Sinds kort staat er op de website van Koor & Stem een aankondiging van een nieuw korenproject onder de naam "Are you ready to sing groovy?": pop- en jazzmuziek voor driestemmig (jeugd)koor + beatbox. Leider van de aanzinggroep Witloof Bay is Benoît Giaux, die wel meer pijlen op zijn muzikale boog heeft. Eén van mijn mooiste herinneringen was zijn optreden in Pecs twee jaar geleden, met zijn jeugdkoor van de Munt La Choraline. Een prestatie om "u" tegen te zeggen. Ik ben ze nog altijd niet vergeten. Diezelfde Giaux zal nu ook op Europa Cantat een workshop leiden 'Groovy ladies'. Fun verzekerd en resultaat evengoed.
Het is nog vroeg dag, maar toch wil de leden van KORILE al wijzen op een paar repetities waar niemand mag ontbreken. Op 18/9, 2/10 en 16/10 hebben we een bijzondere gastvrouw: Elise Caluwaerts komt dan ons koor coachen, om een hoger niveau te proberen bereiken. Samen met de koordag van 9 september zijn deze dagen een absolute must om weer helemaal mee te zijn. Zeg niet dat je het niet op voorhand wist. Zet maar een groot kruis op je kalender, en voor diegenen die zich niet veel wassen, een dikke bol op je hand.
Eindelijk is de zomer er, juist op tijd om de twee olympische evenementen van dit jaar met zon te overgieten. Jaja, twee olympiades: eentje van het zingen met Europa Cantat, dat deze week van start gaat, en eentje in Londen dat net iets meer aandacht krijgt. Dat de twee verzoenbaar zijn blijkt uit de programmatie van Europa Cantat: de opening van de spelen in Londen wordt in Torino vrijdagavond op groot scherm uitgezonden. En ondertussen is er een klein zweempje van ongerustheid, nu dochterlief met haar kinderen een voettocht maakt in de Pyreneeën. Hopelijk wordt het vuur haar alleen figuurlijk aan de schenen gelegd.
Het verscheen enkele maanden geleden al eens enkele minuten op de blog, maar nu is het toch wel echt definitief. Gert en Karen kunnen binnen enkele weken hun intrek nemen in de 17e-eeuwse Fonteinhoeve in Temse, samen met de Kapel van Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Weeën, geklasseerd als beschermd dorpsgezicht. Misschien het stamhuis van een nieuw geslacht.
Wie leest Het Belang van Limburg? Een hoop Limburgers natuurlijk. Zij konden het volgend bericht lezen:
Een archeologisch onderzoeksteam denkt de stoffelijke resten van Lisa Gherardini (1479-1542) te hebben ontdekt in een verlaten klooster in Firenze. Deze vrouw zou geposeerd hebben voor da Vincis wereldberoemde schilderij, de Mona Lisa.
Een jaar geleden startte een ploeg wetenschappers de opgravingen naar het beroemdste model uit de kunstgeschiedenis. Historische documenten beweerden dat la Gioconda begraven ligt onder het altaar van de kerk bij het klooster SantOrsola in het centrum van Firenze. Na de dood van haar man, de rijke zijdehandelaar Francesco del Giocondo, bracht Lisa daar de rest van haar leven door.
Het hoofd van het onderzoek, professor Silvano Vinceti, spreekt van een opwindende ontdekking. Een forensische analyse moet uitwijzen of het gevonden skelet inderdaad dat van Lisa Gherardini is. Het DNA van de gevonden botten zal worden vergeleken met dat van haar twee zonen, Bartolomeo en Piero. Zij liggen begraven in een nabijgelegen kerk. Bovendien zullen experts aan de hand van haar schedel het gelaat van de roemruchte dame reconstrueren. Als dat gelijkt op het aangezicht van da Vincis portret, is een van de grootste mysteries van de schilderkunst eindelijk onthuld.
Makeblijde uit Zele (koor van het jaar 2005-2006) nam deel aan een gerenommeerde wedstrijd in Istanbul, het Istanbul International Chorus Competition & Festival, georganiseerd van 4 tot 9 juli. Met deze wedstrijd werden vijftien koren verwelkomd van Estland tot Hongarije.
