Als je Kortjakje gebruikt als
inzingoefeningetje voor je koor, weet dan dat het meisje niet zo onschuldig is.
Het volksliedje werd door Mozart in Parijs opgepikt om er 12 variaties voor
piano op te schrijven. De oorspronkelijke tekst (Ah!vous dirai-je maman) ging
over Les amours de Silvandre en vertelt de schroom van een jonge brunette om
aan haar moeder te vertellen dat zij in het bos verleid is door een zekere Silvandre.
En het Nederlands Centrum voor
Volkscultuur weet dan weer te zeggen dat Kortjakje niet zoals we zouden
vermoeden gaat over een schoolmoe kindje dat alleen s zondags er een beetje
door komt. Kortjakje zou een vrouw geweest zijn die in Amsterdam openbare
toiletten schoonmaakte en door de week vaak ziek was door overmatig drankgebruik.
Het denken over het voortbestaan in
zijn huidige vorm van het Sint Janskoor en van Musica ad Nives komt in een stroomversnelling.
Om te beginnen gaan we vanavond al eens moeten evalueren wat we van de
meiviering in Mechelen terecht brachten. En voor Musica ad Nives is de tijd
gekomen om mekaar eens diep in de ogen te kijken als we volgende donderdag in
de kring zitten.
Eén van mijn
(on)deugden is mijn passie voor boeken. Op alle plaatsen in ons huis vind je ze
terug: van de inkomhall naar de living, de slaapkamer, mijn bureau, de
logeerkamer. Boeken in alle soorten, maten, onderwerpen. Een bijzondere plaats
hebben de boeken die gaan over geschiedenis, kunst, fotografie, godsdienst (een
collectie kerk- en devotieboeken). Alles samen zijn ze met zn 10.000 (min of
meer, mijnheer pastoor). Iedere keer als ik hoor dat iemand boeken heeft weg
gedaan, doet mijn hart pijn en denk ik dat ze hun oude dag gerust bij mij
mochten komen slijten. E-readers zijn vooralsnog niet aan mij besteed.
Het kan dan
ook niet anders of er verscheen een milde glimlach op mijn gezicht toen ik in Express Business vanmorgen het volgende
las:
Met de
opkomst van de e-readers heeft de boekenkast in vele huishoudens plaats gemaakt
voor een digitale bibliotheek. De echte boekenliefhebber kan zich misschien nog
wel verzoenen met het swipen over een scherm in plaats van het omslaan van
een pagina, maar de geur van oude boeken kan geen enkel elektronisch
leesapparaat vervangen. Geen nood, sinds kort kan de boekenwurm met parfums en
kaarsen de geur van oude boeken oproepen. Van Karl Lagerfelds Paper Passion,
omschreven als de geur van stil papier, tot het chique Paperback-parfum van
Demeter, alle grote parfumfabrikanten lijken ontdekt te hebben dat de geur van
boeken een mysterieuze erotiserende werking heeft. In de duurdere categorie
vinden we In The Library van Christopher Brosius, een parfum dat volgens zn
maker de geur van gerafeld papier en geboend hout oproept. Dead Writers
Perfume zou dan weer het gevoel moeten oproepen dat je in een zetel zit en
bladert door vergeelde kopieën van Hemingways, Shakespeares, Fitzgeralds en
Poe.
Steeds op
zoek naar nieuwe ideeën, je geest open stellen voor de onverwachte associaties,
het ultieme moment vinden om je muzikale vleugels uit te slaan (uitdrukking
slaat op niets). En dus beginnen de radertjes te werken bij het lezen van
onderstaand artikel uit Het Laatste Nieuws. Pleidooi voor het mannelijk zingen
onder de ochtenddouche.
's Ochtends en 's avonds horen we
vogels het vaakst fluiten. Maar hoe komt dat en waarom zijn ze overdag zo stil?
