tot Ordu aan de Zwarte zee.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (6 Stemmen)
    20-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eucalyptus niphophila
     

    Eucalyptus niphophila


    Botanische naam  : Eucalyptus niphophila
    Nederlandse naam : Eucalyptus,koortsboom
    Herkomst         : Australié
    Bijzonderheden   :
    Vochtbehoefte    : 's zomers rijkelijk
    Licht            : half schaduw, zon
    Blad             : wintergroen
    Vermeerdering    : stekken, zaaien
    Voedingsbehoeft  : elke maand
    Overwintering    : temperatuur 4- 8 ø, temperatuur 8-12 ø, licht


    Standplaats:
    De in de hoogte schietende boom moet goed vastgebonden worden aan een stevige paal ( b.v. met een oude nylonkous) omdat hij zeer gevoelig is voor harde wind. Dus het liefst staat hij op een beschutte plaats. Hij doet het eigenlijk op alle grondsoorten, is wel wat minder winterhard op veengrond omdat daar de groei wat later in het jaar stopt dan op zandgrond.

    Kenmerken:
    De boom is vaak gebruikt om moerasgebieden droog te leggen en daarmee de malariamug te verdrijven. Het
    grote wijd uiteen groeiende wortelstelsel vormt een soort spons en neemt dus grote hoeveelheden vocht op. In Australië worden ze tot 90 meter hoog. Het zijn zelfs de snelst groeiende subtropische bomen!

    --alle soorten verlangen volle zon (dat is dus de hele dag!);
    --jonge zaailingen slaan het best aan;
    --eenmaal aangeslagen, kan een eucalyptus meestal niet meer ongestraft verplant worden;
    --sommige soorten verdragen tijdelijk "natte voeten", maar weer andere soorten kunnen daar juist niet tegen;
    --spaarzaam bemesten met wat beendermeel is genoeg.

    Bloemen :
    Hij bloeit vanaf ongeveer vijf jaar oud en ook deze bloemen zijn créme kleurig.

    Planten :
    Eucalyptus houdt helemaal niet van ons schommelende klimaat in de winter. Zo kan het gebeuren dat door de wisseling van kou en mildere fasen de groei stagneert, de boom verpietert en misschien, hopelijk als struik terugkomt omdat in het onderste gedeelte van de stam uitlopers ontwikkeld worden.
    Eucalyptus nicholii komt gemakkelijker terug als struik dan andere soorten.

    Gebruikte delen:
    De bladeren zijn oliehoudend, verteren moeilijk en bevatten looizuur, waardoor onderbegroeiing onmogelijk is. Afgevallen bladeren kunt u dus beter weghalen, als u onderbegroeiing wenst. De oliehoudende bladeren verspreiden wel een "heerlijke" geur, waar muggen niet zo dol op zijn. De stelling dat muggen je terras-met-Eucalyptus op een mooie zomeravond niet komen bezoeken, moet helaas naar het rijk der fabelen worden verwezen.

    Werkzame bestanddelen:
    De gedroogde bladeren worden gebruikt als Eucalyptusolie in de geneeskunde: tegen astma, chronische bronchitis, enz. De stof Eucalyptol (cineol) wordt gebruikt in hoestbonbons, siroop, inhalatiemiddel en tandpasta. Als u zelf bladeren wilt verzamelen, moet dit ‘s zomers gebeuren. De bladeren moeten worden gedroogd en in een stopfles worden bewaard.

    Eigenschappen:
    De boom kan verder zijn bladeren optimaal naar de zon draaien. Als er teveel zon is draait hij zijn bladeren een halve slag, het licht valt er langsop. Als de lichtcondities slechter zijn draait hij zijn blad optimaal naar het licht toe.

    Vermeerderen :
    Zaaien

    Weetjes :

    E. niphophila ("Snowgum") is bestand tegen vorst van 20 graden. De bast van de laatste schilfert schitterend af als de boom ouder wordt. De kleurvariaties op de schors zijn groen, grijs en crème. Hij heeft ook in het jeugdstadium grijze langwerpige bladeren. De bladstelen zijn rood gekleurd.