In hun categorie namen ze het op tegen 2 vrouwenkoren uit Bulgarije en 1 uit Turkije. Met een krachtige uitvoering van zowel binnen- als buitenlandse werken hebben ze de jury kunnen overtuigen. Hun score van 97,66% leverde hen 2 bekers op: de eerste prijs in de categorie vrouwenkoren én de eerste prijs in het totale klassement.
Hun eerste internationale titel is een feit!
In concert te beluisteren in Zele op 23 september in het gemeentehuis.
Het is verre van mij om de oorlog en zijn gruwelen te romantiseren of te verheerlijken. Maar toch is er iets dat er ons telkens weer toe drijft om herinneringen op te halen en in beeld te brengen. Mijn oom en peetvader werd 96 jaar oud; tegen het einde aan begon een stukje van zijn geheugen te vervagen, maar wat hem nooit in de steek liet waren zijn belevenissen in WO II. Zijn vermelding op de dagorder van het leger, zijn voor hem onvergetelijke tijd gedurende de mobilisatie, de vrienden die hij daar vond, ... dat alles leek bij hem het hoogtepunt van zijn leven, wat het de moeite waard maakte om geleefd te hebben. Omdat hij mij zo dierbaar was, is het dan ook niet verwonderlijk dat sommige films en de daarbij horende muziek, mij aan hem herinneren. Ik vind de muziek die bij de tv-serie van Spielberg "Band of Brothers" hoort op een speciale manier ontroerend. Dat het dan nog eens om een serie gaat van heel hoge kwaliteit, versterkt dit alleen maar.
De muziek van het orgel is vandaag de dag wereldwijd een essentieel onderdeel van elke kerkdienst en bijna synoniem voor heilige muziek geworden. Geworden? Is het dan niet altijd zo geweest? Nee. Kijken we naar de orgelgeschiedenis dan zult u opmerken dat de kerk tegen wil en dank de thuis van het orgel is geworden:
Het orgel werd niet uitgevonden door een musicus maar door een ingenieur genaamd Ktesbios uit Alexandrië/Egypte die leefde in de 3de eeuw voor Christus. Hij bouwde verscheidene rijen van pijpen die verschillende klankkleuren konden produceren. De luchtdruk die hiervoor nodig was werd door zuigerpompen geleverd die met de voeten werden aangedreven.
Het orgel zag zijn eerste hoogtepunt in de 1st eeuw voor Christus, toen er zelfs openbare orgelspelcompetities werden gehouden. Het was de Romeinse keizer en Christenvervolger, Nero, die, in 67 na Christus het orgel introduceerde in Rome, een instrument dat hij via zijn Griekse leraren heeft leren kennen. Spoedig werd het een statussymbool van de Romeinse aristocratie.
De keizer Constantijn bracht later het orgel in het Byzantijnse Rijk. Toen het Westromeinse Rijk verloren ging en daarmee ook het orgel daar, bleef het orgel in Europa nog steeds een statussymbool in de keizerlijke paleizen in het Byzantijnse Imperium (zij hadden zelfs orgels met gouden pijpen die met kostbare edelstenen werden gesierd) tot het einde van dat rijk in 1453. Zo was het orgel het essentiële instrument in keizerverering gedurende ongeveer duizend jaar.
In de Westerse Wereld verscheen het orgel pas weer in 757 na Christus, toen koning Pippin de Kleine ode de Korte (vader van Karel de Grote) een orgel cadeau kreeg van de Byzantijnse Keizer Constantijn de Vijfde. Een eeuw later werd het eerste Europese orgel gebouwd in Aken.
De kerkvaders en pausen keurden muziekinstrumenten tijdens de kerkdienst af. Dit was vooral op het orgel van toepassing, dat het ultieme symbool van werelds genot zou zijn door het sensuele opwindende geluid van Aulos te imiteren (een oud dubbel blaasinstrument bestaande uit twee speelpijpen: een lange pijp voor begeleiding en een korte pijp waarop, gelijktijdig, de melodie werd gespeeld).