"De
meeste vogels zingen vooral 's morgens - het koor begint kort voor
zonsopgang", zegt professor Dr. Luc Bouwens van de Vrij Universiteit
Brussel."Je zou zeggen dat ze blij
zijn dat de zon weer opkomt." "Nuchter bekeken is het zo dat vogels,
meestal de mannetjes, tijdens het voortplantingsseizoen zingen om hun
territorium af te bakenen, tegen andere mannetjes, en om vrouwtjes aan te
trekken."
"Biologen
denken aan drie redenen om het ochtendkoor te verklaren", legt Bouwens
uit.
"'s
Ochtends is er minder wind en is het in het algemeen rustiger waardoor het
geluid zich beter voortplant en verder reikt; het is dus efficiënter
zingen."
Anderen
geloven dan weer "dat vogels op dat moment weinig anders doen vermits er
nog te weinig licht is om voedsel te zoeken of te jagen (en voor insecten te
koud om te bewegen)".
"Na
de nacht zijn de energiereserves van de vogels het laagst; mannetjes die
desondanks nog lustig kunnen zingen, "adverteren" zich dus als zeer
fit en geschikt voor de voortplanting."
Veni Creator
Spiritus is een kerkelijke pinksterhymne, die vooral in de Katholieke Kerk bij
bijzondere gelegenheden ten gehore wordt gebracht.
De tekst is
vermoedelijk van de Benedictijner monnik Hrabanus Maurus en wordt meestal in
het Gregoriaans gezongen, hoewel hij ook als inspiratiebron diende voor andere
componisten, zoals in het eerste deel van de Achtste Symfonie van Gustav
Mahler, de orgelcompositie Prélude, Adagio et Choral varié sur le thème du Veni
creator spiritus van Maurice Duruflé.
Binnen de
Katholieke Kerk wordt de hymne onder andere vertolkt bij wijdingen van diakens,
priesters en bisschoppen. Ook wordt het Veni Creator gezongen als de kardinalen
de Sixtijnse Kapel betreden voor een conclaaf om een nieuwe paus te kiezen.
In het Enchiridion
indulgentiarium, het officiële handboek van het Vaticaan wordt bepaald dat
diegenen die de hymne op de 1e januari en op Pinksteren zingen een
volle aflaat kunnen verkrijgen.
Claudio
Monteverdi wordt vandaag 449 jaar (geboren in Cremona op 15 mei 1567). Van
sommige mensen zeg je dat ze zo lang geleden geboren of gestorven zijn. Maar
van hem zeg je: hij leeft deze prins van de muziek. Met hem in zijn opera Orfeo
onsterfelijk geworden.
If I were a
rich man of liever een wat rijkere man met een niet zo drukke agenda. Dan zat
ik op 3 juli in Royal Albert Hall in Londen om te luisteren naar een uitvoering
van The Armed man, a mass for peace van Karl Jenkins. The armed Man werd
besteld door het Koninklijk Wapen Museum ter gelegenheid van de
milleniumviering en kende zijn wereldpremière in april 2000 in diezelfde
concertzaal. Nu komt sir Karl Jenkins terug om zijn werk opnieuw zelf te
dirigeren, werk dat ondertussen verankerd is in het nationaal geheugen.
De Britse
vorst Utherpendragon wordt hevig verliefd op Igerna, de vrouw van zijn vijand
Gorlois van Cornwall. Door de toverkunsten van Merlijn is hij in staat de
gedaante van Gorlois aan te nemen en op die manier verleidt hij Igerna. Uit
deze verhouding wordt Arthur geboren. De jongeman wordt koning als hij vijftien
is en begint met de herovering van Brittannië op de Saksen, de Scotten en de
Picten. Als hij die overwonnen heeft, huwt hij Guinevere, die uit nobele
Romeinse familie stamt en de mooiste vrouw van het hele eiland is.
Na de verovering van Ierland en IJsland heerst
er twaalf jaar vrede. De roem van de jonge vorst verspreidt zich over de hele
wereld; zijn hof wordt voor heel Europa het voorbeeld van ridderlijkheid en
hoofsheid.
Arthurs groeiend prestige wekt echter
ongenoegen, waardoor hij gedwongen wordt opnieuw oorlog te voeren: hij verovert
Noorwegen, Denemarken en weet zelfs heel Gallië te onderwerpen. Machtiger dan
ooit houdt hij op Pinksteren een schitterend hoffeest in de Stad der Legioenen.