    Hij is niet de snelst groeiende van de Eucalyptussen, maar op den duur kan de boom in een goed jaar toch een meter in de lengte groeien.

    De winter van 1996-1997 met z’n felle koude oostenwind heeft ook nog vele niphophila’s het leven gekost.

    De naam koortsboom duidt op het vroegere geloof dat men met eucalyptus koorts kon bestrijden. Tegenwoordig worden allerlei soorten eucalyptuspreparaten vervaardigd die helpen tegen: verkoudheden, aandoeningen van de luchtwegen, bronchitis. De gedroogde bladeren worden gebruikt als eucalyptusolie.

    Eucalyptuspreparaten mogen niet gebruikt worden bij zwangerschap en ontstekingen in maag, darm, gal en lever.

    Ook zijn ze gevoelig voor het scheuren van de bast door ijsvorming in de stam; een natte standplaats tijdens de winter is dus riskant (zoals voor heel veel bomen en heesters). Op droge zandgrond kunnen bomen het loodje leggen door extreem droge omstandigheden, vooral tijdens zeer strenge vorst en Oostenwind. Op dergelijke plaatsen is enige windbeschutting van dennen of sparren aan te raden.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (7 Stemmen)
    17-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ranunculus lingua
     

    Ranunculus lingua


    Botanische naam  : Ranunculus lingua
    Nederlandse naam : Grote boterbloem
    Herkomst         :
    Bijzonderheden   :
    Grondsoort       : alle
    Licht            : half schaduw, zon
    Gebruik          : solitair, groepen, verwildering
    Hoogte           : 0.50-1.00 m
    Vorm             : overig
    Bloeikleur/vorm  : geel
    Bloeitijd        : juni, juli, augustus, september
    Waterstand       : 0.00-0.15 m
    Winterbeeld      : afstervend/overblijvend


    Standplaats:
    Zonnige, zelden licht beschaduwde plaatsen op natte, matig voedselrijke tot voedselrijke, vaak wat kalkhoudende grond of in ondiep, stilstaand of zwak stromend water (laagveen, leem, zand en rivierklei). Vaak op kwelplekken. Zoutmijdend.

    Kenmerken:
    Grote boterbloem is een hoge, overblijvende plant die een lengte kan bereiken van 150 cm. De hulle, gearticuleerde wortelstok heeft talrijke onderaardse uitlopers. De in een rozet staande lancetvormige, ietwat gezaagde, grondbladeren zijn tot 40 cm lang en spits. De stengelbladeren zijn tot 15 cm lang. De bladeren zijn stug. De stengel is alleen bovenaan vertakt. De gesteelde bloemen zijn tot 4 cm breed en hebben 5 bijna ronde goudgele kroonbladeren

    Bloemen :
    Bloeimaanden: Juni t/m augustus.
    De helder glanzend gele bloemen zijn 2 tot 4, soms tot 5 cm groot. Ze staan op lange, vertakte stelen. De kroonbladen staan vlak uitgespreid.
    Vruchten: De vruchten zijn 2½ tot 3 mm groot en met een vrij dikke, aan de top iets gekromde snavel.

    Planten :
    Rietlanden, moerassen, waterkanten en soms in ontzilte duinvalleien en moerasbossen.

    Gebruik :
    De plant is het best geschikt voor grote wateroppervlakten. Hij is goed te combineren met Lythrum, Scirpus, Sparganium, Typha, Mentha en Mimulus (allemaal robuuste planten!). Tijdens de bloei vallen de grote gele bloemen echt op.

    Eigenschappen:
    Onder water vormt de plant kleine, eivormige tot tongvormige bladeren, die wanneer de plant diep genoeg onder water staat, groen blijven tijdens de winter. Deze bladeren worden tot 20 x 8 cm groot. Ze zijn niet alleen mooi maar ook nuttig: zuurstofproductie, zelfs onder een helder ijsdek. Deze onderwatervorm treft men vooral in najaar en voorjaar aan. Terwijl in de zomer de bovenwatervorm gevormd wordt.