Echter, na de millenniumwisseling, verschenen de eerste orgels in kloosters, en, vanaf de 13de eeuw ook steeds meer en meer in kerkgebouwen. En, ver afgelegen van Rome, vond het orgel, wegens de speciale mogelijkheden voor onderwijs die het had, langzaam maar zeker zijn weg in de kerken. Uiteindelijk hadden in de 14de eeuw de meeste belangrijke stadskerken een orgel. Nadat de raad van Milaan in 1287 was overeengekomen het orgel goed te keuren als het enige muzikale instrument dat in de kerkdiensten mocht gebruikt worden besloot de Generale Raad van Ferrara in 1290 om het spelen van het orgel tijdens de diensten te verbieden".
Tussen de 14de en 16de eeuw werden vele verbeteringen geïntroduceerd in de orgelbouw, onder andere het pedaal. Na deze periode van glorie bracht de Hervorming een nieuwe crisis. Terwijl Martin Luther het gebruik van het orgel steunde, verwierpen Johannes Calvijn en Ulrich Zwingli het gebruik van het orgel rigoureus. Vele orgels werden vernietigd of moesten tijdens de kerkdienst worden gesloten.
Komkommertijd ook op de blog. Maar waar komt dat gekke woord vandaan? (alleszins niet van mijn grote goesting naar komkommers, want iedereen weet dat de reuk alleen al voor mij een perfect voorbehoedsmiddel is).
In Engeland werd het voor het eerst opgetekend in een bargoens woordenboekje met de uitleg taylers holiday, when they have leave to Play and Cucumbers are in season. Komkommers worden in de zomer geoogst, de adel verliet de stad waardoor er voor kleermakers niet veel te verdienen was. Volgens enkele etymologische woordenboeken, werd het woord in Engeland vooral gebruikt door kleermakers van Duitse origine (Sauregurkenzeit).
In het westvlaams werd deze komkommertijd ook wel plattebonentijd genoemd.
Iets meer dan 1000 jaar geleden leefde er aan het hof van kalief Harun Al-Rashid in Bagdad, het toenmalige centrum van de Islamitische wereld, een briljante muzikant van Perzische afkomst; Ali ibn Nafi, genaamd Ziryab (de merel). Ziryab
had heel eigenzinnige ideeën over de bouw van de ud en hij verbeterde dit instrument zodanig dat het nog verfijnder en hemelser klonk tijdens zijn spel. Maar Ziryabs leermeester en koninklijk hofmuzikant Ishag-al-Mawsili, verteerde het
succes van Ziryab niet. Toen de intriges aan het hof te erg werden, besloot Ziryab te vluchten naar de verste uithoek van het rijk: Andalusië in Spanje. Daar aangekomen, aanschouwde hij de steden Cordoba, Sevilla en Granada waar het
bruiste van culturele, artistieke en religieuze activiteiten. Eens Ziryab zich aan het hof in Cordoba gesetteld had, introduceerde hij daar een nieuw muziekgenre dat een mengelmoes was van Griekse, Perzische en Arabische elementen die
hij tijdens het reizen vergaard had.
Het was dit genre dat het fundament van onze (latere) westerse klassieke muziek
diep beïnvloedde. Aan Ziryab wordt ook het toevoegen van een vijfde snaar aan de ud toegeschreven. De kruisvaarders en rondtrekkende muzikanten die deze muziek hoorden, werden er zo door geroerd dat ze de muziek meenamen naar
huis en zo over heel Europa verspreidden.
Je hebt vast al gehoord over de troubadours die met hun luit in Europa rondtrokken om de mensen te vermaken met hun muziek en liederen? Wel, de troubadours namen deze levenswijze over van de Arabieren die Spanje en Noord-Afrika in hun macht hadden in de 8ste eeuw. De luit heet in het Oosten ud. In Europa maakte de luit een ontwikkeling door die ervoor zorgde dat het aantal snaren werd uitgebreid. Daarnaast kreeg het instrument ook fretten, waardoor het spelen van akkoorden werd vergemakkelijkt, maar de Arabische kwarttonen niet meer mogelijk waren.