Wanneer de Romeinse keizer belasting komt opeisen, vertrouwt de Britse koning
zijn rijk toe aan zijn neef Mordred. Artur vertrekt met zijn leger naar Gallië
waar hij de Romeinen verplettert.
Hij maakt
zich op om Rome te veroveren, maar dan bereikt hem het bericht dat Mordred de
hem toevertrouwde kroon op zijn eigen hoofd heeft gezet en nu samenleeft met
Guinevere, die Arthur ontrouw is geworden. Terug in Brittannië verslaat Arthur
in drie veldslagen zijn verraderlijke neef. Na Mordeds eerste nederlaag vlucht
Guinevere naar een klooster, waar zij non wordt. In de laatste slag wordt
Mordred gedood, evenals veel van Arthurs ridders. Maar ook Arthur is dodelijk
gewond; hij wordt naar het eiland Avalon gebracht om er van zijn wonden te
genezen. Hij draagt zijn kroon over aan zijn neef Constatijn in het jaar 542.
Op 4 en 5
juni wordt, respectievelijk in Puurs en in Mechelen, de semi-opera King Arthur
van Purcell opgevoerd. Verrassend genoeg vindt dit plaats in twee kerken. Het verhaal
is anders pikant genoeg: Emmeline is de
blinde dochter van Conon, de hertog van Cornwall. De koning van Kent, Oswald,
is een Saks. Hij maakt Emmeline het hof, alhoewel zij de verloofde van Koning
Arthur is. Oswald besluit de Britten de oorlog te verklaren om Emmeline: daar
pas begint het muzikale gedeelte van het werk. De veldslag loopt af in het
nadeel van de Saksen, maar Oswald schaakt Emmeline op het eind van het eerste
bedrijf. Arthur gaat naar haar op zoek: zijn tovenaar Merlijn heeft hem verteld
dat alles wat hij ziet niet echt is. Dwaallichten proberen zijn ridders van de
wijs te brengen, Arthur ontmoet Sirenen die naakt baden in een beek en hem
proberen te verleiden. Hij belandt in het vierde bedrijf in een betoverd bos.
Het komt uiteindelijk tot een verzoening in het vijfde bedrijf, en de opera
wordt besloten met een feestelijke masqué.
Het werk is
opzettelijk als semiopera geconcipieerd: de gezongen stukken kunnen op zichzelf
worden uitgevoerd, maar dan verliest men de coherentie van het verhaal, terwijl
een opvoering van alleen maar de tekst ook grote gaten in het dramatische
verloop zou laten. Op muzikaal gebied behoort King Arthur tot Purcells
memorabelste werken: de aria's Fairest
Isle, How blest are shepherds en St George zijn zeer bekend geworden,
alsook de dwaallichtscène Hither, this way
en de echo in Come if you dare.
Bijzonder geslaagd was eveneens de muzikale uitbeelding van het bibberen van de
Koude Genius die oprijst.
Ik ben nogal
benieuwd wat er van deze semi-opera gemaakt wordt. Na de opvoering van de The
Messiah door hetzelfde ensemble ben ik bang dat er weer zal geknipt worden in
het origineel zodat het meer een muzikaal allegaartje wordt dan een coherent
geheel. Maar ik mag niet op voorhand kritisch zijn. Elliot Gardener die ik
hoorde in dit werk moet niet de maatstaf zijn, alhoewel
Het Eurosongcircus komt weer op gang. 3
avonden zullen miljoenen kijkers aan hun tv-toestel gekluisterd zijn. Europa
heeft wel een heel ruim begrip gekregen de laatste decennia. Half Azië en
Australië willen hun opwachting komen maken. Nochtans bestaat er ook zo iets
als een tegenbeweging. De krant De Standaard bericht vandaag over een groeiend
aantal mensen die voor een Brexit en/of een Frexit zijn. Twee van de grote
financiers (Engeland en Frankrijk) zien de bui al hangen. In Engeland zouden 60
% van de ondervraagden het wel zien zitten om niet meer deel te nemen, in
Frankrijk 40%. Daar tegenover staan de Zweden als de grootste fans van
Eurosong.