    Vermeerderen :
    Vermeerdering van grote boterbloemen gebeurt door het nemen van zijscheuten. Zorg ervoor dat de nieuwe scheut voldoende wortels heeft. Grote boterbloemen groeien voorspoedig maar zwarte luizen kunnen de planten wel eens aantasten.

    Soorten :
    Er bestaat een cultuurvariëteit met grotere bloemen, Ranunculus lingua ’Grandiflora’. Hij verschilt voor het overige niet van de wildvorm, ook niet wat betreft het woekerende vermogen.

    Weetjes :

    De gehele plant is giftig en het sap kan blaasjes veroorzaken op de huid van gevoelige personen. De wetenschappelijke naam Ranunculus komt van rana = kikker, omdat veel ranonkels in of aan water voorkomen, het levensmilieu van de kikker. Lingua betekent tong, wegens de bladvorm onder water.

    Het snoeien van waterplanten bestaat voornamelijk uit delen van de planten ( scheuren ).
    Een waterplant die 2 a 3 jaar in een mandje staat moet worden verjongd of in een grotere mand gezet worden.

    Verjongen doen we als volgt: we halen de gehele plant uit het mandje, en halen de oude plantdelen eraf. De jonge plantdelen planten we terug in het mandje. Hierdoor houden we de plant jong en dus sterk.Het snoeien van de plant zelf door het jaar heen is eigenlijk niet echt nodig. Knip alleen bruin blad af zodat dit niet in het water terecht komt, en snoei planten die erg wild groeien wat terug. In de herfst / winter sterven de meeste waterplanten af. Knip deze dan ook direct af zodat ook deze niet in het water terecht komen.

    Groenblijvende waterplanten hoeven niet gesnoeid te worden, maar je mag ze gerust in vorm knippen.

    Grote boterbloem is een tot meer dan een meter hoge plant met gele bloemen, twee tot vier centimeter in diameter. Zijn bladeren zijn lancetvormig en oevers daar houdt hij van. Het is vooral opletten geblazen in de herfst. Dan verkleden grote boterbloemen zich. Als kleine plantjes, net onder het wateroppervlak groeiend maar verbonden met onderwaterstengels proberen ze zoveel mogelijk vierkante meters vijver in te palmen. Wanneer men ze in de herfst niet tegenhoudt zal er volgend jaar misschien helemaal geen vrij wateroppervlak meer over zijn. Ook de cultuurvariëteit met grotere bloemen Ranunculus lingua ’Grandiflora’ woekert hevig.


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (5 Stemmen)
    15-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rosa 'American Pillar'
     

    Rosa 'American Pillar'


    Botanische naam  : Rosa 'American Pillar'
    Nederlandse naam : Leiroos
    Herkomst         :
    Bijzonderheden   : rozerood/wit hart, muur/hek/pergola
    Grondsoort       : alle, humeus, lichte klei
    Vochtbehoefte    : normaal
    Licht            : zon
    Wind             : weinig gevoelig
    Groep            : leirozen
    Gebruik          : solitair, tuinen
    Hoogte           : 3.00-5.00 m
    Vorm             : leirozen
    Bloeikleur/vorm  : rood/bruin, roze


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    14-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Centranthus ruber
     

    Centranthus ruber


    Botanische naam  : Centranthus ruber
    Nederlandse naam : Rode valeriaan, Spoorbloem
    Herkomst         : Middellands zeegebied
    Bijzonderheden   : trekt vlinders aan, rustgevend kruid
    Grondsoort       : alle, kalkrijk
    Vochtbehoefte    : droog, normaal
    Licht            : half schaduw, zon
    Wind             : weinig gevoelig, zeewind bestendig
    Gebruik          : groepen/vakken, solitair, borders, verwildering,    snijbloem,insecten,kuipen/potten
    Hoogte           : 0.60-0.80 m
    Bloeikleur/vorm  : geurend, rood/bruin, roze, tros
    Bloeitijd        : juni, juli, augustus
    Blad             : grijsgroen

    Standplaats:
    De plant houdt van een droge kalkrijke bodem.
    De Rode spoorbloem vraagt een zonnige en droge standplaats (warmteminnend). Ideaal is een arme, goed gedraineerde, bij voorkeur kalkrijke bodem.
    Op vochtige gronden is de plant gevoelig voor wortelrot.

