Het was geleden van 7 augustus dat ik voor het laatst had
meegereden met de 3x20 groep.Dus
vanmorgen keek ik zeker uit om nog eens mee te kunnen fietsen.Met zn 10en stonden we om negen uur aan het
bushokje.Flor had afgezegd omdat hij
voor ene keer moest werken.Wat doet
hij anders ? hahahahaha grapje hé Flor
Tegenwoordig is het maar magertjes gesteld met onze
vrouwenafdeling.Helaas geen girlpower
aan de startstreep. Snik snik :-(
We zouden vandaag naar Esneux rijden, maar waarom altijd
hetzelfde doen.Afwisseling maakt het
des te leuker.Dus werd er gekozen om
het gebruikelijk traject eens andersom te rijden.Het is dezelfde weg maar lijkt toch heel
anders.
Daarom werd er koers gezet Romershoven, St Huibrechts Hern,
Membruggen en Genoelselderen.Het
wijnkasteel aldaar doet gouden zaken want s morgens vroeg stond er al een bus met bezoekers.Zouden die s ochtends al aan de wijn zitten
????
Na Millen draaiden we rechtsaf richting Glons.Door de rit in deze richting af te werken,
zouden we toch wel menig wat hellingen voor de wielen krijgen.De één maakt er een krachttraining van door
met een zwaar verzet omhoog te stoempen terwijl anderen licht peddelend (al dan
niet met de bus mee) zich een weg naar boven banen.Maar boven geraken we allemaal op ons eigen
tempo.
Jos Bollen had vandaag niet veel tijd voorhanden en verliet
van hieruit de groep om eerder huiswaarts te rijden.
Pech komt altijd ongelegen.Omer had achteraan ne leegloper.Hij
is nog niet zo snel als in de formule 1 maar een pitstop bij Omer duurt nooit
lang.
Om het drukke stuk van Herstal en Jupille sur meuse te
ontwijken werd er eens gekozen om richting Wandre te rijden.Voor mij nog een onbekend stukje.
Daarna rij je dan een kilometer parallel aan de drukke A25
autostrade.Niet echt een rustige fietsweg
maar al snel draai je linksaf op Rue de la Forêt.Wielertoeristen weten dat het hier steil
omhoog loopt.
gelukkig was het niet zo steil
De volgende 9,5 km konden hier
weer een 200 hoogtemeters gesprokkeld worden.Zo kom je dus in Fléron terecht.Je
zou denken dat we wat masochistisch zijn.Eerst naar boven rijden en dan vervolgens weer naar beneden.Tja wees gerust het doet echt geen pijn om
een beetje gek te zijn.
Hup, lekke band nummer 2 voor vandaag kwam er voor Yvan !!
Volgende doortocht was Chaudfontaine, door de meesten wel gekend
voor zijn bron van drinkbaar water en thermen.Maar goed dat iedereen over wat
klimmersbenen beschikt want het gaat van hieruit terug omhoog via Beaufays naar
Dolembreux.
80 kilometer later (vanuit Diepenbeek gerekend) sta je dan
in Esneux.3 rijstvlaaien werden gehaald
bij de bakker en werden aangesneden op het terras in het naburige cafeeke.De cafébazin verschoot een beetje omdat er
eens gene warme choco werd besteld !!!!!
hier doen we het allemaal voor
Na het stilzitten op het terras waren onze spieren toch
aardig wat afgekoeld maar lang zou het niet duren of het warme bloed raasde
weer door elke spiervezel.Het was weeral
klimmen geblazen voor de volgende 9 km tot in Neupré.
De anders zo zware 36 bochten-klim was, omwille van de averechtse
rijrichting, eens de 36 bochten afdaling.Klak klak, de ketting op de grootste versnelling en tegen strak tempo
naar beneden zoevend.
De laatste klim ging dan vanuit Engis naar Fexhe le haut
clocher.Omer werd echt niet gespaard
door Murphy.Weeral ne leegloper voor
hem achteraan.Djuu toch hé.
Het vlaams landsgedeelde werd binnengereden via Vechmaal.Volgens mij konden ze van hieruit al het
Paenhuys rieken want met stijve ketting en gespannen kuitspieren werd er aardig
doorgereden naar Jesseren, Kortessem en thuishaven Diepenbeek.David wees gerust.Ge waart echt niet de enige die de bodem van
zijn benzinetank gezien heeft.Ik heb er
nog een paar zien sterven waaronder ikzelf.
Bij Jan werd er terug bijgetankt.Nee niet met super 95 of 98 maar met nog
straffer spul.Met een lekker pintje
achteraf loopt ons motorke zeker zo goed.