Is het toevallig dat de populariteit
samenhangt met de (wan)prestaties van sommige landen, of is het toch de
politisering en de coalitievorming die het hem doen?
Nu maar hopen dat Laura Tesoro voor ons
een wit konijn uit haar keeltje tovert.
Het vereren van moeders is een veel
oudere traditie dan de moderne Moederdag en gaat terug op de moedercultus in
het klassieke Griekenland. De formele moedercultus met ceremonies voor Cybele
of Rhea, de Grote Moeder der goden, werd overal in Klein-Azië beoefend op de
ides (15e dag) van maart.
Zoals vele van onze moderne feestdagen
kwam de huidige moederdagviering overgewaaid uit de Verenigde Staten. In 1914
bepaalde president Wilson dat dit gevierd zou worden op de tweede zondag van
mei.
De Amerikaanse Moederdag was nog niet
bekend toen de Antwerpse, liberaal denkende kunstenaar en schepen Frans Van
Kuyck (1852-1915) in 1913 een Moederdag introduceerde op 15 augustus, de
feestdag van Maria, sinds 1124 de patrones van de stad. Het was de dag van de
grote Mariaprocessie. Volgens de Antwerpse schepen was de sociale orde in het
begin van de eeuw grondig verstoord door de ingrijpende modernisering. Zijn
remedie: het herstellen en cultiveren van de waardigheid van de familie.
Hiervoor moest volgens Van Kuyck alles ingezet worden op het in beeld brengen
van de rol van de moeder in het gezin en de maatschappij. Een speciale dag leek
hem een ideale techniek. Van Kuyck mobiliseerde de plaatselijke pers en de
scholen, publiceerde een scenario en zette een propagandacomité aan het werk.
De kinderen en vader moesten moeder verrassen met versieringen,
gelegenheidsversjes, bloemen, speciale broodjes en zelfs juwelen.
Op 15 december
2015 kon je op Twitter lezen: UGent zoekt nieuwe persattaché. Nu is de kogel
door de kerk. Radio 2 Oost-Vlaanderen verliest een knappe redacteur (al zeg ik
het zelf). Tine Dezeure (mijn lieve schoondochter en moeder van Juliette en
Martha) maakt de overstap van het woelige journalistenleven naar de overkant
van de barrière, niet zonder een beetje pijn in het hart. Ik ben er zeker van
dat de UGent weer een beetje extra schwung krijgt. Succes!
De
ontkerkelijking slaat diepe wonden in de traditionele kerkkoren. Met weinigen
zijn zij waarvan de gemiddelde leeftijd beneden de 65 jaar ligt. Met enige
weemoedige trots wordt gekeken naar weer eens een lid dat de 90 jaar
overschrijdt: kroniek van een aflopend gebeuren. En als dan al aan de grote
kerken en kathedralen nog een koor overblijft, die naam waardig, dan is het
meestal niet om de religieuze connotatie, maar om wille van de grote klassieke
werken die geprogrammeerd worden. Pogingen om volkszang van de grond te krijgen
is tot mislukken gedoemd door de steeds hogere leeftijd van de kleine schare
kerkgangers.
Het wordt
helemaal duidelijk als je de aanwezigheid op de grote, sterke momenten in een
kerk bekijkt. Het loopt nog wel eens vol bij een begrafenis, al gaan de
burgerlijke diensten in uitvaartcentra met grote sprongen vooruit. Huwelijken
laten de kerk aan zich voorbij gaan. En nog lager wordt het helemaal dramatisch.
Er werden cijfers bekend gemaakt in het dekenaat Sint-Niklaas over het aan tal
eerste communicanten versus de lentefeesten. De eerste communicanten zijn op
één had te tellen, vieringen vinden plaats in een halflege kerk. Basisschool van de
Broeders in de Nieuwstraat: 4 eerste communicanten op 30 leerlingen.