    Kenmerken:
    Stengel vertakt, kaal, evenals de bladen blauwgroen berijpt. Bladen eirond of lancetvormig, gaafrandig of iets getand. Bloemen in pluimvormig gerangschikte bijschermen. Spoor dubbel zo lang als het vruchtbeginsel. Bloemkroon rood, soms wit.

    Bloemen :
    De spoorbloem bloeit lang, van juni tot ver in augustus.
    De bloemen staan in tuilen en hebben een klein spoor aan de onderzijde. De bloemkroon is rood, maar soms komen ook planten voor met een witte.
    Kan als snijbloem gebruikt worden.

    Planten :
    Op muren en stenige plaatsen.
    De plantdichtheid voor de rode spoorplant is: 5-9 planten/m².
    Groeit van nature graag op oude muren, rotsen, hellingen en tussen betegeling (terrassen).
    Met uitzondering van de witte vorm, een eerder moeilijk te combineren borderplant;
    nog het best met grijsbladigen (bv. Artemisia, Stachys, enz.) en met paarse tinten.

    Gebruikte delen:
    Zowel de bladeren als de wortels zijn eetbaar. De bladeren kunnen als salade, maar ook kort gekookt gegeten worden. De wortels kunnen in soep gebruikt worden.

    Eigenschappen:
    De spoorbloem (Centranthus ruber) of rode spoorbloem, vroeger wel "Rode valeriaan" genoemd, is een plant uit de kamperfoeliefamilie (Caprifoliaceae). De plant komt oorspronkelijk uit Zuid-Europa en is in Nederland op enkele plaatsen verwilderd

    Vermeerderen :
    Om lang plezier te hebben van een spoorbloem is het raadzaam de planten om de drie jaar te scheuren en opnieuw uit te planten.
    zaait zich gemakkelijk uit

    Soorten :

     ;cv. ‘Albus’, met crèmewitte bloe men; goede borderplant.

    • cv. ‘Coccineus’, met dieprode bloemen; mooier dan de soort en algemeen in cultuur.

    • cv. ‘Atrococcineus’, bloemen purperrood; zeldzamer.

    Weetjes :

    In België komt de rode spoorbloem bijna uitsluitend in de Condroz en de Famenne voor.

    De stengel is evenals de bladeren blauwgroen berijpt. De plant groeit het liefst op kalkrijke grond. De spoorbloem trekt veel vlinders, zoals de kolibrievlinder

    Is een vaste plant, winterhard. In het najaar snoei ik hem bijna volledig tot beneden. Dan sterft hij in de winter volledig af. En in de lente staat ie er weer!

    Centranthus komt van Grieks ‘kent- ron = spoor en ‘anthos’ = bloem; verwijst naar de gespoorde bloemen, een typisch kenmerk van deze plant.

    Geschikt voor tuinen aan de kust.

    Bladeren verspreiden bij kneuzing een eerder onaangename geur.

    Is eetbaar: de bladeren rauw in salades of gekookt als groente, de wortels in soep.