Merci aan de kopmannen !!! (en zeker Valère Ph die zich
vandaag weer heel de dag heeft uitgesloofd voor ons en regelmatig eens een blik
naar achter wierp om zich over ons te ontfermen)
Ritgegevens : 173 km (157 km Dpbk-Dpbk) ; 28,2 km/h avg ;
1400 hm
Aanwezigen : Valere Ph, Marcel, Omer, Leon, Edgard, Quinten,
David, Jos B, Yvan en Marc
een verslag dat door stand kwam dankzij Yvan en Peter, bedankt mannen !
Verslag rit dinsdag 11 september 2012 : Hannuit
Ondanks de minder gunstige weersvoorspellingen en het grijze weer vanmorgen toch 8 dapperen aan de start : Peter, Quinten, Edgard, Omer, Leon, Paul, Marcel en Yvan.
De rit verliep onder de leiding van Peter en Quinten over Romershoven Gors-op-Leeuw Haren Vechmaal Otrange waar we de bordjes volgden van de Blés dor route. Spijtig dat Edgard in Otrange moest afhaken wegens slechte benen. Zo reden we verder via Fize-le-Marsal Momalle - Jeneffe Haneffe Viemme Les Waleffes om halt te houden in Hannuit.
Hier werd koffie en taart (traktatie van Quinten) genuttigd zodat we er weer tegenaan konden voor de terugweg. Intussen was het beginnen regenen zodat we na een korte pauze vol goede moed aan de terugweg konden beginnen.
Nog steeds onder het sterke kopwerk van Peter en Quinten reden we via Poucet Trognéé
Goed doorweekt arriveerden we ruim op tijd in het Paenhuys waar we koeken en wafels,door het huis aangeboden, nuttigden samen met andere ijzerhoudende dranken.
Ritgegevens : aanwezigen : Peter, Quinten, Edgard, Omer, Leon, Paul, Marcel en Yvan
Mn eerste marathon na mn knieblessure. Met een bang hartje vertrok ik richting Dilsen, van waaruit Jacques zou rijden naar Meerssen.
In Meerssen halen we ons startnummer in de sporthal op en vullen we op de achterzijde onze medische gegevens in. We helpen Els ( onze looppartner ) wat flyeren voor de Maasrun en we socializen een beetje met andere lopers. Ghislain D ( kennis van Els en Jacques ) komt al lopend van bij zn thuis, en heeft er voor de start van de marathon al 12 kms opzitten, het plan is dat ie na de marathon ook nog eens naar huis loopt een ultraloper die op 29 sept de Spartathlon ( 246 kms ) loopt moet immers kilometers vreten.
Nog anderhalve kilometer van de sporthal naar de markt in Meerssen wandelen, nog snel in één van de talrijke cafeetjes een sanitaire stop, en dan haasten naar de start. We vertrekken samen met de lopers van de halve marathon. Zij lopen het parcours één keer, wij twee keer. Ook de atleten van de aflossingsmarathon vertrekken samen met ons. Gewoontegetrouw vertrekken we helemaal achteraan, dan heb je minder met geduw en geexcuseer te maken.
Onder een verschroeiende hitte komt de marathon om 11u30 in gang. Ik ben een langzame starter, mn eerste kms verlopen altijd moeizaam. Door de hitte heb ik vooraf veel ( te veel ? ) gedronken en krijg al meteen af te rekenen met steken in mn zij. Maar daar geraak ik wel door. Voor we aan km 5 komen krijgen de Kruisberg voor de voeten geschoven, het enige schaduwrijke plekje van de hele lus. Lopen heeft op dit steile stuk geen zin, aan een stevige wandelpas bereiken Jacques en ik de top, en frisser dan Els die ( zoals de meeste andere lopers ) hardnekkig blijft lopen. Aan de afdaling komen de wandelaars en de lopers elkaar weer tegen.
Een loper die uit de streek komt weet ons te zeggen dat we een stuk naast de autobaan moeten lopen, en dat het dan weer bergop is. De twee ergste hellingen van het parcours zouden we dan gehad hebben. Weer wat wandelen dus. Ik heb de indruk dat we hier zeker niet voor een goeie tijd kunnen gaan, binnen de limiet van 4u45 binnen komen zal op zich al een hele uitdaging zijn in die hitte.
De waterposten zijn gelukkig op t laatste moment nog van iedere 5 km op iedere 2,5 kilometer gebracht. Water, dat lauw is, af en toe wat sportdrank. En sponsen, veel sponsen.
Na een kilometer of 7 begint het me te gaan, de pijn is weggetrokken. We babbelen veel, en hebben besloten om gezond te finishen. Op kilometer 10 zien we een eerste slachtoffer van de warmte in een ambulance instappen.