Wie ben ik om naar de kroon te steken van de onvolprezen Jos, ons koorlid, dat samen met ons een wandeling maakt door Zurenborg, a.s. zaterdag om 14.00 u. Maar mijn muziekhart trekt toch maar eventjes de aandacht op het volgende:
In het hart van Zurenborg, de bekende jugendstilwijk van Antwerpen, bevindt zich de Sint-Norbertuskerk aan de Dageraadplaats, op wandelafstand van het station van Berchem. Deze kerk staat bekend om zijn hoge kwaliteit op het gebied van liturgie en kerkmuziek. Pastoor Marcel Willem, de kerkfabriek, Het Antwerps Barokorkest, de Sint-Norbertuscantorij en organist Emmanuel Van Kerckhoven streven naar eenheid tussen woord en muziek. De kerk is bovendien met haar ruime, lichte architectuur, prachtige akoestiek en schitterend Loretorgel uit 1846 een ideale plek voor concerten.
Ik ben niet wakker geworden met trommelgeroffel, trompetgeschal en krijgsrumoer op deze 11 juli 2012. Dat heeft niet te maken met het feit dat ik mij geen Vlaming zou voelen. Het is niet voor niks dat ik op internationale zangontmoetingen graag zeg dat wij 'Fiaminghi' zijn, wat bij musici en andere kunstenaars nog altijd een aha-erlebnis veroorzaakt. Met het zgn. Vlaamse volkslied heb ik het al heel wat moeilijker, puur omwille van de draak van een tekst en in mindere mate omwille van de helemaal gedateerde muziek. Met een beetje geluk kennen sommigen van ons de tekst van de eerste strofe (zingen op school stelt toch al niks meer voor, laat staan dat wij de Vlaamse Leeuw leren). Maar wie kent de vijf strofen van het oorspronkelijk gedicht van Hipolliet Van Peene? Geniet mee met mij bij de 5e strofe:
Het wraaksein is gegeven, hij is hun tergen moe; Met vuur in 't oog, met woede springt hij den vijand toe. Hij scheurt, vernielt, verplettert, bedekt met bloed en slijk En zegepralend grijnst hij op 's vijands trillend lijk. Zij zullen hem niet temmen, zolang een Vlaming leeft, Zolang de Leeuw kan klauwen, zolang hij tanden heeft. Zolang de Leeuw kan klauwen, zolang hij tanden heeft.
Ik hoop al jaren dat wij iets mooi als volkslied krijgen. En dank ik spontaan aan "Lied van mijn land".
De verering van de heiige Cecilia, patrones van de muziek, muzikanten en zangers, heeft heel wat kunstwerken geïnspireerd zowel in de literatuur als in de muziek. Eén daarvan is de Messe de Sainte Cécile van Charles Gounod, één van de zestien missen die hij componeerde.
Deze mis was niet alleen een werk dat hij in opdracht schreef, maar ze was ook op een bijzondere wijze gelinkt aan zijn privéleven. In zijn memoires vinden we dat zij een tribuut was aan zijn schoonvader Zimmerman, die in 1853 stierf.
Alhoewel de tekst en de uitwerking van de muziek een strikt liturgisch opzet hebben, toch maakte Gounod bepaalde keuzes die veel minder traditioneel waren en veel hedendaagser. Daarmee brak hij met zijn vroeg werk als religieus componist, waarin hij tot dan toe veel meer teruggegrepen had naar voorbeelden uit het verleden.
Misschien verklaart dit het enthousiasme van de toehoorders bij de eerste uitvoering in de Saint Eustachekerk in Parijs. Zij waren onder de indruk van de grandeur van de muziek, en zij realiseerden zich hoe sterk Gounod er persoonlijk bij betrokken was.
Internet is niet meer weg te denken uit ons bestaan. Naast een immense schat aan informatie (teveel om te verwerken in één mensenleven) opent het vaak ook een venster op de wereld, niet in het minst die van de muziek. Binnen de European Music Council (de Europese afdeling van de Music Council van de UNESCO) is zo o.m. een site van de Cité de la Musique. Opmerkelijk daar is dat er een hele reeks integrale live concerten op staan die gegeven werden in de Salle Playel in Parijs. Veel van deze concerten hebben een uitzonderlijk niveau. Dankzij deze site kunnen we toch nog een klein beetje meegenieten van deze optredens die anders zijn voorbehouden voor de happy few. Gande van barokmuziek over klassieke tot hedendaagse muziek, krijg je een staalkaart van de Franse en mondiale muziekscène.