    Tot dit geslacht behoren een 12-tal soorten, die evenwel niet in cultuur zijn.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)
    10-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geranium sylvaticum
     

    Geranium sylvaticum


    Botanische naam  : Geranium sylvaticum 'Mayflower'
    Nederlandse naam : Ooievaarsbek
    Herkomst         :
    Bijzonderheden   : diep violetblauw
    Grondsoort       : alle, zand
    Vochtbehoefte    : droog, normaal
    Licht            : half schaduw, zon
    Wind             : weinig gevoelig, zeewind bestendig
    Gebruik          : groepen/vakken, borders, kust/zeewind
    Hoogte           : 0.40-0.60 m
    Bloeikleur/vorm  : paars, blauw
    Bloeitijd        : juni, juli, augustus
    Blad             : groen

    Standplaats:
    Zonnige tot licht beschaduwde plaatsen op matig voedselrijke, matig droge tot vochtige, kalkrijke, soms stenige grond.

    Kenmerken:
    De bosooievaarsbek (Geranium sylvaticum) is een vaste plant die behoort tot de ooievaarsbekfamilie (Geraniaceae). De plant komt van nature voor in Midden-Europa en Noord-Azië en wordt in de siertuin gebruikt. Voor de siertuin zijn er verschillende cultivars. In Nederland komen ook verwilderde exemplaren voor.

    Bloemen :
    De roodpaarse, lichtroze of blauwachtige, 2,2 tot 3 cm grote bloemen hebben vaak een wit centrum. De helmdraden zijn lancetvormig.
    De bosooievaarsbek bloeit in juni en juli/aug met meestal roodpaarsachtige, maar soms witte, 2,2- 2,6 cm grote bloemen. De kroonbladen hebben een witte voet. De steel van de bloem staat altijd rechtop. Half augustus kan nog een tweede bloei optreden.
    De vrucht is een vijfdelige kluisvrucht.

    Eigenschappen:
    De plant wordt 30-70 cm hoog en vormt stevige, kruipende wortelstokken. De stengel en bloeiwijze zijn dicht bezet met lange klierharen. De bladeren zijn veerlobbig.

    Vermeerderen :
    Door scheuren van de pollen in het voorjaar

    Soorten :
    'Album' wit
    'Angulatum' wit, roze vlekken
    'Mayflower' lichtblauw


    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    07-12-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Rosa 'Admired Miranda'
     

    Rosa 'Admired Miranda'


    Botanische naam  : Rosa 'Admired Miranda'
    Nederlandse naam : Engelse roos
    Herkomst         : Engeland
    Bijzonderheden   : gevulde bloem
    Grondsoort       : alle, humeus, lichte klei
    Vochtbehoefte    : normaal
    Licht            : zon
    Wind             : weinig gevoelig
    Groep            : engelse rozen
    Gebruik          : groepen/vakken, randen/hagen, tuinen
    Hoogte           : 0.50-1.00 m
    Vorm             : opgaand
    Bloeikleur/vorm  : geurend, roze
    Bloeitijd        : juni, juli, augustus
    Blad             : bladverliezend
    Twijg/stam       : doorns/stekels

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen)

    Vaste planten
    Acaena magellanica
    Aconitum 
    Acanthus
    Achillea Millefolium
    Adonis amurensis  
    Ajuga Reptans 
    Alchemilla Mollis
    Anaphalis triplnervis
    Anemone Hupehensis
    Arum italicum
    Aster Alpinus
    Astilbe Arendsii
    Astilbe "Fanal"
    Ballota
    Baptisia
    Bergenia Cordifolia
    Calluna
    Campanula Persicifolia
    Centaurea montana
    Cerastium tomentosum
    Convallaria majalis
    Chrysanthemum
    Crambe
    Dictamnus albus
    Doronicum
    Echinacea
    Echinops Banaticus
    Eupatorium purureum
    Euphorbia Characias
    Fargesia
    Gaillardia
    Geranium
    Geranium Sylvaticum
    Gypsophila
    Helleboris niger
    Helianthus salicifolius
    Hemerocallis
    Hepatica transsylvanica
    Heuchera 
    Hosta undulata
    Hypericum
    Iberis sempervivum
    Inula magnifica
    Iris Ambassadeur
    Iris Sibirica
    Kalimeris incisa
    Lamium Maculatum
    Lavandula A.Hidcote
    Lavandula Stoechas
    Liriope muscari  
    Lychnis chalcedonica
    Lysimachia Punctata
    Oenothera macrocarpa
    Omphalodes Verna
    Onoclea sensibilis
    Pachysandra 
    Persicaria
    Phlox Subulata
    Phuopsis stylosa
    Physostegia virginiana
    Phytolacca
    Potentilla Atrosanguinea
    Primula 
    Prunella grand "Loveliness"
    Pulmonaria
    Pulsatilla vulgaris
    Rudbeckia
    Ranunculus ficaria
    Salvia Nemorosa
    Saxifraga 
    Scabiosa
    Sedum Str.& Cr
    Smilacina racemosa
    Solidago GD
    Stokesia 
    Tarella Cordifolia
    Veronica longifolia
    Vinca minor en major  
    Waldsteinia ternata
    Yucca Filamentosa