Positief is dat er regelmatig motards rondrijden die alle lopers controleren op hun uiterlijke kenmerken van fitheid. Alle kruispunten zijn afgesloten, en daardoor is het hele traject bijna verkeersvrij.
Het mooie mergelland wat snakte ik vandaag naar de afkoeling die ik op de fiets wel heb. Zon, zon, zon Els ziet het op km 12 niet meer zitten om aan ons tempo verder te lopen en kiest er voor om op eigen tempo de lijdensweg voor te zetten.
Het heetste stuk dat we tegenkomen is langs de luchthaven van Maastricht waar we langs betonnen panelen lopen die de warmte nog eens extra weerkaatsen.
Als de wind een beetje komt opzetten, zijn we zo blij. t Is wind, wel wind tegen, maar zelfs dat is beter dan die verschroeiende hitte. Als we door woonwijken passeren worden we aangemoedigd door mensen die in hun tuintje staan. Verschillende bewoners staan ons op te wachten met de tuinslang, wat een verfrissing !
De sfeer is geweldig, zeker tijdens de eerste ronde. Doordat we nog tussen de lopers van de halve marathon lopen zien we gelukkig nog wat mensen afzien.
In de verte horen we de speakers, de eerste ronde zit er bijna op. Als we de overvolle terrassen in Meerssen passeren, worden we door de luidkeelse aanmoedigingen weer mentaal geruggesteund. Zeker het moment dat ik mn ouders zie staan, doet het me toch enorm deugd !
Ronde twee verloopt heel eenzaam. We beginnen meer en meer af te zien en beseffen jammer genoeg wat nog allemaal gaat komen. Mentaal gezien was één grote ronde lopen wellicht minder zwaar geweest. Maar we blijven verstandig lopen, niets overhaasten. Jacques is er van overtuigd dat we de limiet niet halen. Dat zou jammer zijn, maar toch zouden we sowieso de afstand uitlopen. Maar onze naam zou niet voorkomen in de uitslagen, alsof we hem nooit gelopen zouden hebben.
Bergop weer wandelend, de landschappen ogen minder mooi maar zijn in feite nog altijd hetzelfde. Je weet gewoon wat gaat komen, dezelfde gelverpakking op de weg, hetzelfde ezeltje, dezelfde geparkeerde wagens, dezelfde supporters, en een nog hetere zon.
Jacques drinkt nooit tijdens het lopen, omdat ie daarvan maagproblemen krijgt. Toch grijpt ie op een gegeven moment op een bevoorrading naar een bekertje ( warm ) water. Wat volgt is onbeschrijfelijk. Maagproblemen, naar het overgeven toe ( willen maar niet kunnen ). Ik mag van geluk spreken dat ik wel gewend ben te eten en te drinken tijdens een looptraining.
We houden vol, de ene pept de andere op en stilaan beginnen we hier en daar zelfs lopers in te halen. In de verte horen we weer een ambulance en beseffen we maar al te goed dat heelhuids binnen geraken het enige doel van vandaag mag zijn. Spreken tegen elkaar doen we amper, als je afziet heb je hier geen nood aan.
We kunnen stilaan de kilometers beginnen af te tellen. Een marathon begint normaal pas op kilometer 30-35. Deze marathon begon aan kilometer 1 en is nooit gemakkelijk geweest. Wat snakt een mens op zon momenten naar regen !
Op kilometer 36 beginnen we te cijferen en lijkt het binnen komen voor de limiet nipt haalbaar. Hier putten we energie uit, we versnellen onze looppas ( of dat denken we in ieder geval ). Op kilometer 40 roept Jacques naar me dat ik moet doorlopen, dat ik het dan wel haal. Onder luid applaus kom ik door de finish, waar ze al aan t opruimen zijn. Ik wacht Jacques op, die net op de valreep binnen komt. Bij aankomst gaat ie over een nadar hangen, doodop. Op zoek naar drank en gratis Limburgse vlaai. En naar mn fiere ouders.
Na een koffie en een alcoholvrij biertje zijn onze reserves al een beetje aangevuld.
We strompelen terug naar de sporthal, Els ( die na rillingen heeft moeten opgeven na km 33 ) pikt ons met haar wagen op en brengt ons naar de sporthal waar we samen nog wat nakaarten over de onmenselijke omstandigheden waarin we gelopen hebben.
Was dit mn eerste marathon geweest had ik er wellicht nooit geen meer durven lopen.
Er waren 75 starters, waarvan er slechts 55 binnen de tijdslimiet aangekomen zijn, waaronder 6 vrouwen