Deze week vindt de 15e editie plaats van de zomerweek van de Internationale Bachdagen in Brugge. Feestelijk hoogtepunt is het slotconcert op zondag 15 juli om 17.00 u in de Sint Jacobskerk. Op het programma:
*Johann Sebastian Bach, Höchsterwünstes Freudenfest (BWV 194) openingskoor en 2 koralen *Johann Pachelbel, Magnificat in G * Johann Sebastian Bach, Du Hirte Israel, höre (BWV 104) openingskoor en koraal *Johann Sebastian Bach, Ach, wie flüchtig, ach wie nichtig (BWV 26) openingskoor en koraal *Johann Christoph Bach, Der Mensch vom Weibe geboren * Georg Friedrich Händel, Coronation Anthem II Let thy hand be strengthened
Tussen de meer dan 400 mails die je vindt als je er een week tussen uit was, waren er een paar vragen om meer uitleg over de vakantie-zangavond van Musica ad Nives van 9 augustus. Een avond zonder veel grote ambitie, maar gewoon om mekaar nog eens te zien en onze muzikale ziel te laven aan wat leuke koormuziek. Maierhofer is daarvoor uitstekend geschikt. De mensen van MaN weten natuurlijk dat die avond doorgaat op de gewone plek. Voor de andere geïntereseerden: het repetitielokaal van MaN is gelegen in de Reuzenpoort ( een smalle doorgang naast het oud stadhuis van Borgerhout op de Turnhoutsebaan. Misschien dat de gps de Sint Erasmusstraat gemakkelijker opspoort. Natuurlijk vindt dat geen kat. Makkelijkst is om te gaan parkeren op het Laar aan de kerk van Onze Lieve Vrouw ter Sneeuw. Daar is de donderdagavond gegarandeerd parkeerplaats. Mijn auto zal daar ook staan, met daarnaast een of andere bevallige dame die je naar het repetitielokaal gidst om 5 voor acht. Daarmee weet je meteen dat we gaan zingen van 20.00 tot 22.00 uur, met de nodige pauze (nicotineverslaving is nog niet opgelost). Tegelijk maken de Torinogangers de anderen een beetje jaloers met hun ervaringen van Europa Cantat.
Hier zijn we weer, na een weekje zee met 5 van de 6 kleinkinderen. Het cartoontje hiernaast slaat op de fysiek: 3X20 + een beetje, is niet meer hetzelfde als 20. Toch is het iedere keer een feest om zo een dag of 6 te mogen genieten van de kindjes. Al bij al zat het weer nog mee: een fikse onweersbui inclusief een zondvloedje, maar voor de rest toch kunnen genieten van de Westendse lucht. Het gat waar we mogelijks in vallen heeft alleen te maken met de afwezigheid van kibbelende, lachende, spelende kinderen. En zij ... vroegen nu al om volgend jaar hetzelfde huisje te betrekken. Gelukkig is het dan nog altijd 3 x 20 en een beetje.
Tussen de soep en de patatjes hadden we in een van de vorige berichten al aangekondigd dat sommigen het niet kunnen laten. Op 9 augustus houdt Musica ad Nives een open zangavond, waar we een stuk of zes liederen doornemen. Vorig jaar waren het canons, dit jaar is het thema "Zingen met Maierhofer". Uiteraard zou ik zeggen, zijn onze vrienden van KORILE en Ter Looveren van harte welkom. En wanneer je in je kenniskring mensen hebt, die je wil laten zien, hoe het er in een koor aan toe gaat, dan breng je die natuurlijk mee. Misschien krijgen zij de smaak te pakken.
Ik ben Carlo (Carlo Claes), geboren op 20 september 1944. Als je goed telt weet je hoe oud / jong ik ben. Enkele jaren geleden gaf ik mijn job als resoc-coördinator van Waas en Dender op om met brugpensioen te gaan. Sindsdien kan ik mij aan mijn echte passie wijden: de koormuziek. Ik dirigeer twee koren: Fiori Musicali uit Sint-Niklaas en het Hanswijkkoor in Mechelen. Zo ontmoet ik iedere week een hoop fijne, lieve mensen. Maar hier is de wereld nog veel groter. Dus kom ik nu ook jou tegen.