    Heesters
    Abelia schmannii
    Aucuba
    Andromeda
    Aralia elata
    Berberis
    Buxus sempervirens
    Buxus-ziekten
    Callicarpa
    Camelia

    Caryopteris C.HB
    Ceanothus
    Chaenomeles
    Choisya
    Clerodendrum trichotomum
    Clethra alnifolia
    Cornus alba "elegantissima'
    Corokia Cotoneaster
    Cotoneaster
    Daphne pontica
    Deutzia gracilis
    Exochorda racemosa
    Elaeagnus ebbingei
    Enkianthus campanulatus
    Euonymus alatus
    Euonymus fortunei
    Forsythia Intermedia
    Hamamelis Mollis
    Hebe "Autumn Glory"
    Hebe buxifolia
    Hydrangea annabelle
    Hydrangea Arborescens "Grandiflora"
    Hydrangea paniculata
    Hippophae rhamnoides
    Ilex aquifolium
    Jasminum Nudiflorum
    Kalmia
    Kerria japonica
    Lagerstroemia
    Lavatera Rosea
    Ledum groenlandicum
    Ligustrum ovalifolium 'Argenteum'
    Lonicera Nitida
    Mahonia aquifolium
    Osmanthus burkwoodii
    Paeonia lutea
    Paeonia suffruticosa
    Pernettya mucronata
    Philadelphus
    Pieris japonica
    Polygala
    Potentilla fruticosa A 
    Pyracantha
    Prunus Lusitanica
    Prunus triloba
    Rhododendron "Apple Blossom"
    Rhododendron
    'chr.ch'
    Sarcococca
    Skimmia Japonica
    Spiraea Japonica
    Syringa Vulgaris
    Viburnum Davidii
    Viburnum Opulus
    Viburnum plicatum "mariesii"
    Weigela

    Grassen
    Calamagrostis
    Carex Elata
    Cortaderia selloana
    Deschampsia
    Imperata Red Baron
    Lampepoetser
    Miscanthus Sinensis
    Molinia caerulea

    Bolgewassen :
    Allium Giganteum
    Begonia x T
    Begonia sutherlandii
    Blauw druifje
    Camassia
    Colchicum autumnale
    Colchicum speciosum
    Crocus cancellatus
    Crocosmia
    Dahlia
    Eucomis autumnalis
    Fritillaria bucharica
    Fritillaria imperialis
    Galanthus
    Ixiolirion tataricum
    Ipheion uniflorum
    Lilium "Mona Lisa"
    Lilium Pumilum
    Montbretia-Crocosmia
    Puschkinia  
    Sandersonia aurantiaca
    Schizostylis
    Scilla siberica
    Sierui 

    Een en tweejarigen 
    Adonis aestivalis 
    Ageratum Houstonianum  
    Alcea Rosea
    Cobaea scandens
    Cosmos bipinnatus
    Digitalis purpurea
    Dorotheantus
    Heracleum mantegazzianum
    Iberis umbellata
    Impatiens balsamina
    Ipomoea Tricolor
    Jasione
    Lagurus ovatus
    Limonium latifolium
    Myosotis sylvatica
    Nicotiana alata 
    Pelargonium
    Platycodon
    Portulaca
    Salpiglossis
    Tropaeolum malus