Basisschool Berkenboom in de Ankerstraat: 5 eerste communicanten op 40.
Hetzelfde verhaal in heel wat andere basisscholen in Sint-Niklaas-centrum. In
totaal tellen de 21 basisscholen in de stad samen nog 184 eerste communicanten,
meer dan een halvering in vergelijking met 7 jaar geleden.
Popup winkels, restaurants zijn de
grote rage van het ogenblik: een paar maanden aan de slag met iets nieuw, kort
en krachtig om dan weer te verdwijnen, of om vast te stellen dat het concept
aanslaat en een nieuwe niche aan te boren.
Londen is voor mij dé place to be als
het gaat om mooie concerten in een historische omgeving. Maar wat te denken van
het nieuwe pop-up restaurant The Bunyadi? De naam betekent in het Hindi zoiets
als fundamenteel of basis of natuurlijk. Nog voor we weten of het eten te
doen is, is er nu al een wachtlijst van 30.000 klanten (er zijn 46 plaatsen in
de gelegenheid). En dat allemaal omdat de gasten verondersteld worden al hun
kleren bij het binnenkomen achter te laten en naakt van hun maaltijd te
genieten. Mijn probleem: waar steek je in hemelsnaam je kredietkaart?
Met de stilaan doorbrekende lente
regent het ook verontschuldigingen in onze koren. Spanje, Portugal, Nederland,
Frankrijk staan op het programma van onze reislustige cultuur minnende leden.
Minder leuk is dan weer dat er ook een paar van onze sterkhouders last hebben
van hun gezondheid. Langs deze weg stuur ik hen een dikke knuffel: ze worden
heel erg gemist niet alleen als zanger, maar ook als vrienden die een lege
stoel achter laten.
Voor Korile is het nog wel te doen,
rustig kennis maken met nieuwe dingen om dan later in een hogere versnelling te
schakelen. Musica ad Nives en het koor van Sint Jan baren grotere zorgen: voor
hen wordt het behelpen voor de snel naderende uitvoeringen, respectievelijk van
Pinksteren en de meimaand.
Zoals de meeste kathedralen in Engeland
heeft Liverpool zijn eigen kathedraalkoor. Om het vriendelijk te zeggen: niet
de top, als je vergelijkt met de eenzame hoogtes die Westminster, Sint Paul, of
Kings college bereiken. Waarom dan deze groep vermelden?
Hun selectiebeleid geniet de
twijfelachtige eer om twee monumenten te hebben geweigerd toen ze nog knaap
waren: de Beatles Paul McCartney en Georges Harrison werden niet muzikaal en/of
goed genoeg bevonden om lid te worden. Dat het koor later twee klassieke
stukken van Paul McCartney heeft uitgevoerd was een magere compensatie.
Tijdens de
Middeleeuwen won de indeling van het kerkgebouw aan de hand van graden van
sacraliteit aan belang. In de architectuur en de liturgie uitte zich dit in de
materiële scheiding tussen het koor en het kerkschip. Er ontstonden twee aparte
ruimten binnen hetzelfde gebouw. in tegenstelling van wat we intuïtief zouden
denken, steeg het aantal niet-liturgische activiteiten in aantal en
diversiteit. Tenminste dit was zo wat betreft het kerkschip. Het koor werd meer
en meer een heilige plaats die gereserveerd moest worden voor God en de heilige
liturgie.
We vinden verschillende
sporen terug die erop wijzen dat de agapè-maaltijden uitlopers hadden in de
Middeleeuwen. Zo gebeurde het dat er brood en bier werd verdeeld onder de armen
bij begrafenissen of jaargetijden. Een gebruik van in wijn gedrenkte stukjes
cake die na de huwelijksinzegening aan het koppel en soms aan de aanwezigen
werden gegeven, wordt in verband gebracht met de vroegchristelijke
bruilofts-agapè; en ook de agapè bij het doopsel lijkt uitlopers te hebben. De
bedeling van brood onder de armen kan ook uit de agapè-maaltijden zijn
voortgevloeid. Voorts bestonden er tijdens de Middeleeuwen tal van
parochiefeesten. Waarschijnlijk door gebrek aan een andere ruimte die voldoende
groot was, vonden deze feesten, die meestal een goed doel dienden, plaats in
het schip van de kerk. Deze gang van zaken kreeg niet de steun van de
bisschoppen. Immers, zoals aartsbisschop Reynolds meende,
bepaalde zonen van gulzigheid en
dronkenschap, wiens god hun buik is, verorberen met Pasen haastig het Lichaam
van de Heer, en zetten zich dan neer in de kerk zelf om te eten en te drinken
alsof ze in een herberg zijn.
Bisschoppen
en synodes hebben ook gereageerd tegen het dansen in kerken. Toch bleef het
gebruik bestaan, niet enkel tijdens volksfeesten, maar ook binnen de liturgie.
Een dans die waarschijnlijk in de 8ste eeuw ontstond en vandaag nog steeds
jaarlijks door achtduizend mensen wordt gedanst, is de processie van
Echternach.Een nieuw fenomeen in de
Middeleeuwen is het spelen van spelletjes binnen de kerk en zelfs binnen de
liturgie. Dit kon gaan van het maken van grapjes, iets wat overigens tot nog
vrij recent gebruikelijk was tijdens de vieringen op Laetare-zondag, tot heuse
balspelen. Ook het luiden van klokken kon deel uitmaken van deze, voor ons
misschien wel bevreemdende gebruiken. Eveneens waarschijnlijk nieuw in de
Middeleeuwen was het spelen van theaterstukjes binnen het kerkgebouw en soms
ook tijdens de liturgie. Dit gebruik kende een lange traditie en was
wijdverspreid. Theater is net als dans ook een vorm van expressie en heeft
bovendien de kracht toeschouwers op te nemen in de belangrijke en vaak
mysterieuze gebeurtenissen uit het leven van Jezus en van de Kerk. Het gebeurde
dat voorstellingen werden opgevoerd ten voordele van projecten. Ook tegen
theater in de kerken hebben verschillende personen en synodes gereageerd. De
godvruchtige bedoeling van de spelen kwam immers meer en meer in de schaduw van
het vermakend karakter te staan.
In de
Middeleeuwen gebeurde het ook dat allerlei goederen in de kerk werden verkocht.
Belangrijke feesten van onder andere heiligen trokken immers massas volk naar
de centra. Kooplieden lieten zo een kans natuurlijk niet aan zich voorbijgaan.
Maar niet enkel zij werden er beter van, ook de parochies waren blij met de
extra inkomsten uit standgeld. Vele veroordelingen volgden, maar zij waren niet
allemaal even restrictief.
Kerken
bleven ook gebruikt worden als vergaderplaats en discussieruimte, dit zowel
voor de Kerk als voor het lokaal burgerlijk bestuur. Ook het Engelse parlement
kwam geruime tijd samen in een kerk. De middeleeuwse gilden gebruikten de kerk,
waar zij vaak ook een eigen kapel of altaar hadden, eveneens voor vergaderingen
en verkiezingen. Het gebeurde zelfs dat vergaderingen doorgingen tijdens de
uren van de diensten. De kerk bleef ook aantrekkelijk voor hen die een
juridische handeling stelden. Rechtspraak gebeurde vaak nog in een kerk. Als
belangrijk centrum van een gemeenschap bleef de kerk ook de ideale plaats om belangrijke
aankondigingen te doen.
Ik ben Carlo (Carlo Claes), geboren op 20 september 1944. Als je goed telt weet je hoe oud / jong ik ben. Enkele jaren geleden gaf ik mijn job als resoc-coördinator van Waas en Dender op om met brugpensioen te gaan. Sindsdien kan ik mij aan mijn echte passie wijden: de koormuziek. Ik dirigeer twee koren: Fiori Musicali uit Sint-Niklaas en het Hanswijkkoor in Mechelen. Zo ontmoet ik iedere week een hoop fijne, lieve mensen. Maar hier is de wereld nog veel groter. Dus kom ik nu ook jou tegen.