    Kamerplanten  
    Abutilon
    Achimenes
    Aërides
    Aeschynanthus
    Anigozanthos

    Bougainvillea
    Browallia
    Cactussen
    Calceolaria hybr
    Callicia
    Calistémon
    Cattleya
    Crassula
    Croton
    Ctenanthe
    Dieffenbachia
    Dipteracanthus
    Episcia
    Euphorbia Pulcherrima
    Exacum
    Fittonia
    Gloriosa
    Graptopetalum
    Hypocyrta
    Howeia
    Jatropha
    Kalanchoe beharensis
    Kalanchoe blossfeldiana
    Mandevilla of Dipladenia
    Pilea microphylla
    Plumeria
    Polystichum
    Raphis
    Rhipsalidopsis
    Sanseveria
    Schefflera
    Selaginella
    Senecio Kleinia  
    Senecio rowleyanus
    Stapelia hirsuta
    Vriesea Astrid
    Zantedeschia of Calla lily

    Bomen :  
    Acer Campestre
    Laburnocytisus adamii 
    Laburnum watererii 'Vossii'
    Magnolia kobus
    Malus "Radiant"
    Malus "Toringo"
    Morus alba
    Platanus acerifolia
    Ptelea trifoliata
    Pterostyrax hispida
    Prunus cerasifera'nigra'
    Prunus gondouinii
    Prunus serrulata
    Prunus subhirtella
    Robinia pseudoacacia 'Frisia'
    Salix Babylonica
    Salix integra
    Taxus baccata

    Kruiden :
    Achillea ptarmica
    Agrimonia eupatoria
    Allium savitum
    Artemisia
    Harpagophytum procumbens
    Lysimachia vulgaris
    Melilotus Alba
    Pseudofumaria lutea
    Senecio jacoaea
    Symphytum officinale

    Klimplanten : 
    Aristolochia durior
    Clematis Armandii
    Clematis "Madame Baron V"
    Clematis vitalba  
    Fallopia aubertii
    Gelsemium
    Hedera helix
    Lonicera caprifolium
    Passiflora caerulea
    Periploca graeca
    Wisteria

    Kuipplanten
    Abelia
    Aeonium arboreum 
    Agapanthus
    Brugmansia
    Caesalpinia
    Camellia sinensis
    Carissa
    Dracaena
    Erythina
    Eucalyptus niphophila 
    Fuchsia's
    Hedychium gardnerianum
    Hibiscus rosa-sinensis
    Lantana camara
    Lapageria rosea
    Laurus Nobilis
    Nerium oleander
    Pittosporum tobira
    Pleione formosana
    Plumbago auriculata
    Punica granatum
    Solanum Thurino

    Waterplanten
    Acorus calamus
    Aponogeton
    Lemna trisulca
    Nymphaea 'Alba'  
    Persicaria amphibium
    Pontederia Cordata
    Ranunculus Lingua

    Rozen :
    Rosa "Anneke Doorenbos"  
    Rosa "Alain"
    Rosa "Albertine"
    Rosa "Allgold" 
    Rosa "Allotria"
    Rosa "Altissimo"
    Rosa 'Admired Miranda'
    Rosa "Ausblush"
    Rosa "Ausbord"
    Rosa "Ausbuff"
    Rosa 'Auscot'
    Rosa 'Auslight'
    Rosa 'Auslo'
    Rosa 'Baron Girod de L'ain'
    Rosa 'Dortmund'
    Rosa "Frau Astrid"
    Rosa "Korliluc"
    Rosa 'Meitoifar'
    Rosa regusa   
    Rosa "Swan Lake"

    Rotsplanten
    Geranium cinereum 'Ballerina'
    Dryas octopetala
    Helianthemum "wisley pink"
    Sedum acre
    Sempervivum arachnoideum
    Sisyrinchium californium


    Groenten :

    Paprika


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs